Persbericht mt/sprout: ‘Hoe kunst de bedrijfscultuur en productiviteit vormgeeft’

Schermafbeelding van deel persberichtHoe kunst de bedrijfscultuur en productiviteit vormgeeft‘ van mt/sprout, 9 april 2024.

Het is lachen én huilen als een vlot bedrijf dat ‘ondernemers en leiders bijstaat in hun persoonlijke en zakelijke ontwikkeling‘ met kunst aan de haal gaat. Kunst wordt ingezet als halffabricaat bij een praatje. 

Neem mt/sprout dat over zichzelf zegt: ‘Wij zien het als onze missie om van leiders betere leiders te maken omdat wij geloven dat betere leiders gezonde, duurzame bedrijven bouwen en daarmee een groeiende economie.

Mt/sprout excelleert in de cirkelredenering. Argumenten wijzen naar zichzelf. Mt/sprout construeert een schijnwereld die mooi lijkt, maar bij nader inzien leeg is. De constructie staat op zichzelf. 

Het wordt er bedenkelijk op als mt/sprout in een persbericht over de kantooromgeving zegt: ‘Posters en kunstwerken zijn meer dan alleen decoratie; ze zijn een krachtig middel om creativiteit te stimuleren, de merkidentiteit te versterken en een inspirerende werkomgeving.

Waar te beginnen om een reactie te geven? Voor de duidelijkheid laat ik de posters buiten beschouwing, die bedoeld kunnen zijn als decoratie. Dat ligt bij kunstwerken anders. Onduidelijk is overigens wat mt/sprout onder kunstwerken verstaat. Dat omschrijft het niet. Is dat kleurige grafiek per strekkende meter?

Hoezo zijn kunstwerken ‘meer dan alleen decoratie’? Hoezo zijn kunstwerken ‘een krachtig middel om creativiteit te stimuleren’? Hoezo zijn kunstwerken ‘een krachtig middel om de merkidentiteit te versterken‘?

Mt/sprout zegt in het persbericht: ‘Bij het selecteren van kunstwerken is het belangrijk om na te denken over de boodschap die je wilt overbrengen. Thema’s en kleuren moeten niet alleen passen bij de esthetiek van de ruimte, maar ook positieve emoties en reacties opwekken bij medewerkers en bezoekers.

Mt/sprout is van het niveau ‘kunst boven de bank’ of in dit geval ‘kunst boven het bureau’. Het lijkt alsof mt/sprout een artikel uit 1955 uit Reader’s Digest heeft geplukt en opgepoetst tot een persbericht in het jaar 2024. Dat wringt.

Mt/sprout heeft blijkbaar geen idee wat kunst is en hoe het zich verhoudt tot de omgeving waarin het getoond wordt. Trouwens een tendens waar ook steeds meer musea aan onderhevig zijn. Wie de nieuwe collectieopstelling van het Centraal Museum bezoekt ziet hoe de vormgeving van Bureau Caspar Conijn de kunstwerken overwoekert, wegduwt, niet respecteert en tot onderdeel van een verhaal maakt.

Dat is vormgeving die niet dienend is, maar een rol voor zichzelf opeist. Zo redeneert ook mt/sprout. Het is het verdienmodel van dit bedrijf. Jammergenoeg staat mt/sprout niet alleen in het onbegrip van wat kunst is en wat de voorwaarden zijn om het passend en respectvol te presenteren. 

Mt/sprout gaat verder: ‘Het vinden van de juiste leveranciers en kunstenaars die aansluiten bij de bedrijfswaarden is de volgende stap. Tot slot is het essentieel om regelmatig te evalueren en eventueel aanpassingen te maken, zodat de kunstcollectie blijft aansluiten bij de evoluerende identiteit van het bedrijf.‘ Dat laatste is al te sterk in het oog lopend. De regelmatige evaluatie en aanpassing is immers het verdienmodel van mt/sprout.

Mt/sprout moeten we echter maar niet te hard afrekenen op dit persbericht. Het heeft er immers geen benul van wat kunst is en dat het meer kan zijn dan een halffabricaat. Wat mt/sprout verkoopt zijn clichés over inrichting, over kunst en over psychologische impact. En vooral: over zichzelf als bedrijf dat handelt in banaliteit.

