SGPJ’er Mathijs van der Tang bezorgt SGP hoofdbrekens omdat hij met uitspraken over moslims aansluit bij het beginselprogramma

Schermafbeelding van deel artikel ‘Wéér kreeg de SGPJ publiciteit met een nare nasmaak. Tot groot ongenoegen van de partijtop‘ van Ilse Brandemann voor het Nederlands Dagblad, 8/9 mei 2023.

Er is een richtingenstrijd binnen de SGP. Dat werd zo’n vier jaar geleden aangewakkerd door de opkomst van FvD. SGP’ers werden in de richting van de denkbeelden van FvD getrokken. Het werkte ook de andere kant op, want conservatieve christenen binnen FvD namen sleutelposities in.

Schermafbeelding van deel artikel ‘Wéér kreeg de SGPJ publiciteit met een nare nasmaak. Tot groot ongenoegen van de partijtop‘ van Ilse Brandemann voor het Nederlands Dagblad, 8/9 mei 2023.

Die storm is gaan liggen omdat FvD over haat hoogtepunt heen is en de wervende kracht van de partij door radicalisering is afgenomen. Maar de richtingenstrijd binnen de SGP is niet over. Dat speelt vooral binnen de jongerenafdeling SGPJ waar activistische leden zich via sociale media laten horen. Dat is niet altijd wat de leiding van de partij wil horen. Omdat het de SGP publicitair zou beschadigen. Het is de vraag hoe oprecht de redenering van de leiding is.

Schermafbeelding van deel artikel ‘Wéér kreeg de SGPJ publiciteit met een nare nasmaak. Tot groot ongenoegen van de partijtop‘ van Ilse Brandemann voor het Nederlands Dagblad, 8/9 mei 2023.

Er is een relletje in de maak naar aanleiding van de deelname van SGPJ-er Mathijs van der Tang aan het programmaRutger en de Nationalisten‘ van Rutger Castricum voor PowNed waarvan op 9 mei 2023 het eerste deel wordt uitgezonden.

Van der Tang zegt daarin dat ‘moslims geweerd moeten worden‘. Dat riep na een promotiefilmpje voor dit programma op 3 mei de reactie op van het bestuur van de SGPJ die afstand nam van de uitspraak. Van der Tang heeft geen officiële functie binnen de SGPJ.


Reactie bestuur SGPJ n.a.v. promotievideo ‘Rutger en de nationalisten, 3 mei 2023.

Op de uitspraak van de naar het rechts-radicalisme leunende Mathijs van der Tang reageerde op 3 mei ook Maarten van Nieuw Amerongen in een tweet. Er loopt het een en ander door elkaar heen. Want nationalisme is niet per definitie verkeerd en een programma daarover evenmin. Het gaat erom hoe inclusief dat nationalisme wordt opgevat.

Tweet van Maarten van Nieuw Amerongen, 3 m3i 2023. Genoemd in het ND-artikel.

Van Nieuw Amerongen vraagt om schorsing van Van der Tang. Dat valt op te vatten als het terugdringen van rechts-radicale geluiden binnen SGP en SGPJ. Maar ook als bescherming van de orthodox-protestante variant van het islamitische takiyya. Dat betreft het verbergen van eigen kernwaarden in een vijandige omgeving en het huichelen daarover of het bewust onduidelijk houden van die waarden.

Op welke grond Van der Tang geschorst moet worden is onderwerp van debat binnen de SGP en in de marge van de partij. Er wordt verwezen naar Artikel 1 van het Beginselprogramma van de SGP dat naar artikel 36 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis verwijst. Dat gaat verder dan schorsing alleen, maar stelt binnen SGP opnieuw te discussie of dit artikel 36 gehandhaafd kan blijven of dat het een historisch relict is dat opgeruimd moet worden. Nog in 2021 wilde het bestuur van de SGP dit artikel 36 niet schrappen.

Artikel 1 in het Program van Beginselen van de SGP, versie 1989.

Van der Tang zet de discussie op scherp door zijn uitspraak over het weren van moslims. Hij zegt in praktijk wat in theorie de SGP is. Zoals gezegd, de SGP wil daar in de publieke ruimte bewust vaag over zijn. Daarom kan het bestuur van de SGP niet blij zijn met het optreden van Van der Tang omdat hiermee publiekelijk de ware aard van de SGP wordt getoond. Immers de partij die geen plek ziet voor andere geloven. In elk geval niet in het eigen beginselprogramma.

Schermafbeelding van deel van artikel 36 (‘Van het ambt der overheid‘) van de Nederlandse Geloofsbelijdenis.

Artikel 36 staat op gespannen voet met de vrijheid van godsdienst zoals is vastgelegd in de grondwet. Hoewel de SGP zegt voor gewetensvrijheid te zijn. Men kan trouwens ook concluderen dat de SGP met haar streven naar een regering die ingericht is naar het voorbeeld uit de Bijbel niet past binnen de democratische rechtsstaat en daarom ontbonden moet worden.

Wat Van der Tang zegt is in lijn met de beginselen van de SGP. De befaamde 21 woorden uit artikel 36 van de Geloofsbelijdenis zeggen: ‘om te weren en uit te roeien alle afgoderij en valse godsdienst en het rijk van de antichrist te gronde te werpen‘. Ofschoon daar ook weer talloze interpretaties van en correcties op zijn. Overigens ageert Van der Tang tegelijk tegen het beeld van een overheid die gevolgd moet worden. Het beeld is dus gemengd. De verwijzing ernaar in artikel 1 van het Beginselprogramma van de SGP zorgt voor verdeeldheid binnen de partij.

Schorsing van Van der Tang omdat hij de SGP ‘publieke schade‘ zou toebrengen is een pragmatische oplossing voor de SGP om de principiële discussie over het handhaven van artikel 36 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis in artikel 1 van het Beginselprogramma uit de weg te gaan.

Van der Tang wordt dan als kwade appel uit de mand gegooid zonder dat de SGP zich hoeft af te vragen of de eigen mand niet is verrot. De SGP hoeft dan niet aan zelfonderzoek te doen en kan met een beginselprogramma dat indruist tegen bepalingen van de Nederlandse Grondwet verder schipperen onder de radar van de publieke opinie die niet ziet, en niet mag zien, wat de ware aard van de SGP werkelijk is.

