Begint op koningsdag de revolutie in Rotterdam? Waarschijnlijk niet, maar als de revolutie ergens begint, dan is het in Rotterdam. De meest revolutionaire stad van het land.
Het getuigt van overmoed van de monarchisten om in 2023 koningsdag in Rotterdam te vieren. Waarom daar? Uit jaarlijkse opinieonderzoeken van Ipsos in opdracht van de NOS blijkt dat de populariteit van koning Willem-Alexander van jaar tot jaar daalt.
Zijn rapportcijfer is 6,5 en nog slechts 46% heeft veel vertrouwen in hem als staatshoofd. Het gebrek aan vertrouwen in hem neemt weliswaar toe, maar nog steeds spreekt 46% sterk vertrouwen in hem uit tegen 18% geen of weinig vertrouwen. Dat laatste cijfer van 18% ontbrekend vertrouwen begint geleidelijk te duiden op een tweedeling in de samenleving.
Die dalende trend valt te verklaren uit het feit dat koning Willem-Alexander aantoonbaar niet enthousiast is over Nederland. Op hun beurt kunnen Nederlanders dan niet enthousiast over hem zijn. Dat inzicht sijpelt steeds meer door in de publieke opinie en vertaalt zich in de opinieonderzoeken.
Als men stelt dat Nederland recht heeft op een staatshoofd dat volledig gaat voor de functie en er zin en interesse in heeft om die functie te vervullen, dan is Willem-Alexander een mismatch. Als staatshoofd is hij niet de optimale keuze. Republikeinen betogen dat de kans op een mismatch kleiner is als er uit alle Nederlanders op democratische wijze een president gekozen wordt die er wel zin in heeft.
Schermafbeelding van deel artikel ‘Zwart dragen als tegendemonstratie Koningsdag: ‘Een viering van de kloof tussen arm en rijk’ van Open Rotterdam, 24 april 2023.
Diverse groepen Rotterdammers roepen op om uit protest op koningsdag zwart te dragen. Dat kan opgevat worden als tegenhanger van het monarchistische wit. De tegenstand tegen de monarchie is gefragmenteerd, hoewel er voor het eerst sinds jaren een professioneel opererende Republikeinse lobbygroep is die de oppositie tegen de monarchie kan bundelen: De Republikein. Of het ontstaan van een alternatief voor de monarchie de cijfers beïnvloedt is niet onderzocht.
VPRO’s ‘De Avondshow met Arjen Lubach‘ is van maandag tot en met donderdag te zien op NPO1. Het lijkt te vaak te veel uitzendtijd voor de tekstschrijvers om constant een hoog niveau te handhaven. Zouteloosheid en gebrek aan scherpte is het gevaar.
Vooral de gesprekken aan het eind met cabaretiers, omroepcoryfeeën en VPRON’ers (Bekende Nederlanders voor een VPRO-publiek) zijn doorgaans nietszeggende invulling van de tijd. Waarom boekt het programma geen kunstenaars, wetenschappers en eigenzinnige individuen? Waarom moet dit gesprek in het frame van het cabaret of het lichte amusement gegoten worden?
Is het een voorwaarde van de netmanager om het populair en eenvoudig te houden zodat de gemiddelde NPO1-kijker het kan volgen? Mag als compromis tussen netmanager en de programmaleiding van de VPRO tijdens het hele programma de lat niet te hoog liggen om het brede publiek niet af te stoten? Het studiopubliek doet trouwens elke avond weer kritiekloos een poging om de applausmachine te verslaan, maar beseft onvoldoende dat het zo de nuance verslaat.
Te vaak ontbreekt de urgentie om naar het programma te kijken. Minder uitzenddagen zou raadzaam zijn zodat de kwaliteit op een hoger peil gebracht kan worden. Dat past blijkbaar niet in het format van NPO1. Er is geen tussenweg tussen marginale en brede programmering. Juist van die tussenweg zou gezien de niet onbegrensde middelen het team van Lubach kunnen profiteren. Er zouden daarom óf meer middelen moeten worden vrijgemaakt óf het tempo van de uitzendingen moet omlaag.
Ondanks die kritiek opereert presentator Arjen Lubach zienderogen met plezier en vergroot samen met zijn begeleidend team steeds meer het vakmanschap. Als het wel lukt en hij goede teksten en onderwerpen in de mond gelegd krijgt die perfect worden geserveerd, dan behoort De Avondshow tot het beste wat de Nederlandse omroep te bieden heeft.
