Pleidooi voor zakenkabinet door FvD gaat voorbij aan hervorming van de partijpolitiek

De tweede man van het rechts-radicale Forum voor Democratie Theo Hiddema pleit voor een kenniskabinet of zakenkabinet. Dat zei hij gisteren 22 mei in een ochtendprogramma van de regionale Limburgese omroep L1. DDS besteedt er aandacht aan in een opinie-artikel. Mijn reactie op het idee van Hiddema is kritisch:

Op dit moment is de keuze voor een zakenkabinet een slecht idee. Want hoe dan ook moet zo’n kabinet beleid ontwikkelen. Dat is pure politiek. Anders gezegd, een zakenkabinet suggereert dat beleidskeuzes voortkomen uit een soort hogere logica die niets te maken hebben met prioriteiten die volgen uit opvattingen over de inrichting van de samenleving. Maar dat is niet zo. Het maken van die keuzes en prioritering is pure politiek.

Waarom met een zakenkabinet net doen alsof politiek geen politiek is? Dan is het eerlijker tegenover de kiezer om gewoon toe te geven dat politiek politiek is. Nog anders gezegd, de politiek is er juist voor ontwikkeld om de macht te verdelen. Als politieke partijen -waar Hiddema met zijn partij ook deel van uitmaakt- slecht presteren wat zo maar mogelijk is, dan moeten die partijen niet afgeschaft of aan de zijlijn gezet worden, maar hervormd worden.

Daar komt bij dat een zakenkabinet altijd een profiel heeft en niet zonder kan. Hoe men het ook draait of keert, de keuze voor het profiel is een politieke keuze. Als het met de benoemingen van bewindslieden kiest voor de voortzetting van de gevestigde orde, dan is dat een politieke keuze. Partijen zoals de PVV of SP die er blijk van geven de gevestigde orde omver te willen werpen zullen met hun miljoenen kiezers hier niet blij mee zijn. En omgekeerd, als er een zakenkabinet komt dat juist wel de gevestigde orde ter discussie stelt dan zullen middenpartijen als VVD, CDA en D66 en hun achterbannen er niet blij mee zijn.

Een zakenkabinet is een oud idee. Voormalig VVD-leider Hans Wiegel pleitte herhaaldelijk voor een nationaal kabinet. Overigens niet toen hij in 1977 met de VVD toetrad tot het eerste kabinet Van Agt-Wiegel dat door CDA’er Dries van Agt werd geleid. In bijzondere omstandigheden kan een zakenkabinet zin hebben. Zo had Nederland tijdens de Tweede Wereldoorlog nationale kabinetten met de kabinetten Gerbrandy I en II (1940-1945). Maar in gewone omstandigheden biedt een zakenkabinet geen voordeel. Een bijkomende vraag is overigens ook hoe in het parlement de oppositie ertegen gevoerd kan worden omdat het geen politieke steun in Eerste en Tweede Kamer heeft.

Het voorstel van Hiddema is een verre echo van twee ontwikkelingen die de partijpolitiek niet bestrijden door de hervorming ervan, maar door het te willen omcirkelen. In de jaren ’30 (vdve) keerden fascistische partijen zich tegen het heersende politieke bestel door te pleiten voor een corporatieve staat, waarbij alle maatschappelijke geledingen vertegenwoordigd zouden zijn. En binnen met name de christen-democratie bestonden er de laatste decennia tendenzen die pleitten voor de herwaardering van de gemeenschap binnen de communitaristische beweging. Met de Amerikaanse socioloog Amitai Etzioni als leidsman.

Het probleem met een zakenkabinet, een corporatieve staat of de de communitaristische beweging is dat ze zich -zonder dat toe te geven- buiten de normale politiek begeven en onttrekken aan de gewone democratische controle. Ze kunnen door belangengroepen achter de schermen vervolgens makkelijk oneigenlijk gebruikt worden voor iets dat niet met zoveel woorden wordt gezegd. Zo is de kritiek op de communitaristische beweging van Etzioni dat het onder het mom van gemeenschapsdenken allerlei neo-liberale maatregelen heeft mogelijk gemaakt. Omdat dit buiten het parlement op een soort politiek-filosofisch niveau binnen partijen speelt kan er nergens verantwoording voor gevraagd worden.