Schermafbeelding van deel artikel ‘Wéér kreeg de SGPJ publiciteit met een nare nasmaak. Tot groot ongenoegen van de partijtop‘ van Ilse Brandemann voor het Nederlands Dagblad, 8/9 mei 2023.

Trump verwerpt grondwet. Hoelang kan zijn partij hem nog steunen?

In de VS zoekt voormalig president Donald Trump met zijn gedrag voortdurend naar het morele dieptepunt. Dat lukt hem goed. De oogst van de laatste weken is dat hij praat met een anti-semiet en vereerder van Adolf Hitler die hij in bescherming neemt en dat hij de grondwet wil afschaffen. Gevaar is een burgeroorlog tussen democraten en anti-democraten.

Het leiderschap van de Republikeinse partij heeft moed noch ethisch kompas om publiekelijk afstand te nemen van Trump. Terwijl de paradox is dat hij helemaal geen goede resultaten boekt waar de Republikeinse partij iets aan heeft. Integendeel. Dat maakt het onbegrijpelijkere, Dat speelt meer op het terrein van psychologie dan van politiek.

De Republikeinen gedogen tot nu toe dit anti-democratische en anti-rechtsstatelijke gedrag van Trump. Terwijl tegelijkertijd geluiden klinken dat ze zich van hem willen bevrijden. Hiermee laten ze zich door deoud=president de morele afgrond in trekken. Vraag is of de Amerikaanse democratie nog te redden valt uit handen van de Republikeinse partij. Dat is geen nieuw geluid.

Is Trump onderhand een volbloed fascist? Daar lijkt het onderhand wel op. Hij vertoont alle kenmerken van een echte fascist. In oktober 2016 werd Trump door John McNeill nog ingeschat als semi-fascist. Tien maanden later na de rally in Charlottesville schatte ik Trump in als driekwart-fascist. En in juli 2021 schatte ik hem in door verdere radicalisering in als 100% fascist. En sinds die tijd is het alleen maar erger op geworden.

De belangrijke vraag is niet hoeveel dieper Trump nog kan zinken, maar wanneer de leiding van de Republikeinse partij publiekelijk afstand van hem neemt. Wanneer roeren de gematigde Republikeinen zich publiekelijk?

Een moment van de waarheid kan de verkiezing van de voorzitter van het Huis zijn. De Republikeinen hebben op dit moment 221 tegen de Democraten 213 afgevaardigden met nog een zetel onbeslist. Dat wordt waarschijnlijk een kleine Republikeinse meerderheid van 222 afgevaardigden. Om een voorzitter te kiezen hebben ze 218 stemmen nodig. Maar er zijn al vier Trumpiaanse radicalen die zeggen niet voor kandidaat-voorzitter Kevin McCarthy te zullen stemmen. Terwijl hij de Trumpianen naar de mond praat.

Als het McCarthy niet lukt om gekozen te worden dan is het niet onmogelijk dat gematigde Republikeinen een coalitie met de Democraten vormen en een gematigde Republikein tot voorzitter kiezen. Nog houden Democraten en Republikeinen hun kaarten tegen de borst, maar als Trump en zijn Trumpianen verder radicaliseren, overvragen en aankondigen met bizarre onderzoek te komen zoals over Hunter Biden, dan kan het zomaar zijn dat de Amerikaanse politiek een afslag naar het centrum neemt. Het zal tijd worden.

Hoe komt het dat kunst doet wat religie nalaat?

Schermafbeelding van deel artikelKunst doet wat religie nalaat‘ van Hizir Cengiz in de Kanttekening, 14 september 2022.

Volgens columnist Hizir Cengiz is kunst de geslaagde en succesvolle versie van religie. Religie zou blijven hangen in verstarring. Kunst zou doen wat religie nalaat. Ik ben het met hem eens.

Maar dan moeten we religie en kunst wel eerlijk vergelijken. Want kunst kent vele varianten die ook lijden aan verstarring. En religie kent nieuwe, levendige, eigentijdse varianten, zoals de tegen de satire aanleunende Kerk van het Vliegend Spaghettimonster.

Die nieuwe godsdiensten worden trouwens door de gevestigde godsdiensten en de verdedigers ervan niet tot de religiemarkt toegelaten. Daar worden zelfs de hoogste juridische middelen van de staat voor uit de kast gehaald.

Die verdedigende reflex ontstaat om de belangen van de traditionele godsdiensten te beschermen en het vooroordeel te onderstrepen dat een godsdienst belegen is en zich in de tijd bewezen moet hebben. Wellicht speelt ook mee dat de verdedigers van traditionele religie menen dat conventies en regels onmisbare pijlers onder de samenleving zijn.

De verklaring waarom kunst slaagt waar religie faalt ligt voor de hand. Kunst en religie putten uit dezelfde bron van het drama en de rituelen. Het zijn menselijke, creatieve constructies die proberen de zinloosheid, de leegte en de eindigheid van het leven op afstand te houden. Kunst slaagt daar beter in omdat het meegaander en buigzamer is. Kunst hoeft immers zichzelf niet te bestendigen.

Kunst is veelgelaagd en gefragmenteerd en kan zich voortdurend vernieuwen. Stromingen volgen elkaar op en kunstenaars becommentariëren elkaars werk. Er bestaan weliswaar kunstinstellingen die hun eigen voortbestaan belangrijk vinden, maar die bepalen niet wat de veelgelaagde kunst is.

Het tweeledig doel van de beeldbepalende monotheïstische godsdiensten verklaart grotendeels de verstarring. Want naast zingeving (‘de binnenkant‘) moeten godsdiensten door belangenbehartiging, het uitschakelen van rivalen, fondsenwerving, en marketing en publiciteit continu werken aan hun eigen voortbestaan (‘de buitenkant‘). Met ook nog eens het risico dat de buitenkant door wereldse leiders wordt gekaapt. Dat gevecht om continuering leidt tot starheid en verstijving. 

