Gedachten bij twee foto’s van Utrecht Overvecht (1966-1969)

L.H. Hofland, ‘Afbeelding van de leden van de bejaardensociëteit Vulcanusdreef te Utrecht, tijdens het instappen in twee van de drie autobussen voor een dagtochtje naar de Westerbouwing, Didam en Renswoude‘, 1966. Collectie: Het Utrechts Archief.

Het verleden is een vreemd continent met rare verschijningsvormen en gewoonten. Zo was het me ontschoten dat DAF ook autobussen maakte. Maar deze foto uit 1966 die is opgenomen in de collectie van Het Utrechts Archief geeft het bewijs.

Bejaarden uit de uitbreidingswijk -met veel hoogbouw- Overvecht waarvan de bouw pas in 1961 officieel van start was gegaan staan in de rij. Of liever gezegd, ze drommen wat ongeorganiseerd voor de ingang van de bus. De indruk is dat er goed gezorgd wordt voor degenen die Nederland hebben helpen opbouwen die nu kunnen genieten van een welverdiende oude dag. De foto toont dat er nog volop gebouwd wordt. Op de achtergrond staan bouwketen. Het bejaardenhuis aan de Vulcanusdreef bestaat inmiddels niet meer.

De toelichting verklaart wat het doel is: ‘tijdens het instappen in twee van de drie autobussen voor een dagtochtje naar de Westerbouwing, Didam en Renswoude‘. Mogelijk om in Gelderland een uitspanning, een markthal en een kasteel te bezoeken. Een uitstapje door in te stappen, de Nederlandse taal is trefzeker, maar soms verwarrend.

L.H. Hofland, ‘Afbeelding van het publiek tijdens de “instuif” ter gelegenheid van de officiële opening van het Winkelcentrum Overvecht (Roelantdreef) te Utrecht‘, 1969. Collectie: Het Utrechts Archief.

Pas in 1969 werd het Winkelcentrum Overvecht geopend. Het hart van de nieuwbouwwijk. Je zou kunnen zeggen dat het op 2 september 1969 tamelijk druk was voor een dinsdag. Het werd een ‘instuif’ genoemd. Dat doet denken aan een jongerensoos. In die tijd was ‘Stuif es in‘ met Ria Bremer een populair kinderprogramma.

Men komt kijken, is overdonderd en geeft ogen de kost. De voorspoed zit opgesloten in verlichte etalages. Het witte publiek met jongens en mannen netjes in het pak met overhemd en stropdas oogt onherkenbaar. Alleen voor het maken van een periodefilm over de jaren 1960 zou je ze nog voor de camera krijgen. Toen nam de welvaart snel toe. Lonen stegen door de krapte op de arbeidsmarkt.

Winkels lonkten en alles zou beter worden. Alles werd beter, maar ook slechter. Dat is de wonderspreuk van de vooruitgang. De beeldspraak van een nieuwbouwwijk met vele kanten die elkaar in de tijd overlappen: opkomst en verscheiden, groei en sterven.

Kerk in VS aanbidt een wapen, de AR-15. Dat kan omdat God de grootste samenzweringstheorie is die dat wettigt

Schermafbeelding van deel artikelA gun church that glorifies the AR-15 and is led by the son of the ‘Moonies’ church founder has been making alliances with far-right figures‘ in Business Insider, 30 oktober 2021.

Met godsdienst kun je alle kanten op. De goede of slechte, vredelievende of oorlogszuchtige kant. Het zijn twee kanten van dezelfde medaille. Daarom is godsdienst zo hybride, zo verhullend, zo raadselachtig. Je kunt nooit voorspellen welke kant het opgaat. Dat kan in de richting van het theedrinken zijn, maar evengoed wordt het bommengooien in naam van God. Op welke kant de medaille landt als die in de lucht wordt gegooid is nooit op voorhand duidelijk.

In het vroegere land van de onbegrensde mogelijkheden, de VS, zijn vele uiteenlopende kerkgenootschappen. Dat loopt van progressief en vredelievend tot extreem-rechts en agressief. In het Trump-tijdperk lijken de laatsten aan de winnende hand, maar op termijn lijken vooral jongeren zich af te keren van religie die zo verstrengeld is geraakt met de rechtse politiek. In Turkije waar president Erdogan het land lijkt te islamiseren keren jongeren zich af van de islam. In de VS vindt eenzelfde soort proces plaats van het rechtse christendom dat verknoopt is geraakt met politiek en commercie. Godsdienst wordt een sterfhuis voor ouderen.

In Pennsylvania is er de zogenaamde AR-15 kerk van predikant Sean Moon waar de semi-automatische AR-15 wordt aanbeden. Hij is de zoon dominee Sun Myung Moon, de zelfbenoemde Messias die de controversiële Unification Church oprichtte. De appel valt blijkbaar in de familie Moon niet ver van de boom. Ook voor de VS is dit kerkgenootschap bizar. Vooral omdat er zo openlijk wordt gekozen voor het rechts-extremisme en de strijdbaarheid met wapens.

Dit bericht van Business Insider over de AR-15 kerk van Sean Moon onderbouwt een uitspraak van de Deense acteur Mads Mikkelsen over godsdienst. In NRC wordt hij in een recensie van ‘Riders of Justice‘ van regisseur Anders Thomas Jensen sprekend opgevoerd. De film gaat over een complottheorie.

Mikkelsen: ‘Mensen vinden in alles zin en betekenis, ook als dat volledig onduidelijk is. Volgens mij is de grootste en meest legitieme samenzweringstheorie God: die kan je zonder spoor van bewijs opvoeren als reden voor alles. In een neerstortend vliegtuig zitten geen atheïsten‘.

