Nogmaals de affaire-Soros bij NOS Nieuws. Is er nu alles over gezegd of toch nog niet?

NBDeze verklaring staat vandaag 31 oktober 2018 op de voorpagina van NOS.nl, maar heeft als datum 23 oktober met een ‘AANGEPAST 09:07’ als toevoeging. Zo wordt de datum niet expliciet genoemd. Wat is het? Deze onduidelijkheid is ongelukkig, onhandig en onzorgvuldig. Bij de van oorsprong gedrukte media zoals The Guardian, The New York Times of The Washington Post wordt elke minieme aanvulling of correctie bij het betrokken artikel nauwgezet genoteerd, zodat de ontstaans- en correctiegeschiedenis transparant is voor de lezer. Hier is dat onduidelijk en blijft ongewis wat de datum van de verklaring is. Waarom de NOS dat nalaat en niet nadrukkelijk de datum 31 oktober 2018 gebruikt roept opnieuw vragen op over de journalistieke zorgvuldigheid volgens welke redactie, eindredactie en hoofdredactie van NOS Nieuws handelen.

Iedereen maakt fouten, maar sommige zijn erger dan andere fouten. Bepaalde fouten zijn onverschoonbaar en zouden ‘einde oefening’ moeten zijn. Het gaat om een controversieel artikel van NOS Nieuws dat veel stof heeft doen opwaaien en op 23 oktober werd ingetrokken zoals deze verklaring verduidelijkt. Het verwoordde een antisemitische gezindheid. Erin werd over de Joodse Hongaars-Amerikaanse weldoener en sponsor van progressieve projecten George Soros in de kop het volgende gezegd: ‘invloedrijke bemoeial met tentakels ver in de wereldpolitiek’ en in de tekst de omschrijving: ‘De jood Soros steunt organisaties die regeringen openlijk bekritiseren’. Dat werd snel ingetrokken en vervangen door een versie met andere bewoordingen over Soros die bijna even onzorgvuldig waren: ‘zelfbenoemd ‘staatsman zonder staat’. Dit lijkt hoe dan ook onzin omdat een staatsman boven de partijen dient te staan zoals afgelopen week bij het overlijden van oud-premier Wim Kok nog werd gememoreerd. In een artikel stipte NRC nog meer onnauwkeurigheden en onzorgvuldigheden aan zoals het feit dat Soros tijdens de Tweede Wereldoorlog niet in de VS, maar in Hongarije verbleef.

Nu is het een week later. Maar de kwestie-Soros bij het NOS Nieuws blijft knagen. Is nu de kous af met het intrekken van de verschillende versies van het artikel en is alles erover gezegd? Ik denk het niet. Het is mogelijk dat vanuit een idee van hypercorrectie de betreffende bureauredacteur te hard probeerde om het standpunt van de tegenstanders van Soros weer te geven. Die uit de hoek van extreem-rechts, alt-right en de Trumpianen komen. Dat roept de vraag op of een journalist een lege huls is die min of meer mechanisch aan de hand van procedures met feiten een artikel vult of dat een journalist verantwoordelijkheid heeft in het  bijeenbrengen en publiceren van nieuws, en vaart op een kompas met een innerlijk besef van goed en kwaad.

De toelichting van hoofdredacteur Marcel Gelauff die probeert te verklaren waarom het zo fout heeft kunnen lopen noemt abstracte termen als ‘interne werkwijze’ en ‘journalistieke scherpte en alertheid’. Dat is niet het hele verhaal. Het gaat erom dat zowel bureauredacteur als eindredacteur tekort hebben geschoten vanwege ‘mentaliteit’, gebrek aan ‘politiek en historisch besef’, ‘ontbrekend geweten’ en onbegrip voor de feiten en de waarheid die in het artikel uitmondde in een journalistiek vergrijp (laster, smaad, belediging en ongegronde beschuldigingen). Het lijkt erop dat een solide tweede lezing, factcheck of controle op berichten ontbreekt.

Het gaat om twee aspecten. De harde component betreft de systeemfout van een onvolledige structuur met onvoldoende toezicht. De zachte component gaat om de mentaliteit van medewerkers die leidde tot het opschrijven en klakkeloos overnemen van extreem-rechtse ‘talking points’ zonder relativering en context. Dit geeft te denken over de stabiliteit, koersvastheid en intellectuele verdieping van de redactie van NOS Nieuws.

Het enige voordeel van deze affaire is dat voor een groot publiek de argumenten zijn versterkt tegen de illusie dat media links zijn. Dat zijn ze niet omdat gevestigde media zoals de NOS per definitie aanleunen tegen de gevestigde orde en de bestaande machtsverdeling onderschrijven en niet fundamenteel ter discussie stellen. Als daar dan ook ‘per abuis’ de ‘talking points’ van alt-right aan toegevoegd worden, dan kan er geen twijfel over bestaan dat in de kern de gevestigde media de status quo helpen handhaven waar techgiganten, multinationals en financiële instellingen het voor het zeggen hebben, en niet de burger of zelfs de politiek.

