Jan Cunen Museum Oss wordt gesloten. Waarom?

Voor De Gemeenschap (VDG) heet de lokale politieke partij in Oss. Ofwel, ‘Ons kent Oss‘. Jan van Loon is een van de oprichters en de wethouder Economie, Cultuur en Financiën die nu door het college het vuile werk mag opknappen: het sluiten van het Museum Jan Cunen. Van Loon geeft toe dat er geen inhoudelijke reden voor sluiting is. Binnen en buiten Oss, binnen en buiten de provincie Brabant, binnen en buiten Nederland heeft het museum veel respect opgebouwd. Maar da’s niet genoeg. Van Loon doet nu namens de gemeenschap het licht uit. Zo luidt in elk geval het collegevoorstel. De raad moet er nog mee instemmen. Maar da’s een wassen neus. De coalitiepartijen VDG, CDA, VVD en PvdA hebben een ruime meerderheid van 24 van de 37 zetels.

De afbraak van de museumsector is snel gegaan. Vooral in de regio. De landelijke overheid schuift problemen met tekorten door. Zodat lokale overheden eenzijdig met  lastenverzwaringen opgezadeld worden. Die lokale overheden moeten vervolgens bezuinigen en wentelen dat bovenmatig af op de cultuursector. Nog slechts 10 jaar geleden waren er nieuwbouwplannen voor het Jan Cunen Museum. Ik herinner me trotse medewerkers die dat vertelden. Het zou beter worden. Toen werden de plannen afgeblazen. En nu moet het museum dicht.

Heeft het nog zin om tegen de landelijke en lokale cultuurbarbaren van PvdA en VVD te vechten? De nieuwe politieke geloofwaardigheid bestaat uit partijen die pleiten voor een terugtredende overheid, akkoord gaan met miljardensteun aan banken en de burger opzadelen met lastenverzwaringen. Zodat culturele instellingen als het Jan Cunen Museum die integer opereren, goedkoop werken, respect genieten en kwaliteit leveren gesloten worden. De omgekeerde wereld is in de Nederlandse politiek de norm geworden. De boekhouders vertegenwoordigen het nieuwe perspectief. Oplichters worden beloond en instellingen die voor en van de gemeenschap zijn worden gesloten. En niemand die er nog echt om lijkt te malen. Is dat niet het meest idioot?

101008-FE2439

Foto: De directeur van het Jan Cunen Museum in Oss Nicolette Bartelink op museumcongres, 2010.

Kan Piratenpartij uitdaging aan op twee kompassen te varen?

f073dcebae41474293aaf97bf012f0f6-576x0

Hoe moet de politieke partij van de toekomst eruit zien? Hier een terugkerende vraag op zoek naar de graal. Want onderzoekers en critici delen de observatie dat de rol van de partijpolitiek in z’n tegendeel is verkeerd. Welke bouwstenen zijn nodig? Wat is de stok achter de deur die de burgers in handen kunnen nemen om de huidige partijpolitieke organisaties die zowel de macht verdelen als de regels van het spel bepalen tot nieuwe vormen van representatie te dwingen zodat die burgers beter betrokken worden in de machtsdeling?

Ik blijf somber dat bewustwording over verandering op korte termijn mogelijk is. Politieke partijen hebben er geen belang bij om de macht te delen. Gevestigde media zitten gevangen in het paradigma van partijpolitiek. Ze komen er niet aan toe om daarbuiten te denken. Zo wordt politiek nooit meer dan verdeling van bestaande macht. Restauratie door cosmetische ingrepen is het hoogst haalbare. Zo komt bewustwording nooit op gang en wordt de ene traditionele partij op z’n best vervangen door de andere. Dat brengt machtsdeling en nieuwe democratie niet dichterbij. Maar somberen helpt evenmin. Een samenleving die om de 10 jaar van karakter wijzigt dwingt vanzelf veranderingen af. Door daarop vooruit te lopen kunnen we de ontwikkelingen helpen.