Dat verschil tussen schijn en wezen is bij de partijpolitiek niet aan de orde, hoe onvolmaakt, ongeïnspireerd, corrupt en ondoelmatig de huidige politieke partijen ook zijn. Partijpolitiek is wat het is, ondanks de nadelen ervan. Als Hiddema had gepleit voor een fundamentele hervorming van de partijpolitiek of het politieke bestel had ik hem gesteund. Bijvoorbeeld door een grotere rol voor de burger door machtsdeling of invoering van E-democracy en een afwaardering van de politieke partijen. Maar hij laat te veel onduidelijkheid wat hij met zijn pleidooi voor een zakenkabinet echt beoogt.

Dus ja, graag hervorming van het politieke bestel en de partijpolitiek. Maar nee, niet door omcirkeling of het passeren van de politiek. Een zakenkabinet of nationaal kabinet is mogelijk, maar dan uitsluitend in bijzondere omstandigheden. Dat is op dit moment niet aan de orde.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelFVD wil dat het anders gaat: Hiddema pleit voor een “kenniskabinet” van Michael van der Galien voor DDS, 23 mei 2017.

Petitie: Vernieuwing kiesstelsel. Over ‘electoraal poolen’

pe

Vernieuwing van het Nederlandse kiesstelsel is nodig. Of liever gezegd: vernieuwing van het politieke bestel is nodig. Want het kiezen, ofwel het electorale proces is slecht een onderdeel van het totale politieke bestel van de staatsinrichting met regering, parlement, staatsinstituties en politieke partijen. Enfin, eerst het kiesstelsel.

In 2010 benaderde ik wat Rudy van Belkom nu voorstelt op een andere manier met het voorstel van ‘electoraal poolen’. Ik lanceerde het om het centrum te versterken, het belang van partijen te relativeren en de burger in de bestuurdersstoel te krijgen. Dat poolen komt erop neer dat kiezers met een gedeelde voorkeur elkaar als het ontbrekende stukje van de puzzel vinden en samen als pakket stemmen. Stel dat kiezer A twijfelt tussen D66 en PvdA, kiezer B tussen D66 en GroenLinks en kiezer B tussen GroenLinks en PvdA. In dit voorbeeld spreken ze dan samen af om 1 stem op zowel D66, PvdA als GroenLinks uit te brengen. Het voorbeeld kan uitgebreid worden over meer kiezers en in andere combinaties. In 2012 probeerde jongerenbeweging G500 een andere oplossing van gesplitste stemmen uit en noemde het de stembreker. Omdat het te ingewikkeld was sloeg het niet aan. Het stond ook haaks op het idee van electoraal poolen dat de macht terug wil geven aan de burger zonder het te institutionaliseren in een pseudo politieke partij of beweging als G500.

Het voorstel van Rudy van Belkom gaat uit van dezelfde aanname als electoraal poolen, namelijk dat niet alle kiezers volledig achter alle standpunten van een bepaalde partij staan, maar hun loyaliteit over partijen willen verdelen. Maar het verschil is dat hij het programma van een partij niet buiten schot laat en beoogt dat in een tweetrapsraket van kiezen en eliminatie bij te stellen door een hiërarchie in standpunten te bewerkstelligen. Om zo de werking van een partij van buitenaf bij te sturen. Vraag is of dat haalbaar is. Het gedachtengoed van politieke partijen komt doorgaans na veel wikken en wegen, dus intern polderen tot stand.

Het standpunt dat ego’s en populisme naar de achtergrond verdwijnen door per thema een standpunt van een partij te kiezen, zal naar verwachting in de praktijk eerder de andere kant opwerken. Want de klassieke, niet-populistische partijen die hun taak verantwoord opvatten presenteren in hun programma hun gedachtengoed als totaalpakket. Met zoals dat in politieke termen heet een mix van ‘zoete’ en ‘zure’ standpunten. Als kiezers daarin een rangorde kunnen aanbrengen is het aannemelijk dat ze de voorkeur geven aan de ‘zoete’ standpunten die hun eigenbelang dienen, het snelst renderen of het best bij hun karakter harmoniëren. Het is logisch om te veronderstellen dat de lange termijn strategie daardoor nog verder naar de achtergrond verdwijnt dan dat in de partijprogramma’s met een horizon van maximaal vier jaar toch al gebeurt.