Zo’n pareltje en voor Lubach en zijn team een terugkerend thema is het koningshuis. Mede gezien het profiel van een breed publiek van NPO1 zal het beseffen het niet te vaak te kunnen gebruiken. Maar het is een kernthema waarin het hart van Lubach en zijn team klopt.
Republikeinen zijn in opmars en de populariteit van het Nederlandse koningshuis neemt gestaag af. De nu beter dan sinds lange tijd goed georganiseerde Republikeinen hebben aan zelfvertrouwen gewonnen en demonstreren komende Koningsdag in Maastricht langs de route onder het motto ‘Willem de Laatste?‘, aldus een bericht van RTL Nieuws. Volgens voorzitter Floris Müller van Republiek zijn veel mensen klaar met het koningshuis. Uit een peiling van Ipsos in opdracht van de NOS bleek in 2021 nog maar 57 procent tevreden is met de Nederlandse monarchie.
Aanzwellende kritiek op het koningshuis geeft dit onderwerp rugwind en vindt nu daarom ook een steeds gewilliger oor bij een breed publiek. Juist dan kan De Avondshow zijn maatschappelijke nut bewijzen door te wijzen op aspecten die doorgaans op de publieke omroep een breed publiek niet in een kritische vorm bereiken. Dat is de winst van het compromis tussen verdieping en verbreding om in te spelen op een breed publiek.
Het is de hoogste tijd dat kritiek op het koningshuis op de publieke omroep klinkt omdat nog slechts een kleine meerderheid tevreden is met de Nederlandse monarchie. Dat is een kwestie van representatie van overtuiging. Weliswaar is de Oranjepropaganda nog de norm op media en in de publieke opinie. Het heeft nog steeds vele malen meer zendtijd en promotors die de monarchie verdedigen, dan de relativering van de waarde ervan.
Een kritische uitzending van De Avondshow maakt weinig verschil. Het tekent wel de geleidelijke wordende volwassenheid van de publieke omroep dat het ook kritiek op het koningshuis voor een breed publiek laat doorklinken. Eindelijk.
Meesterlijk is de afsluiting van het fragment over de Lintjesregen met een conclusie die dwingend, sluitend en onafwendbaar is: ‘Die hele lintjesregen is gewoon één grote PR-stunt voor het koningshuis. Het is heel goed om mensen in het zonnetje te zetten, maar daar hebben we die fucking koning toch niet voor nodig‘.
Leuke video van RTL Nieuws/ RTL Z. Het prikt niet zozeer de mythe van het economische belang van Nederlandse monarchie voor BV Nederland door, maar stelt die wel ter discussie.
De monarchie van het betrekkelijk kleine Nederland is relatief duur. Het meer dan viermaal zo grote Duitsland heeft mindere kosten dan de Nederlandse monarchie. Overigens is het vergelijkend onderzoek naar Europese koningshuizen van de Gentse hoogleraar Herman Matthijs waarnaar in de video verwezen wordt niet optimaal en geeft het de regering een ontsnappingsmogelijkheid om niet in te grijpen en in de bijdrage te snijden van de staat aan de monarchie, zoals al in 2010 uit het antwoord van de toenmalige regering op kamervragen bleek. Het is een politieke keuze om niet in de vergoedingen van staat aan monarchie te snijden.
Over de opbrengsten van de Nederlandse monarchie bij buitenlandse handelsmissies is geen diepgaand onderzoek gedaan. Er is dan ook weinig zinvols over te zeggen. Republieken zouden niet minder succesvol zijn in hun handelsmissies, maar dat is opnieuw appels met peren vergelijken. Er valt eigenlijk niks negatiefs, maar evenmin iets positiefs te zeggen over de inzet van de Nederlandse monarchie bij buitenlandse handelsmissies. Een gunstig effect op de Nederlandse economie van handelsmissies waaraan de koning deelneemt valt niet vast te stellen.
Meten is weten, en niet meten is niet weten. Er zijn geen harde cijfers over kosten en opbrengsten van de Nederlandse monarchie. Men kan zich afvragen of dat toeval is of dat informatie door regeringen bewust vaag wordt gehouden. Hoewel zeker lijkt dat de Nederlandse monarchie waarschijnlijk absoluut en zeker relatief, duur is vergeleken met andere Europese monarchieën en republieken.
De keuze voor de staatsvorm speelt niet alleen op economisch, maar ook op maatschappelijk, mentaal en politiek vlak. Wat mag een mythe kosten? Dat geeft al aan dat het maken van een vergelijking over de kosten van de staatsvorm er niet makkelijker op wordt. Wat we wel kunnen zeggen is dat hoe meer de Nederlandse monarchie aan maatschappelijke steun verliest en als zinvol voor Nederland wordt gezien, hoe lastiger het voor de zittende regering is om vol te houden dat de relatief hoge kosten het waard zijn en niet naar beneden kunnen worden gebracht. Uit peilingen van de afgelopen jaren blijkt afnemende steun voor koning en koningshuis.
