Antwoord op FDF-voorman die zegt ‘Strijders: Prepare for battle’

In de videoVlog van Mark: “Strijders: Prepare for battle” van 15 mei 2023 roept FDF-voorman Mark van den Oever op tot de strijd. Van den Oever is er trots op wat hij allemaal tegenhoudt. Tegenhouden is het kenmerk van FDF.

Actievoeren is een verdienmodel voor Van den Oever. BNR zei in juli 2022 in een artikel het volgende: ‘Actievoeren levert ook geld op. Sinds de oprichting van Farmers Defence Force verkocht de webshop van de belangenorganisatie drie ton aan merchandise. Opmerkelijk: al die betalingen gingen naar de privéonderneming van de voorman, Mark van den Oever.

FDF is een dubbele constructie. Het wordt financieel gesteund door de agro-industrie (VanDrie Group, De Heus, Agrifirm, Vion, FrieslandCampina; met een directe toegevoegde waarde van zo’n 30 miljard euro per jaar) en door merchandising pikt het kader van FDF een graantje mee. Mijn reactie bij de video op het YouTube-kanaal van FDF:

Het is krom. FDF zegt niet uitgekocht te willen worden door de overheid, maar heeft zich wel uitverkocht aan de agro-industrie waar het financiering van krijgt. Nu zelfs tot en met de Vlaamse variant van FDF. Wat je een eerlijk Nederlands exportproduct noemt.

FDF heeft geen eigen stem, maar is His Master’s Voice. FDF is een stroman van de agro-industrie van wie het als opdracht heeft om de omvorming naar duurzame landbouw te vertragen en de huidige hoge productie zolang mogelijk in stand te houden. Het is een kwestie van geld. FDF is opgericht om de omzet en winst van de Nederlandse agro-multinationals te verdedigen. 

Nederland is na de VS de tweede landbouwexporteur ter wereld. Iedereen begrijpt dat dat de natuur, water en milieu te zwaar belast en dat dit een onhoudbare situatie is. Vooral wat de veeteelt betreft.

FDF is de rem van de agro-industrie op de verandering. De financiering door de agro-industrie is trouwens ook een verdienmodel voor het kader van FDF. Dat zorgt er met dit filmpjes voor dat de agro-industrie comfortabel op de achtergrond kan blijven. Omdat er niks verandert.

Het is jammer dat FDF zich laat sturen door de agro-industrie en met radicale acties het debat binnen de landbouwsector verstoort. FDF is niet representatief voor de Nederlandse landbouwsector. 

Met dit soort filmpjes probeert FDF boeren te intimideren. Die inzien dat het door de agro-industrie gepromote model van hoge productie de omgeving te zwaar belast. Dat gaat verder dan de aanpak van stikstof en de Natura-2000 gebieden. Met fysieke acties om boeren op eigen erf op te zoeken die kritiek hebben op de opstelling van FDF wordt het er ronduit onaangenaam op.

Het zou voor de duidelijkheid gewenst zijn als de agro-industrie en ook de Rabobank hun eigen verantwoordelijkheid namen en publiekelijk voor zichzelf zouden gaan praten. Maar dat doen ze niet. 

Dan zijn dit soort filmpjes van FDF niet meer nodig. En kan er binnen de landbouwsector een open debat ontstaan. Zodat de sector zich meer verenigd en evenwichtiger kan opstellen zonder FDF als stoorzender.

Belang van weer, weersvoorspelling en ‘raspoetitsa’ bij het Oekraïense tegenoffensief

Raspoetitsa is het sleutelwoord om te begrijpen wanneer het Oekraïense tegenoffensief kan beginnen. Het klinkt overal in analyses. Dat woord verwijst naar de periode in herfst en lente dat onverharde wegen door modder onbegaanbaar zijn. De raspoetitsa in de lente is het hevigst.

Zo dringt zich een gelijkenis op met D-day, de invasie vanuit Zuid-Engeland naar Normandië in juni 1944. Toen speelden meteorologen, onder wie opperbevelhebber Eisenhowers meteoroloog kolonel James Stagg een belangrijke rol in de planning van de operatie. De Duitsers werden verrast door een pauze in de storm.

Denk ook aan Napoleon en Hitler die door overmoed en slechte voorbereiding hun troepen lieten verrassen door de Russische winter. Dat bracht hun offensief tot stand.