Foto: Schermafbeelding van artikelArtikel George Soros ingetrokken’ van Hoofdredacteur NOS Nieuws Marcel Gelauff op NOS.nl, 23 oktober 2018.

Onderwijsprogramma laat kinderen moskee bezoeken. Oriëntatie op godsdienst is prima, actieve deelname via gebed gaat te ver

Naar eigen zeggen maakt de Stichting Civitas Christiana zich zorgen ‘over de richting waarin de Nederlandse samenleving zich dreigt te ontwikkelen. Instituties als het gezin staan onder druk, zonder welke onze samenleving geen toekomst heeft. Daarnaast is een algehele afkalving van onze beschaving waar te nemen.’ Geïnspireerd ‘vanuit de christelijke wortels van Europa‘, besloot in 2014 Hugo Bos Civitas Christiana in het leven te roepen om dit proces te stuiten. De nieuwste campagne van deze christelijke organisatie is ‘verplichte excursie naar islamitische moskeeën’ waarvan hierboven de schermafbeelding is te lezen.

Uit een bericht in het AD blijkt dat de politiek de campagne heeft opgepikt. Het bericht stelt dat uit ‘onderzoek’ naar moskeebezoeken van De Telegraaf blijkt dat ‘schoolkinderen op diverse plekken in het land tijdens het bezoek is gevraagd om op hun knieën, met hun neus op een kleedje, te bidden tot Allah. Scholen organiseren de bezoeken in het kader van lessen over religie.’ SGP-kamerlid Roelof Bisschop spreekt zich uit: ‘Een bezoek aan religieuze gebouwen kan heel mooi en nuttig zijn, maar het knielen voor Allah gaat ons een stap te ver.’ PVV en VVD hebben over dit onderwerp eerder kamervragen gesteld ‘naar aanleiding van het onderzoek dat gedaan werd door de Stichting Civitas Christiana’. De moskeebezoeken maken deel uit van de lesstof en mogen niet zonder meer worden verzuimd. Ouders kunnen om ontheffing vragen, maar de school is niet verplicht hieraan gehoor te geven. De SGP wil dat ouders ‘het recht krijgen om hun kind niet op excursie te laten gaan naar een moskee als de scholieren daarbij moeten bidden als een moslim’.

Er schort nogal wat aan de motivatie van de Stichting Civitas Christiana die het probleem veel te breed stelt door het te hebben over islamisering en vanuit een conservatief christelijke perspectief redeneert waarbij het gaat om het beschermen van het christendom. SGP’er Bisschop is evenwichtiger als hij stelt dat het verplicht bidden van kinderen in een moskee te ver gaat. Oriëntatie op levensovertuigingen en godsdiensten in het basisonderwijs is prima, maar dat kan dan uitsluitend een uitleg vanaf de buitenkant zijn zonder deelname van kinderen aan een gebedsdienst. Het gaat veel te ver om kinderen te laten bidden en tot deelnemer te maken aan de interne dimensie van een godsdienst. Het is onbegrijpelijk dat het onderwijsprogramma hiervoor blijkbaar ruimte laat en dit niet expliciet is verboden. Want bij dit moskeebezoek gaat het niet om voorlichting, maar om religieuze propaganda. Hetzelfde geldt uiteraard voor het bezoek van godshuizen van andere religieuze organisaties. Kinderen kunnen evenmin verplicht worden te bidden in een christelijke kerk.

Het secularisme is de oplossing. Op een andere plek reageerde ik vandaag bij een video van Gerko Tempelman. Er zijn raakvlekken met dit verplichte bidden tijdens moskeebezoek en de vermeend maatschappelijke standaard van religie. Dat gaat om de rol van godsdienst in de publieke ruimte en de evangelisatie van traditionele godsdiensten om ‘andersdenkenden’ te annexeren in de eigen organisatie. Dat is bij de moskeeën en de Stichting Civitas Christiana aan de orde en strijdig met de vrije keuze van mensen:

Ik constateer in talloze uitspraken van vertegenwoordigers van religieuze organisaties dat ze degenen die zich niet laten inspireren door een godsdienst vaak willen annexeren. Dan noemen ze bijvoorbeeld het atheïsme een godsdienst met de kanttekening dat de atheïsten dat zelf niet begrijpen. Of stellen ze dat degenen die zich niet laten inspireren door een godsdienst in feite ‘gelovigen’ zijn zonder dat zelf ten volle te beseffen.

Ik vind die houding onverstandig en moreel onaanvaardbaar. Het is de ultieme betutteling waarmee naar mijn idee de religieuze organisaties hun marginalisering en vervreemding van de moderne mens extra bespoedigen. Ik ben een aanhanger van het secularisme dat als politieke filosofie zegt dat alle levensovertuigingen en godsdiensten voor de wet gelijk gegarandeerd zijn. Iedere burger heeft de vrijheid om uit eigen vrije wil te kiezen. Of niet te kiezen.