Een gat in de markt gaat blijkbaar samen met een gat in de lucht slaan. Hoe onnozeler, hoe winstgevender. Kunst kán een inspirerende werkomgeving bieden, zoals de BAT-collectie verduidelijkte die Alexander Orlow samenstelde. Daar stonden autonome kunstwerken echter centraal. Dat is het verschil.

Het is een teken aan de wand dat om economische redenen Nederlandse bedrijfscollecties worden afgestoten. Dat maakt de weg vrij voor bedrijven als mt/sprout die straffeloos onzin verkopen over de functie van kunst.

Slordige journalistiek van BNR. Het kan niet onderbouwen dat Nederland corrupter dan ooit is

Schermafbeelding van deel artikel Nederland is corrupter dan ooit: ‘Instituties staan onder druk’‘ van BNR, 30 januari 2024.

Soms zou je willen dat journalisten terug naar de schoolbanken gaan om basiskennis te verwerven over datgene waar ze uitspraken over doen. Of dat ze mediatraining krijgen om te weten hoe zorgvuldig ze moeten formuleren. Of als dat allemaal niet helpt ze diep onder de dekens kruipen om zich te schamen voor de uitspraken die ze doen.

Voor de uitspraak ‘Nederland blijft dalen op de corruptie-index van Transparency International. Dat betekent dat ons land corrupter is dan ooit’ is niet Bart Vollebergh, expert politieke integriteit bij Transparancy International (TI) Nederland verantwoordelijk, maar de bureauredactie van BNR.

Uit niets blijkt dat ons land corrupter is dan ook. Het heeft niet eens de schijn dat het zo is. BNR is slordig en onzorgvuldig. Het hangt alles op aan de corruptie-index van TI en hecht daar te veel belang aan. BNR rekt de betekenis van de index op en perkt die historisch onvoldoende af. BNR doet aan slordige journalistiek en stemmingmakerij.

Genoemde corruptie-index wordt sinds 1995 gepubliceerd door TI. Dus de corruptie-index doet slechts een uitspraak over de laatste 28 jaar.

Het moderne Nederland bestaat sinds 1814 toen de Verenigde Nederlanden in de grondwet werd omschreven. Dat is 209 jaar. Sinds 1814 heeft Nederland 181 jaar bestaan zonder publicatie van de corruptie-index van TI.

Als men nog verder teruggaat in de tijd van Nederland, dan stuit men op de endemische corruptie tijdens het bewind van Prins Willem III (1672-1702). Maar laten we voor de overzichtelijkheid uitgaan van 1814.

Hoe weet BNR dat de corruptie in die 181 jaar minder corrupt was dan in de laatste 28 jaar sinds 1995? Dat weet het niet en dat kan het niet weten omdat het dat niet onderzocht heeft of kan baseren op onderzoek over die periode. Hoe de corruptie van Koning Willem III of Prins Bernhard in te schatten? Daarom kan en moet BNR publiekelijk geen algemene uitspraken doen die het niet kan onderbouwen en die grenzen aan misleiding.

BNR leidt aan blikvernauwing. Tegelijk roept het de associatie op dat Bart Vollebergh de uitspraak dat Nederland corrupter is dan ooit heeft gedaan. Wat niet zo is. BNR verliest de rode lijn van de geschiedenis van Nederland uit het oog.

Het is gewenst dat BNR de uitspraak terugneemt dat Nederland corrupter is dan ooit. Dat kan het niet onderbouwen en daarom moet het zo’n uitspraak niet doen. Het beste zou zijn als de bureauredactie van BNR terug naar de schoolbanken gaat om meer te weten te komen over argumentatieleer, de geschiedenis van Nederland en de kenmerken van goede journalistiek.

De boer is troef. FDF sluit zich aan bij BVNL van Wybren van Haga

De activistische boeren van FDF (Farmers Defence Force) richten geen eigen politieke partij op noch sluiten zich aan bij BBB. FDF-voorman Mark van den Oever beredeneert dat zo: ‘We zijn van mening dat specialisten op posten moeten zitten en niet dat boeren bij zorg moeten zitten‘.

Dat is een opmerkelijk standpunt want een One Issue Partij kan zich volgens eigen keuze concentreren op één onderwerp. Zoals de Partij voor de Dieren doet. Het geeft tevens aan dat Van den Oever vindt dat de achterban van FDF geen expertise heeft op andere beleidsterreinen dan landbouw.

