Directeur KABK Ranti Tjan geschorst. Studenten en docenten staan tegenover College van Bestuur en Raad van Toezicht

Schermafbeelding van deel artikel ‘Opnieuw conflict KABK: directeur Ranti Tjan weigert ontslag‘ van Lucette ter Borg in NRC, 27 maart 2023.

Er is opnieuw een conflict bij de KABK. De Haagse kunstacademie, de Koninklijke Academie 
van Beeldende Kunsten
. Deze keer gaat het niet om verwikkelingen tussen studenten onderling of een docent die uit de bocht vliegt, maar om een conflict in de bestuurlijke top.

Lucette ter Borg heeft er op 27 maart 2023 voor NRC een informatief stuk over geschreven. Zij legt uit dat de positie van KABK-directeur Ranti Tjan wankelt omdat Huug de Deugd, het enig lid en voorzitter van het College van Bestuur van de Hogeschool der Kunsten in Den Haag, de arbeidsovereenkomst met Tjan wil beëindigen. Tjan is geschorst en is de toegang tot de KABK ontzegd.

Reden zou volgens De Deugd ‘een duurzaam verstoorde arbeidsrelatie‘ zijn. Tot nu toe is niet publiekelijk bekend gemaakt wat dit inhoudt. Niet zelden wordt dit containerbegrip gebruikt om een conflict dat over de macht tussen botsende karakters gaat te objectiveren en een zekere onderbouwing te geven. Rechters gaan doorgaans mee in de redenering van een werkgever dat een arbeidsrelatie is verstoord. De onderliggende reden waarom dat zo is komt dan niet (meer) aan de orde.

De Deugd had Tjan in februari 2023 geld geboden om te vertrekken. Dat had op kunnen lopen tot 70.000 euro als Tjan snel was vertrokken. Tjan heeft dat naast zich neergelegd. Hij had dan een geheimhoudingsverklaring moeten ondertekenen om hierover publiekelijk te zwijgen. De Deugd zette gemeenschapsgeld van een financieel zwakke Hogeschool in om de directeur van de KABK weg te krijgen.

Het is in de ogen van velen absurd dat Ranti Tjan zou moeten vertrekken. Hij staat voor studenten, kunst en transparantie. Eerder was Tjan directeur bij Museum Gouda en het EKWC in Oisterwijk waar hij een prima band met het personeel had, en in het EKWC ook met de kunstenaars. Een petitie die is opgesteld door de studenten van de KABK is inmiddels meer dan 1100 keer getekend. De petitie vraagt om overleg en zegt onder meer (vertaald):

De kritiek van Ranti op de ondoorzichtige en hiërarchische bestuursstructuur onderschrijven wij van harte. We zijn geschokt dat Huug de Deugd en leden van de Raad van Toezicht niet bereid zijn geweest om hierover in gesprek te gaan. Het gebrek aan erkenning en waardering voor de stabiliteit en zekerheid die Ranti heeft opgebouwd, samen met het herwonnen vertrouwen in de instelling, bewijst dat het College van Bestuur en de Raad van Toezicht afstandelijk zijn en geen voeling hebben met wat het beste is voor de academie. Wederom laat de topleiding de KABK in de steek.

De kritiek van de studenten (en docenten) op het afstandelijke College van Bestuur lijkt gerechtvaardigd. Huug de Deugd heeft het als enig lid en voorzitter van het College van Bestuur voor het zeggen. Debat of tegenspraak wordt in de topstructuur dus niet georganiseerd, maar geblokkeerd. Dat geeft De Deugd een machtspositie die hij in het conflict met Tjan blijkbaar heeft ingezet.

Tevergeefs naar nu blijkt, want dat werkt alleen als de ander daar aan meewerkt en zich laat intimideren. Toch kan De Deugd uiteindelijk aan het langste eind trekken bij de rechter. Maar evenmin ondenkbaar is dat De Deugd in dit conflict zijn Waterloo vindt en moet vertrekken.

Het is opvallend dat De Deugd bestuurlijk leiding mag geven aan een kunstacademie en conservatorium, terwijl hij volgens zijn LinkedIn-profiel geen opleiding of werkervaring in de beeldende kunst of muziek heeft. Hij heeft Engels gestudeerd. Dat tekent de tendens dat bestuurders geen vakkennis hoeven te hebben. De Deugd had hetzelfde kunnen doen bij een koekjesfabriek.

