Nederlandse overheid beseft urgentie van cybersecurity en cybercrime niet

De wereldvreemdheid van de Nederlandse overheid en politiek is immens. Het doet er alles aan om te suggereren dat Nederland een eiland is. Neem het onderwerp cyberveiligheid. Afgelopen woensdag 13 september hield Director of National Intelligence Dan Coats een toespraak op de Billington Cybersecurity Summit in Washington. Hij schetst een beeld van bedreigingen van de kritische infrastructuur of het hacken van bedrijfsnetwerken van de Amerikaanse defensie-industrie en technologiebedrijven. Tegelijk verdedigde hij zich tegen zijn voorganger James Clapper (‘former officials’) die kritisch is op de aanpak van cyberveiligheid door de regering-Trump en houdt hij een pleidooi voor hechte samenwerking met het bedrijfsleven.

Of de Amerikaanse regering goed, niet goed genoeg of verkeerd bezig is valt te bezien, maar in elk geval zegt Coats de ernst van de dreiging van landen als de Russische Federatie, China, Iran of Noord-Korea te beseffen. Zijn waarschuwing is duidelijk: ‘We have not experienced yet a catastrophic attack. But I think everyone in this room is fully aware of the ever-growing threat to our security.’ De klap kan elke moment komen, in elk land. Ook in Nederland. Overigens is de Amerikaanse overheid niet alleen in de verdediging, maar valt het andere landen aan, zoals de geschiedenis met het Israëlisch-Amerikaanse Stuxnet verduidelijkt. In 2009 werd met fataal gevolg een virus geplaatst in ultracentrifuges die deel uitmaakten van de Iraanse nucleaire industrie.

Nog in juni 2017 was er de kwaadaardige software van het Petya-virus die was bedoeld om de Oekraïense economie schade toe te brengen. Het verspreidde zich door heel Europa en bracht vele bedrijven schade toe. Terwijl de aanval niet eens op die bedrijven was gericht. Gezien de sinds 2014 woedende oorlog tussen Oekraïne en de Russische Federatie die niet alleen op het slagveld in Oost-Oekraïne, maar ook in de publiciteit en de digitale wereld wordt uitgevochten bestaat het sterke vermoeden dat het virus met medewerking van het Kremlin vanuit de Russische Federatie werd verspreid. Als het tegen een NATO-lid was gericht en er cruciale schade aan de infrastructuur van betreffend land was aangebracht, dan had het als een oorlogsdaad opgevat kunnen worden dat artikel 5 in werking zette. Een voor allen, allen voor een. Zonder dat een aanval op Nederland is gericht kan ons land door een digitale aanval dus in een oorlog betrokken worden.

Cyberveiligheid is niet hetzelfde als cybercriminaliteit, maar er zijn raakvlakken. Terroristen hebben vaak vanuit hun verleden contact met criminele netwerken opgebouwd. Dat geldt voor een land als de Russische Federatie waar directe lijnen lopen van overheid naar maffia. Ook in de VS is dat het geval waar president Trump voor zijn vastgoedprojecten contacten had met de Russische (Semjon Mogilevitsj) en de Russisch-Amerikaanse maffia (Felix Sater). Overheidsdiensten moeten nauw samenwerken om de digitale dreiging te weerstaan. Want elke zwakke plek wordt opgezocht en kan worden afgestraft. De gevolgen kunnen desastreus zijn. Bovenwereld en onderwereld, criminaliteit en traditionele oorlogsvoering zijn vermengd geraakt.

Is Nederland er klaar voor en beseft het de urgentie van de situatie? Nee, het lijkt er in de verste verte niet op. Gerrit van der Burg is als voorzitter van het College van procureurs-generaal specifiek verantwoordelijk voor cybercrime. In die hoedanigheid gaf hij vandaag een interview aan het AD dat de Volkskrant in een bericht samenvat. Er ontstaat een ontluisterend beeld van het OM. ‘We trekken er hard aan, maar we zijn er nog niet klaar voor’ en ‘We zijn van oorsprong geen digitale organisatie’. Nee, allicht niet, geen enkel OM in geen enkel land is van oorsprong een digitale organisatie. De verplichting rust op de leiding van het OM om dat als de wiedeweerga te worden. ‘Het onvoorstelbare wordt voorstelbaar, als het gaat om cybercrime’, zo zegt Van der Burg. Maar wat hij zich nou precies voorstelt blijft raadselachtig. Naar verluidt wil het komende kabinet 25 miljoen euro vrijmaken voor de bestrijding van cybercriminaliteit. Dat is veel te weinig en het komt erg laat.