In een scriptie uit 2005 schetst Mark Butler vanuit Amerikaans perspectief voor de postacademische marine opleiding in Monterey een overzicht van het belang van weersvoorspellingen op militaire operaties. En het belang van een goede meteorologische dienst.

Butler concludeert dat in 24% van de door hem onderzochte operaties er een wijziging optrad door weersvoorspelling. Dat kan afstel, uitstel, gebruik van andere wapens of een mindere of grotere inzet van wapens inhouden.

Bij de marine kan een ruwe zee of storm een reden zijn om een militaire operatie te wijzigen. Het kunnen ook windsnelheid, bewolking en zicht zijn die tot wijzigingen leiden.

De weersvoorspelling van het einde van de raspoetitsa in Oost- en Zuid-Oekraïne die het begin van het Oekraïense tegenoffensief mogelijk maakt is betrekkelijk eenvoudig omdat met betrekkelijk weinig data rekening gehouden moet worden en er data van eerdere jaren zijn die een patroon laten zien waar lente 2023 zich toe verhoudt.

Een berekening én weervoorspelling voor de komende twee weken over regenval, temperatuur, zon en wind leidt dan per regio tot een startdatum waarop de operatie kan worden begonnen.

Er is eenstemmigheid over dat de raspoetitsa in het warmere Zuid-Oekraïne ongeveer twee weken eerder voorbij is dan in Oost-Oekraïne. Zodat daar de onverharde wegen beter begaanbaar zijn.

Vanwege het verrassingseffect, een afleidingseffect en grootschalige inzet om met tanks snel door te stoten is het niet aannemelijk dat dit geen gezamenlijke operatie wordt. Wel kan er bij de planning rekening mee gehouden worden dat in Zuid-Oekraïne eerder zwaardere (wat gewicht betreft) wapensystemen ingezet kunnen worden dan in Oost-Oekraïne.

Omdat Russische militaire meteorologen dezelfde berekeningen kunnen maken en tot dezelfde conclusies komen over de invloed van het weer op het Oekraïense tegenoffensief kan het voor het Oekraïense leger van strategisch belang zijn om af te wijken van de conclusies van de eigen meteorologen. Om voor een verrassing te zorgen.

Kritiek op de Russische generale staf luidt dat het te veel inzet op de aanval en te weinig op de verdediging. Zodat als het zover komt het Russische bezettingsleger geen goed antwoord zal hebben op een splijtend Oekraïens offensief. Dat heeft met het weer niks te maken. Of het moet zijn dat de Russische generale staf teveel redeneert vanuit de eigen Russische praktijk en dat niet goed vertaalt naar de Oekraïense situatie.

Inwoners Sluiskil wenden zich tot minister voor schadevergoeding wegens wateroverlast Kanaal Gent naar Terneuzen. Twijfels over juridische afhandeling

Tweet van Omroep Zeeland en reactie, 17 april 2023.

Wat als eerste opvalt aan dit bericht en tweet van Omroep Zeeland is de schrijfwijze ‘went‘ in plaats van het grammaticaal correcte ‘wendt‘. Met de betekenis ‘richten tot‘. Nu lijkt het met dat ‘went‘ alsof Sluiskil gewent aan of zich plooit naar de wateroverlast van het Kanaal van Gent naar Terneuzen. Maar het tegendeel is waar.

Bij het onderwerp voel ik me betrokken omdat ik toevallig in Sluiskil geboren ben. Dat komt omdat er toen in Terneuzen, de toenmalige woonplaats van mijn ouders. een nieuw ziekenhuis werd gebouwd. Daarom kwam ik ter wereld in het katholieke Sint-Elisabeth Ziekenhuis in Sluiskil. Sluiskil is deel van de gemeente Terneuzen.

De kwestie is dat water van het kanaal door niet optimale damwanden het dorp inlekt. Dat is technisch falen van de ingenieurs of roekeloos gedrag van de beleidsmakers die het kanaal te veel hebben verdiept. Het dorp ligt aan beide oevers van het kanaal. Bewoners hebben last van grondwateroverlast.

Het kanaal is van grote economische betekenis voor de Nederlandse en Belgische kanaalzone, een zwaar geïndustrialiseerd gebied.

De actiegroep WSW (Stichting Wateroverlast Sluiskil) vraagt minister Mark Harbers (Infrastructuur en Waterstaat) in een brief om schadevergoeding voor de grondwateroverlast. In januari 2023 werd bekend dat de bewoners die last hebben van de grondwateroverlast geen recht hebben op financiële compensatie.