Het probleem dat bij dat secularisme opdoemt is van traditionele aard. Typisch voor een overgangssituatie waarbij het een niet meer bestaat en het ander nog niet breed gevestigd is. Dat betreft de religieuze zending, ofwel de verspreiden van een geloof over de eigen grenzen heen in een andere cultuur. In dit geval een levensovertuiging of ander geloof. Wie de vele video’s op YouTube van vooral christelijke en islamitische predikers of amateur-predikers in ogenschouw neemt ziet een wereld vol religieuze marketing, commerciële ondernemingen en grensgevechten. Dat kan haaks komen te staan op de vrije wil van de moderne mens die uit zichzelf en voor zichzelf een levensovertuiging, godsdienst of niet-gekozen nihilisme kiest. Hoe dan ook kan religieuze propaganda de vrije wil van de moderne mens onder druk zetten.

Foto: Schermafbeelding van artikelBestel nu het rapport over verplichte schoolexcursies naar moskeeën’ van de Stichting Civitas Christiana

Afleiding voor identificatieprobleem van rechtse Joden. Hoe door extreemrechts in Europa en VS het antisemitisme z’n rentree maakt

Reactie bij een video op YouTube die met knip- en plakwerk meningen stapelt zonder dat het een sterk betoog wordt. Aanleiding ervoor was de titel ‘Hoe door de massa-immigratie in Europa het antisemitisme zijn rentree maakt’ die ik misleidend vind. Waarbij de rabbi woorden in de mond worden gelegd die hij niet zegt. Niet alleen lijkt me dat deze conclusie niet uit de video volgt, maar ook is die onjuist. Want het is niet door immigranten uit Marokko of Turkije, maar door radicaal-, alt- of extreem-rechts dat het antisemitisme in de westerse wereld zijn rentree maakt. Wellicht is dat in Nederland relatief onzichtbaar door de pro-Israël houding van Wilders’ PVV, maar wie de reactie van president Trump op de schietpartij in de synagoge van Pittsburgh met 11 Joodse doden doorziet weet dat het alt-right is dat de kar van het antisemitisme trekt.

De plaatsing van de video door ‘Do re mi fa so la ti’ en de instemmende reactie van BETAR Netherlands (‘Dutch Zionist Activism since 1933’) maakt duidelijk uit welke hoek deze schuldtoekenning aan moslims van het toenemend antisemitisme komt: uit nationaal-rechtse Joodse hoek. Dat is echter een tragische positie die steeds minder vol te houden is voor Joden die hun kop niet in het zand steken. Want in toenemende mate kampen rechtse Joden in Europa of de VS met een probleem omdat Joden door de kern van de aan macht winnende alt-right, rechts-nationalisten of witte suprematisten uitgesloten of zelfs actief bestreden worden.

Dat tekent ook de onhoudbare positie van een Telegraaf-columnist als de zich met de Joodse zaak en het gedachtengoed van alt-right identificerende Joodse Leon de Winter die steeds moeilijker beide identificaties met elkaar in harmonie kan brengen omdat ze tegenstrijdig zijn. Dat leidt tot ontkenning van de werkelijkheid door middel van zwijgen en selectief wegkijken of tot een afleiding door een bijzaak tot hoofdzaak te bombarderen. Zoals het opblazen van het gevaar van de tamelijk machteloze, onderling verdeelde en slecht georganiseerde moslims die het stadium van pesterij en etterbakjes niet te boven komen. Mijn reactie:

Feit is dat antisemitische incidenten tegen Joden in de VS of Europa niet zozeer worden begaan door de nieuwe, maar door de oude bewoners. Politiek vertaald, het zijn niet de immigranten uit Arabische landen maar de rechtsextremisten die Joden op de korrel nemen. Het idee van Ron Dermer, de Israëlische ambassadeur in de VS, dat radicaal links en radicaal rechts in gelijke mate verantwoordelijk zijn voor geweld tegen Joden vindt geen onderbouwing in de feiten. Onweerlegbaar is dat er in Nederland incidenten van immigranten (of de tweede generatie) uit Arabische landen tegen Joden of Joodse doelen zijn. Maar de hoofdzaak is de van bovenaf georganiseerde en georkestreerde aanval op Joden van extreemrechts. Denk aan de voortdurende campagne tegen George Soros.

Daarom is de kop ‘Hoe door de massa-immigratie in Europa het antisemitisme zijn rentree maakt’ op zijn minst verwarrend en ongelukkig. Die kop zou eerder moeten luiden: ‘Hoe door extreemrechts of alt-right in Europa en de VS het antisemitisme zijn rentree maakt’.

Inge van Dijk (VVD Nijmegen) voor WNL Opiniemakers: extreemlinks en extreemrechts zijn beiden extremen

VVD-fractievoorzitter in Nijmegen Inge van Dijk komt in dit fragment van het programma WNL Opiniemakers op 13 oktober 2018 tot een conclusie: ‘zowel extreemlinks als extreemrechts beide extremen zijn waar we rekening mee moeten houden en waar we dus ook heel erg voorzichtig mee moeten zijn en actie op moeten ondernemen’. Een waarheid als een koe. Rekening. Voorzichtig. Actie. Dat klinkt redelijk. Haar aanloop wisselt ze af met suggesties en schijnbewegingen. Met de ‘linkse stad’ verwijst ze naar het college van GroenLinks, D66 en SP. Dat zijn democratische partijen die niet gelijk te stellen zijn met de extreemlinkse Antifa-beweging. Toch suggereert Van Dijk een verband. Nog raadselachtiger is haar verwijzing naar ‘de landelijke verkiezingen van 2016’ omdat die er in dat jaar in Nederland niet waren op de herindelingsverkiezingen van Meierijstad na. Van Dijk neemt het niet zo nauw met de feiten. Het ligt toch in het karakter en de aard van een demonstratie of die toelaatbaar is, niet in de omstandigheid dat die plaatsvond tegen de lokale VVD?

