Macron belooft extremistische islam te bestrijden met hard optreden tegen buitenlandse invloeden. Einde aan de naïviteit?

Het is het probleem van een godsdienst die vele verschijningsvormen kent. Van verzoenend tot radicaal en ondermijnend. Hoe daarin te onderscheiden? Valt het karakter, het wezen van zo’n godsdienst daar nog uit af te leiden? In landen met een functionerende rechtsstaat beroepen godsdiensten als de islam zich op de vrijheid van godsdienst en subsidies waar ze recht op hebben, maar tegelijk kunnen de ondermijnende verschijningsvormen ervan tegen de democratische rechtsstaat in blijven handelen. Dat is geen houdbare situatie. Een democratie moet weerbaar zijn en de krachten die de democratie ondermijnen de pas afsnijden.

De vrijheid van godsdienst kan daar geen excuus voor zijn. Complicatie is dat gevestigde godsdiensten als het christendom dat islamitische extremisme niet ondubbelzinnig veroordelen omdat ze bevreesd zijn dat ze in een seculariserende samenleving de volgende domineesteen zijn die omvalt. Dat is uiteraard een misvatting omdat het bestaan van religies en levensovertuigingen die binnen de wet blijven gegarandeerd is en op geen enkele manier gevaar loopt. Het zijn de Jihadisten van ISIS, de extremistische Saoedisch ideologen van het Wahabisme en het Salafisme die verdreven moeten worden. Men zou bijna zuchtend zeggen, ‘eindelijk’.

Ze hebben niks te zoeken in een westerse rechtsstaat omdat ze de werking ervan niet erkennen. President Macron meent dat de islam in crisis is. Dat lijkt een terecht verwijt. Maar men kan evengoed beweren dat de westerse democratieën die vanwege koudwatervrees én de macht van landen als Saoedi-Arabië in decennia geen antwoord hebben weten te formuleren op het islamitische extremisme in crisis zijn. Het is de hoogste tijd dat Europa durf en ambitie toont om voor zichzelf op te komen en de extremisten de deur te wijzen.

Het is een cliché, maar de crisis van de westerse democratie biedt kansen. Hoe dan ook via herschikking van de politieke macht

Tegenstanders van de westerse alliantie beleven gouden tijden. In Frankrijk zorgen de protesten van de Gele hesjes voor instabiliteit en ondermijning van de positie van president Macron. Het Kremlin zou de protesten actief voeden via (sociale) media, aldus het Duitse t-online. De conservatieve commentator en anti-Trumpiaan Max Boot weet zeker dat het Kremlin deze protesten voedt. In het Verenigd Koninkrijk koerst premier May af op een nederlaag in het Lagerhuis in een stemming op 11 december over de Brexit. Wat de uitkomst ook is, de instabiliteit is immens in Westminster. De Britten zijn vooral met zichzelf bezig. Het is zelfs niet uitgesloten dat de radicaal-linkse, anti-Navo en anti-EU leider van Labour Jeremy Corbyn in 2019 May’s opvolger wordt. In de VS zijn er de onderzoeken naar de geheime samenwerking of zelfs samenzwering van president Trump en de rechtszaken tegen oud-medewerkers van hem (Manafort, Flynn, Cohen) door speciale aanklager Robert Mueller, lokale aanklagers (Southern District of New York) en grand jury’s. Trumps positie is kwetsbaar en een afzettingsprocedure in het Huis van Afgevaardigden komt naderbij omdat hij van misdaden wordt beschuldigd en daarop of juridisch of politiek geantwoord moet worden. Een patstelling en een constitutionele crisis dreigt waarbij Trump van geen wijken wil weten, maar hij evenmin nog krachtig en gecoördineerd kan handelen.

Of het aan het meesterschap van kanselier Angela Merkel te danken is dat Duitsland tot nu toe de dans ontspringt van de maatschappelijke onrust en het opdringen van linkse en rechtse populisten is de vraag. Duitsland is een tamelijk decentraal geleid land waar de regio’s veel autonomie hebben. Maar waar in het Verenigd Koninkrijk dezelfde autonomie van Schotland, Wales of Noord-Ierland zich tegen de centrale macht keert, lijkt dat in Duitsland (nog) niet het geval. Daarnaast gaat het in Duitsland economisch goed en is de welvaart evenwichtiger verdeeld dan in Frankrijk, het Verenigd Koninkrijk of de VS waar meer echte armoede onder de bevolking heerst. Nederland gaat het als Duitse ‘buitenprovincie’ vergelijkbaar goed als Duitsland.