In een kamerbrief van 24 januari 2023 liet minister Harbers weten dat ‘de problematiek van de wateroverlast die door bewoners wordt ervaren‘ door het onderzoeksrapport wordt bevestigd. De brief schetst vijf oplossingen om de grondwateroverlast aan te pakken. De brief zegt niets over compensatie voor de geleden schade van betrokken bewoners. Dat aspect van aansprakelijkheid wordt later op oncontroleerbare wijze aan het technische onderzoeksrapport geplakt.

De gemeente Terneuzen berichtte in januari 2023 de bewoners na het onderzoek dat in opdracht van Rijkswaterstaat werd uitgevoerd dat er geen juridische grondslag voor compensatie zou zijn. Maar intussen zitten bewoners met natte tuinen, schimmel en vocht in hun huizen. Ook als het probleem van de grondwateroverlast niet gefaseerd wordt aangepakt is die schade nog niet verholpen.

Schermafbeelding van deelNota; onderzoek wateroverlast bij Kanaal Gent naar Terneuzen‘ van Rijkswaterstaat aan minster Harbers, 13 januari 2023.

Het is merkwaardig dat betrokken partijen, te weten Rijkswaterstaat, gemeente Terneuzen en het bedrijf North Sea Port die allen economische belangen hebben bij het kanaal hun in de arm genomen juristen laten verklaren dat er geen sprake kan zijn van aansprakelijkheid. Hoe onafhankelijk is dat oordeel? Dat toont enorm gevoelloos van deze drie partijen.

De juristen menen dat er ‘geen sprake is van onrechtmatig handelen‘. Dit lijkt sterk op WC-Eend die WC-Eend adviseert. De juristen hebben sterk de schijn tegen dat ze advies geven dat in overeenstemming ligt met het eigenbelang van de organisatie waarvoor ze werken. Denken ze dat bewoners daar intrappen?

Dit is niet geloofwaardig. Het overtuigt de bewoners niet. Die voelen zich geschoffeerd en met een kluitje in het riet gestuurd. Het vertrouwen in de overheid wordt door dit soort machinaties door overheden en bedrijf beschadigd.

De gemeente Terneuzen had zich bestuurlijk niet in moeten laten met de juridische weging van het technische onderzoek en zich uitsluitend moeten concentreren op de afhandeling. Want de gemeente Terneuzen heeft zorg te dragen voor de bewoners en kan niet verschillende petten tegelijk opzetten. Dat is verwarrend.

Nodig is een bindend advies van onafhankelijke juristen, aan de hand van het technisch onderzoek en de geschiedenis van de verdieping van het kanaal, die niet in relatie staan met betrokken partijen als Rijkswaterstaat, de gemeente Terneuzen en North Sea Port.

Wendt er maar aan, betrokken partijen, dat bewoners geen genoegen niet met een juridisch advies met een hoog WC-Eend gehalte.

In Nijmegen roept een kunstwerk in de openbare ruimte vragen op die niet beantwoord worden

in Nijmegen hebben klimaatactivisten van Extinction Rebellion een kunstwerk een blinddoek omgebonden. Dat gebeurde tijdens de viering dat het kunstwerk ‘Het gezicht van Nijmegen’ (2017) ofwel ‘het Masker’ van Andreas Hetfeld op de plek aan de oever mag blijven staan. De blinddoek werd snel verwijderd.

De argumenten over en weer zijn niet sterk. Op de vraag van de journalist dat het masker niets met het protest te merken heeft antwoordt een klimaatactivist dat dat voor meer standbeelden geldt. Maar wat denkt hij hiermee aan te tonen? Waarna hij een overstap naar het klimaat maakt.

Kunstenaar Hetfeld vindt dat het kunstwerk zijn ‘neutraliteit’ moet houden. Volgens hem komt het kunstwerk door de actie van Extinction Rebellion in een discussie terecht ‘die helemaal niks met het Masker te maken heeft’. Maar kan een maker van een beeld in de openbare ruimte beslissen wat voor maatschappelijke werking het heeft? Naast de twijfel of zo’n beeld ‘neutraal’ kan zijn.

De actie met de blinddoek van Extinction Rebellion beschadigt het kunstwerk niet en is tamelijk onschuldig. Zowel de activist als de kunstenaar weten niet de goede argumenten te vinden om hun standpunt kracht bij te zetten. Ze praten langs elkaar heen.