In de sfeer van de piratenpartijen bestaat het idee dat e-democratie de oplossing biedt. Dus de inspraak vanaf de basis met de techniek van het internet. In een interview met het Italiaanse l’Espresso is Julian Assange sceptisch over de technische mogelijkheden. Die visie komt overeen met het standpunt van Juan Carlos De Martin dat e-democratie slechts de helft van de oplossing is. Bemiddeling door gedelegeerden en politiek handwerk blijft nodig. Over de beweging van Beppe Grillo zegt Assange dat het zo kan functioneren vanwege het leiderschap van Beppe Grillo. Het overleg binnen de Berlijnse Piratenpartie ziet Assange als een ramp.

Dat meningsverschil over de mate van centralisatie scheidt de geesten binnen de Nederlandse Piratenpartij. Mogelijk is het debat over de opbouw van de organisatie er een verklaring voor dat een partij die alles mee lijkt te hebben toch niet doorbreekt. Dat met kernpunten, inlevingsvermogen en gerichtheid van de achterban die bijna ideaal aansluiten bij de wereld van vandaag. De uitdaging voor partijen van morgen is om zich niet op te laten nemen in het traditionele bedrijf van de politieke partijen, maar toch professioneel te opereren als een politieke partij. De fusion tussen oud en nieuw, tussen leiderschap en stuurloosheid, tussen deskundigen en leken is de oplossing voor nieuwe partijen die niet in oude valkuilen willen wegzakken. Met als complicatie dat ze op twee kompassen moeten varen. Het ene om een plaats te vinden tussen de andere politieke partijen, en het andere om de politiek als bedrijf naar een politiek bestel te voeren waar de burger stevig meepraat.

Foto: Op de brug van een oorlogsschip speurend naar U-boten, Tweede Wereldoorlog.

Politie arresteert in Utrecht anti-monarchist. Opnieuw onterecht

Weer blijkt demonstreren tegen de monarchie in Nederland niet mogelijk. Weer wordt een anti-monarchist ten onrechte gearresteerd  door de politie. En naar het bureau geleid. Een 29-jarige man hield een bord met de tekst ‘Weg met de Monarchie‘ boven zijn hoofd en protesteerde. Geluidloos en geweldloos. De arrestatie vond plaats tijdens het bezoek van koning Willem-Alexander en zijn echtgenote aan de Utrechtse wijk Lombok. Weer moest de politie de arrestant op last van de Officier van Justitie vrijlaten, excuses aanbieden en goedpraten wat krom was. De officier vond de arrestatie niet rechtmatig. Weer zullen er kritische kamervragen gesteld worden met het stilzwijgende verwijt dat dit beschamend is voor de Nederlandse democratie.

Wat is er aan de hand met Nederlandse dienders? Beseffen ze niet dat demonstreren mag en weten ze niet wat vrijheid van meningsuiting betekent? Wellicht begrijpen ze de strekking van de grondwet onvoldoende, maar waarom zijn er dan geen leidinggevenden die het beter weten en dat kunnen corrigeren? Of begrijpen de leidinggevenden de grondwet evenmin? Dan is het echt de hoogste tijd voor bijscholing. Op alle niveau’s.

Dit is dit jaar al de derde onterechte arrestatie van individuele demonstranten tegen de monarchie. In februari werd Joanna van der Hoek notabene op het Utrechtse Jaarbeursplein gearresteerd en op 30 april nogmaals samen met Hans Maessen op de Dam. Deze eerdere arrestaties kregen op televisie en in kranten veel publiciteit. Op vele manieren hadden de Utrechtse agenten of hun leidinggevenden kunnen en behoren te weten dat de arrestatie van een anti-monarchist in Nederland niet rechtmatig is. Maar ze wisten het niet.

Weg

Foto: Schermafbeelding uit reportage van duicnl.

Opstelten onzorgvuldig in praatje over veiligheid. Hij ziet gezamenlijke inspanning politie en beveiligingsbranche