Dat buitenlandse agitatoren kunnen inbreken in westerse samenlevingen is een teken aan de wand. Het middel daartoe is propaganda van buitenlandse media die in het Westen sociale media als Facebook en Twitter gebruiken om hun desinformatie te verspreiden. Nog steeds zijn deze Amerikaanse techbedrijven niet bereid om hun journalistieke verantwoordelijkheid te nemen en vol in te zetten op het blokkeren van nepnieuws. Maar het is de voedingsbodem voor de desinformatie die het verschil maakt, niet het middel daartoe.

Het wordt al jaren als waarschuwing én voorspelling van de daken geschreeuwd dat het een wonder is waarom de bevolkingen van westerse landen zo apathisch blijven onder de verslechtering van hun positie. Sinds de jaren ’80 zijn de voorzieningen van de verzorgingsstaat afgebouwd, is de gelijkheid én het aandeel van de vergoeding voor arbeid in de samenleving afgenomen, en hebben grensoverschrijdende financiële instellingen en multinationals succesvol de macht gegrepen door de politiek op te kopen en zich door belastingontwijking en afspraken over belastingbetaling te verrijken en zich door die vinger in de pap boven de orde te plaatsen.

Wat in Frankrijk gebeurt hoeft geen verloren crisis te zijn als die tot iets goeds leidt. Met een nieuw Deltaplan en herschikking van de politieke macht. Het kan landen wakker schudden dat ze zich moeten versterken tegen de binnen- en buitenlandse vijanden die erop uit zijn om de EU te ondermijnen. Maar streven naar autonomie, zelfbewustzijn en in het eigen algemeen belang handelen zijn niet altijd de randvoorwaarden van de EU. Dat maakt de afhankelijkheid van Russisch gas (Gazprom) via de aanleg van gaspijplijn Nord Stream II duidelijk die in tegenspraak is met het Third Energy Package van de EU. Deze tegenstrijdigheid is giftig omdat het bedrijven die de Europese politiek hebben gekaapt zijn die het energiebeleid bepalen. Dat is in een echte democratie onaanvaardbaar. Het is ook de vraag of de EU niet al door zowel binnenlandse verdeeldheid en dissidenten (Hongarije, Polen, Italië) of afhankelijkheid van multinationals en banken te ver is afgegleden om nog te redden in haar huidige vorm. Hoe dan ook kan het besef van urgentie dat westerse landen zelfstandig en hard moeten vechten voor het behoud van de eigen democratie krachten mobiliseren die nu nog slapen.

Foto 1: ‘Les investigations portent sur les conditions dans lesquelles certains comptes ont été créés ainsi que sur l’activité suspecte de sites. LP/Yann Foreix’ (‘De onderzoeken betreffen de voorwaarden waaronder bepaalde accounts zijn aangemaakt en de verdachte activiteit van sites’). Artikel ‘Gilets jaunes : enquête sur une possible ingérence étrangère’ (‘Gele hesjes: onderzoek naar mogelijke buitenlandse inmenging’) in Le Parisien, 8 december 2018. 

Foto 2: ‘Gilets jaunes’ met Russische vlag van de DNR op de Parijse Champs-Élysées in Fdesouche, 8 december 2018.

 

Amerikaanse ambassadeur in Duitsland Richard Grenell onder vuur voor politieke uitspraken die Trump willen behagen

Het gaat niet goed met de EU. Het staat van alle kanten onder druk. Er tekent zich een driestromenland af met 1) de liberale democratie als model zoals in de EU, 2) de illiberale democratie in Hongarije en Polen die zich aan de regels van EU en eigen grondwet onttrekt en 3) het ondemocratisch liberalisme van verschijnselen waar bevolking en politiek nauwelijks grip op hebben: vrijhandelsverdragen, gerechtshoven, multinationals en supranationale organen zoals de EU. Het samenwerkingsverband van liberale democratieën kan gekenmerkt worden als ondemocratisch. Een boekbespreking van het werk van Yascha Mounk in NRC vult de details in.

In de VS is het president Trump die niet alleen met zijn opvatting van de illiberale democratie de Amerikaanse rechtsstaat schendt, maar ook Europa onder druk zet. Een EU die haar eigen militaire verdediging niet op orde heeft en daarom door de VS makkelijk gechanteerd kan worden. Wat niet helpt is dat de EU-lidstaten met Duitsland voorop weinig haast maken met het verhogen van hun defensiebudgetten. Zelfs een kosmetische poging om de VS tevreden te stellen ontbreekt. Dit getuigt van lichtzinnigheid en totaal gebrek aan urgentie.