Mikkelsen wijst op een maatschappelijk taboe om de gevestigde godsdiensten te noemen wat ze in de kern zijn: samenzwering- of complottheorieën. Het is een raadsel waarom van complotdenken beschuldigde opinieleiders als Willem Engel, Thierry Baudet, Janet Ossebaard, Karel van Wolferen, Sven-Ake Hulleman, Arnold Karskens en talloze anderen zich niet verdedigen door naar de grootste samenzweringstheorieën uit de geschiedenis van de mensheid te wijzen. Namelijk godsdiensten als christendom en islam die met hun annexatie- en oorlogszucht vele doden op hun geweten hebben.

Die verwijzing zou de politieke en juridische druk relativeren en gedeeltelijk wegnemen. Welke advocaat durft het aan om bij een volgend proces tegen een vermeende complotdenker de verdediging aldus te beginnen: ‘Edelachtbare, mijn cliënt ligt onder druk en wordt van alles beschuldigd, maar dat is peanuts vergeleken bij wat de gevestigde godsdiensten in eeuwen hebben aangericht. Dat pleit mijn client niet vrij, maar het plaatst de beschuldiging in perspectief. Er is sprake van rechtsongelijkheid als grote religieuze organisaties die zijn gebouwd op complotdenken en samenzweringstheorieën met hun God buiten schot blijven en mijn cliënt wordt aangepakt. Dat kan niet. Het is van tweeën één. Of mijn client wordt vrijgesproken of de gevestigde godsdiensten worden van hetzelfde beschuldigd als waarvan mijn cliënt wordt beschuldigd. Het is aan de maatschappij om daar een besluit over te nemen. Ik wacht het af‘.

Spiegels van Nederland. Angelsaksische expats interpreteren ons land en Nederlandse media reageren daarop

Neem een Schot, een Canadees en een Australiër die lovend zijn over Nederland en het is wachten op de Nederlandse media die daar verslag van doen. Het zijn niet toevallig deze Angelsaksische beschouwers die via sociale media Nederland een spiegel voorhouden. Want zij hebben de perfecte afstand tot Nederland. Met hun Engels kunnen ze zich in Nederland redden en hun cultuur wijkt niet veel af van de Nederlandse. Maar juist genoeg om de verschillen te zien en te waarderen.

De vaderlandse geschiedenis kende al in de 17de eeuw in de Engelse ambassadeur in Den Haag Sir William Temple een voorloper van dit genre. In 1672 verscheen zijn ‘Observations upon the United Provinces of the Netherlands‘ met in hoofdstuk 4 observaties over de Nederlanders en hun gezindheid. Of Temple hiermee vooroordelen over Nederlanders nuanceert, ontkracht of bevestigt zodat ze voor latere generaties tot een vertekening leidden die niet meer te ontwijken was is de vraag die dit soort observaties over volksaard per definitie oproept.

Schermafbeelding van deel uit hoofdstuk IV van de ‘Observations upon the United Provinces of the Netherlands‘ van Sir William Temple, 1672.

Denk aan Hans Brinker, or the silver skates: a story of life in Holland (1865) van de Amerikaanse kinderboekenschrijfster Mary Mapes Dodge en het jongetje dat zijn gat in de dijk stak om het land te redden van het wassende water. Feitelijk een Frans verhaal. In de VS was er van eind 19de eeuw tot 1920 sprake van een Hollandgekte. Vraag is of die aan een revival toe is. Na de Hollanditis (Hollandse ziekte) van de jaren 1980 waarin Nederland negatief werd beoordeeld kan de slinger weer doorslaan naar een positieve waardering. Is het een cyclus van 70 jaar?

Mary Mapes Dodge, ‘Hans Brinker, or the silver skates: a story of life in Holland‘. Boekomslag uit 1913.

Zo is op de humus van eerdere verhalen over Nederland die in het historische geheugen van Angelsaksische landen zijn ingedaald in het sociale media tijdperk een subgenre ontstaan van Angelsaksische expats die Nederland verklaren voor hun landgenoten en voor de Nederlanders. Dat laatste is de bijvangst. De omweg via een ander land dat in Nederland wordt gewaardeerd geeft reliëf en legitimiteit. Er is een Vlaamse uitdrukking die dat verwoordt: ‘nie­mand is sant (=sint) in ei­gen land‘.

De houding over Nederland van deze expats is positief. Hun beweegreden kan uiteenlopend zijn. Of ze hebben genegenheid voor Nederland, de taal, de geschiedenis en de gebruiken. Of ze willen hun eigen land een spiegel voorhouden over aspecten die in Nederland beter geregeld zijn dan in hun eigen land. Nederland dient dan als voorbeeld om het in eigen land ook zo te gaan doen. Of ze willen met hun lofrede en voorzichtige kritiek op Nederland hun eigen positie verbeteren inclusief de relatie van hun land tot Nederland. Zo ontstaat een spiegelpaleis van bedoelingen en aspiraties die minder makkelijk te duiden zijn dan op het eerste gezicht lijkt.

Schermafbeelding van deel artikelCanadese fietsimmigrant opent Nederlanders de ogen;
‘Hoe komt het dat dit een fijne plek is?
’ van de Fietsersbond, 21 maart 2021.