Je vraagt je af waarom iemand als De Deugd ooit als enige op zo’n positie benoemd is. Dat is klaarblijkelijk een bestuurlijke weeffout. Er is een verklaring die te maken heeft met wisselingen in de directies van conservatorium en kunstacademie, maar dat zou niet meer dan een tijdelijke situatie moeten zijn. Dat is een machtspositie die je niemand moet geven omdat daarmee de kans op een evenwichtig debat én tegenspraak uit de top van het management verdwijnt. Dat maakt een organisatie niet sterker, maar zwakker.

Het is onduidelijk of de almacht van De Deugd het huidige conflict volledig verklaart, maar het is voorstelbaar dat dit het vinden van een oplossing met Tjan in de weg heeft gestaan. Want er is niemand die De Deugd op een gelijk bestuursniveau tegenspreekt, tot concessies dwingt of tot relativering van zijn eigen positie en standpunten brengt.

Altijd komt bij dit soort conflicten ook de Raad van Toezicht in beeld. Ook hier. Met als vraag waarom het niet tijdig heeft ingegrepen en een kwestie heeft laten escaleren. Is de voorzitter van de Raad van Toezicht hierbij betrokken? Zoniet, waarom niet? Zoja, waarom heeft Susana Menéndez niet succesvol bemiddeld tussen Tjan en De Deugd? Zij heeft niet kunnen voorkomen dat de naam van de KABK voor de derde keer in enkele jaren publiekelijk beschadigd wordt. Met trouwens een compleet andere aanleiding dan voorheen.

Nederlandse media praten collectief over ‘hervormingen’ van Netanyahu die geen hervormingen zijn

Schermafbeelding van deel artikelIsraëlische media: Netanyahu stopt omstreden hervormingen na massale protesten‘ op NOS, 27 maart 2023.

Op Nederlandse media wordt nu al enkele dagen gezegd dat premier Netanyahu de juridische ‘hervormingen‘ erdoor wil drukken.

Maar ‘hervorming’ is het verkeerde woord dat de lading van Netanyahu’s plannen niet dekt. Het juiste woord is ‘herziening‘.

Hervorming heeft de betekenis verandering om iets te verbeteren. Maar de juridische herziening die Netanyahu voorstelt is het omgekeerde: een verandering die de democratie verslechtert.

Het gaat bij Netanyahu’s plannen die door de rechtse regeringscoalitie worden gesteund niet om ingrijpende vernieuwing, maar om een wending in de richting van autoritisme en het verbreken van het evenwicht van de Trias Politica.

Het is een raadsel waarom de media maar blijven spreken over hervorming. Dat doet politiek en taalkundig pijn aan de oren. Het zet de nieuwsconsument op het verkeerde been.

Taal is niet onverschillig, maar moet precies zijn. Waarom Nederlandse media collectief spreken over hervorming en niet over herziening is onbegrijpelijk. Om niet te zeggen: dom.

Wie voor media bijvoorbeeld via het ANP de tekst aanlevert met het woord ‘hervorming‘ erin heeft niet begrepen wat het woord in de kern betekent en wat er op dit moment in Israël aan de hand is.

De herziening wordt door Netanyahu trouwens niet doorgezet wegens maatschappelijke en politieke weerstand. Ook van de president en het Israëlische leger.

Wellicht moeten nieuwsredacties die verkeerde woorden gebruiken hervormd worden. Of uitgebreid met taalkundigen. Te beginnen in Nederland.

Schermafbeelding van deel artikel‘‘Premier Israël zet omstreden hervormingen stop’‘ op NRC, 27 maart 2023.

Anti-kunsthistorica Liselore Tissen kijkt tegen kunst en anti-kunst aan

Schermafbeelding van deel artikelAnti-kunsthistorica Liselore Tissen: ‘Ik kan het Meisje met de parel niet meer zien’‘ op NPO1, 26 maart 2023.

Het is verhelderend om het onzinnige verhaal van ‘anti-kunsthistorica’ Liselore Tissen te lezen. Het gaat om de pro-kunst houding in anti-kunst. Begrijpt u? 

Het is knap dat zij het programma ‘De Nacht is Zwart’ van Omroep Zwart haar overwegingen laat optekenen. Tissen beweegt zich op het raakvlak van kunst en maatschappij. 

Wellicht is Tissen een serieuze onderzoeker, maar door de wijze waarmee ze tegen kunst en kunsthistorie schopt weet ze dat te relativeren. Wil ze als onderzoeker serieus worden genomen of neemt ze daar bewust afstand van? Tissen kan er buiten of binnen vallen.