Daar bovenop is er nu sinds een maand een stoorzender bijgekomen, namelijk de nieuwe Amerikaanse ambassadeur in Duitsland Richard Grenell. Bij links in de VS had hij vanwege de identiteitspolitiek eerst enig krediet omdat hij homoseksueel is. In een interview voor het alt-right nieuwsmedium Breitbart/London toonde Grenell grote opwinding over de golf van conservatisme in Europa, zeggend dat hij leiders van de beweging wil ‘bekrachtigen’. Dit is om twee redenen ongekend. Ten eerste heeft een ambassadeur zich niet te mengen in de interne politiek van een land of de supranationale EU en ten tweede heeft hij het over conservatieven terwijl Trump noch Grenell conservatieven, maar populistische nationalisten zijn. Grenell is een anti-politicus die het tegen de liberale democratie en het ondemocratische liberalisme zegt op te nemen, maar intussen de greep van de politiek op de samenleving niet wil repareren, maar verder wil verzwakken. Dat heeft niets met conservatisme te maken dat niet tornt aan de rechtsstaat en de liberale democratie in de kern steunt. Grenell is de elitaire anti-elitist die het leed van de EU versterkt en de EU hopelijk tot een reactie noopt. Mijn reactie:

Foto: Schermafbeelding van tweet als antwoord op Richard Grenell, 4 juni 2018

Overheid moet speciale aanklager benoemen om handelaren in nepnieuws aan te pakken. Dat kan via het economisch delict

De Groene geeft door onderzoek en analyse in een artikel een goed beeld van de Nederlandse en buitenlandse handelaren in nepnieuws. In het open Nederland kunnen buitenlanders in nepnieuws handelen, terwijl ze dat in eigen land nooit zouden mogen. Door veiligheidsdiensten zouden ze per direct opgepakt worden en achter de tralies verdwijnen. Maar Nederland kan niet naïef zijn en ongenode gasten hier de Nederlandse democratie laten ondermijnen omdat in Nederland nu eenmaal mag wat in autoritaire landen niet mag. Maatregelen zijn nodig. Het artikel in De Groene maakt inzichtelijk in welke richting dat gezocht moet worden: het economisch delict. Het tonen van die weg is de verdienste van de journalisten Linda van der Pol en Coen van de Ven.

Het is een ongelijke strijd. De open samenleving die Nederland is biedt Russen de mogelijkheid om hier als vrij handelende individuen te opereren wat in de gesloten Russische Federatie onmogelijk is. Terwijl het handelen van de leiders in het Kremlin nog begrepen kan worden vanuit hun traditie, ambigue relatie tot het Westen en Sovjet-mentaliteit die blijkbaar in de genen is gaan zitten, past Nederlanders die hierop meeliften geen enkel begrip. Het zijn landverraders die juridisch als zodanig aangepakt dienen te worden.

Het gaat er niet om om de vrijheid van meningsuiting in Nederland in te perken. Dat is een doodlopende weg die haaks staat op de mentaliteit van openheid, overleg, nuchterheid en publiek debat die zo bij Nederland past. De meningsuiting moet blijven zoals die is en niet door restrictieve overheidsmaatregelen ingeperkt worden. Het gaat erom om de meningsuiting te beschermen tegen de valse speculanten in meningsuiting.

Speculanten die investeren in nepnieuws zijn in de kern economische profiteurs die daarom ook zo opgevat en aangepakt moeten worden. Investeerders in nepnieuws zijn de nieuwe bunkerbouwers, de nieuwe OW’ers (oorlogswinstmakers). Over de rug van het algemeen belang halen ze zonder verantwoordelijkheidsbesef hun economische winst binnen. Handelaren in nepnieuws die met of zonder een verguld omhulsel van ideologie de handel als nepnieuws als een investering beschouwen moeten hard in hun portemonnee geraakt worden.

Handel in nepnieuws is een economisch delict en moet via de weg van de investering, de winst (‘Pluk ze’) en de wetten die hiervoor gelden strafrechtelijk worden aangepakt. Te denken valt aan de Telecommunicatiewet of de Wet financiële betrekkingen buitenland 1994 die handvaten bieden om Nederlandse en buitenlandse investeerders in nepnieuws in Nederland aan te pakken. Door onderzoek moet de overheid deze Nederlandse en buitenlandse actoren die in Nederland handelen in nepnieuws in kaart brengen, er het gepaste wetsartikel uit het repertoire van economische delicten bij zoeken en vervolgens tot vervolging overgaan. Te denken valt aan een speciale aanklager met voldoende bevoegdheden die op het raakvlak van de beleidsterrein van de ministeries van Economische Zaken, Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Justitie en Veiligheid, Binnenlandse Zaken en Buitenlandse Zaken opereert. Hiermee kan minister Ollongren tegelijk haar huidige machteloosheid van zich afschudden en wordt de vervolging op afstand van het kabinet gezet. Politiek wel zo gewenst.