De drie expats naar wie ik hier verwijs zijn 1) de onlangs weer naar Australië teruggekeerde
Casey Kilmore met haar sinds kort gesponsord YouTube-kanaalCasey Kilmore‘ dat vooral gaat over de Nederlandse taal en gebruiken; 2) de in Nederland wonende Canadees Jason Slaughter met zijn YouTube-kanaalNot Juist Bikes‘ dat vooral gaat over fietsen, stedenbouw en infrastructuur en 3) de in Nederland wonende Schotse Anna Holligan die in haar ‘Dutch news from the cycle path‘ lichte onderwerpen over Nederland behandelt die ze op haar Twitter-account ‘@annaholligan‘ plaatst.

Op hun beurt kunnen Nederlandse journalisten de observaties van deze Angelsaksische expats weer inzetten voor hun observaties over Nederland. Zodat eerst een ideaalbeeld over Nederland wordt geschetst dat vervolgens afgebroken kan worden. Onderstaande kop van een artikel over de Schotse BBC-correspondente Anna Holligan is veelzeggend: Nederland was ‘een ooit relaxed land‘, maar blijkt dat niet langer te zijn. ‘Het conservatisme is hier heel sterk‘ laat verslaggever Roland van Erven Holligan zeggen. Het spiegelpaleis reflecteert en echoët uiteenlopende beelden en geluiden over Nederland. Nederlandse directheid is de gemeenschappelijke deler.

Schermafbeelding van deel artikelBBC-correspondent Anna Holligan doet vanaf het fietspad verslag van een ooit relaxed land’ in NRC, 26 oktober 2021.

Tamarah Benima krijgt kritiek op Rede van Fryslân. Ze wordt slecht begrepen door haar naïviteit, wereldvreemdheid en merkwaardige politieke oordelen

Schermafbeelding van deel artikel/ redeRede van Fryslân: We hebben waarheid nodig, maar welke? Van Bonifatius tot Woke‘ in het Friesch Dagblad, 28 oktober 2021.

De liberale rabbijn Tamarah Benima sprak gisteren in Leeuwarden de Rede van Fryslân uit. Daarop kreeg ze veel kritiek vanwege haar associatie van het regeringsbeleid inzake de aanpak van de COVID-19 pandemie met totalitaire regimes waarin ze ook naar nazi-Duitsland verwees. 

Als dat nog opgevat kan worden als een ongelukkige formulering en een doorgeslagen en verkeerd geland idee van democratie en politiek, dan geldt dat niet voor andere opmerkingen. Veelzeggend zijn in haar rede de tussenzinnen die het meest onthullend zijn over Benima’s wereldbeeld. Eruit spreekt naïviteit en wereldvreemdheid die het volwassen oordeel voorbij is. 

Neem de volgende opmerkingen: ‘Maar ik weet me ook, zeg ik als Jodin, gewaarschuwd door wat er in nazi-Duitsland plaatsvond. De beleidsmakers toen, op ieder niveau, dwars door de samenleving, hadden het beste voor met iedereen.’ Werkelijk, hadden vanaf 1933 de Duitse beleidsmakers op elk niveau het het beste voor met iedereen? Ik geloof er niks van, zoals historici de geschiedenis van toen bestuderen dat evenmin zullen doen. Waar baseert Benima zich op als ze meent dat in Duitsland van 1933 tot 1945 elke beleidsmaker het beste met iedereen voor had? 

Of neem de opmerking: ‘anderzijds de religies zoals we die kennen (waaronder ik trouwens ook coherente denksystemen versta als wetenschap en de Verlichtingsideologie; waarom ik dat doe voert hier te ver)’. Benima annexeert wetenschap en Verlichtingsideologie in het domein van de religie. Moeten volgens haar onze hoogleraren voortaan dominee, priester, imam genoemd worden? Komt de wetenschappelijke methode als een systematische manier om kennis te vergaren overeen, of is zelfs identiek met de manier hoe kennis binnen religie wordt vergaard? Benima maakt wetenschap ondergeschikt aan de gesloten geloofssystemen van de religiesector waarin ze werkzaam is. 

Of neem de opmerking: ‘alle mensen die op welk niveau ook beleid uitstippelen, of het nu bij de overheid, in de wetenschap of zelfs bij Big Tech en Big Pharma is, hebben de allerbeste bedoelingen. Daarvan ben ik overtuigd’. Nou ik niet. Kijk alleen maar naar de laatste onthullingen over Facebook (nu: Meta) die duidelijk maken dat de beleidsmakers van Facebook niet de beste bedoelingen hebben met democratie, samenleving, kinderen en volwassen burgers, behalve winstoptimalisatie. Kijk ook naar het desastreuze beleid van de Trump-regering inzake de aanpak van de pandemie die volgens Dr. Birx zeker tot 130.000 onnodige doden heeft geleid. De voorbeelden zijn legio en kunnen uitgebreid worden. Benima doet uitspraken over de werkelijkheid waarvan ze duidelijk geen goed beeld heeft.

Dat is jammer want ze doet in haar rede ook zinvolle uitspraken over identiteitspolitiek en het woke-activisme. Maar die raken ondergesneeuwd in de publiciteit over de domme uitspraken in haar rede. De fout die Benima maakt is dat zij blijkbaar mensen met verstand van politiek, politieke geschiedenis en politieke gevoeligheden niet mee heeft laten lezen. Dat had een hoop misverstand voorkomen, inclusief de beeldvorming dat zij naïef in de wereld staat en niet weet waarover ze praat in haar ivoren toren waar filosofen de toon aangeven. In de verbinding met de wereld ontspoort ze.

Het jammerlijke beeld dat nu blijft hangen is dat wat Benima betoogt het intellectuele gehalte en het gedachtengoed is dat past bij de liberale Joodse gemeente in Noord-Nederland waar zij rabbijn is. Zij heeft zichzelf, haar gemeente, Friesland en het Nederlandse publieke debat geen goed gedaan. Zij voedt de destructieve krachten die ze denkt te bestrijden.