Meer zie ik daarom in electoraal poolen dat de partijprogramma’s ongemoeid laat en ze in hun totaal weegt. Trouwens software van Liquid Feedback bevat nu al uitgewerkte toepassingen om minderheidsstandpunten in een technische omgeving van E Democracy ofwel internet-democratie te wegen. In een continu proces. De Piratenpartij heeft het als een van de kernpunten in het partijprogramma opgenomen. Ook daarom zal het geen wonder zijn wat op dit moment mijn electorale pooling ‘waarschijnlijkheid’ is: 60% Piratenpartij; 20% GroenLinks en 20% Partij voor de Dieren. Maar die stem kan ik nu nergens kwijt. Zal dat ooit wel kunnen?

Foto: Schermafbeelding van petitie ‘Vernieuwing Nederlandse kiesstelsel’, 18 september 2015.

De Jong symboliseert verdeeldheid PvdA. Past hij in SP, GL of D66?

Arjen de Jong symboliseert de verdeeldheid die de PvdA splijt. Hij is zowel student technische planologie als vakkenvuller bij Albert Heijn en boerenknecht. De Jong is op 18 maart verkiesbaar voor de Provinciale Staten van Friesland. Zijn lef om het koude water in te duiken verdient steun, maar of dat ook geldt voor de PvdA is de vraag. Matthijs Rooduijn beschreef in een opinieartikel een oplossing voor de PvdA. Splits deze verdeelde partij en streef naar fusie of partijvorming met andere partijen: SP, GroenLinks en D66. Daar kunnen dan respectievelijk 1) lager opgeleiden en nationalisten; 2) progressieven en kosmopolieten; en 3) liberale sociaal-democraten terecht. Simpel, ook ik heb hier partijvorming meermalen geopperd. Vele varianten zijn mogelijk. Maar hoe lastig dat is maakt Arjen de Jong zichtbaar. Moet hij meegaan met SP, GroenLinks of D66?

Bert de Vries verlaat PvdA: ‘partij is niet langer seculier’

bdv

Deze tweet van 14 november is niet bijzonder door de inhoud, maar wel door de afzender. Er bestaat immers al enige jaren tijd kritiek op de PvdA omdat het het eigen sociaal-democratisch gedachtengoed om electorale redenen zou verpatsen, teveel naar de moskee zou luisteren en de scheiding van kerk en staat te ver oprekt.

Liefdevol PvdA-lid Eddy Terstall schetste die kritiek in 2010 in zijn boek Ik loop of ik vlieg: ‘Dezelfde verbazing hebben tegenwoordig van oorsprong linkse atheïstische activisten die gebroken hebben met de islam. Die zien vol verbazing aan hoe hun medeprogressieven en vooral ex-feministen zich het vuur uit de sloffen lopen om de islam te verdedigen en hoe die blind smoorverliefd zijn op de hoofddoek, terwijl ze ooit hun bh’s verbrandden. In 2006 zei toenmalig partijleider Wouter Bos in Het Parool: ‘Ik zie het gevaar van een Partij van de Allochtonen waar de autochtonen weglopen. Maar als wij vasthouden aan ons verhaal, blijven we de partij voor iedereen.’ De zoektocht binnen de brede volkspartij PvdA naar politieke wonderlijm die alles met alles verbond was gestart. En zou nooit gevonden worden. Dat kon alleen maar in teleurstelling eindigen.

