
Er moet me iets van het hart waar ik al drie jaar over peins zonder op een begin van een antwoord te stuiten. Sinds ik me in februari 2014 verdiep in de toestand in Oekraïne zit ik om een afdoend antwoord verlegen.
Het is verbazingwekkend dat westerse landen als Canada, Frankrijk, Duitsland, Verenigd Koninkrijk en de VS nog steeds geen antwoord hebben om de informatieoorlog van het Kremlin lik op stuk te geven. Terwijl de technische ontwikkelingen notabene in Silicon Valley plaatsvinden en onze wereld ingrijpend veranderen.
Waar is de westerse kennis over psychologische oorlogsvoering gebleven die met name Britten en Amerikanen tijdens de koude oorlog hebben opgebouwd? Vaak met behulp van Duitse en Russische specialisten. In het niets verdwenen? Is het moedwil of misverstand om het Kremlin niet van repliek te dienen? Of gewoon lamlendigheid? Waarom kan de kennis die tot 1990 in de koude oorlog werd opgebouwd niet teruggehaald en opgefrist worden en als basis dienen voor het formuleren van een antwoord op Russische acties?
Steeds wordt gezegd dat de urgentie in westerse hoofdsteden wordt beseft. Talking heads zeggen in hun wijsheid al ruim drie jaar hetzelfde zonder het idee te geven werkelijk stappen te maken en verder te komen. Ook verder te willen komen? De zogenaamde liberale democratieën zouden onder druk staan door de Russische informatieoorlog. Zo zeggen dan de talking heads. Wie weet, maar waarom wordt er dan geen zichtbaar gevolg aan die urgentie gegeven? Waarom merken we niets van een antwoord dat hout snijdt?
Steeds weer zeggen westerse beleidsmakers, wetgevers en communicatie-deskundigen dat de op Europa gerichte Russische propaganda niet met westerse propaganda beantwoord moet worden, maar met het geven van informatie. Propaganda met propaganda beantwoorden zou een valkuil zijn. Maar schiet zo’n ethische opstelling niet tekort in een tijdperk waarin de waarheid en de feiten zelf ter discussie worden gezet?
Propaganda valt op te vatten als een slag om de publieke opinie. Die staat onder druk zoals media dagelijks verkondigen. Propaganda is een vorm van psychologische oorlogsvoering. Het misleidt en zaait angst. Het verhult eigen zwakheden door die van de ander te benadrukken. De Russische informatieoorlog is een direct verlengde van militaire en politieke strijd en geïntegreerd in krijgsmacht en politiek. Het is een journalistiek middel zonder journalistiek te zijn. De schijn van journalistiek is het wezen van propaganda.
Wat kunnen westerse landen doen als het hun menens is? Bedreig Putin om de informatie over zijn onwettig vergaarde rijkdom openbaar te maken als hij 1) de inmenging in westerse verkiezingen (VS, Frankrijk, Duitsland) niet per direct stopt en 2) de steun aan Europese rechts-extremistische partijen beëindigt.
Omlijst dat met een opsomming van kenmerken van de Russische Federatie. Deze regionale macht is economisch en staatkundig zwak en verdeeld. Geen natiestaat, maar een veelvolkerenstaat zonder kern. Zelfs militair zo zwak dat het een oorlog tegen de NAVO binnen twee weken verliest. Die informatie neemt de angst en het gevoel van dreiging bij een deel van de Europeanen weg die nu in onzekerheid worden gehouden. Door Russen en westerse landen die een gemeenschappelijk belang lijken te hebben. Hoe bizar het ook klinkt.
Het is van tweeën een. Of de urgentie bestaat om pro-actief op te treden tegen de Russische agressie die de Europese veiligheidssituatie en rechtsorde bedreigt. Dan moet er uit zelfbehoud en vanuit een idee van weerbaarheid om de democratie te verdedigen hard opgetreden worden tegen de Russische inmenging die de normale bemoeienis van staten met elkaar te buiten gaat. Landen bemoeien zich immers altijd met elkaar, maar in dit geval gaat het om grensoverschrijdend gedrag van het Kremlin, zoals dat wordt ervaren en gedefinieerd. Inzet is dat de Russische inmenging op straffe van een hard antwoord per direct moet stoppen.
Waarom is er geen zichtbare westerse informatieoorlog die de Russen een koekje van eigen deeg geeft? Al sinds 2014 lezen we over voornemens, plannen, taskforces en missies die in Brussel, Londen, Riga of Washington worden vormgegeven. Of wat nog tragischer klinkt: voorbereid. Maar in de praktijk valt er niets van te merken. Hoe komt dat? Wat zou er wel kunnen gebeuren met de op dit moment beschikbare middelen?
Of die urgentie bestaat niet en dan moet er in westerse hoofdsteden niet meegegaan worden in de retoriek van een nieuwe koude oorlog. Of een situatie met een verhoogd dreigingsniveau. Zoals gezegd, dat jaagt de eigen bevolking onnodige angst aan. Dan lijkt het alsof de Russische militaire en publicitaire dreiging wordt omgebogen om westerse bestedingen aan wapens op een hoger peil te brengen. De paradox is dat in het geval van een dreiging een passend antwoord uitblijft en in het geval van geen dreiging een antwoord wordt gegeven dat geen antwoord op de dreiging is. Wie houdt wie voor de gek en zet ons geestelijk in de kou?
Foto: Esther Bubley, Washington, D.C. Girls window shopping, 1943. Collectie Library of Congress.
Vind ik leuk:
Vind-ik-leuk Laden...