Kopieert Tissen een wereld waar ze van de buitenkant tegenaan schuurt? Opschudden, opvallen, parodiëren of imiteren, dat roept Tissen met haar uitspraken op. Ze houdt alle ballen tegelijk in de lucht. Als een circusacrobate.

Een pareltje van de manier van redeneren van Tissen tekent Omroep Zwart op: ‘volgens Tissen bestaat een kunstwerk niet als het niet gezien wordt. “Hoe wordt het veel gezien? Dankzij kopieën”, geeft Tissen aan.

Is het echt? Tissen keert logica binnenstebuiten, keert de argumentatieleer om en claimt dat als haar leer van de anti-kunst. Of is het de anti-leer van de kunst?

De denkwereld van Tissen krijgt klaarblijkelijk voet aan de grond aan twee Nederlandse universiteiten. Die van Leiden en Delft. Een en ander roept de vraag op hoe zij begeleid wordt en in welke academische omgeving ze opereert. 

Wat is de waarde van interdisciplinaire academische wetenschap waar blijkbaar alle wetenschappelijke normen worden losgelaten? Tissen geeft het antwoord. Dat is verhelderend.

Andrew Doyle spreekt over de destructieve invloed van de woke ideologie op kunst en literatuur

Het gesprek over het woke-isme of identiteitspolitiek dat resulteert in cancel cultuur of een cultuur oorlog zit vaak zichzelf in de weg. Populistische, reactionaire malloten maken op sociale media een parodie van wat woke is, zodat vervolgens niemand daar nog mee geassocieerd wil worden. Het debat verstomt of wordt eenzijdig gevoerd.

Hoe het woke-isme op Nederlandse universiteiten en hogescholen begon maakt het commentaarEen verslag van het Piet Zwart Instituut met misverstanden: ‘Vrije kunst en het niet bestaande normaal van Mark Rutte…’‘ uit 2017 duidelijk. Lees in de reacties ook mijn debatje met student Shraddha waar ik word geconfronteerd met de cancel cultuur en een poging me de mond te snoeren.

Wat is de middenweg tussen geradicaliseerde aanhangers van de identiteitspolitiek dat vooral op Angelsaksiche universiteiten optreedt en zich laat kennen als een religie met eigen dogmatiek én de reactionaire kritiek erop? Dit woke-isme heeft zich ontwikkeld van een emancipatiebeweging tot een greep naar de macht van onderop die de hiërarchische ladder bespot.

Het is duidelijk dat er in onderwijs, kunsten en media een inhaalslag gemaakt moet worden naar betere representatie in personeel, beleid en programmering of onderwijsprogramma. De vraag is hoe en in welk tempo dat dient te gebeuren.

Maatschappelijke ontwikkelingen hebben tijd nodig om in te dalen. Het belang van radicalen is om daar niet op te wachten en het proces op te jagen. Met als resultaat dat het proces verstoord en gefragmenteerd raakt en er geen algemeen aanvaard oriëntatiepunt meer is die voor allen kan dienen als richtlijn.

De onzekerheid van directeur Rein Wolfs in het Stedelijk lijkt daartoe herleid te kunnen worden. Wat is nog zijn ijkpunt? Dat blind varen tekent de lastige positie van hedendaagse museumdirecteuren.

Overigens zou dat thema van achterstelling en ondervertegenwoordiging breed benaderd moeten worden. Als we het onrecht van het verleden recht willen trekken, dan kunnen we dat maar beter gelijk goed doen. In een recent commentaar over de polemiek omtrent het Stedelijk Museum schreef ik over musea. Dat geldt ook voor universiteiten en hogescholen, en media:

Die smalle opvatting is een misvatting en een versimpeling. Het is de blinde vlek van musea, omdat er naast kleur verschillen bestaan over gender, beperking, seksuele oriëntatie, religie, sociaaleconomische status, opleidingsniveau en leeftijd. Die verschillen staan op dit moment nauwelijks ter discussie als het om betere representatie in musea gaat. Het debat over een betere representatie in musea is gepolitiseerd en afhankelijk van actuele trends. Dat is in meerdere opzichten ongewenst zwart-wit denken.

Het ‘juiste’ debat over woke-isme, identiteitspolitiek, cancel cultuur en cultuur oorlog is een smal pad de berg op. Bij elke stap de kans om in de afgrond te vallen of op voetangels of klemmen te stappen. De kans op een succesvol debat dat verschillen overbrugt is op dit moment nihil.