Afzender is Bert de Vries. Tot voor kort Statenlid van de PvdA in de Provinciale Staten van Utrecht. Hij heeft nu een eigen fractie gevormd. Naar verluidt ontbrak-ie op de conceptlijst van kandidaten voor de komende Provinciale verkiezingen. Mogelijk speelde dat mee bij zijn overstap. In zijn afscheidsbrief schrijft De Vries: ‘Ik vind dat de PvdA seculier moet blijven dus los van de invloeden van kerk en moskee. Ik verzet me er tegen dat de PvdA bij elke verkiezing zo gedreven in de moskee probeert stemmen te winnen. Met deze stemmen wordt ook de invloed van de moskee naar binnen gehaald. De fractie heeft een werkbezoek afgelegd aan drie moskeeën. Het lijkt mij een verkeerd signaal. Ik ben dan ook niet mee geweest. (..) De PvdA stond eerst driedubbelvierkant achter vrouwenrechten en homorechten. Hoe scherp zit de PvdA hier tegenwoordig in?

De PvdA maakte afgelopen 20 jaar één fout, maar wel een grote: het koos niet voor het eigen gedachtengoed. Het is de strijd tussen verstandig en dom links. Tussen behoudend en progressief. Verder is er niets aan de hand. Er is gewoon sprake van emancipatie van minderheidsgroepen. Waar voorheen kiezers van Turkse, Marokkaanse, Surinaamse of Antilliaanse herkomst in met name de grote steden in meerderheid op de PvdA stemden, is dat veranderd. Dat dat gebeurde was abnormaal en wordt nu gecorrigeerd door maatschappelijke ontwikkelingen. Leden uit de minderheidsgroepen diversifiëren zich en hebben de PvdA niet meer nodig. Dit proces is mede door de PvdA in gang gezet. De eigen overbodigheid is geen schande, maar een verdienste van de PvdA omdat de doelstellingen bereikt zijn. Zoals dat voor elke politieke partij zo zou moeten zijn.

De prestaties van de PvdA liggen in het verleden. Daar worstelen alle Europese sociaal-democratische partijen mee. De PvdA moet een nieuwe bestaansgrond met een nieuw kernelectoraat vinden dat naadloos aansluit bij de ideeën over vrijheden, gelijkheid en verheffing. Daar passen geen leden bij die religie boven de waarden van de sociaal-democratie stellen. De herstart kan het best gerealiseerd worden door een nieuwe partij te vormen. Zonder VVD-light of SP-light te worden. Vogelaristen en islam-socialisten kunnen dan in de oude partij blijven. Partijvorming kan de balast van het verleden afschudden en de ideologische veren weer opprikken. Zolang links en progressief elkaar niet langer overlappen -en neutraliseren- blijft de PvdA een in zichzelf gekeerde bestuurderspartij die niet gevoed wordt door kritische geesten die naast de macht staan.

bdv2

Foto 1: Tweet van Bert de Vries, 14 november 2014.

Foto 2: Tweet van Bert de Vries, 2 december 2014.

Stemoproep Jan Pronk maakt PvdA ongeloofwaardig

Jan Pronk stapte een jaar geleden uit de PvdA. Hij zei na 49 jaar z’n lidmaatschap op. In een afscheidsbrief zei hij over de PvdA: ‘De partij heeft zich steeds verder van de beginselen van de sociaal democratie verwijderd‘,  ‘De basiswaarden van de sociaaldemocratie zijn in het geding. De kern daarvan wordt gevormd door het beginsel van solidariteit. Dat beginsel is terzijde geschoven‘, .'(..) wanneer beginselen eenmaal terzijde zijn geschoven, zijn er geen grenzen meer en helt het vlak‘ en ‘Beginselen worden verloochend. Daarom voel ik mij in de Partij van de Arbeid niet meer thuis en heb ik besloten dat huis te verlaten. Ik doe dat met heimwee, maar het is mijn politieke thuis niet meer. Ik ervaar de partij niet langer als sociaaldemocratisch.‘ 

Binnen een jaar slikt Pronk zijn bezwaren in zonder dat de PvdA fundamenteel van koers is veranderd. Hoe kan dat? Pronk verwoordde in z’n afscheidsbrief dat-ie kritiek had op de PvdA vanwege veronachtzaming van de basiswaarden. Die waren in z’n ogen in het geding en werden niet langer goed vertegenwoordigd. Dit is hypocriet van Jan Pronk. Hij maakt zichzelf met de steunverklaring ongeloofwaardig. Z’n opstelling van een jaar geleden viel nog op te vatten als opkomen voor de eigen principes. Dat de PvdA zich dit laat aanleunen en de steun van de PvdA-kritische Pronk blijkbaar nodig heeft geeft te denken over het geslonken zelfvertrouwen van de PvdA. En de paniek die er in de organisatie heerst. Bang voor weer een slecht verkiezingsresultaat.