De tragiek van Antonio Ligabue en zijn liefde voor Cesarina

Antonio Ligabue (1899-1965) was een Zwitsers-Italiaanse schilder. Hij wordt beschouwd als vertegenwoordiger van de outsider kunst, naïeve kunst, art brut. Na zijn dood werd in 1977 door de Italiaanse publieke omroep RAI de biografische driedelige televisieserie ‘Ligabue‘ over zijn leven gemaakt. Een ingekorte versie die ik toen in de bioscoop zag maakte diepe indruk op me. Ligabue scheurde op zijn rode Moto Guzzi (in 2021 was het merk 100 jaar oud) door Reggio Emilia.

De foto van Ligabue met een vrouw wordt ook wel als voorbeeld gegeven om aan te tonen dat er niet alleen duisternis in zijn leven was, maar ook genegenheid. Hij geeft zijn ‘vriendin’ Cesarina een roos.

In Zwitserland werd hij opgenomen in een psychiatrische kliniek en in 1919 als zoon van een Italiaanse emigrant naar het land van zijn Italiaanse vader verbannen. Zijn moeder en drie broers waren in 1913 door een voedselvergiftiging overleden. Zijn vermoedelijke vader was uit beeld geraakt. Antonio veranderde uit haat voor zijn vader zijn naam van Laccabue in Ligabue. In 1920 begon hij te schilderen. Hij werd ermee een van de bekendste naïeve kunstenaars van Europa. Het is wat men een tragisch leven noemt.

Of Ligabue zijn tijgers en jungle-achtige landschappen losjes baseerde op het werk van de Franse naïeve kunstenaar Henri Rousseau (le Douanier) roept zijn werk op. Ook de Georgische naïeve kunstenaar Niko Pirosmani had een thematiek van wilde beesten, landschappen en portretten. Is dat toeval? Bij Ligabue lijkt de verstilling het meest afwezig.

Ligabue’s levensverhaal doet denken aan die andere van oorsprong tamelijk bekend geworden Zwitserse kunstenaar, de schrijver Robert Walser die zijn vrijheid niet vond in een motor, maar in het wandelen. Nederlanders zullen wellicht de associatie maken met dichter Jan Hanlo die in 1969 met zijn motorfiets tegen een landbouwtractor reed en twee dagen later overleed. Hij was eerder wegens een psychose opgenomen in een psychiatrische kliniek. Net als Schriftsteller Walser.

Op de Facebookpagina van de Fondazione Archivio Antonio Ligabue Parma-Archivio dal 1983 waar de hier geplaatste foto’s zonder details werden gepubliceerd staat bij de foto met Cesarina de volgende toelichting. Vertaald: ‘De schilder had nooit een partner, maar slechts één grote ongelukkige liefde: Cesarina, zus van zijn vriend Ivo, manager van de herberg La Croce Bianca in Guastalla. // “Geef een zoen” zei hij tegen haar, die met haar wilde trouwen, haar naar een kasteel wilde brengen en haar tot zijn koningin wilde maken. Toni, zo lang hij zich kon herinneren verkeerd begrepen en mishandeld, verborg in zijn hart alleen de zoektocht naar een perfecte, sprookjesachtige “finale”‘.

Het is de vraag of de Fondazione de sprookjesachtige romantiek van de nobele wilde goed weergeeft of extra aanscherpt. Wie wel eens een opening van een lokale kunsttentoonstelling in Frankrijk, Italië of Spanje heeft meegemaakt weet dat de bestuurders zich doorgaans belangrijker maken dan de kunst en de kunstenaars. De foto’s op de site van de Fondazione bevestigen dat patroon waarachter Antonio Ligabue wordt teruggebracht tot een vehikel voor marketing om het bestuur te dienen. Ook dat is de tragiek van een kunstenaar om na de dood in een vreemd regiment ingelijfd te worden.

In de documentaire Nebbia (Mist) van Raffaele Andreassi uit 1961 (onderstaande versie is op 3 minuten na volledig) zien we (vanaf 8′ 10”) Toni met Cesarina. Hij geeft haar een ‘gestolen’ zoen. Zij laat het zich welgevallen. Je hart breekt als je het ziet. De mist in zijn hoofd lijkt op te trekken. Is het dier even getemd? Vanaf 1955 werd Ligabue bekend. Je moet er niet aan denken wat dat nu voor publiciteit had gegeven en hoe onrustig hem dat had gemaakt. Dat is hem gespaard gebleven.

Documentaire Nebbia (Mist) van Raffaele Andreassi uit 1961.

Tom de Wal kiest met Frontrunners Kingdom Business School voor de kracht van de hemel in zijn eigen portemonnee

Godsdienst kent een tweeërlei, duaal gebruik. De Nederlandse overheid geeft vanwege de uitgifte van exportvergunning voorbeelden wat dat zijn: ‘bepaalde brandvertragers die in de bouw worden gebruikt, kunnen bijvoorbeeld ook worden gebruikt om gifgas te produceren. Andere soorten goederen voor tweeërlei gebruik zijn onder meer test- en productieapparatuur en bepaalde materialen, software en technologie’. Het voorbeeld van een auto die zowel vervoersmiddel als moordwapen kan zijn wordt ook wel gebruikt om te verduidelijken wat tweeërlei gebruik is.