FDF sluit zich aan bij Belang van Nederland (BVNL) van Wybren van Haga. Deze rechts-radicale splinterpartij heeft op dit moment twee zetels in de Tweede Kamer. De partij afficheert zich als conservatief-liberaal. De partij ontstond in 2021 toen Van Haga zich met Hans Smolders en Olaf Ephraim afsplitste van FvD.

Ephraim splitste zich op zijn beurt kortgeleden af van BVNL omdat Van Haga hem weigerde op de kandidatenlijst voor de verkiezingen van november 2023 te zetten. In de peilingen wordt BVNL op dit moment op 0 of 1 zetel gepeild.

Sommige partijen zijn concurrenten van elkaar en dingen naar de gunst van dezelfde kiezer. In dit geval de niet-duurzame boer. Je zou menen dat de radicale boeren thuishoren bij de partij in wording van Pieter Omtzigt of BBB. Een partij die financieel door de agro-industrie wordt gesteund om hervormingen van de op productie gerichte intensieve landbouw te vertragen. Exact wat ook FDF nastreeft.

FDF kiest niet voor BBB, maar voor BVNL. Met FDF-voorvrouw Sieta van Keimpema op plek drie van de kandidatenlijst. Uit de toelichting van BVNL blijkt dat Van Keimpema de landbouwsector niet wil hervormen, maar tegen elk voorstel ‘nee‘ zegt. Zij staat op de rem. Dat is haar missie.

Van Keimpema zegt dat ze niet heeft gesproken met BBB. Haar argumentatie is dat een extra landbouwwoordvoerder van BVNL de positie van ‘de landbouw‘ in de Tweede Kamer versterkt. Het is de vraag op dat klopt. Hoe kan het dat het zogenaamde landbouwblok per saldo versterkt wordt als partijen elkaar beconcurreren op het tegenhouden van de hervorming van de landbouw en het verminderen van de kwaliteit van natuur en biodiversiteit?

De ambities van BNVL zijn niet gering: ‘Met de voorvrouw van Farmers Defence Force komt er een nieuw, inhoudelijk geluid in de Haagse politieke arena. Sieta zal samen met BVNL de bezem door de Haagse burelen halen.’ Dat wordt stoffig. Op plek twee staat de 73-jarige Henk Krol die eerder vertegenwoordiger was van talloze partijen.

Het kan dat de gok van BVNL goed uitpakt en de achterban van FDF Sieta van Keimpema aan een zetel helpt. Het is denkbaar dat zij met voorkeursstemmen Van Haga of Krol voorbijstreeft. Maar de gok kan ook verkeerd uitpakken. Dan zorgt fragmentatie ervoor dat in de Tweede Kamer het boerengeluid van BBB wordt verzwakt.

Hermitage Amsterdam wordt H’art Museum. What’s in a name?

Schermafbeelding van deel artikelDe Hermitage wordt H’art Museum: ‘We willen de mensen met onze verhalen in hun hart raken’ in Het Parool, 26 juni 2023.

Van ganser harte verandert de Hermitage de naam in H’art Museum. Directeur Annabelle Birnie zegt ‘vanuit het hart de nadruk op de kunst te willen leggen’. Ze jubelt, meent journalist Jan Pieter Ekker.

Het valt te bezien wat voor kunst dat is die vanuit het hart de nadruk legt. Geen cerebrale, sober-droge of modernistische kunst. Maar kunst vanuit het hart. Emotie, religieuze en profane liefde, trouw, moed en noem maar op welke symboliek valt te associëren met het hart. Birnie doet alsof ze met iets nieuws komt en andere musea geen verhalen vertellen die aansluiten bij harten van mensen.

Schermafbeelding van deel artikelDe Hermitage wordt H’art Museum: ‘We willen de mensen met onze verhalen in hun hart raken’ in Het Parool, 26 juni 2023.

Het wachten is op musea die vanuit een ander lichaamsdeel nadruk leggen op de kunst. De geest, het oog, de navel, de nieren, de darmen, de elleboog of de neus. Noem maar op.

Hermitage Amsterdam neemt afstand tot de Hermitage in Sint-Petersburg en stapt een nieuw museumconcept binnen. Het concept van het museum dat vanuit een lichaamsdeel accenten legt. De praktijk zal leren of het concept gemeend of marketing is.