Het debat dooft als een nachtkaars. Dat is jammer. Want kunst in de openbare ruimte is kwetsbaar, meerduidig en ligt gevoelig. Het roept altijd talloze vragen op. Zoals wie ‘de eigenaar’ ervan is. Het begin van een zinnige beantwoording was welkom geweest.

Met video toont CDA eigen hypocrisie en domheid aan en laat het zien dat het niet slim omgaat met sociale media. CDA is contact met samenleving kwijt

Je moet als politieke partij maar het lef hebben om te zeggen: ‘Maar het CDA wil niet nog meer onderzoek, maar een visie voor heel Nederland.’ Wat een gemaar. ‘Met concrete plannen in samenspraak met lokale en provinciale bestuurders‘. Aldus Inge van Dijk die lid van de Tweede Kamer voor het CDA is in een video die op 31 maart 2023 op YouTube werd geplaatst.

De video roept de vraag op waarom de marketing van het CDA zo stupide is.

Op een pagina waarin het CDA Inge van Dijk voorstelt worden haar de volgende woorden in de mond gelegd: ‘Vernieuwd vertrouwen in de mensen uit de politiek, ook daar wil ik het voor doen. En we kunnen natuurlijk iedereen en alles de schuld geven van dat gebrek aan vertrouwen. De pers, Social Media, populistische partijen. Maar ik kijk liever eerst naar onszelf. Wat doe ik er als politicus aan om dat vertrouwen te verdienen? Doe ik, doen wij, als partij voldoende waar het om draait? Laten we weer terug gaan naar de bedoeling van de politiek en op de weg terug naar vertrouwen.’

Kijkt Inge van Dijk echt ‘naar onszelf‘? Ik geloof er niks van. Gaat Inge van Dijk terug naar ‘de bedoeling van de politiek‘? Ik geloof er niks van. Is Inge van Dijk ‘op de weg terug naar vertrouwen‘ met haar partij? Ik geloof er niks van.

Het CDA doet aan marketing. Ok, dat gaat nu eenmaal zo. Maar het zegt dat het iets doet terwijl het iedereen duidelijk is dat het dat niet doet. Dat is slechte marketing die in de eigen voet schiet.

Het CDA heeft geen visie voor Nederland, zelfs geen conservatieve visie, maar is visieloos. Het CDA zorgt er in het kabinet voor dat er een kabinetscrisis is ontstaan omdat het het regeerakkoord wat het heeft ondertekend ‘open wil breken‘. Om de simpele reden dat het bang is voor een electorale afstraffing vanwege de opmars van BBB.

Het CDA staat de concrete plannen uit het regeerakkoord over het stikstofbeleid in de weg door het vertrouwen erin op te zeggen. Het CDA verhindert dat het kabinet met concrete plannen naar buiten kan treden om in gesprek te gaan met lokale en provinciale bestuurders. Want die laatsten weten niet wat ‘de kaders‘ van die plannen zijn omdat het kabinet geen leiding durft te nemen. Dus het CDA doet het omgekeerde van wat het claimt te doen.

De arme Inge van Dijk moet onzin inspreken waar een realistische politica niet in kan geloven. Wat doet haar partij haar aan?

Dat geaarzel en het op de lange baan schuiven dat is ontstaan door het CDA en trouwens door de ander coalitiepartijen wordt aanvaard wordt door oppositie, boeren, natuurorganisaties, bouwend Nederland en bedrijfsleven veroordeeld. Want alle betrokkenen willen duidelijkheid om verder te gaan. Duidelijkheid die het CDA niet wil geven.

Partijen komen en gaan. Via de politiek moet de macht verdeeld worden. Het is voor het land niet van belang of het CDA daarin een rol speelt. Die rol kunnen andere partijen ook spelen. Het CDA denkt alleen aan het eigen voortbestaan. Zo simpel is het.

Het CDA is hypocriet omdat het het ene zegt en het andere doet. Het CDA is dom omdat het dat op onhandige wijze doet. Het CDA denkt dat de keizers stom zijn en niet doorzien hoe tegenstrijdig het CDA opereert. Het CDA had beter kunnen zwijgen en de video niet op internet geplaatst.

Met deze video toont het CDA de eigen hypocrisie, domheid en wereldvreemdheid aan en laat het zien dat het niet slim om kan gaan met sociale media. Het mist daarvoor elk gevoel en schat het krediet dat het CDA met haar zwalkende koers nog heeft te groot in. Het CDA heeft niet alleen geen antwoord op de vraagstukken van nu, het is elk contact met de samenleving kwijt.