Foto: ‘Foto: ‘Dutch Visit: Col. Jeff Schilling, of G-5/7, briefs Brig. Gen. Hans Hardenbol, along with Dutch military delegation, during a visit to the Army Cyber Command.‘ Op de site van de U.S. Army Cyber Command/ U.S. 2nd Army is deze foto uit 2012 niet meer terug te vinden, hier wel bij een commentaar.

The//Intercept gelanceerd. Voorlopige focus op NSA is noodzaak

int

Het is zover. Vandaag is ‘The//Intercept gelanceerd. De Onderschepper suggereert met deze titel dat de afluisteraar wordt afgeluisterd en berichten opvangt. Dit journalistieke project dat met 50 miljoen dollar gesteund wordt door eBay oprichter en multimiljardair Pierre Omidyar werd half oktober 2013 wereldkundig toen onderzoeksjournalist Glenn Greenwald zijn overstap van The Guardian naar Omidyars First Look Media aankondigde. Greenwald is een van de vertrouwelingen van Edward Snowden. De afgelopen maanden werden allerlei gelouterde journalisten binnenboord gehaald, zoals Jeremy Scahill, Laura Poitras en Peter Maass.

In de publiciteit werd steeds gesteld dat dit project van First Look Media programmatisch weliswaar de focus op zware onderzoeksjournalistiek had, maar verder de gewone rubrieken van nieuwsmedia (binnenland, sport, entertainment) zou brengen. In de verklaring van de missie wordt die verscheidenheid nu ietwat naar de lange baan geschoven. Als korte termijn doel wordt de voortzetting van publicaties aan de hand van de Snowden-documenten omschreven. Met naast de onthulling -als tegenstem- ook een commentaar van buitenstaanders op de onthulling. Het lange termijn doel is ‘het realiseren van onbevreesde, hoor en wederhoor journalistiek over een breed scala van onderwerpen’. Met redactionele onafhankelijkheid voor de journalisten.

De focus van ‘The//Intercept’ ligt voorlopig dus nog op de NSA. Een noodzaak omdat zoals Glenn Greenwald in een commentaar uitlegt kritische onderzoeksjournalisten in de VS en het Verenigd Koninkrijk onder vuur liggen en door politici (Mike Rogers, Peter King) worden geïntimideerd en als medeplichtigen (accomplices) worden aangemerkt. Deze intimidatie vanuit de politiek, de veiligheidsindustrie en de gevestigde media is de afgelopen weken toegenomen en wordt volgens Greenwald steeds beter en vaker georkestreerd.

Het project van First Look Media gaat feitelijk over de positie en het bestaansrecht van onafhankelijke journalistiek in de Angelsaksische landen. Is deze in de mainstream nog levensvatbaar buiten enkele enclaves zoals The Guardian, The Washington Post of The New York Times? De reactie van het establishment op de onthullingen aan de hand van de Snowden-documenten is na een fase van paniek, onzekerheid en aarzeling steeds zelfbewuster geworden. De NSA-affaire is daarom steeds meer een verhaal over de rol van de journalistiek geworden. ‘The//Intercept’ bundelt de meest onafhankelijke geesten en biedt ze een platform om met minimale overheidsdruk te publiceren. Dat laatste deed Snowden bijvoorbeeld besluiten niet The New York Times te benaderen dat op directieniveau hechte banden met de regering-Obama onderhoudt.

De lakmoesproef is of The//Intercept de weg naar de mainstream weet te vinden. En bij het grote publiek ‘landt’. De urgentie om nu alle aandacht aan de NSA te blijven besteden is dat journalisten als Scahill, Greenwald of Poitras geïntimideerd worden en een beroepsverbod of zelfs gevangenisstraf wacht als ze hun krachten niet bundelen en niet blijven komen met onthullingen die het illegale karakter van de NSA-operaties aantonen. Er is geen weg meer terug. Scahill en Greenwald openen met een artikel over de geheime rol van de NSA in het drone-programma. En Trevor Paglen toont met z’n foto’s de industriële schaal waarop de NSA werkt. Zie hier de toespraak van Paglen eind december 2013 op een Duits hackerscongres.

