Schermafbeelding van deel artikel ‘Moskeebestuurders woedend op Halsema om verzoek steunverklaring lhbtq-gemeenschap‘ van Bas Soetenhorst in Het Parool, 16 oktober 2022.
De reactie van delen van de islamitische gemeenschap van Amsterdam op de oproep van burgemeester Halsema om een steunverklaring te tekenen voor de LHBTQ-gemeenschap is verkeerd en een gemiste kans om het debat op een abstract niveau te voeren. Die reactie gaat uit van miskenning omdat moslims achtergesteld zouden worden bij christelijke en joodse organisaties waaraan de oproep nog niet was gedaan. De islamitische organisaties hebben gelijk om de oproep af te wijzen, maar brengen de verkeerde argumenten naar voren.
De islamitische organisaties gaan voorbij aan de hoofdzaak, namelijk dat de overheid zich op geen enkele manier heeft te bemoeien met religieuze organisaties en deze op geen enkele manier onder druk mag zetten. Dat doet burgemeester Halsema wel. Ik omschreef dat op 16 oktober 2022 in onderstaande tweet:
Het is een dunne lijn tussen de compenserende neutraliteit waarbij de overheden actief zijn in het ‘samenwerken’ met religieuze organisaties en deze oproep van Halsema. Overheden moeten zich vanwege de scheiding van kerk en staat niet bemoeien met de inhoud van religies en zich neutraal opstellen. En religieuze organisaties niet voor het eigen karretje proberen te spannen zoals Halsema deed. Het leidt tot niets en is dom beleid.
Daarnaast is het merkwaardig dat in land waar een meerderheid van de bevolking zegt zich niet te laten inspireren door godsdienst de Amsterdamse overheid exclusief steun zoekt bij religieuze organisaties voor de oproep voor de LHBTQ-gemeenschap. Dat is eenzijdig. Worden religieuze organisaties door Halsema minder of meer serieus genomen en als meer of minder volwassen opgevat? Dit soort vragen laat zien tot wat voor ongewenste dynamiek de actie van Halsema leidt.
Mijn tweet was een reactie op een tweet van MG Valenta van 15 oktober 2022 die terecht opmerkte dat de overheid zich niet heeft te bemoeien met de overtuigingen van een religieuze gemeenschap.
Schermafbeelding van deel artikel ‘Kunst doet wat religie nalaat‘ van Hizir Cengiz in de Kanttekening, 14 september 2022.
Volgens columnist Hizir Cengiz is kunst de geslaagde en succesvolle versie van religie. Religie zou blijven hangen in verstarring. Kunst zou doen wat religie nalaat. Ik ben het met hem eens.
Maar dan moeten we religie en kunst wel eerlijk vergelijken. Want kunst kent vele varianten die ook lijden aan verstarring. En religie kent nieuwe, levendige, eigentijdse varianten, zoals de tegen de satire aanleunende Kerk van het Vliegend Spaghettimonster.
Die nieuwe godsdiensten worden trouwens door de gevestigde godsdiensten en de verdedigers ervan niet tot de religiemarkt toegelaten. Daar worden zelfs de hoogste juridische middelen van de staat voor uit de kast gehaald.
Die verdedigende reflex ontstaat om de belangen van de traditionele godsdiensten te beschermen en het vooroordeel te onderstrepen dat een godsdienst belegen is en zich in de tijd bewezen moet hebben. Wellicht speelt ook mee dat de verdedigers van traditionele religie menen dat conventies en regels onmisbare pijlers onder de samenleving zijn.
De verklaring waarom kunst slaagt waar religie faalt ligt voor de hand. Kunst en religie putten uit dezelfde bron van het drama en de rituelen. Het zijn menselijke, creatieve constructies die proberen de zinloosheid, de leegte en de eindigheid van het leven op afstand te houden. Kunst slaagt daar beter in omdat het meegaander en buigzamer is. Kunst hoeft immers zichzelf niet te bestendigen.
Kunst is veelgelaagd en gefragmenteerd en kan zich voortdurend vernieuwen. Stromingen volgen elkaar op en kunstenaars becommentariëren elkaars werk. Er bestaan weliswaar kunstinstellingen die hun eigen voortbestaan belangrijk vinden, maar die bepalen niet wat de veelgelaagde kunst is.
Het tweeledig doel van de beeldbepalende monotheïstische godsdiensten verklaart grotendeels de verstarring. Want naast zingeving (‘de binnenkant‘) moeten godsdiensten door belangenbehartiging, het uitschakelen van rivalen, fondsenwerving, en marketing en publiciteit continu werken aan hun eigen voortbestaan (‘de buitenkant‘). Met ook nog eens het risico dat de buitenkant door wereldse leiders wordt gekaapt. Dat gevecht om continuering leidt tot starheid en verstijving.