Bietenrepubliek Nederland. Buitenland verdenkt kabinet Rutte ervan stikstofbeleid op te vatten als 1 april grap

Juridisch en politiek heeft Nederland geen ruimte om het stikstofbeleid te verruimen. De natuur ligt in Nederland zwaar onder druk. Vooral de rechtse partijen in het kabinet willen door de schaduw van de BBB dat beleid aanpassen en doen alsof de stem van de boeren belangrijker is dan het belang van de natuur of van de economie.

Allerlei politici en oud-politici beweren dat het regeringsbeleid over stikstof moet worden opengebroken. Ze praten tegen hun achterban en maken zich met hun uitspraken belangrijk. Tegelijkertijd zetten EU, klimaatactivisten, natuurbeweging en D66 druk om nu eindelijk eens de landbouwsector aan te pakken.

Dat uitstellen van handelen zorgt voor een 1 april grap waar het buitenland krom om ligt van het lachen. Het ooit pragmatische en voorbeeldig gidsende Nederland is veranderd in een bietenrepubliek.

Premier Rutte heeft na dagen kabinetsoverleg een pauze aangekondigd in de aanpak van het terugdringen van de stikstofuitstoot. Terugdringen moet en is onontkoombaar. Dat weet het kabinet dat tijd koopt om niets te doen. De pauze is de rust van de doodlopende weg.

Een groot deel van Nederland houdt zich voor de gek. En beseft dat. Maar doet alsof het dit niet beseft. Alsof het potverteren op de toekomst niet op kan. Bang voor de volksgunst, bang voor het ontbreken van een eigen geweten, bang om knopen door te hakken.

Zo wordt het voortbestaan van een kabinet belangrijker dan het beleid. Maar dat is niks nieuws, zoals 1 april grappen niks nieuws zijn.

Is BBB uitgeraasd voordat het CDA instort?

Tweede Kamerlid en partijleider BBB Caroline van der Plas op verkiezingsavond voor de provinciale verkiezingen op 15 maart 2023. Op: nu.nl.

Juridisch is de coalitie gebonden om de stikstofuitstoot op korte termijn sterk terug te dringen. Minister van der Wal kan niet anders dan doorgaan met haar beleid. Het is jammer dat er op Landbouw zo’n jojo van CU zit die vooral bang voor zichzelf lijkt.

Farmers Defence Force (FDF) met radicale boeren is een mantelorganisatie van de multinationals van de agro-industrie. Het zet op haar beurt BBB onder druk.

FDF en BBB zetten de gematigde boeren en politieke partijen vanwege het economisch belang van de multinationals van de agro-industrie met valse romantiek en misleiding onder druk. Dat alles wordt tot nu toe in de publiciteit spaarzaam benadrukt. 

Nu lijkt het alsof die Caroline een natuurverschijnsel is dat uit het niets ontstaan is. Niets is minder waar. De kleur van haar nagels lijkt in de algemene pers tot nu toe belangrijker dan haar politieke standpunten. Zo worden haar beweegredenen en de geldstromen weggetoverd.

Gevolg is politieke polarisatie en het ontstaan van kampen die onverzoenlijk tegenover elkaar komen te staan. 

Van radicaal-rechts inclusief BBB, FDF en de agro-industrie die blijft inzetten op hoge productie (grotendeels voor de export). 

Van gematigd-rechts als CDA en (delen van) VVD die zich door radicaal-rechts laat chanteren. 

Van links inclusief D66, Volt, GroenLinks, PvdA, PvdD en milieu- en natuurorganisaties die de Nederlandse stikstofuitstoot op z’n laatst per 2030 wil halveren.

Profiel van VVD-kandidaat-voor de Eerste Kamer Marijke Everts die werkt voor de agro-industrie (VanDrie Group).

Niet alles kan teruggebracht worden tot partijpolitiek zoals afgelopen week in de media gebeurde. Dat is misleiding. Het is voor de lange termijn niet interessant wie met wie gaat en wie niet met wie gaat.

Van vele kanten wordt vanwege natuur en klimaat de noodzaak voor het terugbrengen van de stikstofuitstoot en de uitstoot van broeikasgassen bevestigd. Ook door de Hoge Raad. Dat zijn de kaders voor de Nederlandse politiek om binnen te werken. De oplossing die BBB voorstaat is fantasie.