Foto: Schermafbeelding van The//Intercept, About, 10 februari 2014.

Paglen praat over geheimzinnigheid. En decodeert met z’n kunst

Kunstenaar en de Amerikaanse burgerrechtenactivist Trevor Paglen is good fun. Hij is vergelijkbaar met kunstenaars als Jonas Staal, de Zwitserse Mediengruppe Bitnik! of het Tsjechische Ztohoven die vol kritiek op vanzelfsprekendheden en met gezonde nieuwsgierigheid naar systemen en structuren op het raakvlak van beeldende kunst, onderzoeksjournalistiek, maatschappij- en mediakritiek, activisme en politiek opereren.

Trevor Paglen verbeeldt in een toespraak op de onlangs in Hamburg gehouden ‘hackers’-conferentie 30C3 de opbouw van de controlestaat door overheden en plaatst kritische noten bij geheime programma’s die voor burgers verborgen moeten blijven. Hij tracht aan de hand van niet-geclassificeerde gegevens de tegenstrijdigheden van geheime diensten aan te tonen en aan het licht te brengen. Z’n opzet is om er met z’n kunst voor te zorgen dat burgers ‘als nieuw’ en fris tegen de geheimzinnigheid van overheden aankijken.

In het Van Abbemuseum is nog tot 6 januari de presentatie Code Names van Paglen te zien. De Frankfurter Allgemeine besteedde vorige week in een artikel dat schetst hoe 1000 ogen naar ons kijken aandacht aan z’n foto’s van NSA-afluisterstations. Trevor Paglen toont aan hoe relevant en onmisbaar beeldende kunst kan zijn.

2500082314
Foto: Afluisterstation van de NSA in West-Virginia. Credits: Courtesy Metro Pictures, Siegel.

Bewustwording over opbouw controlestaat gehinderd

Democracy Now geeft een update van ontwikkelingen op de aan het eind van 2013 gehouden vierdaagse conferentie 30C3 in Hamburg. WikiLeaks-medewerkster Sarah Harrison, WikiLeaks-oprichter Julian Assange en veiligheidsexpert en hacker Jacob Appelbaum geven hun mening over de opbouw van de controlestaat door overheden. Die is zover gevorderd dat ze over de laatste vrije internetgeneratie spreken. Dat vraagt om bewustwording en actie om die vrijheid voor de toekomst veilig te stellen. De ‘hackers’ zijn de provo’s van nu die rozijnen uitdelen. En door het establishment niet begrepen, of bewust gehinderd worden.

Dat het met die bewustwording over de opbouw van de controlestaat slecht gesteld is en vooral de gevestigde media hun controlerende en signalerende laten liggen toont een column van Rik Kuethe in Elsevier aan. Het merkwaardige aan de column is dat het op allerlei manieren slechte journalistiek is die de naam journalistiek niet verdient. Het gaat er niet om dat Kuethe een mening geeft die anderen wellicht onwelgevallig is, maar dat-ie niet van de feiten uitgaat en een kaartenhuis van verzinsels bouwt. Hoe is het mogelijk dat een gerenommeerd tijdschrift als Elsevier en een gewaardeerd hoofdredacteur als Arendo Joustra de onbenullige en misleidende praatjes van Kuethe laten passeren?

Zo verzaakt de journalistiek haar taak om de macht te controleren en wordt het medeverantwoordelijk voor de opbouw van de controlestaat. En kan Kuethe straks in alle onvrijheid op internet surfen. Zijn domheid is niet alleen immens, maar kwaadaardig. Dat laatste is hem verwijtbaar. Zoals dat geldt voor al die gevestigde media die de bedreigingen van hun eigen tijd niet begrijpen. Merkwaardige journalistiek is dat die de signalen van de eigen tijd niet begrijpt of om politieke redenen bewust verkeerd voorstelt door de feiten te verdraaien.

Greenwald herhaalt vaste stellingen. Asiel Snowden?