Schermafbeelding van deel artikelKunst doet wat religie nalaat‘ van Hizir Cengiz in de Kanttekening, 14 september 2022.

Cengiz eindigt zijn commentaar met de persoonlijke noot dat hij nimmer vraagtekens bij zijn religie mocht plaatsen, want dat was ‘des duivels, bijna blasfemie‘. Dat is een juiste constatering van hem. Verstarring is onlosmakelijk verbonden met traditionele godsdienst. Het is er zelfs een bestaansvoorwaarde van. De vraag naar eigen ontstaan en herkomst is binnen traditionele religies een taboe. Die vraag mag niet gesteld worden. Terwijl in de kunst per definitie geen enkele vraag taboe is. Dat verklaart het verschil tussen kunst en religie.

In februari 2022 stelde ik in het commentaarOmarm secularisatie. Beschouw kerken als culturele instellingen. In ruil voor subsidie kunnen ze hun politiek-maatschappelijke claim op de samenleving inruilen‘ over wegkwijnende kerken die door de ontkerkelijking niet meer onderhouden kunnen worden dat religieuze organisaties voortaan opgevat zouden moeten worden als culturele organisaties.

Het verschil tussen kunst en religie is historisch, dramatisch en functioneel minder groot dan het lijkt. Door de eeuwenlange dominantie van religie zijn ze uit elkaar gegroeid en is de overeenkomst uit zicht geraakt. Nu in West-Europa het belang van religie afneemt en kunst zich dynamisch handhaaft is het moment gekomen om ze weer als twee kanten van dezelfde medaille te gaan beschouwen.

Opkomst van christelijk nationalisme in VS. Robert George als voorbeeld. Hij manipuleert de feiten over secularisme

Godless Engineer is ex-christen. Dat hij ooit christen werd verklaart hij op zijn YouTube kanaal: ‘Ik voelde me stom om die dingen te geloven terwijl ze nergens op sloegen, maar er werd mij verteld dat ik dat moest geloven’. En: ‘Als ik iemand kan helpen om zich niet zo alleen te voelen omdat ze niet meer religieus zijn, dan zijn mijn inspanningen mijn tijd meer dan waard. Voor mij betekent goddeloos dat religie deel uitmaakt van ons verleden, een feit waarvoor we ons niet hoeven te schamen’.

Godless Engineer ofwel John Gleason (1984) reageert kritisch op religieuze geloofsverdedigers, aldus zijn profiel op Wikitubia. In bovenstaande video neemt hij Robert George op de korrel. George is een conservatieve, christelijke intellectueel met vele contacten in de Republikeinse partij. Wie zijn Wikipedia-lemma doorleest en beseft hoeveel respect George geniet begrijpt pas goed hoe de VS is doordesemd met het conservatief-christelijk gedachtengoed. Ofschoon waarschijnlijk zijn Wikipedia-lemma gekleurd is als onderdeel van de pr van George. Hij is sinds 1999 McCormick professor Jurisprudentie aan Princeton

Het is voor een buitenstaander onbegrijpelijk dat Robert George die in de VS als rechtsgeleerde aanzien en geloofwaardigheid geniet controversiële uitspraken verkondigt over het secularisme. George dicht religie een grotere rol toe in de Amerikaanse politiek of de openbare beleidsvorming dan uit de grondwet volgt. George probeert verwarring te scheppen over iets wat duidelijk is in de Amerikaanse grondwet: de scheiding van kerk en staat. George maakt het water modderig, zoals Amerikanen zeggen.

George maakt wetenschap bewust ondergeschikt aan politiek. Een en ander stelt John Gleason in bovenstaande video puntsgewijs en ter zake doend aan de orde. Men kan zich allen maar afvragen hoe het mogelijk is dat George een Departemental Professorship aan Princeton kan vervullen. Wat kan hij waard zijn als objectieve rechtswetenschapper?

Robert George staat niet alleen, maar is een vertegenwoordiger van het christelijk nationalisme. Een artikel van ABC News van 30 mei 2022 gaat dieper in op die stroming die het omschrijft: ‘Sommigen [= Republikeinse kandidaten] zeggen dat het een pejoratief is en houden vol dat iedereen het recht heeft om gebruik te maken van hun geloof en waarden om te proberen het openbare beleid te beïnvloeden. Maar wetenschappers definiëren christelijk nationalisme over het algemeen als verder gaan dan beleidsdebatten en pleiten voor een versmelting van Amerikaanse en christelijke waarden, symbolen en identiteit. Christelijk nationalisme, zeggen ze, gaat vaak gepaard met het geloof dat God Amerika, net als het bijbelse Israël, heeft bestemd voor een speciale rol in de geschiedenis, en dat het goddelijke zegen of oordeel zal ontvangen, afhankelijk van zijn gehoorzaamheid.’

De Republikeinse kandidaat en Trump-aanhanger voor het gouverneurschap in Pennsylvania Doug Mastraino heeft de scheiding van kerk en staat een ‘mythe’ genoemd, aldus ABC News. Net als George. Na zijn zege in de primaries zei Mastraino: “Prijs Jezus!” en “God lacht naar ons en zendt Zijn zegeningen.” Democraten zijn overigens tevreden met de rechts-radicale Mastraino die het in november op moet nemen tegen de Democraat Josh Shapiro. Het radicalisme van de Trumpiaanse kandidaten zou wel eens voor een onaangename verrassing voor de Republikeinse partij kunnen zorgen om de verwachte winst in de Senaat ook daadwerkelijk te verzilveren.

Het christelijk nationalisme in de VS heeft vele partners. Zoals de QAnon-beweging, racisten, COVID-ontkenners, Trumpianen die Trumps leugen geloven dat Trump in 2020 de presidentsverkiezingen won en opstandelingen die op 6 januari 2021 het Capitool bestormden. Men kan zich alleen maar afvragen waarom echte christenen en kerkleiders niet meer afstand nemen tot de rechts-radicalen die hun geloof om politieke redenen bezoedelen en kapen.