We dragen het H’art Museum een warm hart toe, maar moeten afwachten hoe duurzaam, haalbaar en doordacht het nieuwe concept is. De internationalisering oogt veelbelovend. Het hart klopt vol verwachting.

Zinloze poging tot restauratie van religie van Ernst van den Hemel

Schermafbeelding van deel opinie-artikelReligie is ook in ontkerkelijkt Nederland overal. Dat snappen conservatieve politici beter dan progressieve‘ van Ernst van den Hemel in NRC, 5 april 2023.

Mijn reactie op de FB-pagina van NRC bij dit artikel:

Deze religiewetenschapper annexeert niet-religie waar mogelijk. Dat is zijn evangelisatie die niet zo mag heten en hij onder het mom van sociale wetenschap en de dekking van het Meertens Instituut verkoopt. Hij schiet alle kanten op. Hij verbindt alles met alles als een tovenaarsleerling die ooit een recept gezien heeft, maar niet meer precies weet hoe alles samenhangt. 

Dat achterhoede gevecht van religieus geïnspireerden kennen we intussen toch wel? De restauratie van religie in de beeldvorming is het doel van dit artikel. Van den Hemel kijkt met de bril van zijn specialisme naar de samenleving en relateert blijkbaar alles aan religie. Dat heet vakidiotie. 

Hij meent dat het christelijk geloof heilzaam is voor de samenleving. Dat is een normatieve uitspraak. Evengoed kan men het omgekeerde beweren, namelijk dat het christelijk geloof niet heilzaam is voor de samenleving. Hoe dan ook doet het er nog weinig toe omdat de samenleving en de gevestigde kerken van elkaar gescheiden zijn geraakt.

De politieke macht van het christendom gaat gelijk op met de ontkerkelijking. Het verliest bij elke verkiezing aan invloed.  Maar niet in de visie van Van den Hemel. Hij ontkent de realiteit. 

Al sinds 2017 zijn Nederlanders die zich niet rekenen tot religie in de meerderheid. Van den Hemel maakt daar ‘voor het eerst’ van. Dat is slordig of bewust misleidend. 

Het is veelzeggend dat de auteur het woord kunst in zijn betoog niet noemt. Want kunst is de geslaagde en succesvolle versie van religie die zich blijft ontwikkelen. Religie is blijven hangen in verstarring en is uitontwikkeld. Denk ook aan andere rituelen die een hedendaags publiek meer aanspreken dan een 2000 jaar oude godsdienst. 

Van den Hemel laat zich kennen als kinderachtig in zijn sneren naar Lubach. Dat maakt zijn betoog er niet volwassener op. Van den Hemel mist gravitas. Het is mij een raadsel waarom de redactie Opinie van NRC dit stuk in deze vorm heeft geplaatst. 

Anti-kunsthistorica Liselore Tissen kijkt tegen kunst en anti-kunst aan

Schermafbeelding van deel artikelAnti-kunsthistorica Liselore Tissen: ‘Ik kan het Meisje met de parel niet meer zien’‘ op NPO1, 26 maart 2023.

Het is verhelderend om het onzinnige verhaal van ‘anti-kunsthistorica’ Liselore Tissen te lezen. Het gaat om de pro-kunst houding in anti-kunst. Begrijpt u? 

Het is knap dat zij het programma ‘De Nacht is Zwart’ van Omroep Zwart haar overwegingen laat optekenen. Tissen beweegt zich op het raakvlak van kunst en maatschappij. 

Wellicht is Tissen een serieuze onderzoeker, maar door de wijze waarmee ze tegen kunst en kunsthistorie schopt weet ze dat te relativeren. Wil ze als onderzoeker serieus worden genomen of neemt ze daar bewust afstand van? Tissen kan er buiten of binnen vallen.

Kopieert Tissen een wereld waar ze van de buitenkant tegenaan schuurt? Opschudden, opvallen, parodiëren of imiteren, dat roept Tissen met haar uitspraken op. Ze houdt alle ballen tegelijk in de lucht. Als een circusacrobate.

Een pareltje van de manier van redeneren van Tissen tekent Omroep Zwart op: ‘volgens Tissen bestaat een kunstwerk niet als het niet gezien wordt. “Hoe wordt het veel gezien? Dankzij kopieën”, geeft Tissen aan.