Schermafbeelding van deel artikel ‘Kunst doet wat religie nalaat‘ van Hizir Cengiz in de Kanttekening, 14 september 2022.
Cengiz eindigt zijn commentaar met de persoonlijke noot dat hij nimmer vraagtekens bij zijn religie mocht plaatsen, want dat was ‘des duivels, bijna blasfemie‘. Dat is een juiste constatering van hem. Verstarring is onlosmakelijk verbonden met traditionele godsdienst. Het is er zelfs een bestaansvoorwaarde van. De vraag naar eigen ontstaan en herkomst is binnen traditionele religies een taboe. Die vraag mag niet gesteld worden. Terwijl in de kunst per definitie geen enkele vraag taboe is. Dat verklaart het verschil tussen kunst en religie.
In februari 2022 stelde ik in het commentaar ‘Omarm secularisatie. Beschouw kerken als culturele instellingen. In ruil voor subsidie kunnen ze hun politiek-maatschappelijke claim op de samenleving inruilen‘ over wegkwijnende kerken die door de ontkerkelijking niet meer onderhouden kunnen worden dat religieuze organisaties voortaan opgevat zouden moeten worden als culturele organisaties.
Het verschil tussen kunst en religie is historisch, dramatisch en functioneel minder groot dan het lijkt. Door de eeuwenlange dominantie van religie zijn ze uit elkaar gegroeid en is de overeenkomst uit zicht geraakt. Nu in West-Europa het belang van religie afneemt en kunst zich dynamisch handhaaft is het moment gekomen om ze weer als twee kanten van dezelfde medaille te gaan beschouwen.
Er zijn verschillende meningen over het feit of Russische sporters en kunstenaars zich publiekelijk tegen de Russisch-Oekraïense oorlog moeten uitspreken. Ik ben van mening dat ze niet kunnen zwijgen. Mijn reactie bij deze video van Al Jazeera English over deze kwestie:
Of course Russian artists and athletes should speak out against the war.
In 2014, 500 athletes and artists spoke positively about the illegal occupation of Crimea by the Russian Federation. Then Russian athletes and artists took a political stand. They can now do that again.
It’s one of two. Or politics has nothing to do with sports and art. Then these athletes and artists should not have publicly supported the occupation of Crimea in 2014. Or politics has to do with sports and art. Then the athletes and artists can speak out against the war started by the Russian Federation against Ukraine.
Athletes and artists can also express themselves in a different, more humanistic way if they find it too burdensome to take a political stance against the war.
Namely by speaking out against the violation of human rights during the war, the proven use of cluster munitions and chemical white phosphorus, the destruction of civilian targets of no military significance such as residential flats and the destruction of churches and Ukrainian cultural heritage.
He who is silent agrees. In 2014, the Russian artists and athletes were not silent. Now most of them are silent. They should not be forced to speak out, but should do so from their own conscience, inner civilization and self-protection of their own country.
The credibility of their own country is at stake. By speaking out publicly against the war, they can increase the credibility of their country. That is not easy in an authoritarian country.
But there is no other choice, as Ukrainian sportsmen and artists also spring into action to save their country from the invader. Why do Russian athletes and artists think they can sit on their hands? That is a luxury that no longer exists.
Mijn hier in het Nederlands vertaalde reactie bij bovenstaande video van New China TV. Dat is een propagandazender van de Communistische Partij China. Het is een internationaal communicatieplatform in staatseigendom dat is aangesloten bij het Xinhua News Agency.
De virtuele Top van Democratieën (Summit for Democracy) is een initiatief van president Joe Biden en vindt plaats op 9 en 10 december 2021. Nederland is ook deelnemer. Er zijn drie doelstellingen geformuleerd: Verdedigen tegen autoritarisme; Corruptie aanpakken en bestrijden; Respect voor mensenrechten bevorderen’. Komende dagen zal volgens CNN de regering Biden een politieke boycot van de Olympische Winterspelen in Peking aankondigen. De animositeit tussen beide landen neemt toe:
Gezien de vele items die New China TV aan dit onderwerp besteedt blijkt het om een open Chinese zenuw te gaan. Door er uitgebreid aandacht aan te besteden blijkt hoeveel zorgen China zich maakt over de Democratische top. De paradox is dat de kritiek de top helpt groter te maken. Dit item bereikt het omgekeerde van wat het beoogt.