Dat het christelijk nationalisme sterk is verbonden met het rechts-radicalisme van Trump maakt een aankondiging voor een nieuwe streamingdienst van Trump zichtbaar. RawStory zegt daarover in een artikel: ‘De nieuwe streamingdienst zal een soort TMTG+ zijn die programma’s zal maken die gericht zijn op het extreemrechtse publiek van de supporters van Donald Trump en shows met een christelijk-nationalistische inslag onder de aandacht zullen brengen.’

Het christelijk nationalisme in de VS heeft vele gezichten. George is het intellectuele gezicht die zijn academisch prestige inzet om de waarheid over de grondwet, de scheiding van kerk en staat en de rol van religie in de Amerikaanse samenleving te manipuleren. George plaveit met zijn titels, functies, aanzien en academische cachet de weg voor een omwenteling waarin het christendom tot staatsgodsdienst wordt gepromoveerd en degenen die de reactionaire waarden niet onderschrijven buiten de besluitvorming worden gehouden. Robert George is met zijn zalvende praatjes de judas van de universele waarheid. Vroom in schijn.

DDS verdedigt Trump met alternatieve feiten

Schermafbeelding van deel artikel Video! Trump zet Ohio op zijn kop met eerste ‘rally’ na machtsoverdracht: ‘Biden is een totale catastrofe’ van Michael van der Galien op DDS, 27 juni 2021.

Radicaal-rechtse media hebben het moeilijk om een onverdedigbare Trump te verdedigen. Dat in het geradicaliseerde medialandschap van de VS rechtse media het opnemen voor Trump ligt in de lijn der verwachting. Maar waarom een Nederlandse rechts-radicale opiniesite als DDS het ondubbelzinnig opneemt voor Trump is lastig te begrijpen.

De kloof tussen werkelijkheid en schijn is in het geval van Trump onderhand zo groot geworden dat het steeds moeilijker wordt om zijn daden te vergoelijken. De rechts-radicale hardliners en QAnon-gelovigen volgen hem nog steeds als leden van een sekte, maar zij staan steeds meer alleen. Waarmee niet gezegd is dat het gevaar van een tweede opstand die de Amerikaanse democratie omverwerpt geweken is. Hoofdredacteur Van der Galien van DDS voegt zich in dat koor. Dat op zich is al veelzeggend. Mijn reactie bij dit artikel:

Voormalig president Trump lijkt de Republikeinse partij steeds meer te verdelen door zijn steun aan complotdenkers en rechts-radicale politici. Zijn leugen dat hij de verkiezingen gewonnen heeft wacht nog steeds op onderbouwing. Naast zijn oproep tot een opstand op 6 januari 2021 heeft dat de steun bij het berde publiek geen goed gedaan. Die radicalisering stoot de onafhankelijken en meer gematigde Republikeinen af. 
President Biden is een gematigde Democraat. De links-radicale in de partij zijn zo goed als tot zwijgen gebracht of houden zich om strategische redenen stil. Daarom is de aanval van Trump op Biden ongeloofwaardig. 
Politiek is wat anders dan sensatiepers. Het is zeker zo dat Trump aandacht trekt in de publiciteit, maar het is de vraag of een land gediend is met die hype. De paradox die Van der Galien mist of niet op wil schrijven is dat de rechtse media zoals Fox News meer hebben te lijden onder de normalisering van de politiek onder Biden, dan de linkse media. 
Ultrarechtse media die Trump zei te steunen zoals One America News Network hebben niet aan aandacht gewonnen. Trump plannen om zijn eigen media op te richten zijn eveneens mislukt.
Het standpunt dat Trump nu rally’s geeft als opmaat voor de tussentijdse verkiezingen van november 2022 is deels onjuist. Trump is het niet te doen om het versterken van de positie van de Republikeinse partij, maar uitsluitend om het versterken van het merk Trump. 
Mede door zijn verbanning van sociale media is de aantrekkingskracht van het merk Trump weggezakt. Peilingen laten zien dat Trump aan populariteit heeft verloren en Biden met meer dan 60% steun populairder is dan Trump ooit is geweest. 
Naar verwachting komt de aanklager van New York Cy Vance komende week met een aanklacht tegen Trumps bedrijf. De verwachting is dat deze aanklacht alleen al voldoende zal zijn voor het failliet van Trump ORG omdat banken dan hun leningen zullen terugtrekken. Met als gevolg dat Trump bedrijf als een kaartenhuis in elkaar zakt. In de herfst van 2021 wordt een tweede reeks aanklachten verwacht tegen personen uit de omgeving van Trump. 
Trump is dus niet terug van weggeweest, maar voert een wanhoopsoffensief waarvan de uitslag nu al vaststaat. Zijn vlam dooft langzaam uit. De enige manier waarop Trump zijn macht kan terugwinnen is door met antidemocratische middelen zijn opponenten uit te schakelen en de grondwet opzij te zetten. Maar Trump is nu niet meer in de positie om het ministerie van Justitie naar zijn hand te zetten, zoals hij met minister Barr deed. 
Het gevaar van een tweede rechts-radicale opstand die de Amerikaanse democratie omverwerpt is nog niet geweken, maar de verdedigers van de grondwet weten steeds beter wat Trump heeft uitgevreten en wat het antwoord op zijn oproep tot een opstand moet zijn. Trump is een totale catastrofe voor de VS.

In Amerikaanse gevangenis mag ‘sjamaan’ Jacob Chansley zijn geloof vrij uitoefenen

Men hoeft het niet eens te zijn met de politieke overtuiging en capriolen van de 33-jarige ‘sjamaan’ Jacob Chansley die op 6 januari 2021 door zijn uitmonstering met een gehoornde hoofdtooi en een speer van 1,80 meter veel media-aandacht trok bij de bestorming van het Capitool om toch waardering te hebben voor zijn religieuze geloof en hoe de Amerikaanse overheid dat respecteert. Chansley die in bewaring is gesteld is op zijn verzoek verhuisd naar een gevangenis in Virginia omdat die kan voldoen aan zijn verzoek voor een volledig biologisch dieet. Zijn advocaat had beoogd dat het sjamanistische geloof van zijn cliënt dat vereist. Hij zou in de gevangenis 10 kilo afgevallen zijn omdat hij weigerde niet-biologisch voedsel te eten.