Wat hebben Jelle van Baardewijk in gesprek met schrijver en columniste Daniela Hooghiemstra over haar boek: ‘Om de liefde, voor de troon‘ en het Team van Veronica Inside met elkaar te maken? Op het eerste gezicht weinig, maar bij nader inzien heel veel.
Hooghiemstra’s boek gaat over prinses Irene die trouwde met de Spaanse troonpretendent Carlos Hugo van Bourbon-Parma. Maar Carlos Hugo werd het niet, Juan Carlos wel.
Zowel Hooghiemstra als de mannen van Veronica Inside gaan niet mee in de bewieroking van de Nederlandse monarchie. Integendeel, ze zijn er kritisch op. Hooghiemstra vanuit het hoofd, Veronica Inside met Johan Derksen in de spits vanuit de onderbuik. Beide uitingen versterken elkaar.
Als Willem-Alexander niet enthousiast is over Nederland, dan kunnen burgers niet enthousiast over hem zijn. Dat inzicht sijpelt steeds meer door in de publieke opinie. Daar zijn deze twee uitingen de uitdrukking van.
Of men het nou eens is met deze critici is niet eens van belang. Het gaat erom dat in de publieke opinie de Nederlandse monarchie vanuit de macht beschermd wordt. De pers is wat het koningshuis betreft gelijkgeschakeld en heeft zich laten breidelen. Daarom zijn deze kritische geluiden verfrissend. Ze komen niet van hielenlikkers die zich onderwerpen.
Eerder dit jaar schreef ik in een commentaar: ‘Van de Nederlandse monarchie ben ik geen fan, maar de onderdanigheid van de hielenlikkers vind ik nog moeilijker te verteren. Als republikein of monarchist kun je om politieke redenen tegen of voor de monarchie zijn. Dat is een standpunt. Maar de hielenlikkers gaan verder en verliezen zichzelf in onderworpenheid. Dat past niet bij een volwassen democratie met mondige burgers.
Deze kritiek valt steeds meer in vruchtbare bodem Volgens een opiniepeiling van IPSOS in opdracht van Nieuwsuur van december 2020 is het vertrouwen in koning Willem-Alexander fors gedaald. De NOS zei in een bericht: ‘In april van dit jaar had nog 76 procent van alle Nederlanders tamelijk veel of veel vertrouwen in de koning, in december is dat nog maar 47 procent’. Een meerderheid die vertrouwen heeft in de koning is in 2020 veranderd in een minderheid.
Na 35’40” in het interview voor De Nieuwe Wereld gaat het over de rol van koning Willem-Alexander die Hooghiemstra vergelijkt met zijn moeder: ‘Willem-Alexander die had daar eigenlijk geen zin in. Het heeft echt wel even geduurd voordat hij zich kon verenigen daarmee en hij heeft toen wel een belangrijke opmerking gemaakt tegen Paul Witteman. Hij heeft toen gezegd als het Nederlandse volk niet accepteert met wie ik wil trouwen, dan word ik geen koning‘. Dit geeft aan dat de koning niet veel zin had in zijn functie en zijn eigen individualisme belangrijker vindt dan de functie van staatshoofd. Dat lijkt niet veranderd te zijn.
De volgende logische stap is dan om Willem-Alexander van zijn functie te bevrijden, de erfopvolging af te schaffen en van Nederland een republiek met een president als staatshoofd te maken. Dat heeft niet eens te maken met de vraag of een monarchie of republiek het best bij Nederland past. De vaderlandse geschiedenis wijst uit dat Nederland een verleden heeft met succesvolle republikeinse en monarchistische perioden en vertegenwoordigers. Republiek en monarchie passen beide bij de Nederlandse geschiedenis, volksaard en traditie.
Als men stelt dat Nederland recht heeft op een staatshoofd dat volledig gaat voor de functie en er zin in heeft om die functie te vervullen, dan is Willem-Alexander een mismatch. Als staatshoofd is hij niet de optimale combinatie.
Vanuit hoofd en gevoel wijzen Hooghiemstra en Johan Derksen op exact hetzelfde, namelijk dat koning Willem-Alexander zich vooral opstelt als individu die ook nog eens liefst in het buitenland vakantie viert en niet het optimale staatshoofd is dat Nederland nodig heeft. Nu neemt Nederland genoegen met een staatshoofd die het dienen van Nederland als tweede keus ziet en niet echt zin heeft in het vervullen van zijn functie. Het is geen wonder dat zo’n afstandelijke houding van de koning steeds meer kritiek oproept.