Minister Ivo Opstelten van Veiligheid en Justitie stelt dat de nationale staat de veiligheid niet in haar eentje kan realiseren. Daar is een gezamenlijk inspanning met het bedrijfsleven voor nodig. En ook de burger. Opstelten verwijst niet naar afzonderlijke inspanningen van overheid, bedrijfsleven en burger met een gezamenlijk doel -het garanderen van een veilige samenleving- maar naar een gezamenlijke inspanning. Ivo Opstelten vindt dat publieke taken uitbesteed kunnen worden aan het bedrijfsleven, hij vindt dat een goede zaak: ‘Publieke taken zitten niet vastgeklonken aan publieke uitvoering‘. Hij vindt dat de samenwerking tussen beveiligingsbranche en politie nog ‘kan en moet groeien‘. Opstelten zet in op doelmatigheid en rendement van de veiligheid. Door de kwaliteiten, bevoegdheden en kennis van beveilingsbranche en politie naast elkaar te zetten suggereert de minister dat een en ander uitwisselbaar is. Hij stelt daarbij niet de kwaliteit van de beveiliger als voorwaarde, maar het vertrouwen van de burger in de beveiliger. Een norm die ruimte laat om af te wijken van de norm.

Wat voor commentaar verdient dit praatje van Opstelten? Onder beperking kan samenwerking tussen overheid en bedrijfsleven. Doel van de overheid is om de burger te dienen. De overheid moet via kabinet en parlement daarover verantwoording afleggen aan de burger. Doel van het bedrijfsleven is afwijkend: winst, het eigen voortbestaan en behoud van maatschappelijke acceptatie. Bedenkelijk is daarom dat Opstelten spreekt over een gezamenlijke inspanning van staat en bedrijfsleven. Die kan er per definitie niet zijn. Bevoegdheden en verantwoordelijkheden van bedrijfsleven en overheid lopen daarvoor teveel uiteen. Ze dienen juist gescheiden te blijven omdat de burger wel het kabinet, maar niet het bedrijfsleven ter verantwoording kan roepen. Het zou correcter zijn als Opstelten sprak over afzonderlijke inspanningen van politie, beveiligingsbranche en burger met een gezamenlijk doel: een veilige samenleving. Veiligheid begint bij bestuurlijke zorgvuldigheid.

VPB_Opstelten

Foto: Minister Ivo Opstelten van Veiligheid en Justitie spreekt tijdens de nieuwjaarsreceptie van de Nederlandse Veiligheidsbranche, 16 januari 2013.

Grenzen aan de vrijheid van godsdienst: invloed buitenlandse islam

wp04bda3dd_05

Begin dit jaar waren kamerleden van SGP en CU het ‘Christenpesten‘ door D66 beu, aldus Trouw. Stichting Interkerkelijke Ledenadministratie krijgt informatie over haar leden uit de gemeentelijke basisadministratie (GBA). Volgens D66-kamelid Gerard Schouw zouden gemeenten niet langer persoonsgegevens mogen verstrekken aan kerken, omdat ‘sommige levensbeschouwelijke groepen wel uit de gemeentelijke basisadministratie kunnen putten en anderen niet‘. SGP-kamerlid Roelof Bisschop typeerde het voorstel als ‘kleinzielig christenpesten‘. CU-kamerlid Gert-Jan Segers zag er een ‘hoge zuurgraad‘ in. Zijn oplossing was om de toegang tot de GBA te verruimen zodat de uitzonderingspositie van de kerken verdwijnt.

Bezondigt de CU zich nu aan ‘Moslimpesten‘? Opnieuw volgens Trouw stelde Gert-Jan Segers vorige week in een kamerdebat over terrorisme voor om ‘buitenlandse geldstromen naar radicale moskeeën te verbieden, wanneer wordt opgeroepen tot haat of tot geweld tegen andersdenkenden’. De overheid zou volgens Segers te weinig doen om radicalisering van moslims te voorkomen. Vraag is echter of dit een taak van de overheid is. Religieuze instellingen gaan zelf over de inhoud. Of het nou christelijke of islamitische instellingen betreft. Segers simplificeert door radicalisering direct te koppelen aan oproepen tot haat en geweld. Dat hoeft het niet te zijn. Radicalisering kan ook het nastreven van verandering binnen de rechtsstaat inhouden.

Dat Nederlandse politici worstelen met de grenzen aan de vrijheid van godsdienst blijkt uit kamervragen van Keklik Yücel (PvdA) aan minister Lodewijk Asscher van Sociale Zaken over de Blauwe Moskee in Amsterdam Slotervaart. Ze verwijst naar berichtgeving van 25 mei in Het Parool. De moslimbroeder en hoge ambtenaar van het ministerie van Religieuze Zaken van Koeweit Mutlaq Alqarawi wordt er bestuursvoorzitter. Journalist Carel Brendel doet op zijn blog al jaren verslag van de toenemende invloed van buitenlandse mogendheden op in Nederland gevestigde moskeeën. Hij merkt op dat Koeweit feitelijk al sinds 2011 aan de macht is bij deze moskee in Slotervaart. De reacties op de berichtgeving in Het Parool tekenen de gebrekkige kennis.