BBB leeft in een parallelle wereld. Het is een partij die door de multinationals van de agro-industrie wordt gesteund om de hervorming van de extensieve productie-landbouw richting duurzaamheid te vertragen. 

Coalitiepartijen zijn juridisch verplicht om de natuur te beschermen en de stikstofuitstoot zo snel mogelijk terug te dringen. 

Daarnaast dreigt heel Nederland op slot te gaan als de coalitie de stikstofuitstoot niet aanzienlijk terugdringt. Met als gevolg geen bouw van nieuwe woningen, wegen en aanleg van bedrijfsterreinen. 

Dat BBB vanwege eigenbelang en een conservatieve overtuiging op de rem van de stikstof-maatregelen staat is een ding, maar dat andere partijen zich daar door laten leiden is een ander ding. 

Schermafbeelding van deel artikel ‘Partij voor de Dieren voorziet problemen machtsgreep ‘conservatief blok’ van ANP op Nieuwe Oogst, 6 maart 2023.

Elke partij die zegt dat natuur en klimaat ondergeschikt zijn aan eigenbelang, dat in de openbaarheid wordt weggepoetst, is niet principieel, maar opportunistisch en kortzichtig.

De overheid moet duidelijker dan nu beleid op het gebied van natuur en milieu formuleren. Om daar aan vast te houden.

De overheid heeft afgelopen decennia een natuur- en milieubeleid gevoerd dat kan worden omschreven als pappen en nathouden, wensdenken, noodverbanden leggen en struisvogelpolitiek.

Dat geeft onzekerheid bij sectoren, niet in het laatst de landbouw die telkens met nieuwe maatregelen worden opgescheept. Dat is slecht bestuur. Nodig is duidelijkheid waaraan wordt vastgehouden, zodat investeringen in de toekomst kunnen worden gedaan.

Dat is niet de duidelijkheid van radicaal-rechts en de agro-industrie om alles bij het oude te laten, maar de duidelijkheid van een goed omschreven tijdpad dat gericht is op de toekomst met verplichtingen, investeringen, duurzame landbouw en perspectief voor een afgeschaalde Nederlandse landbouwsector die niet langer de tweede landbouwexporteur ter wereld is.

De hoge belastbaarheid van de Nederlandse natuur en omgeving is onhoudbaar. Juridisch, economisch, internationaal en milieutechnisch overschrijdt het nu al grenzen. Op zichzelf gerichte provinciale politiek doorkruist een oplossing.

Boeren willen best duurzaam werken en natuur beschermen. Niet alle boeren delen het standpunt van BBB, FDF en de agro-industrie. Ook dat wordt in de publiciteit te weinig benadrukt. Nu intimideren de meest radicale schreeuwers een sector die als vanouds behoudend is. Daar wringt iets in de beeldvorming.

De beeldvorming over het succesvolle BBB in de provinciale verkiezingen van 15 maart 2023 gaat tot nu toe over uiterlijkheden en poppetjes. Waarschijnlijk laat de coalitie de brand uitrazen totdat de spreekwoordelijke ‘15 minutes of fame’ van Caroline voorbij zijn. Het risico is het CDA dat in paniek op zoek naar identiteit is en geen gezaghebbende leiders heeft om het grotere geheel van een duurzaam natuur- en milieubeleid te zien, laat staan uit te voeren.

BBB wint fors, maar zal het natuur- en stikstofbeleid niet kunnen domineren

BBB (BoerBurgerBeweging) heeft een prima resultaat geboekt in de provinciale verkiezingen. In de Eerste Kamer komt de partij volgens de prognoses binnen met 15 zetels. Evenveel als de linkse combinatie GroenLinks/PvdA. De tellingen zijn nog gaande en de uitslagen nog niet definitief.

Interessant is dat BBB kiezers heeft weten te motiveren die anders niet naar het stemhokje gingen. Dat is knap, hoewel volgens de prognoses de opkomst met 57,5% niet veel hoger is dan 56% in 2019. Dus dat effect blijft bescheiden.

Dat op rechts PVV, CDA en vooral FvD verloren is de wetmatigheid van verkiezingen. Ze vissen in dezelfde vijver en wisselen stuivertje. Toch is er ook overloop tussen blokken. Kiezersonderzoek zal aan moeten tonen in welke mate de achterban van coalitiepartijen op BBB stemde.