Is het echt? Tissen keert logica binnenstebuiten, keert de argumentatieleer om en claimt dat als haar leer van de anti-kunst. Of is het de anti-leer van de kunst?

De denkwereld van Tissen krijgt klaarblijkelijk voet aan de grond aan twee Nederlandse universiteiten. Die van Leiden en Delft. Een en ander roept de vraag op hoe zij begeleid wordt en in welke academische omgeving ze opereert. 

Wat is de waarde van interdisciplinaire academische wetenschap waar blijkbaar alle wetenschappelijke normen worden losgelaten? Tissen geeft het antwoord. Dat is verhelderend.

Paul Cliteur foetert voor een radicaal-rechts gehoor op de publieke omroep

Schermafbeelding van deel artikelDe NPO onder vuur van Paul Cliteur: is er sprake van politieke vooringenomenheid?‘ van Nieuwsredactie DDS, 25 februari 2023.

Bij dit artikel over Paul Cliteur plaatste ik vandaag onderstaande reactie. Een FB-vriend noemde dat ‘terug-trollen‘, maar ik zou het eerder een protest tegen het radicaal-rechtse trollen willen noemen:

Cliteur redeneert niet zuiver. Hij leidt uit tweets over specifieke programma’s het algemene af. Namelijk dat de publieke omroep politiek vooringenomen is. Dat is ondeugdelijk argumenteren. 

Cliteur doet aan stemmingmakerij. Aan hem is de nuance niet besteed. In elk geval kun je niet afleiden uit een of meer talkshows dat de publieke omroep vooringenomen is. 

Cliteur steekt zijn vinger uit het raam en laat daaruit de weersvoorspelling voor de komende 14 dagen weten. 

Cliteur zou in zijn opinie ook mee moeten nemen dat politici als Wilders (PVV) en Baudet (FVD) onwillig zijn om in talkshows op te treden. En als ze al bereid zouden zijn, dan stellen ze bijkomende eisen aan redacties die niet realistisch zijn. 

PVV en FVD zitten helemaal niet op deze talkshows te wachten. Deze partijen willen de volledige controle hebben over hun eigen uitingen. Zonder interventie of relativering. 

Daar hebben deze partijen bewust voor gekozen. Daarom richten ze zich voornamelijk op hun eigen sociale media waar ze hun opinies zonder tegenspraak kunnen verzenden. Ook zonder controle of wat ze beweren wel in lijn met de waarheid is. 

PVV en FVD zijn er dus zelf niet in geïnteresseerd om hun partijleider of kaderleden naar deze talkshows af te vaardigen. Daarbij komt dat ze strikt hiërarchisch georganiseerd zijn en dat de partijleider of het fractiebestuur kamerleden verbiedt om in de publiciteit te treden. Die is weggelegd voor de partijleider en een kleine groep getrouwen. 

Omroepverenigingen hebben hun eigen profiel en nodigen gasten uit die daarbij passen. Bij de EO komt het debat altijd uit bij God, Christus of bijbel. Bij de VPRO gaat het om vrijzinnigheid en non-conformisme. Bij KRO-NCRV gaat het over begrippen als medemenselijkheid en wereldburgerschap. Bij AVRO-TROS gaat het over ondernemen en de status quo. Etc. 

Cliteur lijkt te vergeten dat er andere programma’s dan talkshows zijn waar politici in op kunnen treden. Zoals nieuws- of achtergrondprogramma’s. Die moet hij in zijn opinie meewegen als hij een representatief beeld van de publieke omroep wil geven. 

Uiteraard lobbyen kamerleden om in beeld te komen. Dat is hun garantie om op een verkiesbare plek op de kieslijst te komen. Binnen een grote partij als de VVD zijn de kamerleden elkaars concurrenten. Ze hebben voor hun verkiesbaarheid niets te duchten van leden van andere partijen. Dus de tegenstellingen om in beeld gekomen in een talkshow bestaat eerder binnen dan tussen partijen. 

Een ander feit is dat een kamerlid van een grotere partij een beperkt aantal portefeuilles heeft om zich mee te kunnen profileren, en daarmee expertise opbouwt. Dat is interessanter dan een generalist die over van alles meepraat, maar nergens echt verstand van heeft. Er zijn uitzonderingen als Omtzigt die echter zo zwaar belast is dat hij relatief weinig aandacht aan de publiciteit kan besteden. 