Foto 1: Schermafbeelding van deel artikelHollands nepnieuws; Russische desinformatie of online kattenkwaad?’ in De Groene, 21 februari 2018.

Foto 2: Reactie op tweet van Erik de Vlieger, 21 februari 2018.

Mustafa Akyol vraagt zich af of islam verenigbaar met vrijheid is

De Turkse schrijver Mustafa Akyol is een begenadigd verteller. Ook in het Engels. Hij leeft momenteel in de VS en is een vertegenwoordiger van een liberale versie van de islam. Dat omvat vrijheid van meningsuiting en de vrije keuze om een religie of levensovertuiging te kiezen. Dus ook om in vrijheid de islam de rug toe te keren en het ontbreken van dwang van samenleving of overheid om dat te blokkeren. Denkers als Akyol hebben het moeilijk in de islamwereld waar de scherpslijpers steeds meer terrein winnen. In Turkije, maar ook in Maleisië waar Akyol vorige maand werd gearresteerd omdat hij een interpretatie van de islam gaf die niet goedgekeurd zou zijn door de Maleisische autoriteit voor religieuze zaken, volgens een verslag van The Economist. Na bemiddeling van de Turkse oud-president Gül kwam hij vrij. Denkers als Akyol zijn het sprankje hoop aan de horizon dat het ooit goedkomt met de islam. Een mager zonnetje in een duistere islamwereld vol intolerantie.

Een verslag van het Piet Zwart Instituut met misverstanden: ‘Vrije kunst en het niet bestaande normaal van Mark Rutte…’

 

Update 27 juni 2018: Een bericht in Trouw stelt dat Museum Boijmans van racisme wordt beschuldigd door mw. Gloria Holwerda van de actiegroep International Anti Racism Group (INARG). Bij monde van directeur Sjarel Ex ontkent het museum deze aantijging. Het gaat om een werk met wit en zwart geschminkte gezichten. Dat laatste vindt mw. Holwerda ontoelaatbaar. ‘Het is racistisch, punt uit’, zegt mw. Holwerda. Dat is niet alleen geen sterk argument, maar geeft ook aan dat mw. Holwerda niet in debat wil gaan met een museum dat er anders over denkt. Het kan niet zomaar censuur toepassen op een werk dat door kunstenaars is gemaakt en waarover contracten zijn gesloten. De starre houding van mw. Holwerda roept de vraag op waarom ze het niet verkiest haar mening tegenover die van het museum te zetten, maar eist dat het museum haar eisen volgt. Het is een standpunt dat vaker bij geradicaliseerde groepen opduikt. 

Allerlei begrippen duikelen in een verslag van het Piet Zwart Instituut in Rotterdam over elkaar heen en worden vermengd. Het betreft het tijdens een symposium gepresenteerde project ‘The Art of Looking’. Maar onderdrukking is nog geen racisme, evenmin als culturele hegemonie onderdrukking is. Dat is jammer want het onderwerp van de suprematie van de leidende culturele groep binnen een samenleving en de doorwerking daarvan in de kunstsector is belangwekkend genoeg om het op academies hoog op de agenda te zetten. Dan echter wel met fijnzinnigheid en zonder makkelijke oordelen. Liever vanuit de bewustwording van studenten, dan vanuit een politieke strijd die vanuit Amerikaanse universiteiten naar Nederland wordt geëxporteerd om aan de Noordzee dunnetjes over te worden gedaan. Ter rechtvaardiging kan opgemerkt worden dat een academie geen universiteit met wetenschappelijke pretentie is. Dat is de valkuil om gemakzuchtig in te vallen.

De kwestie Dana Schutz en de Whitney Biennial is er een duidelijk voorbeeld hoe politieke correctheid de Amerikaanse kunstwereld in haar greep kan krijgen. Daar kunnen Nederlandse kunstacademies beter niet in meegaan, hoewel het risico bestaat dat dat onder leiding van buitenlandse (gast)docenten met een niet perfect beeld van de Nederlandse samenleving toch gebeurt. Nederland is echter geen VS, en het verschil in positie van Amerikaanse etnische minderheden is onvergelijkbaar met die van Nederlandse etnische minderheden.