Yücel vraagt wat Asscher vindt van ‘de sturing door buitenlandse mogendheden van Nederlandse moskeeën en daarmee indirect aan Nederlandse moslims‘ en wat zijn opvatting is ‘over het (mede) financieren door andere landen van gebedshuizen in Nederland‘. Ze vraagt om een ‘zo compleet mogelijk overzicht (..) van de moskeeën in Nederland die worden geleid, nadrukkelijk gestuurd of overwegend beïnvloed door (iemand uit) een ander land‘ en of er indicaties zijn of door ‘een meer orthodoxe instelling van het islamitische gebedswerk in moskeeën‘ ‘radicalisering kan worden bevorderd‘. En Yücel vraagt of dat dan ‘de integratie van moslims in de Nederlandse samenleving belemmert‘. Tenslotte wil Yücel weten of ‘moskeeën zoals de Blauwe Moskee en andere kerkelijke instellingen subsidie [wordt] verstrekt‘ en als dit zo is of dit wenselijk is.

De vragen van Keklik Yücel hebben de verdienste dat ze lezen als de opzet voor een nota over de toekomstige omgang met religieuze instellingen. Inclusief ondersteuning door landelijke en lokale overheden. Politieke of maatschappelijke afkeuring over radicalisering van moslims of moskeeën legt geen juridische grond onder het verbieden van buitenlandse geldstromen. Of het moet gaan via de omweg van de openbare orde. Gert-Jan Segers loopt een risico dat PvdA, D66 en VVD de uiterste consequentie uit zijn oproep trekken. Door als voorwaarde voor steun te stellen dat religieuze instellingen voortaan algemeen toegankelijk moeten zijn en ‘neutraal’ van aard. Of door een stop aan alle facilitaire, geldelijke en bestuurlijke steun van de overheden.

Foto: Blauwe Moskee in Amsterdam Nieuw-West (Slotervaart).

Petitie tegen wettelijke inperking openbaarheid Denemarken. Waarschuwing voor Nederland?

den

Of het nou komt door de sociale media die signaleren, uitzoeken en aan de orde stellen of door overheden die steeds verkrampter omgaan met de openbaarheid is niet eens de hoofdzaak. Neem nou Denemarken, zo’n land dat in de goede lijstjes altijd bovenaan staat. Met Zweden, Noorwegen, Canada, Nieuw-Zeeland en Nederland. Da’s de liberale democratie waarop vele inwoners van minder democratische landen jaloers zouden zijn. Laat staan die van gemankeerde staten waar een mensenleven niets waard is. Soms staat echter een oud beeld van hoe een land ooit was voor hoe het nu is. Onomstotelijk is dat in Zweden dat met een afgewogen publicitair ontwikkelingsbeleid goede sier maakt, maar eveneens een grote wapenfabrikant is die schimmige deals afsluit. Denemarken is ook zo’n land dat in een spagaat zit tussen schijn en wezen.

Something is rotten in the state of Denmark‘, legde Shakespeare ooit een karakter in Hamlet in de mond. Voldoende om er een petitie van Avaaz aan te wijden. Het gaat om het wetsvoorstel over een ‘Freedom of Information Act‘ (‘Offentlighedsloven’) dat de openbaarheid van bestuur en de persvrijheid bedreigt. Als de wet aangenomen is heeft de regering tegenover burgers, media en parlementsleden geen wettelijke verplichting meer om openheid van zaken te geven. De petitionisten zien het als de dood van de Deense democratie. Deense journalisten maken zich zorgen en roepen op tot actie. Zie hier voor een commentaar en doorverwijzingen. Laten we dit als een waarschuwing en les beschouwen voor wat Nederland kan overkomen.

Met dank aan King Billy.

Foto: Schermafbeelding van petitie ‘Save Denmarks Democracy‘ op Avaaz.org.