Hoe noem je een lookalike of dubbelganger die totaal niet lijkt? Een plaatsvervager? Artiestenbureau JB Productions maakt publiciteit voor iemand van wie het claimt dat die op koning Willem-Alexander lijkt. Naar eigen zeggen was hij te zien in campagnes voor De Staatsloterij, Ter Stal, Toto, Burger King en Albert Heijn. Artiestenbureau JB Productions zegt over zichzelf ‘al 32 jaar uw partner voor het boeken van artiesten, winkelcentrum promotie, huren van attracties, kindershows en Sinterklaas entertainment en Kerst entertainment‘ te zijn.
De tragiek van het Nederlandse koningshuis is dat koning Willem-Alexander de beste dubbelganger van zichzelf is. Het verschil tussen schijn en wezen is immens. De kloon van Artiestenbureau JB Productions komt niet in de buurt van wat Willem-Alexander is.
Het kenmerk van de Nederlandse monarchie is de gespletenheid ervan. Een voorbeeld daarvan is de omgang met kunstbezit dat goed de mentaliteit verraadt. De koninklijke familie claimt belang te hechten aan kunst en als vertegenwoordiger daarvan heeft het de kunstminnende prinses Beatrix naar voren geschoven omdat ze op goede voet zou staan met allerlei kunstenaars. Maar tegelijk liegt, fraudeert, steelt en verkoopt de monarchie op slinkse wijze kunstbezit dat het zichzelf heeft toegeëigend en zeer vermoedelijk rijksbezit is. Dus van u en mij.
Onderzoeksjournalisten van onder meer Zembla en NRC hebben afgelopen jaren misstanden en financiële en juridische scheve schaatsen van leden van de koninklijke familie blootgelegd. Het heeft de Tweede Kamer in beweging gebracht. Want wat rijkseigendom is moet niet door de familie van Oranje ontvreemd kunnen worden.
Het recent verschenen boek Tussen Kunst en Cash van NRC-journalisten Arjen Ribbens en Pieter van Os zet de malversaties door leden van het Nederlandse koninklijke huis op een rijtje in het hoofdstuk ‘Familie Van Oranje’. Ook voor iemand die de feiten al kent is voor het aanzien van de Nederlandse monarchie de opsomming vernietigend om te lezen.
Eruit blijkt dat de leden ervan worden gedreven door hebzucht, elk ontbrekend respect voor kunst en erfgoed, de brutaliteit en arrogantie om procedures opzij te zetten en mensen die van hen afhankelijk zijn voor hun karretje te spannen en het totaal gemis aan verbondenheid met de Nederlandse kunst, geschiedenis en samenleving. Het beeld ontstaat dat het eigen welzijn en het spekken van de bankrekening het enige is dat telt voor de familie Van Oranje. Botheid, lompheid en intimidatie van ‘onderdanen’ blijkt een Oranje-traditie te zijn. Die verhuld wordt voor de Nederlanders.
Onrecht kan nooit in zichzelf bestaan. Dat wordt pas mogelijk als anderen het mogelijk maken. In dit geval degenen die óf tegen hun zin onder druk worden gezet door de familie Van Oranje om frauduleus te handelen óf uit vrije wil de nabijheid van de kroon zoeken om daar enig voordeel uit te kunnen halen. Dat houdt in dat de Nederlandse monarchie niks is als de samenleving er afstand van neemt en niet accepteert.
Oranjepropaganda is het tegengif tegen deze kritische houding. De meer populaire media worden door de Rijksvoorlichtingsdienst gemuilkorfd door een mediacode en journalisten van serieuze media worden gefêteerd en uitgenodigd door de monarchie zodat elke neiging om kritiek te hebben door Oranje wordt geneutraliseerd.
Hoe dat werkt en hoe ver die steun kan gaan bleek toen prinses Beatrix in 2013 aftrad en ze werd bewierookt in de media. PowNews noemde toen de ‘Beatrix-journalistiek’: ‘Historisch slechte televisie’. Ribbens en Van Os hebben met terugwerkende kracht met hun boek de eer van NRC gered die de toenmalige Vlaamse hoofdredacteur Peter Vandermeersch in 2013 door zijn kritiekloos pro-Oranje mediaoptreden te grabbel gooide.