Godsdienst kan worden gebruikt voor zingeving, het leggen van verbinding tussen mensen en het geven van troost. Maar godsdienst kan ook negatief worden gebruikt voor politieke of commerciële doeleinden. Dat eerste zien we wereldwijd in vele landen waar de politiek de lokale religieuze organisatie gebruikt voor eigen doeleinden. Als politiek en godsdienst nauw verknoopt zijn, dan is het altijd laatstgenoemde die het onderspit delft en verwijdert raakt van de oorspronkelijke functies van zingeving, verbinding en troost. Dat zet de autonomie en de geloofwaardigheid van godsdienst onder druk. Dat betreft niet alleen de gepolitiseerde islam, maar ook orthodox-protestante evangelicals in de VS, nationalistische hindoes in India of andere godsdiensten en lokale stromingen.

Godsdienst is in nationale wetten extra beschermd en heeft doorgaans voorrechten die andere levensbeschouwelijke, zeg humanistische organisaties missen. Dat maakt het voor buitenstaanders aantrekkelijk om aan te haken bij religieuze organisaties om die voor eigen doeleinden te gebruiken.

Handelaren in godsdienst surfen mee op de maatschappelijke en juridische voordelen van godsdienst die de nationale rechtsstaat biedt. Het is een geslepen manier van handelen, met als grootste slachtoffer de godsdienst zelf die gecorrumpeerd wordt. Men kan ook zeggen dat geestelijke leiders die aan het hoofd staan van religieuze organisaties die onvoldoende afschermen tegen kwalijke, externe belangen. De geestelijke leiders zouden hun autonomie beter moeten bewaken, maar door omstandigheden die gaan van globalisering, politisering, ontkerkelijking, economische problemen en schandalen binnen religieuze organisaties lijken ze dat steeds minder voor elkaar te kunnen krijgen. Ze hebben steeds minder grip op hun eigen religieuze organisatie.

Schermafbeelding van deel artikelKINGDOM BUSINESS SCHOOL‘ op frontrunnersministries.nl

Doorgaans gebeurt het duale, negatieve gebruik van godsdienst voor politieke en economische doeleinden redelijk subtiel. In de verbinding wordt als afleiding er een laag tussengeschoven met claims en redenen die men op het eerste gezicht niet volledig op waarde kan schatten. Zo ontstaat het idee dat het onwaarschijnlijk, maar niet onmogelijk is. Op die onzekerheid speculeren de politieke en commerciële kapers van godsdienst.

Subtiliteit is niet besteed aan Tom de Wal en zijn Frontrunners Ministries. De Wal is de subtiliteit voorbij en gaat met zijn uit de VS overgewaaide vorm van welvaartsevangelie, dat geld uit de zakken van gelovigen klopt, onbeschaamd en onbeschroomd voor eigen gewin. In commentaren besteedde ik er aandacht aan: zie hier en hier en hier. Hij is een valse profeet die gebruik maakt van godsdienst om zijn eigen zak te spekken.

Tom de Wal krijgt vanuit protestante kringen kritiek omdat hij de subtiliteit en geniepigheid mist van de gevestigde religieuze organisaties die de schijn proberen op te houden dat ze geen politieke of commerciële doelen nastreven. Zo beredeneerd kun je zeggen dat De Wal en zijn organisatie openlijk in conflict komt met de gevestigde godsdienst omdat hij weigert de schijn op te houden dat godsdienst geen duaal gebruik biedt met uiteenlopende belangen.

In de Frontrunners Kingdom Business School kan men voor €5250 het Business Boost Traject volgen. Het traject bestaat uit 8 lesweekenden en toegang tot lesmateriaal. Voorwaarde is dat men zich heeft aangemeld als Frontrunners business partner en minimaal een jaar lid blijft. Dat kost minimaal €250 per maand. Inclusief de inschrijving van €250 is men €3250 kwijt om aan het traject te kunnen deelnemen. In totaal bedragen de kosten van dit traject €8500.

Het klinkt Amerikaans, marketing-achtig en commercieel. Opmerkelijk is de vermenging van godsdienst met activiteiten die in Nederland doorgaans niet door religieuze organisaties worden aangeboden of als essentieel worden beschouwd. De Wal annexeert branchevreemde activiteiten in zijn organisatie die er daardoor paradoxaal minder godvruchtig op wordt. Ook in de beeldvorming. Dat is de calculatie die hij straffeloos denkt te kunnen maken zonder zijn geloofwaardigheid en gezag als religieus geïnspireerde organisatie te verliezen. Waar het kantelpunt ligt dat deze branchevreemde activiteit niet meer wordt aanvaard is aan de gelovigen die De Wal ondersteunen,

Je zou kunnen zeggen dat Tom de Wal met deze Frontrunners Kingdom Business School met optimaal gebruik van het open karakter van godsdienst de flessentrekkerij op een hoger niveau brengt. Hij zet de in de fondsenwerving gebruikelijke methoden in om donateurs op te waarderen en zo optimaal mogelijk geld te ontfutselen. Dat doen alle Goede Doelen organisaties.

De tragiek en relatieve dekking voor De Wal en zijn organisatie is dat dit bedrog niet principieel afwijkt van wat gevestigde godsdiensten doen die eveneens proberen de aan hen toevertrouwde gelovigen te overreden om geld te schenken. Bijvoorbeeld door 1% van het nettoloon te vragen. De Wal gaat met de Frontrunners Kingdom Business School echter in een hogere versnelling van afzetterij omdat het zo openlijk gebeurt. Men kan wachten op het antwoord uit protestante kringen die krokodillentranen huilen die zeggen dat hierdoor de godsdienst onaanvaardbaar beschadigd wordt.