Het verslag verwijst naar premier Mark Rutte en zijn brief over hufterigheid van 22 januari 2017 die stelt dat gewone Nederlanders geen racisten zijn. Erin zei hij: ‘We voelen een groeiend ongemak wanneer mensen onze vrijheid misbruiken om hier de boel te verstieren, terwijl ze juist naar ons land zijn gekomen voor die vrijheid. Mensen die zich niet willen aanpassen, afgeven op onze gewoontes en onze waarden afwijzen. Die homo’s lastigvallen, vrouwen in korte rokjes uitjouwen of gewone Nederlanders uitmaken voor racisten. Ik begrijp heel goed dat mensen denken: als je ons land zo fundamenteel afwijst, heb ik liever dat je weggaat.’ De brief kreeg kritiek, ook op dit blog, maar erin zegt Rutte niet dat gewone Nederlanders geen racisten kunnen zijn. Hij wijst de beschuldiging van de hand dat ze racisten genoemd worden omdat ze voor zichzelf opkomen.

Het verslag eindigt als volgt: ‘Wie is normaal? Mensen zijn verschillend, er bestaat geen normaal. Ook niet in art making.’ Het is te makkelijk om te zeggen dat er in de politiek geen normaal bestaat. Want het gaat niet over psychologisering van individuen, maar over individuen die met elkaar de samenleving vormen en politiek bedrijven. Het jaar van de Brexit, de verkiezing van Trump, beschuldigingen van de Turkse president Erdogan aan Europa, en de Russische inmenging in verkiezingen in de VS en Europa heeft de ‘normale’ politiek behoorlijk door elkaar geschud. Dat speelt zich niet af op het niveau van verschil in beleid tussen politieke partijen, maar op een filosofisch niveau dat waarheid, objectieve journalistiek en feiten ter discussie stelt.

Het normaal is in de opvatting van Rutte en andere westerse politici niet het verkiezen van liberalisme boven conservatisme, socialisme of andere politieke stromingen, maar de keuze voor de zogenaamde liberale democratie waarin politieke partijen hun machtsstrijd uitvechten zonder dat het politieke systeem zelf ter discussie wordt gesteld. Omdat Rutte dit in de gewraakte brief halfslachtig toelichtte wachtte hem de terechte kritiek dat hij te weinig afstand nam van het populisme. Rutte’s fout was niet dat hij namens de VVD een verkeerd standpunt innam, maar vanuit opportunisme niet voldoende afgrensde wat hij principieel afwees.

Foto: Deel van verslag ‘Vrije kunst en het niet bestaande normaal van Mark Rutte…’ van Jos van Nierop, 30 maart 2017.

Het spook van het xenofobe populisme waart door Europa

andrei-rublev-1966-006-mongol-torch-00n-0hs

Een spook waart door Europa. Het spook van het xenofobe populisme. Zo zou het manifest van de anti-liberale democratie kunnen beginnen, zoals het Communistisch Manifest uit 1848 van Friedrich Engels en Karl Marx begon. Strijden tegen een schim is lastig. Want per definitie bestaat een fantoom, een droombeeld, een hersenschim niet. Het is illusie en betovering tegelijk. Spoken kunnen alleen bestreden worden met spoken.

Analyses over het xenofobe populisme leggen de opkomst van de oorzaak ervan in een samenleving die is doorgeschoten in abstracties. Wat wil zeggen een onstoffelijke laag in de samenleving die onzichtbaar tussen de mensen en de samenleving is geschoven. Waardoor ze van hun eigen omgeving vervreemd zijn. Dat is de theoretisering van de globalisering, de economisering van de politiek, het neoliberalisme of de rationalisering.

Het xenofobe populisme is nationalistisch van aard en gaat voor etnische eenheid, claimt van bovenaf namens ‘het volk’ te spreken en zich tegen ‘de elite’ te verzetten. Het wil de representatieve democratie vervangen door volkssoevereiniteit en zich als woordvoerder van dat volk opwerpen. Het xenofobe populisme ondermijnt het idee van streven naar waarheid en universalisme die voor allen als overkoepelende,  voorspellende waarde geldt en vervangt dat door een idee van context dat de waarheid op voorhand probeert te construeren.

Jan Terlouws toespraak voor DWDD geeft aan hoe wereldvreemd oplossingen kunnen zijn : ‘Ik zeg tegen alle politici in Nederland en in het buitenland: mensen wees integer, wees onkreukbaar en vooral draag uit dat je er bent om het publieke belang te dienen.’ Was het maar zo simpel. Probleem is dat de meeste politici niet onkreukbaar kunnen zijn omdat ze bezit zijn van belangengroepen. Of gevangen zitten in partijpolitiek. Zo cynisch is het. Terlouw is overigens minder naïef in zijn analyse dan in zijn hoop voor de toekomst als hij perfect de spanning tussen theorie en praktijk beschrijft met een verwijzing naar Hillary Clinton: ‘Die heult met Wall Street en vertelt het ons niet. Ik vertrouw de politiek niet.’ Zij kon zich niet aan haar eigen schaduw onttrekken, zoals Donald Trump dat evenmin kan. Beide kandidaten zijn bezit van big money. Doorgaans kunnen politici niet integer en onkreukbaar zijn en het publieke belang dienen omdat ze bezit van specifieke belangen zijn. Zoals multinationals, grote buitenlandse mogendheden of banken die de politici chanteren.