Meest verontrustend voor de huidige PvdA is nog dat het het nodig acht de zeventiger Pronk te revitaliseren. Is het verleden de toekomst van de PvdA? Het risico is dat de bezwaren uit de afscheidsbrief weer opgerakeld worden in de publiciteit. De PvdA zit met een probleem. Het zet met alle middelen marketing in, voert zelfs op on-Nederlandse wijze een negatieve campagne tegen concurrent PVV met de site devriendenvanwilders, maar heeft geen geloofwaardig product meer in huis om te verkopen. Dat tegenpolen als de PVV en Pronk vanuit het negativisme de eigen lege huls moeten verhullen is geen teken van geloof in eigen kracht van deze PvdA.

D66 is tegenwoordig voor burgerlijke elite en tegen gewone man

2181100-300-417-scale

Bestuurslid Arnout Maat van de Jonge Democraten afdeling Amsterdam heeft een stuk geschreven dat gisteren ook in de NRC werd geplaatst. De titel dekt de lading: ‘D66’ers, doe niet zo elitair, word weer eens populistisch‘. Het is me uit het hart gegrepen omdat het misverstanden over D66 en het populisme rechtzet.

Van het D66 van Hans van Mierlo is volgens Maat onder Alexander Pechtold weinig overgebleven: ‘Bij de burgerlijke elite mag haar weloverwogen sociaal-liberale boodschap dan aanslaan, de ’gewone man’ heeft vooralsnog weinig op met de ondoordringbare zweem van elitairisme die al jaren om D66 heen hangt.’ D66 is een doelgroepenpartij zoals de anderen geworden die de belangen van een achterban behartigen. Pretentie van doorbraakpartij om het politieke bestel omver te werpen is verlaten. Daarmee ook de reden van bestaan.

Volgens Maat heeft het populisme de volgende kenmerken: ‘1) Populisten stellen het ‘goede volk’ tegenover een gecorrumpeerde en slechte elite, meestal het partijestablishment, en 2) politiek zou een voortdurende expressie moeten zijn van de ‘volkswil’ (definitie van Cas Mudde (2004)‘. Maat concludeert dat D66 in haar vroegere jaren ook een populistische partij was met bovenstaande kenmerken. Aangevuld met een charismatische leider. Het ‘inhoudelijke verhaal‘ van D66 van toen komt overeen met dat van de PVV nu.

Maar Maat gaat verder en stelt dat D66 haar eigen DNA verloochent. Want stelde Hans Van Mierlo in die beginjaren niet dat het moest ‘afgelopen zijn met de particratische elite – het partijenstelsel, als de 19e eeuwse uitvinding die zij is, vertegenwoordigde immers nog steeds verzuilde scheidslijnen die in de zestiger jaren reeds achterhaald waren’ en ‘de volkswil moest nu eens écht goed tot uiting komen, dit door middel van democratische vernieuwingen zoals het gekozen staatshoofd en burgemeester, herinvoering van het districtenstelsel en directe afschaffing van de monarchie’. 

Maat herwaardeert aan de hand van het praktijkvoorbeeld D66 het populisme. Vanwege PVV en SP wordt het door de gevestigde politiek en media in een kwaad daglicht gezet. Maat roept D66 op terug te keren naar haar beginjaren dat het populistisch opereerde. En zich richtte op de burgers, het afbreken van maatschappelijke verschillen en streefde naar democratische vernieuwing. Het D66 van nu is in haar tegendeel verkeerd. Het bedient een burgerlijke elite, steunt kabinetsmaatregelen die de verschillen doen toenemen en heeft de kroonjuwelen van de democratische vernieuwing dat het trots droeg afgelegd. Maat heeft z’n lidmaatschap van D66 opgezegd. Ik stem al sinds de jaren ’90 niet meer op deze partij die niet meer is wat het ooit was.