Tot nu toe werd de Chinese Volksrepubliek niets verhinderd in haar verhouding met zwakke landen in Zuid-Europa, Azie en Afrika die neerkwam op machtsuitoefening van sterkte tegenover een zwakke partner. Mensenrechten tellen niet voor China en aan arme landen worden dure infrastructurele projecten verkocht (autowegen, spoorwegen, havens) die vooral de ecconomische en politieke belangen van de Volksrepublike China dienen. Niet die van de landen in kwestie die fragiele democrateen zijn die door deze projecten verzwakt worden. Ook door de Chinese export van corruptie.
Onder initiatief van de laatste twee presidenten van de VS en met steun van de EU is dit langzaam veranderd. Deze landen en hun bevolkingen zijn tot het inzicht gekomen dat China meer goed dan kwaad doet en gestopt moet worden met haar ondermijning van genoemde fragiele democratieën. De Top voor Democratie is daar een antwoord op en een teken van die zorgen.
Uiteraard heeft globale politiek die gericht is op de publiciteit en verder gaat dan de diplomatie achter de schermen vaak een hoog gehalte aan ‘performance’. Dat geldt voor alle landen en alle eeuwen. Er moet een verhaal verteld worden om de deelnemers te motiveren en een sterk front te vormen. Zo’n verhaal is altijd een versimpeling van de realiteit. In het tijdperk van (sociale) media is dat een voorwaarde voor het bedrijven van politiek geworden.
Dat is op een congres van de Communistische Partij China niet anders dan op een Top voor Democratie.
We herinneren ons nu nog de toespraken van de Amerikaanse presidenten Kennedy (1963) en Reagan (1987) in toenmalig West-Berlijn die indruk maakten omdat ze ‘performance art’ combineerden met het innemen van een stevig politiek standpunt. Het is de uitdaging voor president Biden en zijn staf om deze combinatie van ‘performance’ en inhoud te herhalen om de expansie van de Volksrepubliek China ten koste van zwakke democratieën af te remmen en de onderlinge band tussen de democratieën te versterken.
Schermafbeelding van deel artikel ‘Kabinet ziet boycot van WK voetbal in Qatar niet zitten‘ in De Telegraaf, 18 november 2021.
De regering-Biden overweegt om vanwege de mensenrechten geen diplomatieke afvaardiging naar de komende Olympische Winterspelen in China te sturen. Aldus een bericht van Politico van 18 november 2021. Dit speelt tegen de achtergrond van een relatie tussen de VS en China die tijdens de regering Trump verslechterd is. De Winterspelen vinden vanaf 4 februari 2022 plaats in Peking.
De regering Biden spreekt over ‘de genocide op religieuze minderheden in Xinjiang’. Het Canadese Lagerhuis steunde in februari 2021 een motie die zegt dat de behandeling van de Oeigoeren genocide is. De Nederlandse regering noemde het toen geen genocide, maar ‘grootschalige mensenrechtenschendingen tegen Oeigoeren‘.
Dat zou Nederland ook kunnen doen door geen ministers, premier of staatshoofd die deel van de regering uitmaakt te sturen naar de Winterspelen in China.
Hetzelfde is een optie voor het WK Voetbal in Qatar. Wel sporters sturen, maar geen diplomatieke afvaardiging namens Nederland. In februari 2021 nam een meerderheid van de Tweede Kamer een motie van SP-Kamerlid Sadet Karabulut aan met alleen VVD, CDA en FVD tegen die oproept om geen diplomatieke afvaardiging naar Qatar te sturen, aldus een bericht in De Telegraaf. Het gaat niet om een boycot, want dan zou Nederland geen sporters sturen, maar om het niet sturen van een diplomatieke afvaardiging.
In antwoord op een vervolgmotie van maart 2021 antwoordde het kabinet op 21 mei 2021 dat dit nog niet aan de orde was omdat Nederland zich nog niet had gekwalificeerd en dat pas in november 2021 duidelijk werd. Welnu, deze week heeft het Nederlandse elftal zich door een zege op Noorwegen geplaatst voor het WK in Qatar.
De schendingen van de mensenrechten in China zijn veel groter dan in Qatar en vinden op industriële schaal. Van de andere kant is de economische en politieke macht van China groter dan van Qatar.
Pas op 18 november 2021 dienden D66, GL en CU een motie in die de regering oproept om vanwege de mensenrechten geen diplomatieke afvaardiging naar de Winterspelen in China te sturen. Beide moties lijken samen te hangen.