Wat is het andere spook dat het spook van het xenofobe populisme kan bestrijden? Hoe moet dat opgetuigd worden om de liberale democratie zoals we die kennen te behouden, en te hervormen? Waar is het personeel ervoor als traditionele beroepspolitici niet vrij genoeg meer zijn om te handelen in het algemeen belang? Hoe kan dat spook zowel de onzichtbare laag tussen mensen en samenleving opruimen en ze hun eigen omgeving teruggeven als het spook van het xenofobe populisme verslaan dat mensen uit eigenbelang schijnoplossingen voorhoudt? Het is een zoektocht naar vaardige en integere politici die geen bezit zijn van multinational, bank, denktank, vakbond, werkgeversorganisatie, vreemd land of eigen partij. Het is een veeleisende speurtocht.

Gevestigde partijen hebben de dreiging van het xenofobe populisme nog steeds onvoldoende begrepen. Ze zien de ernst van de situatie niet of zijn niet in staat om over te schakelen naar een noodscenario. In de PvdA verzetten Samsom en Asscher in een potsierlijke leiderschapsverkiezing de stoelen op het dek van de Titanic.

Bijkomend voordeel is dat het Nederlandse xenofobe populisme met PVV, VNL, FvD en GeenPeil vier partijen heeft die zich namens hetzelfde volk opwerpen. Dat is ongeloofwaardig omdat Nederland geen vier volkeren heeft. Partijen moeten verjongen, maar met behoud van ervaring twintigers en dertigers in de bovenste helft van hun kieslijst zetten. Ze moeten een combinatie van politieke partij en burgerbeweging worden. Vanwege de ongebondenheid heeft progressief Nederland een bijzondere rol om over partijgrenzen en -belangen heen een visioen voor de toekomst te ontwikkelen dat het spook van het xenofobe populisme doet verdwijnen. Het kan, maar hoe het moet worden aangepakt is nog niet uitgewerkt. De overtuiging is bouwstof voor spoken.

Foto: Andrei Roeblev (1966) van Andrei Tarkovsky.

Logisch is dat de EU kiest voor federalisme. Maar het zit er nu niet in

1324502956_hamburg-amerika-line

Het is hier vaker gezegd. Secularisten dachten zo’n 25 jaar geleden dat de politieke macht van religie voorgoed was teruggedrongen tot achter de achterdeur. Dat zeiden ze niet genoegzaam, maar vanuit hun idee van emancipatie dat ze uit de loop der gebeurtenissen afleidden. Francis Fukuyama meende in zijn boek The End of history and the Last Man (1992) dat na het einde van de Koude Oorlog en de val van het ijzeren gordijn de strijd tussen ideologieën voorbij was en de Westerse liberale democratie het pleit gewonnen had.

Maar er kwam geen eind aan de geschiedenis of de machtsvorming van religie. In West-Europa verbijten vele leden van de zwijgende meerderheid  zich over machten die als opdringend en exotisch worden gezien. En hier niet thuis zouden horen. Zoals de islam of het autocratische bewind van Putin of Erdogan dat afstand neemt van Europa maar tegelijkertijd niets anders doet dan zich volop met Europa bemoeien. En dan zijn er de rechts-populisten die terug naar de natiestaat willen en de nationale regeringen die niet voluit durven kiezen voor een Verenigd Europa. Het is vaak geconstateerd, Europa is verdeeld en verkeert in crisis.

De klok terugdraaien kan alleen ten koste van grote offers. De Britse Brexit toont aan dat wat verknoopt is niet zomaar ontstrengeld kan worden. Dat is een proces van jaren dat Europa nog verder afleidt van de aanpak van de hoofdzaak. Terwijl in de tussentijd Nederland steeds weer opgezadeld wordt met incidenten. Nu is er weer het gekissebis tussen de ene groep Turkse islamistische conservatief-nationalisten (Erdogan) met de andere groep Turkse islamitische conservatief-nationalisten (Gülen). Dat hindert en ontstemt Nederland nog verder. Deze met elkaar vechtende groepen het land uitknikkeren kan praktisch en rechtsstatelijk niet.