Foto: ‘Vrijdagmorgen zijn de fractievoorzitters van de 4 grote partijen door koningin Beatrix ontvangen op paleis Noordeinde‘. Hans van Mierlo bij aankomst, 1986.

Het gevoel van 2013. En voor de nabije toekomst

In de haven van het Taiwanese Keelung loopt de gele badeend van de Nederlandse kunstenaar Florentijn Hofman leeg. Op het eind van het jaar. Was de oorzaak een zwerm meeuwen, een arend met een scherpe snavel of gewoon het aflopende jaar? De toeschouwers reageerden teleurgesteld. Dat kan niet anders. Want bij dit soort gebeurtenissen wordt teleurstelling immer als de overheersende emotie opgevoerd.

Wat was het overheersende gevoel van 2013? Uiteraard maakt het uit of men zich bevond op de Syrische slagvelden, een Filipijns rampgebied of een Amerikaanse of een Noord-Europese stad. Ik ga uit van dat laatste. Mijn overheersend gevoel is dat overheden de burgers nog erger om de tuin leiden en voorliegen dan ik altijd al gedacht had. Laverend tussen enig vertrouwen dat het humanisme oplegt en gezond wantrouwen dat bestuurders en politici per definitie verdienen. Dat gevoel zie ik als de uiterste consequentie van de onthullingen van Edward Snowden.

Zoals de ‘opstand’ van 1968 pas in de jaren ’70 maatschappelijk indaalde zo zal het vermoedelijk nog enkele jaren duren voordat de onthullingen van Snowden hun volle beslag krijgen. Huidig beletsel om dit idee aan de bevolking over te brengen zijn de gevestigde media die nog steeds uit politieke berekening, calvinisme, gemakzucht en intellectuele luiheid uitgaan van het idee dat vertegenwoordigers van het openbaar bestuur en de politiek niet liegen.

Wat Edward Snowden en de herhaaldelijke verklaringen van onder meer de Amerikaanse, Britse en Nederlandse overheden die achteraf steeds weer niet leken te kloppen hebben aangetoond is dat  overheden hun eigen belang te eng opvatten. Langzaam, maar zeker sijpelt dat naar het grote publiek door. Een oude waarheid die deze keer door de zwart op wit documenten van Snowden niet meer genegeerd kan worden door de macht. Daarop dient de macht een antwoord te formuleren waaraan het in 2013 nog niet is toegekomen.

De leugenachtige James Clapper, de aarzelende Barack Obama, de arrogante David Cameron, de regenteske en bazige Ivo Opstelten of een achter de feiten aanlopende Ronald Plasterk vergezelden ons in 2013. Hoewel ze hun positie konden handhaven liepen ze afgelopen jaar leeg in geloofwaardigheid en vertrouwen. Wanneer de gevestigde media dat beeld eindelijk eens onverkort durven doorgeven aan het publiek zal dat in de nabije toekomst gevolgen hebben. Zoals zelfs schattige gele badeenden sneuvelen als hun tijd gekomen is.

Jan Pronk stapt uit PvdA. En verklaart zijn bezwaren

Jan-Pronk_EVS

Jan Pronk is anti-links links. Hij herkent zich niet meer in de PvdA en zegt na bijna 49 jaar zijn lidmaatschap op. In een afscheidsbrief noemt-ie als stenen des aanstoots de ontwikkelingssamenwerking en de strafbaarstelling van illegaal verblijf. In een schets van de fasen van zijn lidmaatschap omschrijft Pronk de laatste twee perioden van zeven jaar als verwarring (2000-2006) en aanpassing aan rechts (2007-2014).

Wie de lijn die Pronk schetst doortrekt komt tot de slotsom dat de Nederlandse politiek beneden de maat opereert. Het motorblok van hervormingen is vastgelopen en ligt voor schroot achter de schutting. Ondanks oppervlakkige glans verkeert de PvdA in organisatorische chaos en intellectuele armoede. De VVD breekt beloften, is uit het centrum weggekoerst en heeft in de slipstream de PvdA meegezogen. Dienstbetoon aan de kiezer, ofwel electorisme heeft de Nederlandse politiek in haar greep. De partijpolitiek is dolgedraaid.