Op deze uitspraak kwam kritiek omdat het om een verkleedpartij (‘cosplay’) zou gaan. Chansley zou zich de cultuur van inheemse volkeren toe-eigenen. Verder zou hij als witte, ultra-rechtse man bevoordeeld worden door het rechtssysteem, een recht dat etnische minderheden (Moslims, BLM) onthouden wordt. Afgelopen werken trok de zaak van Jenny Louise Cudd veel aandacht omdat ze als verdachte van dezelfde bestorming van het Capitool van een rechter toestemming kreeg om op vakantie naar Mexico te gaan.

De kwestie van het geloof van Jacob Chansley gaat over de vrijheid van godsdienst. Wat zijn de criteria waar de staat zich op dient te baseren als de burger onder verwijzing naar dat geloof een recht claimt? In de video noemt juriste Trudy Rushforth die een gids voor gevangenisfunctionarissen over het uitoefenen van religie in de gevangenis schreef dat het haar zou verwonderen als Chansley dit recht niet was toegekend. Oprechtheid is volgens haar voldoende. In de VS wordt het principe van vrije uitoefening van religie in de gevangenis serieus genomen.

Het verschil over deze kwestie van ‘nieuwe godsdiensten’ tussen het Amerikaanse en Nederlandse rechtssysteem is dat in de VS de bewijslast bij de rechter ligt en in Nederland bij degene die zich beroept op het geloof. In een uitspraak uit 2018 oordeelde de Raad van State dat de Kerk van het Vliegend Spaghettimonster overtuigingskracht, ernst, samenhang en belang miste om als godsdienst beoordeeld te horen. Dat beschouwde ik in een commentaar als een gebrekkige, achterhaalde, paternalistische en onwaarachtige uitspraak. Mede omdat deze criteria niet worden gesteld aan bestaande godsdiensten, die evenmin voldoen aan al deze criteria, en zo de rechter rechtsongelijkheid creëert tussen oude godsdiensten en bewegingen die claimen een godsdienst te zijn. En daardoor aan de gelovigen die zeggen lid van zo’n beweging te zijn. Met de uitspraak treedt in mijn ogen de Raad van State buiten de juridische paden van de Nederlandse grondwet en Europese wetgeving en laat het zich in haar toetsing leiden door ouderwetse maatschappelijke opvattingen.

Verwarring speelt tegenstanders van voormalig president Trump en de complotdenkers parten die het ongepast vinden dat Chansley door te verwijzen naar zijn godsdienst voorrechten krijgt. Maar de Amerikaanse grondwet staat dat recht toe. Het tonen van oprechtheid is voldoende. De conclusie is dat men het oneens kan zijn met Chansley’s politieke overtuiging en zijn beroep op het sjamanisme en zijn koppeling van dat geloof met biologisch voedsel om hem toch dat recht toe te kennen. Het doet er niet toe of hij zich gedraagt als een satiricus, activist of clown. Zijn sjamanistisch geloof hoeft niet samenhangend, overtuigend of serieus te zijn om toch door de Amerikaanse staat erkend te worden als godsdienst waar rechten aan kunnen worden ontleend. De critici die Chansley zijn geloof niet gunnen, bestrijden met hun tegenstand dat wat ze zeggen te verdedigen. Ze hebben wel gelijk als ze zeggen dat zonder mits en maren aan alle gevangen dat recht dient te worden toegekend.

Ook als Trump niet voor impeachment wordt veroordeeld, blijft hij gebrandmerkt als leider van de opstand tegen de Amerikaanse democratie

Het ging er heftig aan toe, die 6de januari 2021 in het Capitool in Washington DC. Pro-Trump opstandelingen drongen het parlementsgebouw binnen en riepen om vice-president Mike Pence en Huisvoorzitter Nancy Pelosi. Ze reageerden op de maandenlange retoriek van Trump dat de verkiezingen gestolen waren en op een oproep die dag van Trump om naar het Capitool te gaan.

De impeachment zittingen in de Senaat die vandaag in de derde dag zijn aanbeland tonen overduidelijk aan dat parlementsleden serieus voor hun leven moesten vrezen. De reconstructie van de gebeurtenissen laat zien dat het weinig had gescheeld of parlementsleden waren gevangen genomen door de opstandelingen. Wat er dan was gebeurd is onduidelijk. Maar de massa toonde zich tamelijk militant, doelbewust, zelfverzekerd en had de overtuiging dat Trump de actie had gelegitimeerd. Video’s tonen een vluchtende vice-president Mike Pence, senator Mitt Romney en de meerderheidsleider in de Senaat Chuck Schumer die in veiligheid worden gebracht door de Capitol Police, de politie van Washington DC en de veiligheidsdiensten.

Het effect van de impeachment zittingen is ongewis. De afzetting is pas geldig als 2/3de van de aanwezige senatoren zich daarvoor uitspreekt. Maar omdat dit niet geheim gebeurt lijkt het er sterk op dat de Republikeinse senatoren bang zijn voor de gewapende bendes en individuen die Trump volgen en de Republikeinse basis in hun staat en daarom niet voor impeachment durven te stemmen. Het is veelzeggend dat Pence met zijn familie naar het buitenland is gegaan voor vakantie en zich tot nu toe niet publiekelijk heeft uitgesproken over de gebeurtenissen, terwijl Trump toch een prijs op z’n leven had gezet.

Op een stuk of vijf Republikeinse senatoren na zwichten de Republikeinen dus voor de bedreiging die nog steeds door Trump wordt aangewakkerd. Of voegen ee naar Trumps retoriek omdat ze hopen door zijn steun een betere positie te kunnen verwerven. Een tussenoplossing tussen niet voor kunnen stemmen vanwege de bedreigingen en niet tegen kunnen stemmen vanwege de ernst van de opstand die door Trump werd geïnitieerd is de mogelijkheid dat ze zich van stemming onthouden. Dat kan. Als 55 senatoren (50 D en 5 R) voor afzetting stemmen en 18 Republikeinse senatoren zich van stemming onthouden en 27 tegen stemmen, dan is er de benodigde 2/3 meerderheid voor afzetting van Trump. Inclusief het verbod voor hem om ooit nog president te worden. Artikel I, sectie 3 van de grondwet spreekt over overeenstemming van 2/3de van de ‘aanwezige’ senatoren.