Voorkant brochureFrontrunners Kingdom Business School‘ met ondertitel ‘ervaar de kracht van de hemel in het bedrijfsleven’.

Progressieve en conservatieve tegenstanders van Trump bundelen krachten en gaan strijd aan tegen kiezersonderdrukking. Maar is er niet meer nodig, zoals een gecoördineerd programma van ‘Smart Voting’?

Schermafbeelding van deel open briefAn Open Letter in Defense of Democracy;
The future of democracy in the United States is in danger
‘ die verschijnt in The Bulwark en The New Republic, 27 oktober 2021.

Een artikel in Raw Story meldt dat progressieven en conservatieven zich in een open brief verenigen om de kiezersonderdrukking en het terzijde schuiven van de democratie waarbij Republikeinse gedelegeerden los van de uitslag het resultaat bepalen te bestrijden. Dat is het eind aan de Amerikaanse democratie. De linkse Noam Chomsky en de rechtse Bill Kristol hebben hun naam onder de brief gezet.

De brief die klinkt als een alarm verschijnt in het linkse The New Republic en het rechtse The Bulwark en maakt duidelijk dat krachten zich moeten verenigen om de liberale democratie te redden.

De intentie om de democratie te redden is uiteraard goed. Het gevaar van Trump en zijn Republikeinen is levensgroot. Ze bedreigen de democratie niet, maar zijn die nu al actief aan het ontmantelen zodat ze in 2022 en in 2024 in het frame kunnen stappen dat ze nu creëeren en eruit bestaat dat ze niet kunnen verliezen en de Democraten niet kunnen winnen.

Maar het middel van een open brief kan niet opgevat als meer dan een schot voor de boeg. Het is een wekroep om wakker te worden, maar nog geen doelmatig middel om de uitverkoop van de democratie door Trump en zijn kornuiten te voorkomen. Daar is meer voor nodig. Veel meer.

De verwijzing naar Alexei Navalny’s idee van ‘Smart Voting’ is minder vergezocht dan het lijkt. Dat vond plaats in de autoritaire omgeving van de Russische Federatie die zich met snelle schreden richting dictatuur spoedt. In de VS gebeurt op dit moment in een parallelle politiek-bestuurlijke omgeving hetzelfde.

Het misverstand is de beeldvorming die Trump dekking geeft. De vrije pers, de Democratische partij en rechters die zich niet laten intimideren doen vermoeden dat er genoeg veerkracht is om terug te slaan tegen een autoritair bewind van Trump, maar dat is allemaal waardeloos als de Republikeinen in 2022 het Huis winnen en in 2024 het Witte Huis. Mijn reactie bij het artikel in Raw Story:

This is an open letter that is much needed because democracy is in danger at the hands of Trump and his hijacked Republican party. But it’s a start. Not more than that.

There must be a sequel. The blueprint for this gives the idea of ​​’Smart Voting’ of the Russian opposition politician Alexei Navalny.

That consisted of, because the Kremlin has now eliminated all counter voices, that the most promising candidate against a candidate from Putin’s party received the support of the entire opposition.

For the US situation, that could mean that progressive candidates support a moderate Never Trump Republican who presents himself as an Independent, or vice versa. Many cross connections are possible. Also think of candidates like Senator Murkowski and Romney who oppose Trump from within.

The aim is that as few pro-Trump Republicans as possible who want to push democracy aside or that silently approve are elected in Congress and lower forums.

The open letter can therefore only be seen as a start. Civil society must act itself and not put all its faith in the Democratic party. Although the latter currently forms the only backbone of democracy, it is too little to save democracy.

Civil society organizations, media and opinion leaders must unite and report it to the American public on a day-to-day basis. Relying on politics alone is too risky.

The organizers behind the open letter should therefore go further than they are doing now. Nice words and good intentions are not enough.

Using Navalny’s ‘Smart Voting’ concept, they must set up an operating company to maximize their chances of defeating pro-Trump Republican candidates in the November 2022 midterm elections. Navalny’s chief of staff Leonid Volkov can be hired as an advisor for the American version of ‘Smart Voting’.

Tot wat leidt spanning in de Code Diversiteit en Inclusie?

Schermafbeelding van een deel van de FB-paginaCode Diversiteit & Inclusie‘, 27 oktober 2021.

De Code Diversiteit en Inclusie in de culturele sector (april 2021) werpt een schaduw over de kunsten. Het Mondriaan Fonds hanteert deze gedragsregel. Veelzeggend is een opmerking in een vacature van dit Fonds voor een adviseur diversiteit en inclusie: ‘Daarbij word je nadrukkelijk gevraagd om je eigen perspectief mee te nemen naar de vergadertafel. Wel vragen we je over je eigen voorkeuren heen te kijken en een moreel of politiek oordeel te vermijden‘.

Uit deze twee zinnen blijkt spanning. Het is de vraag hoe reeël het is om van een adviseur met een ‘eigen perspectief‘ te verlangen om werkzaam te zijn zonder ‘een moreel of politiek oordeel‘ en wat dit zegt over het beleid dat het Mondriaan Fonds nastreeft. Ofwel, vraagt het Fonds het onmogelijke van adviseurs en hoe goed is het in staat om beleid door te voeren als bijna onmogelijke eisen aan de eigen medewerkers worden gesteld? Wat zegt dat over de status van de Code Diversiteit en Inclusie?