Of de motie van Sjoerdsma c.s. over China wordt aangenomen staat nog niet vast, maar is wel waarschijnlijk. Dan is het echter nog niet zeker of de regering die motie uitvoert. Het weigert evenmin de motie van Sadet Karabulut over Qatar uit te voeren. Toenmalig minister van Buitenlandse Zaken Stef Blok kondigde dat in zijn antwoord van mei 2021 aan.
Dit is des te merkwaardiger omdat het over het functioneren van de regering gaat en de grenzen die daar aan gesteld worden door de Kamer. Het Kamer heeft daarover het laatste woord, maar de demissionaire minister van Buitenlandse Zaken Ben Knapen (CDA) legt in navolging van Blok en na plaatsing van het Nederlands elftal de motie Karabulut naast zich neer en noemt volgen het bericht in De Telegraaf het uitvoeren ervan een symbolisch gebaar. Dat gaat dus over moderne slavernij van arbeidsmigranten. Hij verantwoordt dat zo: ‘Ik vind het te kort door de bocht om nu als een soort protestgebaar te zeggen, ‘we blijven weg’.
Dat is op zijn beurt te kort door de bocht van minister Knapen. Hij geeft zowel een verkeerde beschrijving van de situatie in Qatar als een misleidende beschrijving van de motie Karabulut. Die roept niet op dat ‘we‘ wegblijven, maar ‘geen afvaardiging van de regering te sturen naar het WK in Qatar en hierover in overleg te gaan met andere landen‘. De motie roept niet op dat de sporters wegblijven.
SP-Kamerlid Jasper van Dijk vindt het naast zich neerleggen van de motie Karabulut schoffering van de Tweede Kamer. Van Dijk: ‘Het zou zeer ongepast zijn als onze koning gezellig in een skybox gaat staan borrelen met de autoriteiten van Qatar. Zo lang werknemers worden uitgebuit moeten we dat voorkomen.’
Dat is een echo en voorafschaduwing van de kritiek die koning Willem-Alexander in februari 2014 kreeg toen hij tegen alle protesten in vanwege de schending van de homorechten door het Kremlin van het kabinet de Winterspelen in Sochi mocht bezoeken en met president Poetin een biertje dronk. Anders landen schaalden toen hun diplomatieke afvaardiging af, maar Nederland weigerde dat. Het RD formuleerde dat toen in een subliem redactioneel zo: ‘Het gedrag van onze koning in Sotsji was niet wijs en niet waardig‘. De kans bestaat dat de koning dat in Qatar of Peking herhaalt.
Om koning Willem-Alexander tegen zijn eigen hysterie te beschermen is het alleen al gewenst om de beide moties over Qatar en China (mits die aangenomen wordt) uit te voeren. Zodat hij zich niet net als in Sochi 2014 opnieuw aan kan stellen als een kleine jongen en controversiële bestuurders van het ontvangende land legitimeert door ze te ontmoeten en een persmoment te gunnen voor hun propaganda. Dat komt naast de afkeuring over de behandeling van minderheden en arbeidsmigranten en de toepassing van de mensenrechten in beide landen.
Het kabinet doet er verstandig aan om in Europees verband te opereren en steun te zoeken voor het niet sturen van een diplomatieke afvaardiging naar de Winterspelen in China en het Wereldkampioenschap Voetbal in Qatar. Het gaat om de sport en daarom is het gewenst dat sporters en sportbestuurders de aandacht krijgen zonder dat een staatshoofd, premier of minister daar pontificaal voor gaat staan.
Er zijn voldoende mogelijkheden, plekken en gremia om de diplomatieke relaties met beide landen te onderhouden. Dat hoeft niet tijdens een sporttoernooi te gebeuren. Minister Knapen mist de essentie als hij zegt dat het wegblijven van de regering een symbolisch gebaar is. Het is andersom, de diplomatieke afvaardiging naar zo’n sporttoernooi is een symbolisch gebaar.
Schermafbeelding van deel petitie ‘Vrijspraak voor Julian Assange‘ van Robert Bos op Petities.nl.
Ik ben het oneens met de petitie Vrijspraak voor Julian Assange. Ik vind dat de onderbouwing niet klopt en het uitgangspunt van de petitie fout is dat Assange een journalist is.