Ook als er in de Senaat geen 2/3de meerderheid is om Trump te veroordelen, dan is dit hoofdstuk van de opstand en poging tot staatsgreep van 6 januari 2021 nog lang niet gesloten. Het bewijsmateriaal dat nu door de Democratische aanklagers wordt gepresenteerd lijkt overtuigend genoeg om te dienen voor een zaak die het ministerie van Justitie onder leiding van de nog te benoemen minister Merrick Garland tegen voormalig president Trump kan aanspannen. De Democraten hebben in elk geval tot de volgende tussentijdse verkiezingen in 2022 de parlementaire ruimte om Trump en zijn meelopers in het parlement erop te blijven wijzen hoe ze gefaald hebben en de Republiek bewust in gevaar hebben gebracht. De Republikeinen kunnen met afleidingen en misleidingen proberen te suggereren dat er niks aan de hand was, maar hun zaak wordt er met de dag zwakker op.

Foto: Schermafbeelding van een deel van Artikel I, sectie 3 van de grondwet van de VS.

Scientology Nederland claimt onterecht dat het is erkend als godsdienst. Het is onjuist dat de staat zich niet uitspreekt over toetreding godsdiensten

Robert Kruijt van Scientology Nederland gaat in op de vraag of Scientology in Nederland een erkende godsdienst is. Hij meent van wel. Maar dat is onjuist. De Scientology Kerk heeft in tegenstelling tot gevestigde godsdiensten geen ANBI-status omdat het onder meer niet kan voldoen aan het criterium van de Belastingdienst dat het ‘zich voor minstens 90% inzet voor het algemeen nut’. Dat bepaalde in 2015 het Gerechtshof Den Haag in een uitspraak. Kruijts claim dat de Scientology Kerk in Nederland door de Belastingdienst wordt erkend is onjuist. Waarom hij de Belastingdienst noemt, terwijl hij weet dat zijn organisatie er niet door erkend wordt lijkt een kwestie van brutale marketing.

Interessanter is zijn opvatting dat in Nederland de Nederlandse overheid zich niet bemoeit met aangelegenheden binnen een kerk of religieuze organisatie. Kruijt schetst in zijn rooskleurige opgewektheid een vals beeld. Het is een misverstand dat de staat zich hier niet over uitspreekt en dat de toetreding van nieuwe religieuze organisaties tot de religieuze markt geen belemmeringen kent. Er bestaan wel degelijk indirecte en verdekte blokkades van de Nederlandse overheid om nieuwe religieuze organisaties of organisaties die claimen een godsdienst te vertegenwoordigen de voet dwars te zetten.

Tekenend zijn de pogingen van de Nederlandse afdeling van de Kerk van het Vliegend Spaghettimonster om erkend te worden als godsdienst. Deze Kerk loopt al enkele jaren tegen politieke en maatschappelijke hindernissen op. Overigens een Kerk met veel meer leden dan de Scientology Kerk. De afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State oordeelde in een uitspraak van 15 augustus 2018 dat de Kerk van het Vliegend Spaghettimonster geen godsdienst is. Ik noemde dat in een commentaar een uitspraak vol gebreken. Onder meer omdat de de Raad van State theologisch niet geëquipeerd is om theologische doctrines af te wegen en niet dient te oordelen over de ‘binnenkant’ van organisaties die claimen een godsdienst te zijn.

De rechterlijke macht is een van de drie machten binnen de Nederlandse staat. Het oordeelt over de toegang van toetreders tot de religieuze markt. Door op de rem te staan kunnen rechtscolleges die toegang blokkeren of vertragen. Dat gebeurt in dit voorliggende geval van de Kerk van het Vliegend Spaghettimonster en daarom kan men niet zeggen dat de overheid zich hier niet mee bemoeit en dat de toetreding vrij is. Dat is het pertinent niet. De rechterlijke macht is onderdeel van wat Kruijt ‘de overheid’ noemt. De staat, of overheid, mengt zich wel degelijk in het interne debat over wat een godsdienst is. Het is in strijd met de vrijheid van godsdienst.

Het is duidelijk waarom Kruijt een vals beeld geeft van de Nederlandse religieuze situatie. Hij probeert hiermee kritiek te weerleggen door net te doen alsof in Nederland alles kan en nieuwe religieuze organisaties met open armen worden ontvangen en zijn eigen organisatie ook makkelijk door de ballotage is gekomen. Maar dat is onjuist. Scientology wordt in Nederland getolereerd en net als in landen als België, Frankrijk en Duitsland niet erkend als godsdienst, maar als sekte gezien.

Uitzondering van godsdienst bij COVID-19 maatregelen roept reacties op die voorrechten van geloofsgemeenschappen ter discussie stellen

Religieuze organisaties hebben in Nederland voorrechten die andere maatschappelijke instellingen niet hebben. Mensen die samenkomen voor hun geloof of levensovertuiging zijn door de rijksoverheid uitgezonderd van de maatregelen voor samenkomsten. Ze hoeven zich niet te houden aan regels voor het maximaal aantal personen in een kerk, moskee, synagoge of ander gebedshuis. Ook is er geen verbod op zingen.

Dat is met gebruik van een cirkelredenering en onder verwijzing naar de vrijheid van godsdienst meten met een dubbele standaard. Het is doorgaans lastig om dat verschil goed duidelijk te krijgen omdat veel voorrechten die de relatie met overheden betreffen verhuld zijn, maar het Nederlandse kabinet heeft tijdens de pandemie dat verschil scherp benadrukt door religieuze organisaties meer vrijheden te geven.

Het kan geen toeval zijn dat in het kabinet twee christelijke partijen vertegenwoordigd zijn die voor religieuze organisaties zonder twijfel hebben gelobbyd dat er uitzonderingen worden gemaakt op de beperkende COVID-19 maatregelen. Alle mensen zijn gelijk, maar gelovigen zijn meer gelijk dan anderen. De VVD en D66 stemmen er tot hun chagrijn mee in. Waarom deze liberale partijen de kans laten liggen om de uitzonderingen die kerken ed. genieten uit te breiden naar theater, restaurant, bioscoop, conservatorium (koren!) of muziekpodium is onbegrijpelijk.