Het is moeilijk om niet spottend te doen over het gehalte van Van Dijks opmerkingen die een politiek doel hebben. Hoewel dat niet duidelijk is door het vrijblijvende karakter ervan. Ze worden geuit in een programma met de volgens oud VRT-journalist Johan Depoortere  extreemrechtse commentator Derk Jan Eppink. De context geeft de sleutel voor interpretatie. Het kan niets anders betekenen dan dat extreemlinks wordt opgevoerd om extreemrechts schoon te wassen of op zijn minst te relativeren. Volgens de AIVD ontwikkelt extreemlinks zich grotendeels in reactie op extreemrechts. Zodat de oplossing simpel is. Als extreemrechts wordt ontmoedigd en bestreden door de overheid, dan verdwijnt vanzelf grotendeels de dreiging van extreemlinks. Extreem is extreem, zo meent Inge van Dijk. Maar de werkelijkheid is complexer dan dat.

Wierd Duk volgt op sociale media met mate de talking points van alt-right

Wierd Duk is journalist voor De Telegraaf. Of beter gezegd is hij een activistische journalist of journalistieke activist die in zijn eigen domein op sociale media en praatprogramma’s op televisie de feiten uit zijn mening laat volgen. Er is niet mis met die politieke kleur en zijn vooringenomenheid. Mits dat vooraf bekend is. Daar zit ‘m bij Duk nou juist het probleem. Hetzelfde geldt trouwens voor meer journalisten die zich activistisch opstellen. Het probleem is dat de Telegraaf-journalist en de BV Duk-activist vermengd raken en door elkaar heen gaan lopen. Voor de lezers van De Telegraaf is dan niet meer duidelijk welke Duk aan het woord is. De zorgvuldige journalist die volgens de gangbare journalistieke codes werkt of de activist die dat niet doet.

Dankzij bemiddeling kreeg ik deze schermafbeeldingen van het Twitter-account van Duk toegezonden omdat ik door Duk sinds februari 2015 geblokkeerd word op Twitter. Ik had geen idee waarom hij dat deed, des te meer omdat ik nauwelijks contact op Twitter met hem had gehad en niet begreep wat de aanleiding was door de blokkade van mij door hem. Vermoedelijk had het met zijn pro-Kremlin opstelling in de kwestie Oekraïne en Krim te maken waarover ik in een of twee tweets verder vroeg. Het was hem blijkbaar te veel om dat toe te lichten en vermoedelijk schatte hij mijn interventie in als afleiding van zijn afleiding. Wat het wellicht was.

Nu is het oktober 2018, maakte Duk de overstap van het Algemeen Dagblad naar De Telegraaf en lijkt hij in zijn opinies steeds meer gestuurd te worden door de ‘talking points’ van Trump en alt-right. Die de president deels ingefluisterd worden door het Kremlin. Nogmaals, dat is verdedigbaar en even legitiem als het aanvallen van de ‘talking points’ van Trump. Maar als dat niet op een intelligente manier gebeurt en slecht onderbouwd wordt dan begint dat op te vallen. En slaat het terug op zijn journalistieke werk voor De Telegraaf.

Zo vroeg Duk in de kwestie van de bombrieven die de afgelopen week naar Democratische politici en opinieleiders werden gestuurd in een tweet aandacht voor de opinie van de conservatieve Candace Owens die op Wikipedia wordt geïntroduceerd als complotdenker. Duk deed dat via een verwijzing naar de Trump-kritische en satirische Twitter account Recovering Republican. Owens stelde –samen met vele andere rechtse complotdenkers– dat het om een zogenaamde ‘false flag’ operatie van de Democraten ging. Ze schreef op 24 oktober 2018 in een tweet (inmiddels door haar verwijderd): ‘I’m going to go ahead and state that there is a 0% chance that these “suspicious packages’ were sent out by conservatives. The only thing “suspicious’ about these packages, is their timing. Caravans, fake bomb threats – these leftists are going ALL OUT for midterms.‘ Met het aanhouden van Cesar Sayoc is die theorie ontzenuwd en zijn de rechtse complotdenkers ontmaskerd.

Duk had eerder een verwijzing naar een tweet van Owens van 26 oktober gemaakt met de introductie ‘Veel interessanter dan het rituele bashen van Trump’. Deze tweets van Duk met een aanbeveling van Owen en de verwijzing naar de kritiek op Owen zijn niet los te zien van elkaar. Het tekent het manoeuvreren van Duk die van de ene kant steevast de ‘talking points’ van rechtse complotdenkers weergeeft, maar anderzijds niet wil worden betrapt als een journalist die niet onpartijdig zou zijn. Het is een lastige evenwichtskunst van een activistische journalist die zijn broodwinning en activisme moet combineren. Wil de echte Wierd Duk opstaan?