Spanning is het woord dat in de Code Diversiteit en Inclusie zit. Immers toch een grabbelbak van ongelijkheid waarin het compromis tussen belangen valt te herkennen. Spanning speelt op het vlak van de verschillende vormen van verschil in diversiteit en inclusie die afzonderlijk niet evenveel aandacht krijgen of even belangrijk worden geacht door de beleidsmakers en op het vlak van zichtbaarheid van verschillen van diversiteit die tot een hiërarchie leidt waarbij zichtbaarheid politieke steun op het hoogste niveau krijgt. Etniciteit en gender hebben de hoogste aandacht.

Onderstaande reactie plaatste ik op de FB-pagina ‘Code Diversiteit & Inclusie‘ omdat daarin de spanning valt te herkennen tussen de vormen van diversiteit en inclusie. Omdat die reactie op deze pagina nauwelijks of niet terug te vinden is, plaats ik die ook hier. Ik meen dat de mensen achter deze pagina moeite doet om het ‘breed’ te houden, maar er toch niet goed in slagen. Of dat komt door gebrek aan content, door een politiek of moreel vooroordeel van henzelf, door een gebrek aan urgentie of door een beleid van hogerhand dat selectiviteit oplegt vraag ik me af:

Schermafbeelding van deel brochureCode Diversiteit & Inclusie in de culturele sector‘.

De Code Diversiteit en Inclusie zegt op p. 6: ‘De code is van origine gericht op culturele diversiteit. Daarnaast geeft de code ruimte aan meer vormen van verschil, zoals gender, beperking, seksuele oriëntatie, religie, sociaaleconomische status, opleidingsniveau en leeftijd‘.

Ofwel, deze versie van de Code Diversiteit en Inclusie is divers en dient breed geïnterpreteerd en uitgevoerd te worden. Maken deze FB-pagina en de mensen en brancheverenigingen achter de Code Diversiteit en Inclusie dat waar?

Daar lijkt het niet op. Het lijkt er sterk op dat de coördinatoren van de FB-pagina ‘Code Diversiteit & Inclusie‘ weinig ruimte geven aan ‘meer vormen van verschil’. Na het scrollen van de FB-pagina resteert een eenzijdig beeld van diversiteit in de culturele sector. Na lezing van de FB-pagina lijkt dat diversiteit en inclusie in de kunsten vooral over zwart/wit en gender gaat. 

Zoals gezegd, dat roept de vraag op of het in lijn is met de eigen definitie die als richtlijn voor het beleid kan worden gezien. Anders gezegd, maakt deze FB-pagina de claim waar dat het werkt ‘aan een gelijkwaardige sector voor iedereen’?

Is het erg dat de FB-pagina ‘Code Diversiteit & Inclusie’ diversiteit niet divers maar beperkt opvat? Want dat lijkt hier toch wel aan de orde te zijn en uit de gekozen focus voor enkele vormen van diversiteit en inclusie geconcludeerd te kunnen worden.

Waar laat dat de claim dat er door de mensen en brancheverenigingen achter de Code Diversiteit en Inclusie gewerkt wordt aan een gelijkwaardige sector voor iedereen? In het debat over diversiteit en inclusie lijken tot nu toe de aandacht voor sociaaleconomische status, opleidingsniveau en leeftijd zo goed als te ontbreken.

Men kan zich afvragen hoe beleid met zo’n eenzijdige focus heeft kunnen ontstaan die aantoonbaar in strijd is met de eigen uitgangspunten. Wat is hier aan de hand?

Het kan zijn dat de mensen en brancheverenigingen achter de Code Diversiteit en Inclusie en de gelijknamige FB-pagina voornamelijk verslag doen van wat er in de kunsten gebeurt. Ze volgen en kunnen er niet meer van maken dan wat ze tegenkomen in het culturele veld. Als daar nauwelijks aandacht is voor sociaaleconomische status, opleidingsniveau en leeftijd, dan doen ze daar nauwelijks verslag van. De keerzijde daarvan is dat ze de politiek populaire onderwerpen juist veel aandacht geven omdat daar in de media en bij instellingen veel aandacht voor is.

Hoe verhoudt zich dat tot de claim dat de mensen en brancheverenigingen achter de Code Diversiteit en Inclusie werken aan een gelijkwaardige sector voor iedereen? Wat betekent iedereen als iedereen aantoonbaar niet iedereen is? Waarom wordt de claim over iedereen en de vele vormen van diversiteit en inclusie gehandhaafd als die in de praktijk niet gehandhaafd wordt?

Kan de claim dat er aan een gelijkwaardige sector voor iedereen gewerkt worden voor de duidelijkheid en de eerlijkheid dan niet beter losgelaten worden? Dat is beter dan de pretentie van diversiteit en inclusie die bij nader inzien niet lijkt te kunnen worden waargemaakt. Dat geeft een façade van schone schijn waarachter de genoemde vormen sociaaleconomische status, opleidingsniveau en leeftijd verdwijnen. Het is zelfregulering met een valse noot die niet harmonieus kan klinken.

Ik ga uit van de goede bedoelingen van alle mensen en brancheverenigingen achter de Code Diversiteit en Inclusie. Ik beschouw ze als onderaannemers van een beleid dat nog niet goed uitontwikkeld is. Dus beterschap is mogelijk. Mijn overwegingen komen niet voort uit kritiek op de wat ik als bovenmatige aandacht zie voor de vormen van diversiteit waar nu zoveel aandacht aan wordt besteed. Zoals de zwart/wit en gender aangelegenheid. 

Mijn zorg is anders. Ik constateer dat sociaaleconomische status en opleidingsniveau in Nederland in het debat over diversiteit en inclusie in de kunsten onzichtbaar zijn en zo goed als ongenoemd blijven. Er lijkt evenmin een tendens te zijn die op verbetering wijst. Deze ongelijkheid in aandacht voor verschillende vormen van diversiteiten en inclusie wordt door de aandacht voor de Code Diversiteit en Inclusie niet doorbroken, maar juist behouden. Zo beredeneerd lijkt het er sterk op dat de Code Diversiteit en Inclusie averechts werkt.