Het is verleidelijk om te denken aan een nationaal kabinet dat vanuit het algemeen belang overeenstemming vindt om Nederland op orde te brengen. En zo het landsbelang optimaal behartigt. Maar dat is onwerkbaar omdat Nederland allang niet meer het laatste woord over Nederland heeft en politieke partijen niet autonoom opereren en gestuurd worden door de marktwerking, de economie of supranationale organisatios. In Brussel, New York of Londen wordt beslist over de bandbreedte waarbinnen landen kunnen opereren. De logische stap is om de landen van de EU op een lijn te brengen, verantwoordelijkheid terug te laten pakken en zo een sterk bastion te maken tegenover andere machtsblokken. De EU onderschat zichzelf. Als het wil is het  economisch en militair machtiger dan respectievelijk de VS en de Russische Federatie. Maar De EU laat zich verdelen tussen centrum (Brussel) en de nationale staten die in een voortdurende competentiestrijd gewikkeld zijn.

Zo modderen we in de EU voort. Onderscheid tussen eigenheid en verandering die volgt uit de loop van de geschiedenis wordt niet meer gemaakt. Europa kwijnt weg in nostalgie naar een tijdperk toen het almachtig was en weet geen stip op de horizon van de toekomst te zetten. Geschiedenis is niet voorbij, maar ontwikkelt zich verder. Vanuit de Zuid- en Oostgrens van de EU dringen exoten zich op, zo vat een meerderheid aan Europeanen dat op. Ook nog eens aangejaagd door een foute interpretatie van het Vluchtelingenverdrag door nationale regeringen en vluchtelingenorganisaties. Binnen de EU doen velen vuile zaak met de vijand. Of dat nu de Russische militaire ketelmuziek, het opdringend Amerikaanse cultureel imperialisme of de Chinese stille kracht is. Federalisme is de vloek die de EU kan redden. Maar niemand durft dat nog volmondig te opperen.

Foto: Oost-Europese landverhuizers naar de VS, begin 20ste eeuw.

Paul Cliteur ziet secularisering als beste antwoord op problemen van het Midden-Oosten

IMG-RPJ-54459

‘Obama, Cameron, Ban Ki-moon, al deze leiders zeggen dat dit conflict niet om godsdienst gaat. Daar gaat het juist wel om. Onze samenleving is dusdanig geseculariseerd dat we niet snappen dat mensen bereid zijn te sterven voor hun geloof. In de zestiende en zeventiende eeuw, toen Europa werd verscheurd door godsdiensttwisten, begrepen ze dat wel. Als onze leiders dit probleem niet op een andere manier gaan aanpakken, wordt ook de 21ste eeuw een tijdperk van godsdienstoorlogen.’ Aldus de oud-voorzitter van het Humanistisch Verbond en hoogleraar Encyclopedie van de Rechtswetenschap Paul Cliteur in een interview in De Volkskrant. Hij verwijst in dit citaat naar de strijd in Syrië tussen IS en het regime van Assad.

Cliteur heeft gelijk. Er bestaat onder Westerse politici en zogenaamde ‘gematigde‘ moslims de neiging om de uitwassen van de islam af te doen als niet behorend tot de islam. Dat is een rampzalige strategie die het vinden van een oplossing uit de weg gaat. Want als iets eruitziet als islamitisch, islamitisch praat en zich op de koran beroept, dan is het islamitisch. De ontkenning tegen beter weten in heeft te maken met de opkomst van extreem-rechts en met het misverstand dat alle middelen lonen om de lieve vrede te bewaren. Bij Obama speelt mee dat Republikeinse hardliners vanaf 2007 roepen dat hij in het geheim moslim zou zijn. De intellectuele en aarzelende president neemt daarvan afstand door de islam in bescherming te nemen.

Cliteur vindt dat we secularisering en atheïsme moeten omarmen. Want ook het Westen is hypocriet door handelsbelangen voor te laten gaan: ‘In landen als Saoedi-Arabië heb je ook lieden rondlopen als Raif Badawi, de blogger die omwille van zijn kritiek op het regime gegeseld werd. Als je naar zijn idealen kijkt, is het gewoon liberalisme wat hij aanhangt. Het Westen had hem kunnen steunen en druk op de Saoedi’s kunnen leggen om hem toleranter te bejegenen. Dat is niet gedaan, omdat ons zakenleven daar te veel belangen heeft.’ Zo kunnen de Saoedies straffeloos hun jihad blijven exporteren naar Europa met de bekende ontregelende gevolgen. Omdat de EU en de VS om zakenbelangen en geopolitieke redenen geen grenzen stellen, ontstaat er geen druk op dit soort landen om zich in de richting van de rechtsstaat te ontwikkelen.