Foto 1 en 2: Schermafbeelding van tweets van Wierd Duk, oktober 2018.

Foto 3: Schermafbeelding van (inmiddels verwijderde) tweet van Candace Owens, via tweet MrHeart_Break.

Trump aanhanger Cesar Sayoc in Florida geïdentificeerd als afzender van bompakketten aan Democraten

President Trump zegt het een en doet het ander. Dader Cesar Sayoc die bompakketten aan belangrijke Democratische politici, miljonair George Soros, filmster Robert DeNiro, CNN en mogelijk nog onderweg zijnde doelen stuurde en de afgelopen dagen voor een nerveuze sfeer zorgde is geïdentificeerd als een volbloed aanhanger van Trump. Zijn in beslag genomen witte busje dat is volgeplakt met Trumpiaanse en rechts-nationalistische parafernalia, en Democratische doelwitten in het vizier laat geen twijfel bestaan over zijn politieke overtuiging. Opvallend is de Groene kandidaat Jill Stein die Trump in 2016 de overwinning bezorgde door stemmen van Clinton af te snoepen als doelwit wordt gezien door Sayoc. Dankzij snel en passend optreden van zowel de United States Postal Service als de binnenlandse veiligheidsdienst FBI is de dader opgespoord en aangehouden. Afgelopen dagen zochten Republikeinen en harde alt-right supporters de afleiding door te spreken over een zogenaamde ‘false flag’ operatie die door de Democraten zelf zou zijn georganiseerd om de Republikeinen in diskrediet te brengen. Dat is nu definitief ontzenuwd als een fabeltje.

Met de tussentijdse verkiezingen over 2 weken in het verschiet valt te bezien hoe in de komende weken de ‘spin’ uitpakt van deze terroristische dreiging door de witte suprematist Cesar Sayoc. Het busje kwam zo.

Foto’s: Afbeeldingen van het busje van Cesar Sayoc.

Nogmaals de uitspraak van de Raad van State over de Kerk van het Vliegend Spaghettimonster. Gebrekkige toetsing en criteria

Wat een godsdienst is valt niet makkelijk te bepalen. De bandbreedte is breed. Dat is begrijpelijk omdat de betekenis van de term ‘godsdienst’ vaag is en dit de weg opent voor uiteenlopende interpretaties. Daarbij zijn godsdiensten dynamisch en in ontwikkeling. De religieuze markt waarop de godsdiensten elkaar ontmoeten is een vechtmarkt met grote economische, politieke en maatschappelijke belangen. Dat strekt zich uit tot de eisen die gesteld mag worden aan het geloof van een gelovige die zich laat inspireren door een godsdienst. Die interne dimensie omvat ook de vrijheid voor de gelovige om gedachten en overtuigingen te hebben die tegenstrijdig zijn aan de gedachten en overtuigingen die uit dat geloof volgen. Dit alles geeft aan dat het lastig, zo niet onmogelijk is om aan de hand van vooraf bepaalde criteria vanaf de buitenkant te toetsen wat een godsdienst is. Hoofdzaak is dat godsdiensten in de praktijk elkaar uitsluitende kenmerken hebben. Ofwel, godsdiensten zijn niet onder één noemer te vangen of over één kam te scheren volgens artikel 9 van de EVRM.

Criteria volgens welke de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State als buitenstaander en niet-deskundige op het gebied van theologie, metafysica of teleologie meende in augustus 2018 in een uitspraak de Kerk van het Vliegend Spaghettimonster te kunnen toetsen zijn ‘overtuigingskracht, ernst, samenhang en belang’. Er kondigen zich interpretatieproblemen aan als die criteria toegepast worden op geaccepteerde, traditionele godsdiensten die die toetsing niet zouden overleven. Ook wordt rechtsongelijkheid tussen oud en nieuw geïntroduceerd. Met name wreekt zich de rol van de Raad van State als het stelt dat het de KVS in het bijzonder aan ernst en samenhang ontbreekt en het satirisch element overheerst. Dat getuigt van onkunde.

Want er blijft weinig over van het criterium ‘samenhang’ (of coherentie) als dat wordt toegepast op bestaande godsdiensten. Zie wat docent bestuursrecht UvA Taco Groenewegen daarover in een analyse uit 2009 zegt op het weblog Publiekrecht en Politiek: ’Is een coherente wereldbeschouwing een hanteerbaar criterium? Ook niet. Eén van de centrale leerstellingen van het christendom is dat Jezus en geheel mens is en geheel god. Dat is echter evident onmogelijk. Iemand kan of geheel mens zijn of geheel god, of deels god en deels mens. Tegelijkertijd geheel mens en geheel god zijn is echter een logische onmogelijkheid en daarmee incoherent. Op dit punt zijn nog vele andere voorbeelden te bedenken, ook met betrekking tot andere religies. Maar het christendom is natuurlijk wel een religie, ook al is het niet coherent.’ Groenewegen stelt dat bestaande criteria onwerkbaar zijn en de zoektocht naar hanteerbare criteria voortgaat. Dit geeft aan dat genoemde uitspraak van de Raad van State over de KVS en het beroep op de criteria ‘overtuigingskracht, ernst, samenhang en belang’ minder vanzelfsprekend en juridisch geaccepteerd is dan het in de uitspraak pretendeert.