Wat de petitie vergeet is dat Julian Assange een ontwikkeling heeft doorgemaakt. Wat is er sinds 2012 veranderd? Het lijkt er sterk op dat Assange is geradicaliseerd. Wie hem op en gegeven moment hartstochtelijk verdedigden zijn daar een aanwijzing voor: complotdenker Alex Jones van Infowars, Sean Hannity van Fox News, UKIP-voorman en Brexiteer Nigel Farage en de Russische propagandazender RT. Dat is niet een gezelschap dat zweert bij democratie en rechtsstaat, maar juist het standpunt ondersteunt dat ‘media de vijand van de staat’ zijn. Dat roept de vraag op of Assange zelf wel een journalist is zoals hij claimt.
Over Assange bestaat sinds midden 2013 de controverse of hij een agent van Russische inlichtingendiensten is. Op zijn minst bestaat de verdenking dat hij er nauw mee heeft samengewerkt in de presidentscampagne van 2016 die Trump het presidentschap bracht. Roger Stone zou de tussenpersoon tussen het Kremlin en Trumps campagneteam zijn geweest.
Noam Chomsky geloofde in een gesprek met BBC’s Newsnight van mei 2017 niet dat aanklachten tegen Assange wegens een Zweedse verkrachtingszaak hout sneden. Daar heeft hij vermoedelijk gelijk in. In vele commentaren is in de jaren 2012-2014 op dit blog een lans gebroken voor Assange, zoals hier. Mijn toenmalige pro-Assange opstelling resulteerde in 2012 zelfs in kamervragen. Maar toen moest de Trump campagne en de Russische beïnvloeding via sociale media nog komen. Daarom is het perspectief van die Zweedse zaak niet actueel.
De vraag is hoe Assange beoordeeld moet worden. Is hij een journalist, een politieke activist of een ingelijfde medewerker van een ‘buitenlandse’ inlichtingendienst? En wat betekent dat dan voor zijn juridische positie?
Het heeft ermee te maken waar men de grens van de weerbare democratie legt. Bij gebleken of dreigende ondermijning is het aanvaardbaar dat counterintelligence diensten actie ondernemen om dat te beëindigen. Ze zijn immers bezig hun eigen democratie te beschermen. Dus als Assange deel van een operatie is om de Amerikaanse democratie en het electorale systeem te ondermijnen, dan kan hij verwachten dat er tegen hem wordt opgetreden door de zich aangevallen voelende instituties.
Wat als achteraf blijkt dat hij eerst (zeg van 2010 – 2013) binnen de democratische spelregels een rol speelde die toentertijd in de Amerikaanse propaganda verkeerd werd voorgesteld als ondermijnend? De financieel-economische blokkade van WikiLeaks via druk van de regering Obama op PayPal en andere bedrijven maakte Assange afhankelijk van externe steun. Terwijl zijn steun daarvoor van kleine donoren kwam.
Wat als Assange uiteindelijk daadwerkelijk de ondemocratische, ondermijnende rol ging spelen die hem daarvoor abusievelijk door de Amerikaanse regering was toegekend? Waarbij zijn psyche door de omstandigheden pathologische trekjes ging vertonen en de self fulfillingprophecy uitkwam. Kan die omslag nog gereconstrueerd worden?
Wie is er dan het meest schuldig, Assange, de Amerikaanse regering of de Russen die hem tegen de VS hebben opgezet? Of is dat gedeelde schuld?
John Schindler wees er in 2013 in een analyse op dat WikiLeaks via Israel Shamir waarschijnlijk geïnfiltreerd was door de Russische inlichtendienst. Dat verklaarde de opstelling van Wikileaks in de campagne van 2016 die volledig in lijn was met de opstelling van het Kremlin. De ‘progressieve’ Assange kwalificeerde tijdens de campagne de Democratische Hillary Clinton als kwalijker dan de Republikeinse Donald Trump. Daarmee probeerde Assange progressieve Democratische, pro-Bernie Sanders kiezers te ontmoedigen om te gaan stemmen. Achteraf kan dat alleen maar begrepen worden vanuit het idee van een georkestreerde campagne om verschillende doelgroepen in de richting van Trump en weg van de Democraten te laten bewegen.
Verdient Assange juridische bescherming of heeft hij door vanaf 2013/2014 samen te spannen met het Kremlin zijn rechten verspeeld? Hoe dan ook is hij afgelopen 8 jaar door zijn activistische opstelling en handelswijze terechtgekomen in het kruisvuur tussen Kremlin en Witte Huis.