Wat me elke keer weer verbaast als er een koningsdag of een andere festiviteit is waarbij de leden van de monarchie opdraven is de schaamteloosheid van de gladstrijkers, hermelijnvlooien, jaknikkers, hofmuizen en hielenlikkers van Oranje die zich naar voren dringen om zich te onderwerpen. Waarom doen ze het? Wat winnen ze erbij? Zijn ze betoverd door de magie van de operette waarvan ze hopen dat die op hen afstraalt en niet meer verantwoordelijk voor hun daden?'
Dit gedrag is bevreemdend. Ik kan er niet aan wennen. Hoeveel kritiekloze aandacht voor het koningshuis kan de weldenkende burger aan? Wat heeft dit gedrag nog te maken met een volwassen democratie met mondige burgers die menen zich in de nabijheid van de troon te moeten aanstellen als clowns of ondergeschikten bij wie door een hersenoperatie het zelfbewustzijn is verwijderd?
Wat moet Nederland met een door een artiestenbureau het land ingestuurde slecht lijkende dubbelganger van koning Willem-Alexander die aan het hoofd staat van een controversiële familie, om het neutraal en netjes te zeggen? Het valt het artiestenbureau niet kwalijk te nemen dat het inspeelt op een behoefte die blijkbaar in Nederland bestaat. Het raadsel is waarom de Nederlandse samenleving nog interesse wil tonen in een familie die de kantjes er zo afloopt. Als het een gewone familie was geweest waren ze allang aangeklaagd en veroordeeld wegens wangedrag.
Van de Nederlandse monarchie ben ik geen fan, maar de onderdanigheid van de hielenlikkers vind ik nog moeilijker te verteren. Als republikein of monarchist kun je om politieke redenen tegen of voor de monarchie zijn. Dat is een standpunt. Maar de hielenlikkers gaan verder en verliezen zichzelf in onderworpenheid. Dat past niet bij een volwassen democratie met mondige burgers.
Het innemen van zo’n positie past bij autoritaire landen als Noord-Korea of de Russische Federatie waar de media gelijkgeschakeld zijn en de burgers niks te zeggen hebben. In Nederland nemen de burgers in navolging van de bevoorrechten die het voorbeeld geven welbewust en vrijwillig een kritiekloze positie in. Hoewel het de vraag is hoe bewust ze zich daar zelf van zijn. Er klinkt trouwens steeds meer kritiek op de monarchie waarbij het de vraag is of dat komt door de afnemende steun ervoor of toenemende kritiek op de bevoorrechten die de monarchie stutten.
Wat me elke keer weer verbaast als er een koningsdag of een andere festiviteit is waarbij de leden van de monarchie opdraven is de schaamteloosheid van de gladstrijkers, hermelijnvlooien, jaknikkers, hofmuizen en hielenlikkers van Oranje die zich naar voren dringen om zich te onderwerpen. Waarom doen ze het? Wat winnen ze erbij? Zijn ze betoverd door de magie van de operette waarvan ze hopen dat die op hen afstraalt en niet meer verantwoordelijk voor hun daden?
Dit gedrag is bevreemdend. Ik kan er niet aan wennen. Hoeveel kritiekloze aandacht voor het koningshuis kan de weldenkende burger aan? Wat heeft dit gedrag nog te maken met een volwassen democratie met mondige burgers die menen zich in de nabijheid van de troon te moeten aanstellen als clowns of ondergeschikten bij wie door een hersenoperatie het zelfbewustzijn is verwijderd?
Wat doen in hemelsnaam die burgemeesters, lokale bobo’s, hoofdredacteuren, ambtenaren, journalisten, gasten van talkshows en andere opinieleiders zichzelf en hun geloofwaardigheid aan door de monarchie in bescherming te nemen, te prijzen en uitgebreid te bewieroken? Dat gedrag is voor een buitenstaander die afstand wil houden tot nationalisme, koningshuis en sportverdwazing waarbij de kleur oranje leidend is ongewenst omdat het iedere keer weer het contact legt met iets onaangenaams. Met het vermoeden dat deze bijzaken dienen om de hoofdzaken te verhullen.
Schermafbeelding van deel column ‘Tweedagenbaardje’ van Marcel van Roosmalen in NRC, 27 april 2021.
We weten niet of Nederlanders diep in hun hart monarchist of republikein zijn. Het beeld is vermoedelijk gemengd. Maar we kunnen het ook niet weten omdat in een sfeer van hosanna voor de monarchie opinieleiders in de media al decennialang hun bewondering ervoor ventileren en zo de Nederlanders een opvatting opleggen over de superioriteit of op z’n minst de onvermijdelijkheid van het koningshuis.