Voor de liefhebbers: een lange zit. Soms doet het goed om een thuiswedstrijd te spelen. Het geeft nieuw vertrouwen dat er natuurlijk al was, waarvan ontkend wordt dat het nodig was, maar toch ontvangen wordt als het zich aandient. Glenn Greenwald spreekt per video-verbinding de keynote speech uit op de 30C3 conferentie in het Duitse Hamburg. De hackers van de Chaos Computer Club. Hem wacht bijval van het welwillende publiek. De ‘usual suspects’ van de progressieve gemeenschap passeren in z’n praatje de revue: Wikileaks, Chelsea Manning en Edward Snowden. Opnieuw klinkt het verwijt dat landen zoals Nederland in hun dubbelzinnigheid profiteren van wat Snowden naar buiten heeft gebracht, maar er niet de consequenties uit willen -of durven- trekken door hem asiel te verlenen. Nederland wilde -of durfde- evenmin te bemiddelen in de kwestie Assange. Terugredenerend is Greenwalds speech zo 2013 dat deze in 2012 onbestaanbaar was. Dat roept de vraag op wat 2014 brengt aan onthullingen, deconfitures en conflicten. Heerlijk voor wie niet zweert bij de status quo.

Akkari: Ik zat fout met veroordeling Mohammed-cartoons

24014_600

Weet u nog wie Ahmad Akkari is? Hij is de Deense moslimleider die namens een groep Deense imams in 2005 en 2006 de leiding nam tegen de publicatie van Mohammed-cartoons door de Deense krant Jyllands-Posten. Hij reisde met dat verhaal ook naar het Midden-Oosten om het verzet tegen de cartoons kracht bij te zetten. Nu is-ie terug in de publiciteit met een tegenovergestelde boodschap. Hij betuigt spijt over zijn eerdere actie van zeven jaar geleden. Hij verklaart dat de krant het recht heeft om cartoons over Mohammed te publiceren.

Akkari geeft nu toe dat-ie volledig fout zat, maar verklaart dat door zijn fascinatie voor de islamitische mentaliteit waardoor-ie het overzicht verloor: ‘At that time, I was so fascinated with this logical force in the Islamic mindset that I could not see the greater picture. I was convinced it was a fight for my faith, Islam‘. Hij zegt al tijdens zijn reis tot inzicht te zijn gekomen omdat-ie zag wat voor een onderdrukkende mentaliteit de moslimleiders hadden die hij ontmoette.  Hij verhuisde naar Groenland en kwam daar tot inzicht.

Bijzonder is dat Akkari zijn verontschuldiging heeft aangeboden aan cartoonist Kurt Westergaard die door moslims meermalen met de dood is bedreigd. Westergaard vindt Akkari geloofwaardig. Hij ziet er een bekering van islamist tot humanist in. Intussen volgen de andere Deense imams Akkari niet. Ze vinden het nog steeds verkeerd om cartoons van Mohammed te publiceren. En de bekering van Akkari? Die doen ze af als iemand die de aandacht zoekt. Moslims sluiten met hun gevoel voor humor niet aan bij het Westen.

Foto: Patrick Chapatte, Cartoon War, 2006

China steelt wapensystemen. Wat is de digitale les?

china_2152612b

De eindredactie van Techzine gaat de mist in met een kop die de lading niet dekt: ‘China steelt wapenplannen van Nederlandse leger‘. Een claim die vraagt om onderbouwing. Maar die ontbreekt. Begrijpelijke verwarring omdat de tekst tot twee keer toe indirect verwijst naar het Nederlandse leger. Feit dat Nederland ontwerpen van Amerikaanse wapens gebruikt die ergens zijn gestolen wil echter nog niet zeggen dat dat in Nederland gebeurde. Het zou ook niet logisch zijn dat de Amerikaanse regering zo’n hack bij een bevriend land naar buiten zouden brengen. Dat zou een trouwe bondgenoot in het diplomatieke verkeer compromitteren.

Het gaat om de diefstal door Chinese hackers van ontwerpen van Amerikaanse wapensystemen. Het Pentagon maakt zich daar zorgen over. Want als de Chinese overheid de ontwerpen van wapensystemen doorgrondt kan het zich wapenen om ze te blokkeren (‘jammen‘) of uit te schakelen. Achterliggende reden is dat internet, dat de VS economisch en militair de afgelopen 20 jaar enorm voordeel heeft gebracht, het land ook kwetsbaar heeft gemaakt, aldus een publieksrapport van adviesgroep Defense Science Board. Een Amerikaanse hooggeplaatste militaire functionaris zegt over de diefstal dat het krankzinnig is dat China via hacken een achterstand van 25 jaar onderzoek en ontwikkeling inhaalt en miljarden dollars aan gevechtsvoordeel behaalt.