Wat wil Cliteur bewijzen met zijn opinie over het vermeende gebrek aan representatie van de publieke omroep? Zijn betoog rammelt en klinkt als een hondenfluitje vol toespelingen voor de eigen achterban, maar een deugdelijk betoog is het niet. 

En het ergste is, dat weet hij zelf als geen ander, maar toch lanceert hij deze quatsch.

Zelfbenoemde profeet David Owuor sprak in december 2022 met God over de aardbevingen in Turkije en Syrië

Deze video toont aan dat religie big business is. En bedrog en misleiding in zich draagt.

Religieuze charlatans maken er hun beroep van om mensen te misleiden en geld af te troggelen en via hen dus geld, macht en prestige te verwerven. Claims kunnen nergens weerlegd worden, dus een religieuze beunhaas kan ongestraft beloven en voorspellen. Niemand kan het weerleggen. De vrijheid van religie beschermt ook oplichters. Feitelijk zijn zij de grootste godslasteraars.

De Keniaanse David Owuor is een zelfbenoemde profeet die mensenmassa’s op de been krijgt en beweert kreupelen te genezen. Owuor noemt zich de ‘machtige profeet’. Hij opereert op het raakvlak van amusement, marketing, flessentrekkerij, godsdienst en geneeskunde. Men kan zeggen dat hij misbruik maakt van de omstandigheden.

Owuor pretendeert in direct contact met God te staan. Dat is nogal een claim. Het gaat erom of hij dat voor gelovigen die hij aanspreekt geloofwaardig kan opeisen. Dat lijkt zo te zijn.

Owuor heeft concurrentie. Want zijn succes maakt jaloers. Er zijn kapers op de kust om zijn verdienmodel over te nemen. In recente berichten werd beweerd dat Owuor die anderen geneest naar het buitenland was vertrokken om behandeld te worden voor ziekte. Maar dat bleek volgens andere berichten niet waar te zijn. Kortom, hij krijgt zijn positie niet cadeau.

Het YouTube-kanaal Jezus komt! – Nederland & Suriname plaatst video’s van David Owuors Jesus is LORD Radio. Onder meer de video ‘AARDBEVING TURKIJE – SYRIE | PROFETIE 03.12.2022 – VERVULLING 06.02.2023‘ die zegt dat Owuor in december 2022 met God over een komende zware aardbeving heeft gesproken. Tja, wie zal het zeggen.

Afgoderij is de reden voor de aardbeving volgens Owuor. Ofwel, Turkse en Syrische moslims doen er verstandig aan om zich te bekeren, zodat ze niet getroffen zullen worden door nog een aardbeving. Volgens Owuor zit God aan de seismologische knoppen.

Het probleem met religie is dat Iedereen die op die markt werkzaam is straffeloos onzin kan beweren zonder er op afgerekend te worden. Dat is gratis schieten met de gekste beweringen in de grote circustent van religie.

Het is de vraag of goedwillende religieuze leiders onder kwaadwillenden als Owuor lijden. Beschadigen Owuor en andere zelfbenoemde profeten het aanzien van religie? Daar ziet het niet naar uit. Want religie kan tegen een stootje en krijgt hoe dan ook het voordeel van de twijfel. Gelovigen klampen zich vast aan beloften en voorspellingen en kunnen er niet meer aan ontsnappen.

In de kern kan godsdienst opgevat worden als voor-de-gek-houderij. Dat is niet bedenkelijker , dan sociale ‘contracten’ tussen overheden en burgers over gelijkheid, welzijn, verzorging en veiligheid die evenmin worden nagekomen.

Maar het verschil is dat godsdiensten zijn gebouwd op stellingen die niet getoetst kunnen worden. Een charismatische charlatan als David Owuor maakt daar gebruik van. Hij is een prikkelende versie op de religiemarkt, maar wezenlijk niet verschillend van zijn gevestigde religieuze collega’s die hun misleiding in een plechtige vorm gieten.

Begripsverwarring door marketing van niet-vlees, niet-kunst en niet-museum voor product La Vie

Schermafbeelding van deel artikel ‘La Vie benut publieke muur van Straat Museum voor street art‘ in Marketingtribune, 8 februari 2023/

Een artikel van 8 februari 2023 in Marketingtribune roept de vraag op wat de grenzen aan de kunst én de taal zijn. Het gaat om marketing van plantaardige bacon van het plantaardig vleesmerk La Vie ‘op een publieke muur van de NDSM loods‘ in Amsterdam.