Zo ontstaat een tweedeling en laat de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State zich kennen door het bevestigen van een dubbele standaard die in de praktijk de religieuze sector afschermt voor toetreders zoals de KVS. De Raad van State treedt vanwege een gebrek aan inhoudelijke expertise, juridische oprechtheid én maatschappelijk en politieke onafhankelijkheid buiten de toetsingscriteria over wat een godsdienst is. Zo ontstaat een januskop vol onoprechtheid. De Raad van State oordeelt wegens onwerkbare criteria waar het niet kan oordelen. De Raad van State oordeelt verkeerd omdat het de criteria verkeerd interpreteert. De Raad van State had deze zaak terug moeten verwijzen en niet in behandeling moeten nemen. Of het had in lijn met de visie op andere godsdiensten die per definitie evenmin voldoen aan alle criteria van ernst en samenhang (en overtuigingskracht en belang) de KVS na toetsing vanaf de buitenkant moeten erkennen als godsdienst.

De Raad van State heeft zich door het oordeel over de KVS in een wespennest gestoken door te suggereren dat de jurisprudentie over de onderhavige zaak vast en omschreven is. Maar dat is het niet. De Raad van State heeft zich met de uitspraak zo ver buiten het juridische domein gewaagd dat het ermee de aandacht gevestigd heeft op het eigen perspectief. Zoals gezegd, 1) rechtbanken zijn niet geëquipeerd om theologische doctrines af te wegen; 2) de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State treedt buiten de toetsingscriteria door politiek-maatschappelijke belangen zwaar in haar toetsing door te laten wegen en 3) de toetsingscriteria zijn onheus omdat ze scheefgegroeide leerstellingen van de traditionele godsdiensten -volgens welke betreffende godsdienst afgewezen zou moeten worden- achteraf onterecht fiatteren én nieuwe kandidaat-godsdiensten op deze identieke gronden de toegang tot de religieuze sector ontzegt wat de rechtsongelijkheid versterkt.

Foto 1: J. van Meurs, ‘Justitia als putto bij de ‘Rechten van den Mensch en Burger’’, 1795. Collectie Nederlandse Rechtsgeschiedenis van het Gevangenismuseum via Geheugen van Nederland.

Foto 2: Schermafbeelding van artikel 9 van de EVRM.

Etnokitsch op het MKB Ondernemerscongres: Jimmy Nelson pretendeert culturele diversiteit van ‘nieuwe culturen’ te behouden

Het MKB onderschrijft de etnokitsch van fotograaf Jimmy Nelson. Het is opmerkelijk dat het MKB vindt dat Nelson salonfähig is om spreker op het MKB Ondernemerscongres te zijn.

Nelson reist volgens de toelichting van het MKB ‘momenteel de wereld over op zoek naar nieuwe culturen’. De suggestie is dat hij ‘nieuwe culturen’ (?) voor ondergang behoudt door ze op te merken en vast te leggen.

Maar het omgekeerde is ook mogelijk. Namelijk dat Nelson oude culturen die voor hem nieuwe culturen zijn beschadigt en hij door zijn interventie de culturele diversiteit niet behoudt, maar geweld aandoet.

Het is trouwens nogal een pretentie om zoveel belang aan hem te hechten. Dat is de marketing van Jimmy Nelson. Nu overgenomen door het MKB.

Schermafbeelding van toelichting door MKB van Jimmy Nelson wegens zijn optreden op het MKB Ondernemerscongres 2018.

Ruimdenkendheid gevraagd. Kerk Vliegend Spaghettimonster kan als nieuwe religie ‘satirisch én ernstig, serieus én ironisch’ zijn

Antwoord op een opinie-artikel van Roel Weerheijm die meent dat de gelovigen van de Kerk van het Vliegend Spaghettimonster (KVS) in een valkuil zijn gelopen. Volgens zijn opinie zouden ze ‘satirisch én ernstig zijn, serieus én ironisch zijn’. Maar het lijkt een misverstand dat dat een nieuwe religie diskwalificeert:

Alle nu bestaande of alweer verdwenen religies zijn ooit opgestart en gecreëerd door een fictief verhaal. Daarom is het flauw om een nieuw religie te verwijten dat het (nog) geen traditie heeft. Die nieuwe religies wijken af van de traditionele religies omdat ze beter aansluiten bij de hedendaagse tijd omdat ze daaruit zijn ontstaan. Naast de Kerk van het Vliegend Spaghettimonster (KVS) is dat bijvoorbeeld ‘The International Church of Cannabis’ die op het raakvlak van religie en commercie opereert. https://georgeknightlang.wordpress.com/2017/04/15/the-international-church-of-cannabis-opent-in-denver-religie-als-voorbeeld-dekmantel-en-groeimarkt/