De internationale petitie ‘Defend press freedom, defend Julian Assange‘ uit 2019 heeft drie gebreken. 1) Niet alle steunverklaringen zijn recent en sommige ervan gaan terug tot voor 2013/2014 toen Assange nog opereerde als journalist. Dat gaat voorbij aan zijn latere politieke verandering en radicalisering. 2) De supporters eisen niet allen hetzelfde. De een vraagt erom om Assange niet uit te leveren aan de VS, de ander vraagt om vrijlating. 3) De toon van de meeste steunverklaringen is een anti-Trump sentiment dat een pro-Assange opstelling grotendeels lijkt te bepalen. Acht maanden presidentschap van Joe Biden heeft de opstelling van de VS niet veranderd.
Als Assange in een kerker in Virginia verdwijnt, waar het trouwens nog niet naar uitziet, dan kan op zijn minst worden gezegd dat hij door zijn pro-Kremlin opstelling de Amerikanen alle munitie heeft gegeven om hem in handen te krijgen. Assange verdient het om berecht te worden voor zijn daden, maar een eerlijk proces zit er vermoedelijk niet in. Wie hoog spel speelt en verliest, heeft blijkbaar dat recht verspeeld. Dat is de harde praktijk van de strijd tussen landen. Wie niet oppast wordt daarin vermalen. Assange heeft hoog spel gespeeld en verloren. Dat kan hij alleen zichzelf verwijten.
De petitie ‘Vrijspraak voor Julian Assange’ slaat de plank mis door uit te gaan van de aanname dat Julian Assange een journalist is. Of hij een goede journalist was wat de petitie claimt is een aanname binnen een aanname. Van Assange kan aan de hand van de feiten gezegd worden dat hij tot 2013/2014 functioneerde als journalist, maar daarna niet meer.
Het is ondanks alle bovenstaande overwegingen toch begrijpelijk dat organisaties op het gebied van journalistiek en mensenrechten het opnemen voor Assange. Zeker tegen de achtergrond van boeman Trump die in 2019 het grotere kwaad was. Maar onbegrijpelijk is dat ze daarbij de draai die Assange in 2013/2014 gemaakt heeft niet noemen en zich uitsluitend richten op de eerdere periode. Ze eisen een zorgvuldige en schappelijk behandeling van Assange, maar onderbouwen hun eis zelf niet zorgvuldig en schappelijk. Daarmee beschadigen ze vooral hun eigen geloofwaardigheid en uiteindelijk ook Assange’s zaak door zo aantoonbaar eenzijdig te zijn en niet zijn negatieve kanten te noemen.
Aangenomen motie 21M81 ‘Verbreek stedenband met Wuhan (Volksrepubliek China)’ in gemeenteraad Arnhem, 21 juli 2021.
Een motie die op 11 november 2020 nog door DENK werd ingetrokken omdat er geen meerderheid voor was kreeg gisteren wel een meerderheid in de Arnhemse raad.
Vergeleken met toen was de motie op twee punten gewijzigd. In de tekst was toegevoegd: [We weten dat] ‘De 2de kamer op 25-02-2021 een motie heeft aangenomen waarin uitgesproken wordt dat in China genocide plaatsvindt en China strafkampen erop na houdt die bedoeld zijn om geboorte binnen een specifieke groep te voorkomen’. In de presentatie van de motie verwees de vertegenwoordiger van DENk uitdrukkelijk naar deze motie in de Tweede Kamer. Verder was de motie medeondertekend door de Partij voor de Dieren en de ChristenUnie.
De Gelderlander noemt in een bericht van 21 juli 2021 het besluit van de raad om de stedenband met Wuhan te verbreken ‘verrassend‘, Het zegt ook dat de raad hiermee inging tegen het voorstel van het college dat bestaat uit GL, D66, VVD en PvdA. De partijen die voor de motie stemmen waren Denk, GroenLinks, D66, SP, ChristenUnie, PVV en Partij voor de Dieren. Ze hebben een meerderheid van 23 van de 39 zetels. Van de coalitiepartijen stemden GL en D66 voor en PvdA en VVD tegen.
In oktober 2019 verscheen in opdracht van het college een door Buck Consultants International uitgevoerde evaluatie over de 20 jarige relatie van Arnhem met Wuhan. Het leest als een stuk uit een vorig tijdperk. Dat bureau adviseerde om de stedenband niet te verbreken omdat ‘De relatie biedt betrokkenen rechtstreeks inzicht in de werkwijze en uitdagingen binnen deze enorme groeimarkt, kansen voor nuttige contacten en zakelijke mogelijkheden, en Arnhem als stad een grotere uitstraling‘. Dat is een economische benadering die door de motie naar de prullenbak is verwezen. De paradox is dat Arnhem dat zich nu laat kennen als criticus van het Chinese mensenrechtenbeleid een uitstraling krijgt dat het anders nooit had gehad.