Journalistiek VS onder vuur moet samenwerking en ambitie tonen

opc

Een terugkerende vraag op dit blog is hoe journalisten van de gevestigde media denken. Waarvoor springen ze in de bres? Zijn ze behoudend in hun denken en kunnen ze buiten hun eigen kring denken? Wat is hun politieke filosofie? Deze vragen zijn niet los te zien van veranderingen in de media. Het internet doet gedrukte media sluiten en nieuwe verdienmodellen ervoor worden ontwikkeld. Professionele blogs zijn in opmars, maar richten zich niet meer op een breed publiek. Dat wordt gefragmenteerd. Broadcasting wordt narrowcasting.

Journalisten mogen aan hun eigen hachje denken. Een journalist hoeft niet vanwege een mening de eigen baan in gevaar te brengen. Vaak kiezen ze midlife eieren voor hun geld en stappen over naar bedrijfsleven of de overheid. De overstap van de controle op de macht naar de controle van de media kleedt de journalistiek nog verder uit. Maar wacht even … de journalistiek wordt toch beschouwd als een venster op de democratie en zijn het niet de journalisten zelf die dat beeld in stand houden? Koesteren, zelfs. Kan de journalistiek die pretentie nog waarmaken of is het een oud beeld waarmee de media alleen uit marketingoogpunt leuren?

Juist op die overgang van een gesloten naar een open beroepsgroep kondigde zich de affaire WikiLeaks aan. Die vooral in de VS en het Verenigd Koninkrijk tot debatten leidde. Vanaf de zomer van 2010 werd Julian Assange in het geheim tegengewerkt door de Amerikaanse regering die alles in het werk stelde om hem publicitair onschadelijk te maken. Via inzet van media. Da’s half gelukt. WikiLeaks werd economisch -en illegaal- tegengewerkt door de regering-Obama en moest temporiseren, maar bleef doorgaan met onthullingen. De harde aanpak van klokkenluiders bezorgde president Obama een slechte naam bij mensenrechtenactivisten en in progressieve kring. Alleen niet in de gevestigde media. Tot afgelopen maand.

Kevin Gosztola zet op firedoglake.com de feiten op een rij. Hij pleit ervoor dat journalisten in samenwerking zelfverzekerd hun recht nemen en stoppen zich te gedragen als slachtoffer van een restrictieve overheid. In progressieve kring werd de recente opwinding over het registreren van de AP-journalisten en de beschuldiging door het ministerie van Justitie van Fox News journalist James Rosen als opportunistisch gezien. Pas toen collega nieuws- en onderzoeksjounalisten werden aangepakt, kwamen ze in het geweer. Wat is dan nog de ‘democratische meerwaarde’ van de journalistiek als de meerderheid van journalisten pas reageert als het persoonlijk wordt? Toen Assange in 2010 zonder aanklacht op een Red Notice-lijst van Interpol werd gezet en door Amerikaanse politici en opinieleiders naar de andere wereld werd gewenst zwegen ze.

Gosztola verwijst naar een commentaar uit december 2010 van Nancy Youssef over de prestigieuze ‘The freedom of the press committee of the Overseas Press Club of America‘ dat Assange not one of us verklaarde. Hierboven afgebeeld. Journalisten van ‘The Freedom of The Press Committee‘ spraken zich dus uit tegen een organisatie die in z’n eentje voor meer onthullingen zorgde dan alle journalisten van de wereld bij elkaar. Het commentaar verdraait ook nog eens feiten zoals het idee dat WikiLeaks documenten niet redigeerde en geheimen onthulde. Ook nu nog beschamend om te lezen omdat het doet uitkomen dat journalisten onder het mom van ‘persvrijheid’ de persvrijheid geweld aandoen en toetreders buiten de deur houden. Zo denken journalisten. Als reactie lanceerden progressieve kringen eind 2012 de Freedom of The Press Foundation.

Foto: Schermafbeelding van commentaar van 9 december 2010 door Jeremy Main, Larry Martz and Kevin McDermott van The freedom of the press committee of the Overseas Press Club of America over WikiLeaks.