Ik betwijfel dat de reden voor het ontstaan en de groei van de KVS is gelegen in het onderwijs zoals de auteur stelt. Is de gedachtegang niet eerder dat er geen grenzen zijn aan de voorrechten die voor religieuze instellingen gelden en het daarom dom zou zijn die niet te benutten? Want wat voor de een geldt, geldt ook voor de ander. Dat gaat tot en met fiscale voorrechten. Uiteindelijk gaat het erom wat de juridische basisvoorwaarden zijn voor de stichting van een nieuwe religie. Niet wat een burger als Roel Weerheijm er vanuit zijn individuele voorkeuren politiek, maatschappelijk of religieus van vindt.

Het gaat niet om ironie. Vele, nu bestaande religies zijn in reactie op andere religies ontstaan. De redenen daarvoor kunnen verschillend zijn. Of kunnen een combinatie van redenen zijn. Vanwege een kerkelijk-dogmatisch verschil, een overweging van macht, religieuze marketing of kerkelijk bezit, of zelfs lijfsbehoud. De ene religie kan lenen van de andere religie. Zoals de schrijvers in de Middeleeuwen op de schouders van de antieken stonden, zo staan nieuwe religies op de schouders van oude religies. Nog steeds.

De auteur heeft weinig inzicht in de Nederlandse kerkelijke traditie als hij opmerkt dat de KVS teveel overeenkomsten met traditionele religies heeft om echt een verschil te maken. Wie de kerkafsplitsingen, schorsingen en afscheidingen in de protestante kerk in alle veelheid en breedte kent zal moeten opmerken dat nieuwe religies soms minimaal verschillen met de religies waaruit ze ontstaan zijn. Soms was de onverenigbaarheid van karakters van dominees, voorgangers of kerkvoogden voldoende voor het ontstaan van een nieuwe herstelde, vrijgemaakte, voortgezette, buiten verband of afgescheiden religie. Het is best als de auteur de KVS vanwege de te grote overeenkomst met de bestaande religie afwijst, maar dan moet hij consequent zijn en alle Nederlandse kerken volgens dezelfde norm tegen het licht houden. En dan zal er weinig overblijven.

Satire in religie is iets van alle tijden en onlosmakelijk met de strijd tussen religies verbonden. Zie wat theologe Joke Spaans schrijft: ‘Het beroerde Rome behandelt spotprenten en satirische bord- en kaartspellen over de rivaliteit tussen jansenisten en anti-jansenisten in de vooravond van het Utrechts Schisma. Het laat zien hoe in de achttiende eeuw satire werd ingezet in een kerkelijk conflict waarin op het eerste gezicht weinig te lachen viel.’ Satire diskwalificeert een religie niet zoals de auteur wil doen geloven. Satire is juist onlosmakelijk met religie verbonden.
http://www.ako.nl/product/9789087041298/het-beroerde-rome-joke-spaans/

De uitspraak van de Raad van State bevatte een normatief oordeel, namelijk dat vanwege ‘het satirische element van het pastafarisme’ de KVS niet voldoet aan de criteria ‘overtuigingskracht, ernst, samenhang en belang’ en daarom niet als godsdienst kan worden aangemerkt. De Raad van State meent dat het van tweeën één is: satire of godsdienst. Dit houdt in dat er volgens de Raad van State ruimte bestaat tussen satire en deze vier criteria, en ze nooit kunnen samenvallen. Dat is een oordeel dat voorbijgaat aan het belang van maatschappelijk relevante satire. Ermee diskwalificeert de Raad van State een groot deel van de Westerse cultuurgeschiedenis, van de toneelstukken van Aristophanes, Lucianus’ spotschriften, Erasmus’ ‘Lof der Zotheid’, P.C. Hoofts ‘Warenar’ tot Monty Pythons ‘Life of Brian’.

Traditioneel bestaat er een sterke wederzijdse beïnvloeding tussen fictie en religie. Godsdiensten zijn net als het theater ontstaan vanuit rituelen en dramatisering. Dat geldt ook de monotheïstische godsdiensten. Sommige gelovigen vatten de Bijbel volledig als fictie op. Sinds de opkomst van het laat 20ste eeuws post-modernisme is die wisselwerking nog versterkt. Interpretatieverschillen om godsdiensten te duiden geven aan dat er diverse manieren van geloven en godsdienst zijn. Roel Weerheijm vat de rol van religie te beperkt en te normatief op.

De afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State is theologisch niet geëquipeerd om theologische doctrines af te wegen. De Raad van State zou deze zaak terug moeten verwijzen en niet in behandeling nemen. Of in lijn met de visie op alle andere godsdiensten die evenmin voldoen aan alle criteria van ernst of serieusheid (met een teveel aan satire of ironie) de Kerk van het Vliegend Spaghettimonster na een toetsing ‘aan de buitenkant’ gewoon moeten erkennen als godsdienst. Voor wat het politiek en maatschappelijk ook waard is.