Een stuk van The Washington Post dat aanleiding was voor de berichtgeving van Techzine maakt gebruikt van een vertrouwelijke versie bij het eerdere rapport uit januari 2013 van de Defense Science Board. De Post had inzage in de lijst van ‘gecompromitteerde wapenontwerpen’. Dat gaat van de nieuwste versie van het Patriot afweersysteem PAC-3 tot de afweersystemen van ballistische raketten THAAD en het Aegis, en ontwerpen van vitale gevechtsvliegtuigen en schepen. Van de controversiële F35- JSF werd onlangs bekend dat het ontwerp al in 2007 is gehackt. Als reactie is het Pentagon enkele jaren geleden een proefprogramma gestart om de defensie-industrie betere digitale bescherming te geven. Met als gevolg dat de Chinezen zich gingen richten op onderaannemers en andere landen. Maar Nederland wordt in openbare bronnen niet expliciet genoemd.

De naïviteit van de Amerikaanse overheid is onthullend. Het eigende zich de voordelen van het werken met internet toe, boekte dat budgettair in, maar realiseerde zich te laat dat er nadelen aan verbonden waren. Die kostenpost voor bescherming werd verhuld of om politieke redenen genegeerd. De Nederlandse overheid zit nog middenin dat proces van bewustwording. Minister Plasterk boekt 300 miljoen euro in door overheidstaken digitaal te willen gaan regelen. Dat problematiseert dan niet militaire geheimen, maar de privacy van de burger. Bij incidenten vaart de overheid blind op internetbeveiligers als Fox-IT die er belang bij hebben om de gevaren van cybercrime uit te vergroten. Zowel met de overmoed van Plasterk als het schrikbeeld van Fox-IT schiet Nederland iets op. Nodig is evenwichtig overheidsbeleid dat burgerrechten en veiligheid garandeert.

Foto: Een Chinese bewaker in het Nationaal Congres. Credits: EPA.

#OpUSA en Anonymous: Hacked door wie en waarom?

Alg

Vandaag is het hackersdag, een dag om nooit te vergeten. Dat zullen we niet vergeten. In de actie #OpUSA zijn honderden websites gehackt. Hackers die opereren onder de paraplu Anonymous vallen wereldwijd sites aan. Bedoeld als protest tegen de buitenlandse politiek van de VS is het verbreed tot aanvallen op sites die niets met de VS te maken hebben. Het raakt zakelijke sites uit Israel, Brazilië, Argentinië, Oekraïne, Italië en het Verenigd Koninkrijk. En Nederland zoals het voorbeeld leert. Op Blueplay.nl dat aan sportverenigingen informatica levert zegt Anonymous Algeria van de islam te houden. Wat is het doel en waar gaat dit nog over?

Sommige hackers hebben al afstand genomen van de actie. Op softpedia.com zegt een Anonymous hacker: ‘Anonymous is a leaderless group and these attacks are being carried out by Muslim extremists and we are asking all domestic Anons not to participate in this OpUSA‘. En: ‘Anyone can claim to be part of Anonymous. We believe these attacks are being promoted by people who want to see CISPA passed and need a good reason for it.‘ Kortom, de Amerikaanse regering heeft belang bij negatieve publiciteit over hackers en internetvrijheid zonder dat het operationeel wordt geraakt. Precies wat met de actie OpUSA nu gebeurt.

Of het een provocatie is om steun te winnen voor CISPA is de vraag. Hoe dan ook geeft CISPA de Amerikaanse overheid meer en burgers minder macht. Het onvoorstelbare scenario is dat de Amerikaanse regering en moslimextremisten een gemeenschappelijk belang hebben bij onrust en de actie kaapten. Terwijl ‘echte’ hactivisten het nakijken hebben en publicitaire schade oplopen. Een typisch geval van in eigen voet schieten. De verburgelijking en fragmentatie van Anonymous tot een sleets merk gaat verder. Wie spreekt namens wie?

Foto: Schermafbeelding van Blueplay.nl dat door Anonymous Algeria is gehackt, 7 mei 2013. 