Iedereen vraagt zich af of BBB een blijvertje of een eendagsvlieg is. Dat antwoord valt nu nog niet te geven. Het kan zomaar gebeuren dat BBB op provinciaal niveau onhandig opereert. Partijleider Caroline van der Plas opereert binnen de democratische normen, maar kan in haar eentje niet alles in de hand houden.

De overwinnaar van de vorige provinciale verkiezingen in 2019 was FvD met 12 zetels in de Eerste Kamer. Onder de chaotische leiding van partijleider Thierry Baudet verkruimelde dat snel en werd er politiek niets binnengehaald. Het politieke handwerk bij die FvD ontbrak.

Een kiezer die uit protest op een partij stemt wil ook dat er iets bereikt wordt. FvD zat zichzelf in de weg door te radicaliseren, de onredelijkheid te zoeken en zich op een uitzondering als de provincie Noord-Brabant na buiten de onderhandelingen te plaatsen. En in die provincie ging het uiteindelijk ook fout voor FvD. Bescheidenheid is de les voor BBB.

De goede uitslag van BBB moet in perspectief worden gezien. Partijen die niet willen tornen aan het kabinetsbesluit om de stikstofuitstoot in uiterlijk 2030 te halveren halen volgens de prognose 30 zetels (GroenLinks, PvdA, D66, PvdD, CU, Volt). Daarnaast is er Europese wetgeving die het bovengemiddeld vervuilde Nederland verplicht om de stikstofuitstoot te halveren en de natuur beter dan nu te beschermen.

Dat het CDA en delen van de VVD zich halfslachtig en lafhartig opstellen in het stikstofbeleid bevordert de duidelijkheid niet. Dat gezwalk heeft het CDA niet geholpen. Nu de provinciale verkiezingen zijn geweest kunnen VVD en CDA op landelijk niveau weer volmondig het natuur- en stikstofbeleid van het kabinet ondersteunen. Het probleem zit ‘m in de uitvoering in de provincies.

Vraag voor de komende vier jaar is of BBB een redelijke of onredelijke partij is. Het zal spaarzaam moeten zijn met haar eisen om zich niet uit de markt te prijzen, zoals een door Caroline van der Plas aangekondigde stop op de verplichte onteigening van boerenbedrijven vanwege te grote stikstofuitstoot. Maar of ze daarmee praat tegen haar kiezers of andere partijen is onduidelijk.

Want ook als grootste partij heeft BBB in de provincies anderen nodig om een meerderheid te vormen. En in de Eerste Kamer kan het kabinet over links steun vinden bij GroenLinks en PvdA in het natuur- en milieubeleid met op de achtergrond de steun van PvdD en Volt.

De koppen in de populistische pers en uitspraken van rechtse politici dat de uitslag betekent dat het beleid van de coalitie is afgestraft en daarom gewijzigd moet worden is wensdenken. Zo werkt politiek niet. Politiek gaat over de vorming van de macht en niet om emoties of stemmingmakerij. Of dat laatste in elk geval niet voor de langere termijn.

Als het kabinet in de samenwerking met links over het natuurbeleid een meerderheid vindt in de Eerste Kamer, dan is dat zoals politiek werkt. Een politicus-bestuurder is eerder een loodgieter dan een filosoof. Het gaat om het handwerk van onderop. Meerderheden hebben geen geheugen of emotie, maar worden in elkaar gesleuteld.

Relativering tekent de positie van BBB die als het feest van de overwinning is gevierd niet kan overvragen omdat de partij niet nodig is voor een meerderheid. De partij heeft er weinig aan om in provinciebesturen hoge eisen te stellen over het natuur- en stikstofbeleid die juridisch onhoudbaar zijn en aangevochten zullen worden door Hoge Raad, EU of milieuactivisten. De marges voor BBB zijn klein.

Gedachten bij foto’s van Juliusz Dutkiewicz in de Boekovina (1867-1880)

 Juliusz Dutkiewicz, Landschaftsansicht mit einem Ölbohrturm in Sloboda, in der Bukowina (vom Bearbeiter vergebener Titel), 1867. Collectie: MAK Wien – MAK Museum Wien.

Iedereen heeft zich opgedirkt voor fotograaf Juliusz Dutkiewicz (1834-1908). De houten olieboortoren Zygmunt in de Boekovina is versierd. Het lijkt een circusact van trapezewerkers. Toen was dit voormalig hertogdom Oostenrijk-Hongaars gebied. Nu is het noorden van de Boekovina Oekraïens en het zuiden Roemeens.