In navolging van oud-ambassadeur Koos van Dam pleit Cliteur ervoor om te praten met het regime van Assad. Het regime heeft weliswaar bloed aan de handen en meer slachtoffers gemaakt dan de islamitische terroristen van IS, maar tegelijk zijn er wel afspraken mee te maken binnen het verkeer van de diplomatie waar deze terroristen zich aan onttrekken. D66-politica Petra Stienen wijst in een opinie-artikel in NRC praten met Assad echter af en stelt dat er zoveel kapot is gemaakt dat het stadium voorbij is dat hij kan worden gerehabiliteerd. Met anderen beredeneert ze dat niet vanuit moralisme, maar vanuit ‘een pragmatische inschatting van het gebrek aan bereidwilligheid van Assad het welzijn van de Syrische bevolking voorop te zetten.

Zo kondigt zich een patstelling aan. Assads regime heeft te veel kapot gemaakt om nog door grote delen van de bevolking geaccepteerd te kunnen worden, maar biedt wel de beste kansen voor toekomstige stabilisering. Of een compromis mogelijk is door uit te gaan van de structuur van het Assad-regime en dat op te vullen met meer zakelijke en voor velen aanvaardbare personen is de vraag. Het pessimisme van Stienen schetst geen begin van een oplossing en het optimisme van Cliteur gaat makkelijk voorbij aan bestaande problemen.

Wat Cliteur beweert is pragmatisch en idealistisch tegelijk. Hij pleit voor het maken van vuile handen om erger te voorkomen met het doel om in het Midden-Oosten een nieuw, stabiel evenwicht te bereiken. Zodat de vluchtelingenstroom en de export van de jihad naar Europa afnemen. Dat meent hij eerder te kunnen bereiken door afspraken te maken met verlichte dictaturen met pan-Arabische trekken zoals die werden gepraktiseerd door Nasser in Egypte, Khadaffi in Lybië, Sadam Hoessein in Irak en de Assads in Syrië, dan met verscheurde of islamitisch-sektarisch geregeerde landen zoals het huidige Irak. Hij stelt daarbij de bescherming van de rechtsstaat boven de werking van de democratie. Het idealisme bestaat uit de secularisering die zowel een beschermende paraplu voor religies biedt als een model om ze gelijkwaardig naast elkaar te rangschikken.

Door conflicterende belangen modderen de VS en Europa door in het Midden-Oosten en Noord-Afrika. Het is zelfs de vraag of ze wel een oplossing zouden willen als ze die de regio op zouden kunnen leggen. Botweg gezegd hebben ze profijt van de chaos en verdeeldheid om hun wapens en veiligheidsexpertise te verkopen en de handels- en oliebelangen veilig te stellen. Ook daarom ontkenden Obama en Cameron dat IS iets met de islam te maken had. Niet omdat ze dat werkelijk meenden, maar omdat ze net als zogenaamde ‘gematigde’ moslims veinzen voor een hoger doel. Het is een proces dat twee kanten moet uitwerken. Religie is een proces van ontvoogding en loskomen van strikte regels. De tragiek is dat voor de meeste politici hetzelfde geldt.

Foto: Aleppo, augustus 2016.

Waarom is het politieke bestel in veel landen een schijnvertoning?

Wat is er in hemelsnaam met de politiek aan de hand? Er is geen keuze meer. In vele landen is het politieke systeem dood. In het Verenigd Koninkrijk kunnen de leden van de Conservatieve partij kiezen tussen de radicaal-rechtse Andrea Leadsome en de rechtse Theresa May die weinig op heeft met mensenrechten en haar land uit het Europees Hof wilde terugtrekken. Allebei beroepen ze zich in hun handelen op God. Dat valt niet te toetsen. In de VS is er de onberekenbare Donald Trump die erop speculeert dat hij zijn presidentschap verkoopt als hij gekozen wordt en de volstrekt onbetrouwbare en corrupte Hillary Clinton die gekocht is door het bedrijfsleven. In Frankrijk gaat de strijd om het presidentschap mogelijk tussen de onbekwame en aarzelende François Hollande en de rechts-nationalistische Marine Le Pen die haar partij geld laat ‘lenen’ van het Kremlin. In Nederland is er de weglachende Mark Rutte die een land als een bedrijfsmodel ziet en de koploper in de peilingen de rechts-populistische Geert Wilders. De politiek is de kiezers ontstolen. Dit alles nadert de schertsvertoning in Rusland waar burgers mogen kiezen tussen Putin en Putin terwijl de uitslagen vooraf zijn bepaald. Hoe kunnen de burgers hun politiek terugveroveren? Of kan dat alleen via revolutie?