Deze motie staat niet op zichzelf en is er een teken van dat binnen de EU en het Westen in het algemeen (met name Australië, Zweden en de VS) de kritiek op China op de laagste en hoogste bestuurlijke niveau’s toeneemt. Europese landen laten zich steeds lastiger chanteren door de economische macht van China. Dat wordt aan twee kanten ook beter realiseerbaar door de ontknoping van de Chinese economie van de wereldeconomie die zowel door het leiderschap van de Communistische Partij China als westerse landen wordt nagestreefd. Dat maakt de dreiging van economische chantage door de Chinese communisten op termijn minder krachtig.
Het is de verdienste van DENK dat het dit in Arnhem in een motie heeft opgeschreven en het is een teken van veranderend denken over de relatie met China dat de motie door links, rechts, niet-coalitiepartijen en coalitiepartijen is aangenomen.
Welke gemeenten volgen? Als de lijst nog actueel is: Amsterdam heeft stedenbanden met Beiijng en Shenzhen, Delft met Jingdezhen, Emmen met Shangluo, Enschede met Dalian, Groningen met Tianjin en Xi’an, Maastricht met Chengdu, Oosterhout met Nantong, Tilburg met Changzhou en Weert met Hangzhou. Activisten en politieke partijen die de stedenband van hun eigen gemeente met een Chinese gemeente willen verbreken of ter discussie willen stellen kunnen uit de Arnhemse motie moed putten.
Schermafbeelding van deel artikel ‘Pro-Lifers Are Like Flat Earthers, Says Sponsor of EU Resolution Calling Abortion a ‘Fundamental Right‘ van 28 juni 2021 van Michael Foust voor Christian Headlines.
Mijn reactie bij het artikel ‘Pro-Lifers Are Like Flat Earthers, Says Sponsor of EU Resolution Calling Abortion a ‘Fundamental Right‘ van 28 juni 2021 van Michael Foust voor Christian Headlines. Ik heb er kritiek op en zet een Europese naast een Amerikaanse visie op het onderwerp: veilige toegang tot abortus voor vrouwen. Zie voor een Nederlandse vertaling bij reacties:
It is unclear why this article on European politics reflects the position of an American lobby group. It has only indirectly to do with the subject. Nor does it help that the author tries to put an American frame on this subject. That does not correspond to the European situation.
American politics is steeped in religion, but it’s different in Europe. There it is the exclusive territory of New Right and conservative Christians. Although in the US the importance of religion in society and politics is rapidly diminishing, partly due to the corruption of white church leaders with former President Trump. So in that respect, the EU and US are growing closer together.
The framing is normative that the resolution is ‘controversial’. Why is the word ‘fundamental’ put in quotes before the word ‘human right’? It is not enough for the writer to present the facts, but he tries to make the decision-making in the European Parliament suspicious. That is not very generous and understanding.
More interesting is what the article doesn’t say. Namely that safe access to abortion is a human right. That finds its reason in practical politics. Women’s rights are restricted in Poland and Malta. The resolution opposes that. The resolution is about safe access to abortion and not about ensuring its legalization. That is a possible next step.
Conservative members of the European Parliament also deny that access to abortion is a human or women’s right. They believe it is a legal right. What makes their position untenable, however, is that they accuse the drafter of the resolution of ideologizing a human right, but by withholding their support they do exactly that. Namely, the ideologizing of a women’s right.
The resolution should be understood not so much as a progressive offensive, but rather as an attempt to roll back the most restrictive measures introduced in some EU member states during the COVID-19 pandemic. In other words, the resolution goes back to the pre-COVID-19 status quo.
Nor does the article mention the negative influence of religion and conscience (the so-called “conscience clause,” for doctors to refuse help to women) on the position of women who want to have abortions. Abstaining from abortion can endanger women’s rights and lives.
The private opinion of the socialist MEP from Croatia Predrag Fred Matić, who makes a comparison between pro-life activists and flat earthers, does not belong in an overview, much less in the headline. Matić wrote the resolution. This is tendentious and unnecessarily tries to sharpen a serious debate about abortion and women’s rights.
Schermafbeelding van deel artikel ‘’t Is de hypocrisie, stupid!’ van Steven Van Hecke in De Tijd, 25 juni 2021.
Prachtig commentaar van Steven Van Hecke op de Vlaamse zakensite De Tijd over de hypocrisie van premier Orbán, degenen die hem subsidies geven, de Europese Commissie, de sportwereld en de critici die ontkennen dat sport en politiek nauw verbonden zijn. Iedereen heeft boter op het hoofd. Aanleiding zijn de anti-homowetten in Hongarije. Maar hij mist een ander soort hypocrisie.