Dat effect wordt nog eens versterkt door een eenzijdig door het koningshuis opgelegde mediacode die de media knevelt in de verslaggeving over het koningshuis. De media worden verplicht zich in bochten te dwingen op straffe van uitsluiting door de monarchie. Ook media die er niet aan meedoen hebben er last van. Het programma Argos Medialogica wijdde er onlangs aandacht aan.
‘Na mij de zondvloed’ debiteren de voorstanders van de monarchie die claimen dat in deze woelige tijden de monarchie voor continuïteit en zekerheid zorgt. De niet onderbouwde claim is dat een republiek met een president als staatshoofd minder stabiel is. Omdat vanwege de vage omschrijving niet weerlegd kan worden dat we niet in woelige tijden leven kan een breed maatschappelijk debat over de vraag of Nederland een monarchie of republiek moet zijn eindeloos worden geblokkeerd.
Het meest fascinerende aan deze hielenlikkerij is de vraag waar het eigenlijk op is gebaseerd. De toenmalige Amsterdamse burgermeester Eberhard van der Laan zei in 2013 in een interview in Binnenlands Bestuur: ‘Ik ben een republikein, net als zestig, zeventig procent van de Nederlanders’. Waar hij dat percentage op baseerde is onduidelijk, maar het omgekeerde is evenmin vast te stellen. Namelijk dat een meerderheid van de Nederlanders monarchist is.
De vaderlandse geschiedenis leert dat Nederland afwisselend monarchie en republiek was. De grootste bloei maakte het door als republiek. De hardnekkigheid waarmee de monarchie nu wordt gestut door media, politiek, bedrijfsleven en maatschappelijk middenveld zonder dat de voorstanders van de republiek in gelijke mate een eerlijke kans krijgen om hun standpunt naar voren te brengen doet vermoeden dat er onraad aan de horizon nadert. Onheil voor de Nederlandse monarchie wel te verstaan.
Men kan zich alleen maar verwonderen over het gebrek aan empathie van koning Willem-Alexander die middenin een gezondheidscrisis en een uitgestelde, maar onvermijdelijk komende economische crisis aan zijn eigen portemonnee denkt. De Nederlandse monarchie behoort tot een van de duurste van Europa, terwijl Nederland geen groot land is. De koning had voor kunnen stellen om pas op de plaats te maken en zijn uitkering niet te laten stijgen. Maar dat doet hij niet. Dat zijn onbarmhartige opstelling verband houdt met de afnemende populariteit van het koningshuis leidt geen twijfel.
Het Republikeins Genootschap (RG) ontwikkelt zich tot een serieuze oppositie van de Nederlandse monarchie. Voor het eerst sinds jaren biedt deze oppositie een geloofwaardig tegenwicht dat voorbijgaat aan het niveau van malloten, amateurs en politieke radikalinski’s. Het RG is een serieuze burgerbeweging. Het voert publieksacties en juridische processen. Deze petitie is er een uiting van.
Het is een lange weg om als deelnemer een gelijkwaardige rol op te kunnen eisen in het maatschappelijke debat over de vraag of Nederland het meest gediend is met een monarchie of een republiek. Dat debat is momenteel een taboe, maar komt geleidelijk dichterbij. Nederlandse politieke partijen en media kiezen tot nu toe in meerderheid ondubbelzinnig partij voor de monarchie. Dat is een bolwerk van Oranje propaganda dat niet zomaar omver gekegeld wordt.
De trend is duidelijk: de Nederlandse monarchie krijgt steeds meer kritiek en ondervindt steeds minder steun bij de bevolking. Niet in het laatst is het parvenu-achtig gedrag van de koning daar debet aan. Dat is naast een politieke ook een culturele aangelegenheid. Culturele veranderingen gaan langzaam, maar als ze eenmaal in gang zijn gezet, dan zijn ze lastig te keren. In die fase zijn we aangeland.
Zoals door de secularisering van Nederland het percentage van de bevolking dat verklaart zich niet te laten inspireren door godsdienst in een onomkeerbaar proces elk jaar met 1 of 2 procent toeneemt met nu een meerderheid van meer dan 54% (2019), zo brokkelt de steun voor de monarchie elk jaar af. Het is aan het RG om dat proces maatschappelijk, publicitair en politiek voeding en richting te geven. Zie het beleidspan 2021 – 2025 van het RG waar onderstaande afbeelding uit afkomstig is:
Foto 1: Schermafbeelding van deel petitie ‘Zet de koning op de Balkenendenorm’ van het RG op Petities.nl, 18 oktober 2020. (Vreemd afgekort tot ‘Balkenenden-orm’)
Foto 2: Schermafbeelding van de introductie in het beleidspan 2021 – 2025 van het RG (eind 2020 opgesteld).