De liberale premier Rutte kon desgevraagd niet uitleggen waarom religieuze instellingen die erediensten verzorgen anders worden beoordeeld dan maatschappelijke of culturele organisaties. Hij had kunnen zeggen dat dat nu eenmaal in lijn is met de Nederlandse traditie. Dat sluit namelijk aan bij de voorrechten die christelijke organisaties altijd al genieten. Maar dat kon hij om politieke redenen natuurlijk niet zeggen, ofschoon het duidelijker was geweest als hij wel volmondig de dubbele standaard had erkend.

Tegelijkertijd zijn maatschappelijke en culturele organisaties te afwachtend om zich te hullen in een kerkelijke of humanistische mantel. Hoe creatief ze kunnen zijn bewijst in Nederland een kerkelijk genootschap die zich de Kerk van het Vliegend Spaghettimonster (KVS) noemt. Ik ben sinds oktober 2015 inschrijven als Pastafarian en heb nooit aan enige bijeenkomst deelgenomen of ben lastiggevallen door schooibrieven om geld. Overigens heb ik met welwillende commentaren mijn solidariteit voor de KVS uitgesproken. De teneur is dat de overheid of mensen die namens de overheid besluiten nemen over geloof in maatschappelijke ontwikkeling achterlopen op de opvatting in de samenleving dat geloof en levensovertuiging breed opgevat moeten worden.

Daarnaast is de juridische weeffout dat zonder voldoende theologische expertise rechters de competentie toegekend krijgen om te beslissen of de KVS een godsdienst is en over de financiële en andersoortige voorrechten die daarbij horen. Deze gang van zaken is een fout in de Nederlandse rechtsgang die ik hier en hier beredeneerd heb. Hoewel de opzet duidelijk en wellicht onbewust is van de betrokken rechters: het afschermen van de religiemarkt voor toetreders en het beperken van voorrechten tot een traditionele groep van godsdienstige organisaties die in koepels georganiseerd zijn en aldus een duidelijk aanspreekpunt voor de rijksoverheid zijn.

In het West-Vlaamse Oostende laat cafébaas Xavier Troisi van Café Crayon het er niet bij zitten. Ook in België worden gevestigde godsdiensten bevoordeelt. Hij zegt in een artikel van HLN van 9 december 2020: ‘Ik begrijp niet waarom geloofsgemeenschappen een uitzondering mogen krijgen en de gesloten sectoren niet.’ Troisi heeft daarom zijn eigen geloof opgericht, het Crayonisme. Hij beoogt hiermee een versoepeling voor de horeca te bewerkstelligen. Zijn zaak is sinds begin november 2020 gesloten vanwege de tweede lockdown. Troisi combineert serieusheid met luim en relativering. Want hij beseft dat het beter is dat de horeca tot maart 2021 dicht blijft. Maar zijn argumentatie is dat dit dan exact zo zou moeten gelden voor geloofsgemeenschappen.

De kritiek van deze cafébaas komt overeen met de kritiek in Nederland op de voorrechten van geloofsgemeenschappen. Troisi zegt volgens HLN op sociale media: ‘Ik ben zeker niet tegen geloof op zich of hun volgelingen. Maar ik zou het toch frappant vinden dat de overheid plooit voor de oproep van de geloofsgemeenschappen. De kans dat zij uitzonderingen zullen krijgen, lijkt me wel groot. Maar kan iemand me uitleggen waaróm religie een versoepeling zou krijgen? Ik vind dit weinig geloofwaardig tegenover de sectoren die al een hele poos gesloten moeten zijn, zoals horecazaken, kapsalons en andere contactberoepen. Als je met tien in een kerk kan zitten, kan je ook in je eentje in een kappersstoel plaatsnemen of op een terras zitten. En volgens mij kan je religie ook perfect thuis uitoefenen, toch?

Net als de KVS in Nederland heeft het Crayonisme geen kans om op korte termijn erkend te worden. Het ter discussie stellen van ongewenste en onrechtmatige voorrechten van gevestigde godsdiensten is een kwestie van lange adem. De enige optie is om door te gaan met erop te wijzen dat er een dubbele standaard bestaat die godsdienst begunstigt. Zodat uiteindelijk het conservatisme dat hier achter ligt en de gevestigde godsdiensten beschermt een kleiner gezag krijgt dan het nu nog heeft en het beleid eindelijk bij de tijd kan worden gebracht.

Foto’s: Schermafbeeldingen van artikelCafébaas richt eigen geloof op: “Met 10 in een kerk zitten? Dan ook met 10 op een terras”’ van Timmy Van Assche in HLN, 9 december 2020.

Macht wettigt verschil tussen eredienst en theatervoorstelling. Kop ‘Seculier Nederland valt over vrijheid van godsdienst’ is misleidend

Een commentaar in het RD van kerkjournalist Klaas van der Zwaag die tevens verbonden is aan de SGP gaat over de reactie op de commotie die is ontstaan door de bijeenkomst in de kerk van de Hersteld Hervormde Gemeente in Staphorst. In drie diensten kwamen daar op 4 oktober 2020 in totaal 1800 mensen samen. Dat was op het moment dat de maatregelen om COVID-19 te bestrijden pas waren aangescherpt en de volgende dag 5 oktober nog verder zouden worden aangescherpt. De kritiek daarop was breed tot en met de politieke leider van de ChristenUnie en het CDA Staphorst dat vond dat deze kerk haar verantwoordelijkheid voor de hele gemeente niet nam. De grootste protestante kerkorganisatie PKN maakte bekend het overheidsbeleid te volgen en geen diensten met meer dan 30 personen te houden.