Op het moment dat volgens Jan Pronk de periode van aanpassing aan rechts was begonnen, signaleerde in oktober 2009 Diederik Samson dat de partij in deplorable staat verkeerde. De fractie was niet in staat om het tij te keren. Da’s toen begrepen als het rechten van de sociaal-democratische rug, maar moet nu achteraf -gezien het pragmatische leiderschap van Samson- eerder beoordeeld worden als het nog verder aanpassen.

Sociaal-democratische uitgangspunten als vrijheden, gelijkheid en verheffing verdienen representatie door een geloofwaardige partij met een eigen koers. Het opportunisme van de PvdA valt partijleiders als Cohen of Samson niet uitsluitend te verwijten. Hoewel ze er evenmin een eind aan maakten. Ze wisten geen vernieuwing op de rails te zetten. In de marges van de partij wordt die bij de Wiardi Beckman Stichting voorbereid. Maar zolang links en progressief elkaar niet langer grotendeels overlappen binnen de PvdA blijft de partij een in zichzelf gekeerde bestuurderspartij die niet gevoed worden door kritische geesten die naast de macht staan.

Pronks brief is een zwakke echo van een debat uit een bijna vergeten verleden. Met een eigentijdse draai. Het meest interessant is het slot van Pronks afscheidsbrief omdat het vooruit kijkt: ‘Mocht er ooit een vereniging van sociaaldemocraten worden opgericht (..) om het debat te voeren over de betekenis van het gedachtengoed van de sociaaldemocratie in het bestek van de huidige tijd, dan meld ik mij als eerste aan.‘ Jan Pronk heeft gelijk dat het sociaal-democratische gedachtengoed niet het monopolie van de PvdA is en te belangrijk is om aan deze politieke partij toe te vertrouwen. Het kan ook niet eeuwig door de PvdA vertegenwoordigd en geclaimd worden. Pronk concludeert dat het voortbestaan van het gedachtengoed belangrijker is dan het voortbestaan van de partij PvdA. Dat geeft ‘m de ruimte om na bijna 49 jaar zijn lidmaatschap op te zeggen.

Foto: Jan Pronk, 2007. Credits: Spaarnestad Photo.

Hoe lang kunnen burgers het wantrouwen van de VVD nog aan?

media_xl_1441700

Hoe groot moet de legitimiteit van een regering zijn om niet door de vloer te zakken? Kritiek lijkt altijd feller dan voorheen. Tegengeluiden klinken altijd. Toch stapelt de kritiek op met name de VVD zich op. Venijnige en steeds wanhopiger wordende uitspraken fileren het beleid van het kabinet Rutte op belangrijke deelterreinen: economie, veiligheid, zorg, bestuur, onderwijs, wetenschap en cultuur. Paradox van de koers is dat een partij die het begrip ‘Vrijheid‘ in haar naam draagt de vrije ruimte van de burger steeds meer inperkt. Vanuit het wantrouwen jegens de burger. Overdreven overheidsbemoeiienis en zelfgerichtheid worden zo het motto van het kabinet Rutte-Asscher. NRC-commentator Marc Chavannes merkt op: ‘De VVD is als het zo uitkomt net zo dirigistisch als de cliché-PvdA.’ De VVD sluit zich in zelfgekozen separatie mentaal af van de samenleving.

In de sector veiligheid opereert als motorblok van de VVD het duo Teeven en Opstelten als bad en good guy. Opstelten is de double-breasted consigliere die met proefballonnen de grenzen van de rechtsstaat oprekt en Teeven de hitman die zijn slordige baas opjaagt om te scoren. Deze Watt en Halfwatt van de staatsveiligheid trekken steeds meer bevoegdheden naar zich toe, wantrouwen de mondige burger als veiligheidsrisico voor hun positie die floreert in het halfduister en laten het liggen in de opsporing en de aansturing van de politie. In een vlucht naar voren praten ze in ontoetsbare abstracties, plannen en vergezichten omdat ze de kerntaak waarvoor ze ingehuurd zijn niet aankunnen. Opstelten en Teeven zijn bipolair zonder een evenaar te kennen.