Volgens een opiniepeiling van IPSOS in opdracht van Nieuwsuur is het vertrouwen in koning Willem-Alexander fors gedaald. De NOS zegt in een bericht: ‘In april van dit jaar had nog 76 procent van alle Nederlanders tamelijk veel of veel vertrouwen in de koning, in december is dat nog maar 47 procent’. Een meerderheid die vertrouwen heeft in de koning is in 2020 veranderd in een minderheid. Als reden wordt het gedrag van Willem-Alexander genoemd waar forse kritiek op kwam. Tekenend is Youp van ’t Hek die in zijn wekelijkse NRC-column de aanschaf van een 2 miljoen euro kostende speedboat door de koning ter discussie stelt. Voor een later afgebroken reis naar Griekenland midden in de lockdown die reizen naar het buitenland verhoogde Willem-Alexander evenmin zijn acceptatie.
Sinds 10 oktober 2020 ben ik lid van het Republikeins Genootschap. Dat heeft met Floris Müller een woordvoerder die de Republikeinse zaak redelijk kan bepleiten. Wat journalist Max Westerman in de video zegt verklaart grotendeels de tot voor kort grote steun voor de Nederlandse monarchie. Voor zijn zelfstandigheid en zijn gebrek aan onderdanigheid wordt hij gestraft met uitsluiting. Maar de Oranjepropaganda die altijd zo sterk aanwezig was in Nederland en in de media was verankerd lijkt uitgewerkt. De tijdgeest wijst de andere kant op. Daarom is het moment gekomen om het pleidooi voor een Republiek serieus te nemen.
In commentatoren noemde ik afgelopen jaren de hielenlikkers, pluimstrijkers, hermelijnvlooien, gladstrijkers en jaknikkers die de monarchie bewieroken. Sommigen ervan durven zichzelf journalist te noemen. Op 13 april 2020 schreef ik in een commentaar het volgende: ‘Maar één gegeven staat als een paal boven water. De bewieroking van de monarchie door de hielenlikkers, pluimstrijkers en hermelijnvlooien zal niet veranderen. Dat is in beton gegoten. Journalisten, kamerleden en opinieleiders blijven het koningshuis kritiekloos volgen. Op een uitzondering als Max Westerman na die de overdadige luxe van het koningshuis ter discussie stelt in een opinie-artikel. Het Nederlandse koningshuis is volgens onderzoek van de Gentse hoogleraar Herman Matthijs het duurste of op een na duurste van Europa. Na Noorwegen. Dat is bizar. Maar nog vreemder is dat er totaal geen politiek debat over is. Hoe kan dat? Nederlandse politici hebben over alles en nog wat een mening, of menen die te moeten hebben, maar over de monarchie zwijgen ze. Of worden ze tot zwijgen gebracht. Er is af en toe kritiek zoals in 2014 van het toenmalige Groningse PvdA-kamerlid Jan Vos. Maar hij moest van zijn eigen partij zijn kritiek inslikken.‘
Is de tijd voor een maatschappelijk debat over de zin en onzin van de monarchie aangebroken? Koning Willem-Alexander heeft door zijn gedrag in 2020 zijn eigen glazen en dat van de Nederlandse monarchie ingegooid. Het lijkt zelfs op een provocatie van iemand die er zelf graag het bijltje bij neergooit. Het is gewenst dat het nu aan het volk is om zich er eens over uit te spreken wat voor staatsvorm Nederland dient te hebben. Dat debat is altijd van bovenaf gemanipuleerd. Dat past niet meer bij onze tijd.
Hoogleraar staatsrecht Paul Bovend’Eert doet in een artikel in het AD interessante uitspraken over de modernisering van de monarchie. Aanleiding is de vakantie van de koning en zijn gezin in Griekenland. Hij kreeg daar kritiek op omdat het inging tegen de coronamaatregelen van het kabinet. Modernisering die overigens maar niet wil doorzetten omdat de wil van de politieke partijen daartoe lijkt tee ontbreken. Waarom is onduidelijk omdat koning Willem-Alexander zich in het verleden positief heeft uitgesproken over modernisering. Ofschoon het kan dat de koning in het openbaar wat anders zegt dan achter de schermen.