Van der Zwaag toont zich verbolgen over de kritiek en maakt er een anti-religieus verhaal van als hij de kritiek reduceert als afkomstig van seculier Nederland. In protestant-orthodoxe kringen is het bewust verkeerd weergeven van wat het secularisme is een terugkerend thema dat wordt gebruikt om kerkpolitieke redenen. Dit vijandbeeld dient om de gelovigen te motiveren om hun belangen te verdedigen omdat die onder druk zouden staan. Dat betreft echter niet hun rechten die onder de wet gegarandeerd zijn, maar hun informele voorrechten die dateren uit de tijd dat Nederland nog niet pluriform was en de protestanten tot diep in de 19de eeuw de lakens uitdeelden. Die tijd van voorrechten begint echter geleidelijk voorbij te raken. Dat wordt door sommige protestanten onverteerbaar gevonden. Ze willen de klok terugdraaien of de gelijkgeschakeling van hun geloof met andere godsdiensten en levensovertuigingen zoveel mogelijk vertragen.

Het secularisme als politieke filosofie of seculier Nederland als sociale bevolkingsgroep, die onderhand zo’n 55% van de bevolking uitmaakt, staat echter niet vijandig tegenover godsdienst of zou atheïstisch zijn. Het secularisme staat neutraal jegens alle godsdiensten en levensovertuigingen en heeft per definitie geen voorkeur voor het een of het ander. Van der Zwaag stelt dus het secularisme bewust verkeerd voor, blijkbaar omdat het een welkom vijandbeeld ter motivatie van een orthodox-reformatorische achterban is.

Van der Zwaag laat zich kennen als een volksmenner als hij stelt dat seculier Nederland de vrijheid van godsdienst hekelt. Deze generalisatie doet pijn aan de ogen en aan het gezond verstand. Zoals gezegd, de kritiek op genoemde kerkdienst in Staphorst kwam ook van niet-orthodoxe protestanten. Probeert Van de Zwaag te suggereren dat CDA en CU de vrijheid van godsdienst hekelen? Daarmee zouden we belanden in een interne strijd binnen de protestante zuil. De kritiek van wat Van der Zwaag seculier Nederland noemt betrof echter niet de principes van de vrijheid van godsdienst, maar het gebrek aan verantwoordelijkheid van het Staphorster kerkbestuur om in een tijd dat iedereen moet afzien van sociale contacten de maatregelen zonder veel maatschappelijk gevoel en met gebrek aan fijngevoeligheid in zichzelf gekeerd naast zich neer te leggen.

Essentieel is het citaat van Sophie van Bijsterveld over privileges van kerken: ‘Mensen accepteren niet makkelijk dat sommige clubs anders worden behandeld dan anderen. Of het nu kerken zijn of andere organisaties, maakt niet veel uit.’ Dat is een weerlegging van Van der Zwaags bewering dat seculier Nederland de vrijheid van godsdienst hekelt. Een andere deskundige van wie Van der Zwaag gedachten parafraseert is Teunis van Kooten. Van der Zwaag geeft die zo weer: ‘Kerken zouden op dit vlak volgens Van Kooten moeten nadenken hoe zij het beeld dat kennelijk van godsdienst bestaat –namelijk dat een eredienst een vergelijkbaar iets is als een theatervoorstelling of andere culturele zaken– kunnen bijstellen (..).

Dit is een normatieve stellingname van Van Kooten. Wie teruggaat in de theatergeschiedenis en aanbelandt bij de vroegste fase ervan zal zien dat vanuit rituelen de toenmalige (hol)bewoners van de Aarde met hun creativiteit en zelfbezwering om de onzekere en onveilige werkelijkheid op afstand te houden twee disciplines hebben ontwikkeld: religie en theater. Ze putten uit dezelfde bron en wie een kerkdienst bijwoont zal de overeenkomst met een theatervoorstelling niet ontgaan. Een eredienst is dus historisch-dramaturgisch goed vergelijkbaar met een theatervoorstelling. Door de politieke en juridische macht van christelijke kerken is hun eredienst vele malen beter beschermd dan de theatervoorstellingen van culturele organisaties. Waarom dat verschil bestaat valt echter niet goed te beredeneren. Het is namelijk geen principieel, maar een willekeurig verschil dat uitsluitend vanwege de machtsvorming van de christelijke kerk in Nederland zo is gegroeid.

Van der Zwaag sluit af met Willem Ouweneel die verstandige opmerkingen maakt en niet van mening is dat de kerken worden bedreigd. Hij zegt dat geloofsvrijheid door de overheid sterker dan ooit gewaarborgd wordt. Het is interessant als hij zegt dat die vrijheid door de overheid ‘sterker dan volgens de grondwet strikt geboden is’ gewaarborgd wordt. Waarom zou de overheid geloofsvrijheid sterker beschermen dan volgens de grondwet nodig is? Volgt dat trouwens niet vooral uit een culturele vooringenomenheid van ambtenaren en rechters die de wet toetsen, maar met hun normen en waarden mentaal nog in het verleden verkeren?

Dit gaat om informele voorrechten voor kerken en het accent op de christelijke godsdienst zoals dat volgt uit de interpretatie van artikel 6 van de Grondwet, de vrijheid van godsdienst. Het eerste zou er niet moeten zijn omdat de grondwet dat niet voorschrijft en het laatste zou breder geïnterpreteerd moeten worden omdat dit artikel tot stand is gekomen vanuit een 19de eeuws christelijk perspectief om het christendom en protestante organisaties te beschermen. De 20ste eeuwse toevoeging om de levensovertuiging en de niet-christelijke godsdiensten te beschermen en op gelijke hoogte te stellen met die christelijke traditie wordt als een wassen neus gevoeld. Het zou nog niet gerealiseerd zijn. Dat is de kritiek op de godsdienstvrijheid die wat uitvoering betreft nog te veel in het verleden hangt. Seculier Nederland hekelt niet de vrijheid van godsdienst, maar de beperkte en corrupte interpretatie ervan. Klaas van der Zwaag doet net alsof hij dat niet begrijpt en probeert de achteruitgang van christelijk Nederland seculier Nederland in de schoenen te schuiven. Dat is potsierlijk.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelSeculier Nederland valt over vrijheid van godsdienst’ van Klaas van der Zwaag in het RD, 16 oktober 2020.