Foto: Schermafbeelding van deel artikel ‘De onmogelijke spagaat van pastafari’s’ van Roel Weerheijm op TussenWoord, 15 oktober 2018.

Dommering schiet in de derde helft van kwestie-Ruf zijn opinie richting gemeentebestuur. Met welke organisatie en ambitieniveau?

Kunstliefhebber en jurist Egbert Dommering geeft opnieuw zijn opinie in Het Parool over het Stedelijk Museum. Dat nieuwsmedium dat de medestanders van Ruf een podium biedt, zich pro-Ruf opstelt en op een gegeven moment zelfs in een proxy-oorlog met het Ruf-kritische NRC verzeilde. Dommering gaf eerder zijn opinie op 4 juni 2018. Een stuk vol aannames en lacunes, ondersteunend bewijs, maar geen ‘smoking gun’. Opnieuw richt hij zijn pijlen op het Amsterdamse gemeentebestuur dat hij beticht van machtsmisbruik.

Dommering herhaalt opnieuw de Parool-waarheid dat in juni 2018 de commissie-Eisma Ruf in een rapport van blaam gezuiverd heeft. Het valt te betwijfelen of dat klopt. Hij hanteert hierbij een eng-juridische opvatting en laat de ethiek buiten beschouwing. Want hoe kan het anders uitgelegd worden dat Ruf van de Zwitserse uitgeverij Ringnier tijdens haar dienstverband bij het Stedelijk een bonus van 1 miljoen Zwitserse francs kreeg en ook nog neveninkomsten van meer dan 100.000 euro per jaar? Waar waren in die jaren de toezichthouders die ongemakkelijke vragen stelden aan de directie? Zagen directie en Raad van Toezicht niet gewoon elkaars fouten door de vingers om voor zichzelf meer ruimte te bemachtigen? Dat is niet van blaam gezuiverd zijn, dat is verwijtbaar gedrag en aangewende passiviteit door de instructies bewust te negeren.

Dommering maakt het deze keer nog bonter omdat hij zichzelf luid en duidelijk tegenspreekt door uit een langlopende ontwikkeling de actualiteit te laten volgen. Van de ene kant vraagt hij zich terecht af wat het toch is waardoor het Stedelijk hapert (‘Hoe komt het dat de staf zich telkens tegen de artistieke directeur opstelt? Zit het artistiek-commerciële management wel goed in elkaar?’), maar van de andere kant keert hij zich opnieuw tegen het gemeentebestuur en lijkt een lans te willen breken voor de sponsors en geldgevers.

Vooral dat laatste is mal. Dommering weet toch dat het vooral de coterie van multimiljonairs in de Raad van Toezicht en de sponsors in de directe omgeving daarvan is geweest dat het Stedelijk in de problemen heeft gebracht? Het is verre van logisch om nu juist in die hoek de oplossing te zoeken. Het kan zijn dat het gemeentebestuur met een nieuwe burgemeester in de aanpak van het Stedelijk Museum niet voortvarend is en het vanwege hypercorrectie uit angst voor nieuwe ontsporingen te weinig ruimte geeft, maar dat betekent nog niet dat de oplossing voor de jarenlange stagnatie in het gebrek aan commercieel inzicht ligt. Eerder het omgekeerde lijkt het geval, er was een teveel aan verkeerd commercieel inzicht. De kritiek daarop klonk in de openbaarheid al in 2005. De multimiljonairs en ondernemers hadden het bij het Stedelijk voor het zeggen en hielden het museum niet aan zijn opdracht. Het is begrijpelijk dat een in zo’n 15 jaar scheefgegroeide situatie niet op korte termijn hersteld kan worden. Daarom is het ongeduld van Egbert Dommering voorbarig.

De twee sleutelwoorden om het verval van het Stedelijk Museum goed te begrijpen zijn ‘bedrijfscultuur’ en ‘ambitieniveau’. Het eerste was ontspoord en het laatste te hoog. Een ambitieniveau dat vergelijkbaar is met Museum Boijmans van Beuningen of het Haags Gemeentemuseum lijkt beter bij het Stedelijk te passen. Laat het Stedelijk eerst maar eens nationaal de toppositie pakken, voordat het internationale ambities probeert te volgen en ten onder gaat aan Mokumse bravoure. Door slim opereren en het inzetten van de eigen collectie kan het Stedelijk incidenteel best internationaal toonaangevende tentoonstellingen realiseren. En niet van gearriveerde kunstenaars met een groot commercieel belang waar nu eenmaal het budget voor ontbreekt, maar van aanstormende kunstenaars die vroegtijdig worden gescout en vastgelegd. Dommering heeft gelijk dat de juiste toepassing van de Code cultural governance geen handleiding voor het opzetten van een goede organisatie en bestuur is. Maar om het gemeentebestuur dat het ontspoorde museum uit de modder probeert te trekken te waarschuwen voor moreel puritanisme is een gotspe die oorzaak en gevolg opzichtig omkeert.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelStedelijk is nog altijd beschadigd door affaire-Ruf’ van Egbert Dommering in Het Parool, 23 oktober 2018