Hacker Jeremy Hammond pleit schuldig en zoekt uitweg

Er lijkt geen verwarring meer over te bestaan dat Jeremy Hammond het computersysteem van het bedrijf Stratfor hackte en de gegevens aan WikiLeaks doorspeelde. Stratfor wordt als een particuliere CIA beschouwd. Tien maanden geleden zaaide Anonymous hier nog twijfel over. De 28-jarige ‘hactivist’ Jeremy Hammond was bij Anonymous betrokken. Bradley Manning kwam eerder in het nauw vanwege Wikileaks.

Volgens Hammonds advocaat Sarah Kunstler worden onder president Obama hactivisten keihard aangepakt. Minister van Justitie Eric Holder stelde in februari 2013 economische spionage, hackers en hactivisten op een lijn. Zijn strategie is duidelijk. Door activisten te criminaliseren en af te schilderen als spionnen omdat ze een bedreiging zouden vormen voor Amerikaanse handelsbelangen tracht Holder de aanpak van hactivisten en de inperking van de internetvrijheid te legitimeren. Klokkenluider Thomas Drake bekritiseert dit beleid.

Jeremy Hammond pleitte schuldig voor de Stratfor hack en die van andere websites die volgens Hammond allen verbonden zijn met de defensie-industrie. Nu kan Hammond na 15 maanden naar buiten treden wat-ie in detentie niet mocht. Op 6 september volgt de uitspraak die kan oplopen tot 10 jaar gevangenisstraf. Op de steunwebsite ‘Free Jeremy Hammond‘ staat nadere informatie, zoals een verklaring en hoe men kan helpen.

JH

Foto: Schermafbeelding website ‘Free Jeremy Hammond

Jan Pronk stapt uit PvdA. En verklaart zijn bezwaren

Jan-Pronk_EVS

Jan Pronk is anti-links links. Hij herkent zich niet meer in de PvdA en zegt na bijna 49 jaar zijn lidmaatschap op. In een afscheidsbrief noemt-ie als stenen des aanstoots de ontwikkelingssamenwerking en de strafbaarstelling van illegaal verblijf. In een schets van de fasen van zijn lidmaatschap omschrijft Pronk de laatste twee perioden van zeven jaar als verwarring (2000-2006) en aanpassing aan rechts (2007-2014).

Wie de lijn die Pronk schetst doortrekt komt tot de slotsom dat de Nederlandse politiek beneden de maat opereert. Het motorblok van hervormingen is vastgelopen en ligt voor schroot achter de schutting. Ondanks oppervlakkige glans verkeert de PvdA in organisatorische chaos en intellectuele armoede. De VVD breekt beloften, is uit het centrum weggekoerst en heeft in de slipstream de PvdA meegezogen. Dienstbetoon aan de kiezer, ofwel electorisme heeft de Nederlandse politiek in haar greep. De partijpolitiek is dolgedraaid.

Op het moment dat volgens Jan Pronk de periode van aanpassing aan rechts was begonnen, signaleerde in oktober 2009 Diederik Samson dat de partij in deplorable staat verkeerde. De fractie was niet in staat om het tij te keren. Da’s toen begrepen als het rechten van de sociaal-democratische rug, maar moet nu achteraf -gezien het pragmatische leiderschap van Samson- eerder beoordeeld worden als het nog verder aanpassen.

Sociaal-democratische uitgangspunten als vrijheden, gelijkheid en verheffing verdienen representatie door een geloofwaardige partij met een eigen koers. Het opportunisme van de PvdA valt partijleiders als Cohen of Samson niet uitsluitend te verwijten. Hoewel ze er evenmin een eind aan maakten. Ze wisten geen vernieuwing op de rails te zetten. In de marges van de partij wordt die bij de Wiardi Beckman Stichting voorbereid. Maar zolang links en progressief elkaar niet langer grotendeels overlappen binnen de PvdA blijft de partij een in zichzelf gekeerde bestuurderspartij die niet gevoed worden door kritische geesten die naast de macht staan.