De campagne van ‘branding agencyVengean en mediabureau Zuiver Media leunt op tegenstellingen en wonderspreuken. Dat laatste is hoe dan ook het uitgangspunt van marketing, maar in dit project wordt dit extra aangescherpt. Vlees is geen vlees, kunst is geen kunst en een museum is geen museum. Dat wordt door elkaar gemixt en zo ontstaat totale begripsverwarring. Met als uiteindelijk doel: promotie voor en verkoop van het product.

De graffiti muurschildering wordt voorgesteld als een ‘gigantisch kunstwerk‘ en gerealiseerd ‘door bekende street artist met een boodschap ‘Ceci n’est pas un cocon’. In dit artikel worden geen namen genoemd van de ‘artist‘. De jongens en meisjes van de marketing denken waarschijnlijk dat ze met een verwijzing naar een schilderij van René Magritte het domein van de kunst hebben bereikt.

Of dit lui of slordig denken is van deze marketingbureaus valt te bezien. Iedereen moet zich straffeloos cultureel alles kunnen toe-eigenen. Dus ook de marketingsector mag knippen, plakken, ontlenen en vervormen. Dat doet het als geen ander.

Om niet-vlees vlees te noemen, niet-kunst kunst en niet-museum museum lijkt toch van een andere orde. Dat nadert het domein van list en bedrog. Zwendel met begrippen.

Iedereen is in de visie van de jongens en meisjes van de marketing een kunstenaar of in hun jargon, een ‘artist‘ die opereert in een museum of een Straat Museum. De hele wereld wordt zo met een marketingbril bezien een museum. In een ‘wereld met alles wat lekker is aan varkensvlees, zonder varken‘ die duurt zolang de opdracht van La Vie loopt.

Jip van der Valk presenteert: Waarom zou je een neurocoach nodig hebben?

De zich neurocoach of neuro-coach noemende Jip van der Valk heeft volgens zijn profiel op LinkedIn geen medische opleiding. Zijn achtergrond is bedrijfskunde en lifestyle. Hij presenteert zich als neurocoach of neuro-coach.

Dit roept de vraag op of iedereen zich neurocoach of neuro-coach kan noemen. Is dat een beschermd beroep met beroepseisen en intervisie met vakgenoten? Als dat niet zo is, wat is dat etiket dan waard als iedereen het zichzelf op kan plakken? Is dat meer dan zelftypering en marketing?

Waarom zou je een neurocoach of neuro-coach nodig hebben zonder medische opleiding in neurologie of gedragstherapie die uitspraken doet over het brein en daar een behandeling op laat volgen?

Still uit videoWaarom zou je een coach nodig hebben? Luister maar!‘ op YouTube van Jip van der Valk, januari 2023.

Volgens Van der Valk is 95% van ons brein onbewust. Wat wil hij wat we daar uit concluderen en wat suggereert hij ermee te zeggen? Deze coach zegt klanten te kunnen helpen om gebreken in het brein te controleren. Dat wijst op de behandeling van een aandoening.

Van der Valk zegt in deze video: ‘Dus dan zie je dat 95 % van ons brein, onbewust is! Daar gebeurt gewoon van alles! Er daar help ik je mee om dat goed in controle te krijgen (..)’.

De vraag wat de toegevoegde waarde is van een neurocoach of neuro-coach past in het debat over het nut van coaching. Er is kritiek op de wildgroei aan coaches wegens het vermeende gebrek aan maatschappelijk nut ervan. Zelfs het gezegde ‘baat het niet, dan schaadt het niet‘ is twijfelachtig als amateurs zich uitgeven voor deskundigen.

De reden waarom iemand een neurocoach of neuro-coach als Jip van der Valk nodig zou hebben laat Van der Valk, door het te omhullen met ruis, verdwijnen in een Bermuda Driehoek van vaagheid.

Het lijkt er niet op dat het Van der Valk ontbreekt aan kennis. Hij presenteert zich als redelijk. Maar het antwoord waarom iemand een neurocoach of neuro-coach als Jip van der Valk nodig zou hebben wordt in de video niet echt beantwoord.