Burger moet levenssfeer heroveren op overheid en bedrijfsleven

ME_420_CorporateState-640x199

Ontegenzeggelijk staat onze privacy onder druk. Met als rode lijn dat overheden verhullend zijn over de manier waarop ze de burger controleren en zijn levenssfeer binnendringen. Deze houding van de overheid creeërt een tegenstelling met de burger. Onder het mom van veiligheid wordt deze in een ondergeschikte gezagsrelatie gedrongen terwijl hij mee wil spreken over de besluitvorming. Maar dat wordt de burger niet gegund. Zelfs de toezichthoudende autoriteit CBP die toezicht dient te houden op de naleving en toepassing van wetten die het gebruik van persoonsgegevens regelen wordt door de politiek op afstand gezet. Het ergste is de mentaliteit van de beleidsmakers dat de burger niet te vertrouwen valt. Dat sluit de weg voor inspraak af.

Een reactie om de sluipende uitbouw van de Nederlandse controlestaat te stoppen is niet makkelijk te geven. De Tilburgse hoogleraar regulering van technologie Bert-Jan Koops noemt de langzame uitholling van privacy tragisch maar onvermijdelijk. Hij koppelt de inperking van de privacy aan de afhankelijkheid van de opsporingstechnologie. Het valt volgens hem nooit meer terug te draaien. Dat klinkt somber. Want als technologie een probleem is kan het toch ook een oplossing worden voor meer transparantie en privacy? Dat gaat via bewustwording. Weliswaar doen kritische groeperingen als Bits Of Freedom, het CBP en politieke partijen als GroenLinks, D66 en de Piratenpartij hun best, maar ze dringen onvoldoende door tot de burger.

Technologie is een middel en geen doel. Het wordt in de wereld gebracht om in de behoeften van de mens te voorzien. Die relatie lijkt de afgelopen decennia verloren gegaan en kan weer centraal komen te staan. Het is geen onbegrijpelijke kracht waarover burgers geen controle kunnen hebben. Technologie is geen mysterie. Rudy Kousbroek benoemde dat 35 jaar geleden toen-ie over het nieuwe bijgeloof sprak. Nu is er een nieuw nieuw bijgeloof dat technologie en de controlestaat niet te stoppen zijn. Da’s pessimistisch gedacht. Burgers hebben in de technologische opgang de controle over hun levenssfeer uit handen gegeven. Of overheden hebben die onder het mom van veiligheid en openbare orde slinks en tersluiks naar zich toe getrokken.

Het pessimisme van Bert-Jan Koops of Steven Rambam dat privacy zo goed als dood is valt te begrijpen, maar is onverteerbaar. Zeker voor jongeren. Het redeneert vanuit de technologie over de technologie. Maar betrekt daar onvoldoende de menselijke factor in. Natuurlijk stelt de met het bedrijfsleven samenwerkende overheid zich steeds harder op tegenover de burger, zorgt het ervoor dat het toezicht op het eigen handelen afneemt en heeft de burger steeds minder te zeggen over de eigen levenssfeer. Maar door bewustwording kunnen burgers zich aaneensluiten om deze ontwikkeling terug te draaien. Het wordt een hard gevecht om de macht. Omdat het gaat over het geld achter de macht. Maar om lucht te houden over de eigen levenssfeer is het onze burgerplicht om in elk geval een poging te doen om de controle over ons eigen leven terug te veroveren.

Foto: Strip Mimi & Eunice, 2011. Tekst: Bedrijven bezitten de overheid/ Ze moeten gereguleerd worden. Door wie?/ Door de overheid.

Chinese hackers, spionage, handel, cyberoorlog: beeldvorming

Chinese universiteiten en het Rode Leger trekken samen op in digitale spionage. Computers van media, kerncentrales, fabrieken en ministeries zijn een prooi. Vanuit een handelsbelang. Alleen de mate waarin blijft onduidelijk. Bedrijven die hun brood verdienen met het adviseren en bouwen van cyber-security hebben er belang bij om de gevaren uit te vergroten. En offensieve acties van de Amerikanen blijven door hun macht over de media sowieso buiten de radar. Hoe dan ook relativeert de Chinese dreiging de recente beschuldiging van de Amerikaanse minister van Justitie Eric Holder dat politieke activisten als WikiLeaks en LulzSec een bedreiging vormen voor Amerikaanse handelsbelangen. Als-ie werkelijk meent wat-ie zegt kan Holder in de vervolging beter prioriteit geven aan de Chinese dreiging. In plaats van politieke activisten te criminaliseren.