Pronks brief is een zwakke echo van een debat uit een bijna vergeten verleden. Met een eigentijdse draai. Het meest interessant is het slot van Pronks afscheidsbrief omdat het vooruit kijkt: ‘Mocht er ooit een vereniging van sociaaldemocraten worden opgericht (..) om het debat te voeren over de betekenis van het gedachtengoed van de sociaaldemocratie in het bestek van de huidige tijd, dan meld ik mij als eerste aan.‘ Jan Pronk heeft gelijk dat het sociaal-democratische gedachtengoed niet het monopolie van de PvdA is en te belangrijk is om aan deze politieke partij toe te vertrouwen. Het kan ook niet eeuwig door de PvdA vertegenwoordigd en geclaimd worden. Pronk concludeert dat het voortbestaan van het gedachtengoed belangrijker is dan het voortbestaan van de partij PvdA. Dat geeft ‘m de ruimte om na bijna 49 jaar zijn lidmaatschap op te zeggen.

Foto: Jan Pronk, 2007. Credits: Spaarnestad Photo.

China steelt wapensystemen. Wat is de digitale les?

china_2152612b

De eindredactie van Techzine gaat de mist in met een kop die de lading niet dekt: ‘China steelt wapenplannen van Nederlandse leger‘. Een claim die vraagt om onderbouwing. Maar die ontbreekt. Begrijpelijke verwarring omdat de tekst tot twee keer toe indirect verwijst naar het Nederlandse leger. Feit dat Nederland ontwerpen van Amerikaanse wapens gebruikt die ergens zijn gestolen wil echter nog niet zeggen dat dat in Nederland gebeurde. Het zou ook niet logisch zijn dat de Amerikaanse regering zo’n hack bij een bevriend land naar buiten zouden brengen. Dat zou een trouwe bondgenoot in het diplomatieke verkeer compromitteren.

Het gaat om de diefstal door Chinese hackers van ontwerpen van Amerikaanse wapensystemen. Het Pentagon maakt zich daar zorgen over. Want als de Chinese overheid de ontwerpen van wapensystemen doorgrondt kan het zich wapenen om ze te blokkeren (‘jammen‘) of uit te schakelen. Achterliggende reden is dat internet, dat de VS economisch en militair de afgelopen 20 jaar enorm voordeel heeft gebracht, het land ook kwetsbaar heeft gemaakt, aldus een publieksrapport van adviesgroep Defense Science Board. Een Amerikaanse hooggeplaatste militaire functionaris zegt over de diefstal dat het krankzinnig is dat China via hacken een achterstand van 25 jaar onderzoek en ontwikkeling inhaalt en miljarden dollars aan gevechtsvoordeel behaalt.

Een stuk van The Washington Post dat aanleiding was voor de berichtgeving van Techzine maakt gebruikt van een vertrouwelijke versie bij het eerdere rapport uit januari 2013 van de Defense Science Board. De Post had inzage in de lijst van ‘gecompromitteerde wapenontwerpen’. Dat gaat van de nieuwste versie van het Patriot afweersysteem PAC-3 tot de afweersystemen van ballistische raketten THAAD en het Aegis, en ontwerpen van vitale gevechtsvliegtuigen en schepen. Van de controversiële F35- JSF werd onlangs bekend dat het ontwerp al in 2007 is gehackt. Als reactie is het Pentagon enkele jaren geleden een proefprogramma gestart om de defensie-industrie betere digitale bescherming te geven. Met als gevolg dat de Chinezen zich gingen richten op onderaannemers en andere landen. Maar Nederland wordt in openbare bronnen niet expliciet genoemd.

De naïviteit van de Amerikaanse overheid is onthullend. Het eigende zich de voordelen van het werken met internet toe, boekte dat budgettair in, maar realiseerde zich te laat dat er nadelen aan verbonden waren. Die kostenpost voor bescherming werd verhuld of om politieke redenen genegeerd. De Nederlandse overheid zit nog middenin dat proces van bewustwording. Minister Plasterk boekt 300 miljoen euro in door overheidstaken digitaal te willen gaan regelen. Dat problematiseert dan niet militaire geheimen, maar de privacy van de burger. Bij incidenten vaart de overheid blind op internetbeveiligers als Fox-IT die er belang bij hebben om de gevaren van cybercrime uit te vergroten. Zowel met de overmoed van Plasterk als het schrikbeeld van Fox-IT schiet Nederland iets op. Nodig is evenwichtig overheidsbeleid dat burgerrechten en veiligheid garandeert.

Foto: Een Chinese bewaker in het Nationaal Congres. Credits: EPA.