Denk eens aan de aanleg van de Russische gaspijplijn Nord Stream II en de samenwerking met China waar de EU zich niet tegen verzet of zelfs maar een beleid voor ontwikkelt om de EU minder afhankelijk te maken. Dat beleid is er deels wel, maar wordt door de regeringsleiders niet nagevolgd. Dat maakt de EU afhankelijker dan nodig is van beide autoritaire staten.
In beide landen worden de mensenrechten in veel grotere mate geschonden dan in Hongarije. Uiteraard is dat land lid van de EU en zou daarom de Europese waarden hoog moeten houden, maar vooral China vertrapt in Hong Kong, Tibet en Xinjiang op industriële schaal de mensenrechten dan premier Orbán in Hongarije zich maar wensen zou.
Het fel reageren op Hongarije en niet op China is de echte hypocrisie van de Europese regeringsleiders. Ze geven de indruk dat ze alleen reageren als het economisch weinig pijn doet en weinig kost. Handel en winsten bepalen op voorhand de uitkomst van het protest, niet de mate van schending van de mensenrechten.
Uiteraard is premier Orbán een opportunistische boef die niets in de EU te zoeken heeft, maar de Chinese en Russische leiders zijn veel grotere criminelen die hun bevolking onderdrukken en er mee wegkomen vanwege hun machtspositie.
En met die landen hebben de EU-lidstaten hechte economische banden. Het protest tegen Orbán is gerechtvaardigd, maar ook potsierlijk omdat toch het idee bestaat dat hij als kleine kruimeldief ferm wordt aangepakt, terwijl de grote criminelen China en de Russische Federatie buiten schot blijven. Als olifanten in de kamer.
Zo wordt premier Orbán het symbool van een actie van daadkracht zodat het grote onrecht van de belangrijke handelspartners China en de Russische Federatie ongestraft kan blijven. Dat is de echte hypocrisie van de regeringsleiders van de EU.
Het tentoonstellen van ‘inboorlingen’ heeft een lange traditie. Het begon al in het oude Egypte. Vooral in de tweede helft van de 19de eeuw waren de menselijke dierentuinen erg populair en moesten ze dienen als legitimatie van het kolonialisme. Nog op de Expo van 1958 in Brussel was een Congolees dorp ingericht. Maar de tijden waren veranderd: ‘Na een incident met blanke kinderen die bananen gooiden naar hun zwarte leeftijdsgenoten hielden de Congolezen de menselijke zoo voor bekeken’.
Onderzoekers merken daar het in het interessante artikel ‘In the Days of Human Zoos’ (2016) over op: ‘De antropo-zoölogische tentoonstellingen waren de belangrijkste vector in de overgang van wetenschappelijk racisme naar wijdverbreid koloniaal racisme. Voor de bezoekers was de aanblik van deze populaties achter tralies – echt of symbolisch – voldoende om de hiërarchie te verduidelijken: het was duidelijk waar de macht en kennis zouden liggen.’
Het is moeilijk om ons voor te stellen hoe er 150 jaar geleden gedacht werd. Landen waren nog geen eenheid zoals ze tegenwoordig zijn. Hoe bevolkingsgroepen momenteel ook politiek van elkaar verschillen, vroeger waren landen cultureel en geografisch minder eenvormig dan nu.
Neerkijken op de ander om er zelf sterker van te worden is iets van alle tijden en alle landen. Het bestaat nog steeds, maar alleen niet in de vorm van menselijke dierentuinen. Denk aan de slavernij van de Oeigoeren in China of dwangarbeiders uit Noord-Korea, India, Pakistan, Nepal, Bangladesh en Sri Lanka die buiten hun grenzen worden tewerkgesteld. Denk aan de meer dan 6.500 arbeiders die in Qatar zijn overleden bij de bouw van voetbalstadions. In de Tweede Wereldoorlog lieten de nazi’s dwangarbeiders zich doodwerken.
Het kan nog erger. De Ottomanen probeerden in 1915 de Armeniërs uit te roeien, de Duitsers in het begin van de 20ste eeuw twee volkeren in wat tegenwoordig Namibië heet en de nazi’s in de Tweede Wereldoorlog de Joden, Roma en Sinti.
Wat is erger? De ‘inboorling’ als visitekaartje van het kolonialisme, de moderne slavernij van de rechteloze migrantenwerkers of de sluimerende genocide op de Oeigoeren? Iedere tijd heeft een specifieke verschijningsvorm van het onrecht.