De kritiek op de VVD is zo omvangrijk dat het pijn doet aan het verstand. Economisch presteert Nederland slecht sinds Rutte aan de macht is en zakt het ook in vergelijking met de buren weg. Wat de VVD biedt is Tjakka en geen afgewogen beleid. Voormalig staatssecretaris Zijlstra kortte met verwijzing naar de markt als oplossing bovenmatig in het cultuurbudget. Nu blijkt dat de cultuursector de dupe is van een ingezakte goede doelen markt kunnen de honden blaffen wat ze willen maar trekt de caravan van de VVD verder zonder te repareren. Op weg naar wat trouwens? In de chicken race met de PvdA rijdt de VVD hard naar de afgrond. De voet op het gaspedaal is de legitimatie van het eigen gelijk. Een in zichzelf gekeerde partijpolitiek van de VVD keert zich af van goed geïnformeerde en betrokken burgers die niets van deze politiek te verwachten hebben.

img.php

Foto 1: De VVD’ers Fred Teeven (links) en Ivo Opstelten, respectievelijk staatssecretaris en minister van Veiligheid en Justitie, 2012. Credits: ANP.

Foto 2: Het Deense komische duo Watt en Halfwatt (Pat en Patachon) als politie-agent, 1925.

Lubbers drukte partijpolitieke benoemingen Tilburg en Den Bosch door

Het Brabants Dagblad reconstrueert aan de hand van geheime dossiers het machtsspel rond de burgemeesterbenoemingen van Tilburg en Den Bosch eind jaren ’80. Een zeer verdienstelijk onderzoek dat navolging verdient. ‘Per abuis waren die dossiers, die veel vertrouwelijke gegevens bevatten, niet afgesloten voor inzage. Brabants Dagblad ontdekte het lek en stelde het Nationaal Archief daarvan onlangs op de hoogte, maar niet nadat wij een aantal dossiers hadden gekopieerd, onder meer de dossiers van Dries van Agt, Don Burgers, Gerrit Brokx, Ed Nijpels en Ed van Thijn.’ Er zit dus nog het een en ander in het vat.

Toenmalig minister-president en CDA’er Ruud Lubbers manipuleerde en schoffeerde de voordrachten van de vertrouwenscommissies. De Brabantse Commissaris van de Koningin Frank Houben (CDA) stelde zich daarbij ondergeschikt op in dienst van Lubbers. Bij lezing van de dossiers Burgers (Den Bosch) en Brokx (Tilburg) valt op dat het bij dit soort benoemingen uitsluitend om partijpolitiek gaat. In het bijzonder het dossier Brokx is leerzaam omdat de vertrouwenscommissie ‘tot haar spijt moest constateren in hem niet het minste vertrouwen te hebben’. Commissaris Houben hangt in de verantwoording een betoog op waar geen logica in te ontdekken is en dat Brokx goedpraat. Bij de benoeming in Den Bosch stond Don Burgers in elk geval nog op de tweede plek. Daar werd oud-minister Bram Stemerdink (PvdA) gepasseerd door Lubbers en Houben.

Publicatie van beide dossiers tekent het failliet van de Nederlandse partijpolitiek. Niet de kwaliteit van het openbaar bestuur, of de stad en haar inwoners staan centraal bij deze benoemingen, maar enkel en alleen het partijbelang. Overigens schermt in zijn reactie op Lubbers toenmalig fractievoorzitter van de PvdA Wim Kok ook met allerlei claims en percentages. Ook Kok claimt benoemingen namens de PvdA. Het nieuws is dan ook niet zozeer dat Ruud Lubbers machtspolitiek speelt, maar dat alle partijen dat doen. Zolang ze de functies in het openbaar bestuur kunnen blijven beschouwen als hun bezit kunnen de partijen hun claim op deze functies blijven leggen. Dit is een onhoudbare en onbillijke situatie in een land waar slechts zo’n 2% van de bevolking lid is van politieke partijen en 98% niet in aanmerking komt voor hoge functies in het openbaar bestuur.

Foto: De junior burgemeester bezoekt Brakkestein, 1930. Credits: Regionaal Archief  Nijmegen.