In het AD worden de standpunten van hoogleraar Bovend’Eert over de monarchie aldus geparafraseerd:
Dat lijkt een prima model voor modernisering. Het is aan de politiek om nu eindelijk eens door te pakken. De Nederlandse monarchie behoort volgens onderzoek uit 2009 van de Gentse hoogleraar Herman Matthijs tot de duurste van Europa. Dat is buiten proportie omdat Nederland een klein land is. Wat de kosten van de Nederlandse monarchie precies zijn valt lastig te zeggen, omdat het niet in het belang van de monarchie is om de kosten openbaar te maken. Openbaarmaking gebeurt tot nu toe niet, maar die transparantie is wel nodig.
Modernisering van de Nederlandse monarchie zou zowel de kosten zichtbaar moeten maken als het budget voor het koninklijk huis verkleinen tot een aanvaardbaar, lager niveau. Als vervolgens Willem-Alexander er de brui aan geeft omdat hij vindt dat hij te weinig geld uit de staatskas ontvangt, dan kan van Nederland een Republiek gemaakt worden. Zoals het al eerder in haar glorietijd van 1588 tot 1795 was. Dát is de identiteit van Nederland. Nederland is niet afhankelijk van een koning en zijn familie. Nederland is meer dan dat.
Foto’s: Schermafbeelding van delen van het artikel ‘Goed mogelijk dat Oranjes er geen zin meer in hebben als ze minder geld krijgen‘ van Jeroen Schmale in het AD, 21 oktober 2020.
In de huidige populaire cultuur brengen sportsterren, artiesten uit het lichte amusement of ‘royals’ de meeste publiciteit teweeg. Plus een vastgoedondernemer als Donald Trump die buiten zijn bedoeling om president van zijn land werd. Dat tekent onze samenleving. Wie nog niet cynisch was zou het er alsnog van worden.
Deskundigen zouden bij het grote publiek uit de gunst zijn, zo wordt beweerd. Zodat om die leemte op te vullen personen zonder deskundigheid tot de nieuwe deskundigen worden gebombardeerd. De ironie ontgaat de promotors van deze nieuwe deskundigheid. Want de zendtijd, de krantenkolommen en de ‘klikaas’-berichten op sociale media moeten worden gevuld en de suggestie van inhoud suggereren. Met wat is bijzaak. Kunstenaars, filosofen of wetenschappers hebben het nakijken. Ze komen er nauwelijks meer tussen.
Van sportsterren, artiesten uit het lichte amusement en BN’ers die alleen bekend zijn omdat ze bekend zijn zonder dat iemand begrijpt waarom ze bekend zijn, kan men nog zeggen dat ze hun status zelf verdiend hebben. Via het trainingsveld, het bed van een agent of hun handigheid om steeds weer hetzelfde kunstje te doen. Maar die ‘royals’ hebben zelf niks bereikt en liften mee op de status van hun familie. Waarvan overigens ook niemand meer begrijpt waar die familie die status door heeft gekregen. Of aan zichzelf heeft gegeven.
Erfopvolging is het zwakste aspect van de monarchie. Volgens critici zo’n fundamenteel zwak aspect dat het de bestaansreden ervan tot nul terugbrengt. Het systeem is het probleem. De leden van een koningshuis doen geen toelatingsexamen, zodat ook de zwakste, corruptste en domste individuen ertoe behoren. We kennen de namen: prins Laurent in België, prins Bernhard sr. en jr. in Nederland en prins Andrew in het Verenigd Koninkrijk. Het wordt er nog erger op als ze aan de macht zijn: Prins Mohammed bin Salman in Saoedi-Arabië.
Beschermers en ijveraars van de monarchie kunnen de rotte appels niet zomaar uit de mand gooien. Een oplossing is om ze formeel geen deel meer uit te laten maken van het koningshuis. Ze blijven dan nog wel onderdeel van de koninklijke familie. Prins Andrew, Duke of York, is nog wel lid van het Britse koningshuis en als derde kind van koningin Elisabeth op dit moment de achtste in de lijn van de troonopvolging. Als de zeven leden die hoger in die lijn staan om het leven komen, dan is Andrew de nieuwe Britse koning. Een sjacheraar, een wapenhandelaar, een klant van Jeffrey Epstein, een individu met de ontwikkeling van een middelbare school leerling die alleen vanwege zijn afkomst in 2013 werd benoemd in de Royal Society. Het laatste nieuws is dat Andrew niet wil getuigen tegenover de FBI in de zaak Epstein. Dat zet de spanning tussen de VS en het VK extra onder druk. Andere geschilpunten zijn Huawei en de privatisering van de National Health Service. Republikeinen mogen tevreden zijn met Andrew. Betere reclame tegen de monarchie dan hij bestaat niet.