Een toelichting bij de tentoonstelling Ölrausch und Huzulenkult – Fotografische Streitobjekte aus Galizien und der Bukowina (tot 26 maart 2023) in het Volkskundemuseum in Wenen zegt (vertaald): ‘De modernste industrie in de armste regio: nergens botsten de tegenpolen meer dan aan de rand van de Habsburgse monarchie. Terwijl petroleumingenieurs en speculanten Galicië en Boekovina naar de moderne tijd katapulteerden, zochten etnografen naar de overblijfselen van een veronderstelde originaliteit bij de mensen die in de ontoegankelijke oostelijke Karpaten woonden, naar ononderbroken tradities in kleding of handwerk, gebruiken of huizenbouw.’ De Hutsuls is een etnische groep waarvan er volgens opgave van de Roemeense overheid in 1930 nog 12.456 waren.

Juliusz Dutkiewicz: Ansicht der Schächte in den Petroleum-Minen in Słoboda Rungórska, Bezirk Kolomea, Ostgalizien, um 1880 © Scientific Library of the PAAS and the PAS in Cracow, FD 488.

In de foto’s van Juliusz Dutkiewicz uit de tweede helft van de 19de eeuw komen beide uitersten samen: de moderne en traditionele tijd. Of de vermeend traditionele tijd. Dus exploitatie en exploratie van deze streek die nu behoort tot de Oekraïense Oblast Iwano-Frankiwsk.

De verkenning van het eigen Oostenrijks-Hongaarse achterland past in een 19de eeuws patroon van koloniale machten die continenten verkenden en daarmee probeerden er hun stempel op te zetten. Economische en culturele macht gaan vaak nauw samen. Etnografisch onderzoek kan de claim op land of grondstoffen rechtvaardigen.

De benauwdheid van Oostenrijk-Hongarije was dat het geen koloniën had en daarom niet mee kon komen met de andere toenmalige Europese natiestaten die wereldwijd grondgebied veroverden. Dan blijft de innerlijke oriëntatiereis over. Tussen de boortorens door. Innerlijke exploratie lijkt een oud familielid van innerlijke emigratie.

Begripsverwarring door marketing van niet-vlees, niet-kunst en niet-museum voor product La Vie

Schermafbeelding van deel artikel ‘La Vie benut publieke muur van Straat Museum voor street art‘ in Marketingtribune, 8 februari 2023/

Een artikel van 8 februari 2023 in Marketingtribune roept de vraag op wat de grenzen aan de kunst én de taal zijn. Het gaat om marketing van plantaardige bacon van het plantaardig vleesmerk La Vie ‘op een publieke muur van de NDSM loods‘ in Amsterdam.

De campagne van ‘branding agencyVengean en mediabureau Zuiver Media leunt op tegenstellingen en wonderspreuken. Dat laatste is hoe dan ook het uitgangspunt van marketing, maar in dit project wordt dit extra aangescherpt. Vlees is geen vlees, kunst is geen kunst en een museum is geen museum. Dat wordt door elkaar gemixt en zo ontstaat totale begripsverwarring. Met als uiteindelijk doel: promotie voor en verkoop van het product.

De graffiti muurschildering wordt voorgesteld als een ‘gigantisch kunstwerk‘ en gerealiseerd ‘door bekende street artist met een boodschap ‘Ceci n’est pas un cocon’. In dit artikel worden geen namen genoemd van de ‘artist‘. De jongens en meisjes van de marketing denken waarschijnlijk dat ze met een verwijzing naar een schilderij van René Magritte het domein van de kunst hebben bereikt.

Of dit lui of slordig denken is van deze marketingbureaus valt te bezien. Iedereen moet zich straffeloos cultureel alles kunnen toe-eigenen. Dus ook de marketingsector mag knippen, plakken, ontlenen en vervormen. Dat doet het als geen ander.

Om niet-vlees vlees te noemen, niet-kunst kunst en niet-museum museum lijkt toch van een andere orde. Dat nadert het domein van list en bedrog. Zwendel met begrippen.

Iedereen is in de visie van de jongens en meisjes van de marketing een kunstenaar of in hun jargon, een ‘artist‘ die opereert in een museum of een Straat Museum. De hele wereld wordt zo met een marketingbril bezien een museum. In een ‘wereld met alles wat lekker is aan varkensvlees, zonder varken‘ die duurt zolang de opdracht van La Vie loopt.