Er zijn gelukkig nog steeds opinieleiders die zich eraan durven wagen. Ze moeten niet alleen een goed betoog hebben, maar ook hun eigen achtergrond bewaken om door aanvallen op hun persoon niet bij voorbaat in de afgrond geduwd te worden. De dreigende aanval die iedereen wacht heeft een remmend effect op het aantal deelnemers aan het debat.

De Britse Andrew Doyle is volgens een boekbespreking homo, Labour-stemmer en sociaal liberaal, hij is geen reactionair. Daarnaast is hij afkomstig uit Noord-Ierland. Het is triest om te constateren, maar zo’n achtergrond lijkt tegenwoordig de voorwaarde om als stem aanvaard te worden om hierover mee te praten.

De achtergrond van iemand die zich publiekelijk uitspreekt over identiteitspolitiek is de voorwaarde om geloofwaardig mee te mogen praten. Andrew Doyle is geen reactionair, maar spreekt wel op het rechtse GB News. Zijn opmerking dat de woke-ideologie waarschijnlijk nooit iets van blijvende waarde zal opleveren is terecht, maar ook onterecht omdat het een politieke beweging is die zich uitspreekt over kunst.

Dat Doyle terechtkomt bij het rechtse GB News tekent de tragiek. Links heeft de handen niet vrij omdat het te ver in de identiteitspolitiek verzeild is geraakt en zich daar niet meer aan kan ontworstelen, en rechts overkomt in de reactie door projectie en stemmingmakerij hetzelfde.

Gewenst is dat in onderwijs, kunsten en media de identiteitsverschillen benoemd, aanvaard en besproken worden en niemand van dat debat door radicalen aan beide uitersten van het politieke spectrum uitgesloten wordt door twijfels over motivatie en achtergrond van de opponent. Voorlopig is dat wensdenken.

Maar toch, voor de toekomst graag een middenpad gevraagd om tot een oplossing te komen en identiteitsverschillen evenwichtig te overbruggen. Laat dat middenpad het ijkpunt zijn dat ook nu al wat richting geeft. Meer hebben we op dit moment niet.

Ville de Liège, een voorbeeld (1913-1950)

Dit stukje verscheen eerder op George Knight Kort op 23 januari 2013.

413242-8413c5a74c37cdc0f0c4b589c9395020
Ville de Liège.

Internet is geknipt voor narrowcasting, zoals het heet. Ofwel het bedienen van een specifieke doelgroep op een speciale plaats met specifieke informatie. Alles over Nepal, de geschiedenis van Oost-Groningen, Humphrey Bogart of de parenteel van een individu. Tot in details komt een onderwerp beschikbaar voor de liefhebber. In zo’n reservaat ontstaat door smaak en interesse een sentimenteel museum.

Ville-de-Liege-01
Ansichtkaart van de Ville de Liège bij vertrek uit Oostende.

Neem de Ville de Liège. In 1913 gebouwd op de Cockerill werf in het Antwerpse Hoboken. In twee wereldoorlogen ingezet, in 1936 tot carferry omgebouwd, omgedoopt tot de London-Istanbul. Daarna tijdelijk herdoopt tot HMS Algoma en HMS Ambitious. In 1950 uit de vaart genomen. Een Belgische pakketboot met een roemruchte geschiedenis.

Interessant? Ach, een vaartuig voor het collectief geheugen. Door terug te kijken helpt het ons vooruit. Dat kan ook de buitenstaander meeslepen. Maar die zoekt eerder het bijzondere in het gewone, dan andersom.

De achtersteven blijkt fotogeniek. De geschiedenis kijkt de Ville de Liège in de kont. Zomaar een boot als spiegel van de verloren tijd die sommigen willen bewaren. Om herinneringen blijvend vast te houden.

Nacht 3: ‘Le Mans, le tableau d’affichage de nuit’ (1923)

Agence Rol, ‘26-5-23, Le Mans, le tableau d’affichage de nuit [des 24 heures, course automobile] : [photographie de presse], 1923. Collectie: Bibliothèque nationale de France.

Het is de nacht van 26 op 27 mei 1923 tijdens de 24 uur van Le Mans. In West-Frankrijk. De door de ACO (Automobile Club d’Ouest) georganiseerde autorace voor sportwagens valt te karakteriseren met het begrip Endurance ofwel uithoudingsvermogen. Zowel voor coureurs, auto’s als publiek.

Zo’n race is een interessante combinatie van sport, commercie en recreatie. De fotograaf weet dat in een beeld samen te vatten. Het scorebord is een eiland in het donker.