Aandacht voor sociaaleconomische status en opleidingsniveau in de kunsten lijkt een taboe dat culturele instellingen uit de weg gaan. Juist dan lijkt er een taak weggelegd voor het ministerie van OCW, het ministerie van SZW, het Mondriaan Fonds en alle in de Code Diversiteit en Inclusie samenwerkende brancheverenigingen en de publiciteitsmedewerkers die namens hen werkzaam zijn en de FB-pagina vullen met berichten over diversiteit en inclusie om diversiteit zo breed op te vatten zoals het bedoeld is. Zodat niet in theorie, maar in praktijk gewerkt wordt aan een gelijkwaardige sector voor iedereen.

Ditjes en datjes over Teddy Roosevelt

Tournooiveld, Hotel du Vieux Doelen [Den Haag], 1867. Collectie: Haags gemeentearchief.

Het is geen toeval dat ik grasduinde in de Teddy Roosevelt digitale collecties. Deze Republikeinse president van de VS van 1901 tot 1909 staat meer dan 100 jaar later nog bekend als trust-buster die de monopolies van toenmalige oppermachtige bedrijven aanpakte, zoals spoorwegen en olie-maatschappijen. Dat was geen noodzaak vanwege hun economische, maar vanwege hun politieke macht waarmee ze de politiek in Washington DC controleerden en om hun vingers wonden. Dat was ongewenst omdat het de democratie bedreigde en werd toen ook zo door een meerderheid van de politiek elite ingezien.

De verwijzing naar Teddy Roosevelt en het opbreken van de monopolies van grote bedrijven is weer actueel vanwege het debat over de almacht van hedendaagse bedrijven die politiek te machtig zijn geworden en daarom opgebroken dienen te worden. Ze dienen ingeperkt te worden en weer ondergeschikt aan de politiek te worden gemaakt. Het is uiteraard de vraag of een meerderheid van de politieke elite dat nu zo ziet. De Amerikaanse politiek is verdeeld en opereert weinig doelmatig omdat het verstrikt is geraakt in zichzelf. Net als een eeuw geleden bedreigen deze bedrijven de democratie. Dat is geen duurzame situatie.

Zoals Standard Oil in 1911 in liefst in 34 bedrijven opgeknipt werd pleiten politici als de Democratische senator Elizabeth Warren al jarenlang om Facebook op te knippen in afzonderlijke bedrijven. Of dat er tientallen moeten zijn is onduidelijk omdat het debat daarover nog niet zover is.

Nogmaals, het gaat niet om de economische, maar de politieke macht van Facebook die ongewenst is omdat het regelgeving en anti-trust maatregelen met haar politieke macht blokkeert en de uitgangspunten van de democratie aan haar laars lapt. Daarbij komt nog een extra argument voor het opknippen van Facebook dat niet voor Standard Oil gold, namelijk dat het een direct gevaar voor de democratie is door de herhaaldelijke steun voor anti-democratische bewegingen op haar platforms. Zelfregulering werkt aantoonbaar niet. Opknippen is het enige middel dat resteert.

Diary of Theodore Roosevelt from January 1 to September 14, 1869 (19 januari 1869). Collectie:
Harvard College Library.

Zo komt men door grasduinen in collecties uit bij een 10-jarige Teddy Roosevelt die in 1869 met zijn ouders een tour door Europa maakt. Roosevelt had net als de latere president FDR met dezelfde achternaam Nederlandse voorouders. De familie zou nu zo’n 380 jaar geleden naar de VS zijn geëmigreerd, zoals blijkt uit een brief uit 1891 van Roosevelt aan Edwin Brockholst Livingston.

In 1869 was Roosevelt in Den Haag in het Hotel Du Vieux Doelen dat hij in zijn dagboek noteert als ‘vinx doelen‘ en ‘very nice‘ vond. Daarna gingen ze naar het Amstel Hotel in Amsterdam. En dan door naar Keulen. In 1910 was de toen net als president afgetreden Roosevelt weer even terug in Nederland.

Hans Wap: Geloof het of geloof het niet

Kunstenaar Hans Wap is helder in een van z’n gesproken gedichten: ‘Geloof het of geloof het niet. Ik geloof niet in het geloof. Bij ons thuis werd niet gebeden. We zetten de navigator aan als we een bestemming zochten‘.

Er pleit wat voor Waps uitgangspunt. Het geloof wordt overgewaardeerd. Ik geloof niet als hij zegt dat hij nergens in geloofde. Kun je je dan ontwikkelen als kunstenaar? Hij is zo slim om er een weerwoord aan te verbinden: ‘diep van binnen‘. Dat laat geloof losjes toe. Zo opent zich de grote lijn in het leven.

Het leven wordt ook overgewaardeerd. Iedereen die leeft en zich ervan bewust is gelooft in het leven. Totdat dat stopt. Het is nodig om tijdens het leven in het leven te geloven. Leven in het geloof is niet noodzakelijk. Geloof is afleiding van het leven. Geloof is het voorschot op de dood tijdens het leven.

Iedereen moet zelf weten om te geloven of niet te geloven. Het maakt uiteindelijk niet uit. Er volgt niets meer op. Het geloof heeft op het laatst geen diepere zin. Iedereen die gelooft valt ooit van het geloof af en voor iedereen die niet gelooft geldt hetzelfde. De bestemming staat vast. Voor allen.