Het is geen toeval dat fotopersbureau Agence Rol deze foto maakt. Nieuw(s) is dat de ACO tijdens deze eerste editie van de Grand Prix d’endurance in mei 1923 een groot paneel opstelt, aldus een artikel van les24heures.fr. De ACO gebruikt het ook als zelfpromotie.

De fotograaf heeft scherpgesteld op het scorebord en niet op het publiek in de voorgrond. Door de langere sluitertijd lijkt het alsof personen in het publiek bewegen. Dat geeft een omgekeerd effect van wat we bij snelheidraces gewend zijn, namelijk de coureur die vanuit het perspectief van de toeschouwer wazig voorbijschiet.

Het door acetyleenlampen verlichte scorebord houdt de stand bij. Het leest als een rebus. Mede door reclames van sponsors oogt het onoverzichtelijk. Er wordt een overdaad aan tekens geëxposeerd.

Het was geen doen om de stand van 33 deelnemende auto’s op het scorebord bij te houden. De winnaars legden 128 rondjes af met een gemiddelde snelheid van zo’n 92 kilometer per uur. Zodat elke 11 minuten de meute voorbijraasde. De hulpmiddelen van 1923 konden dat niet bijhouden.

Scorebord van Le Mans 1923, overdag. Op: les24heures.fr.

Juridische, sociale en politieke bedenkingen bij standplaatsenbeleid gemeente Utrecht

Schermafbeelding van deel artikel Gemeente Utrecht tegen wanhopige kraamhouders: “Ho ho, dat is dan uw plek niet meer” van Bert van den Hoed op De Nuk, 22 maart 2023.

Er is op lokale Utrechtse media (Duic, De Nuk) onbegrip voor het voorstel van het Utrechtse gemeentebestuur, te weten wethouder Economische Zaken Susanne Schilderman (D66) om de vergunningen voor de standplaatshouders te herzien omdat de Europese Dienstenrichtlijn (2006/123/EG) dat verplicht.

Schilderman wordt voorgesteld als een koele kikker zonder empathie die geen idee heeft wie ze tegenover zich heeft en wat ze aan menselijk leed aan kleine ondernemers teweegbrengt met haar opstelling zonder ruimte voor aanpassingen. Bert van den Hoed schreef een verslag over een bijeenkomst met de wethouder en de standplaatshouders waar de gemoederen in beweging werden gebracht. Het beeld wat hij van de wethouder schetst is ontluisterend.

De raad debatteert vandaag 23 maart 2023 in de commissie Commissie Volksgezondheid, Onderwijs, Werk en Economie (8.1) over de vernieuwing van het standplaatsenbeleid. Er is dus ruimte voor amendementen.

De Europese Dienstenrichtlijn legt op dat vergunningen voor standplaatshouders niet ‘buitensporig lang geldig’ zijn. Ze kunnen dus niet automatisch verlengd worden omdat dan het gelijkheidsbeginsel in het geding komt. Andere ondernemers moeten immers een kans maken op een standplaats. Dat karakteriseert de liberale visie van toenmalig Eurocommissaris Frits Bolkestein.

Schermafbeelding van deel RICHTLIJN 2006/123/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 12 december 2006 betreffende diensten op de interne markt.

Maar de richtlijn zegt niet dat er voor een standplaats geloot moet worden zoals wethouder Schilderman aangekondigd heeft. De Dienstenrichtlijn heeft het over een ‘selectieprocedure (..) om uit verscheidene gegadigden te kiezen‘. Loting is geen selectieprocedure, maar een tombola. Met loting maakt de gemeente zich er makkelijk vanaf en ontloopt eigen verantwoordelijkheid

Er zijn verder nog argumenten over de terugverdientijd van investeringen in de ambulante handel die richting geeft aan de vergunningverlening. De terugverdientijd bedraagt volgens het SEO-rapport Schaarse vergunningen en terugverdientijd in de ambulante handelminimaal negen en maximaal twaalf jaar.’ Ofwel, vergunningverlening en investering hangen samen. De ‘buitensporig lange tijd‘ kan niet te kort zijn.

In een extern juridisch advies van de advocaten Van Benthem & Keulen dat in opdracht van het gemeentebestuur werd gemaakt en door het gemeentebestuur als onderbouwing voor het beleid wordt gebruikt wordt naar dit SEO-rapport verwezen. Het citeert eruit:

Schermafbeelding van deel SEO-rapport Schaarse vergunningen en terugverdientijd in de ambulante handel (2021).

Dit extern juridisch advies verwijst niet naar het volgende punt dat ‘bijzondere overwegingen’ noemt om een vergunning te verlengen. De ruimte van de gemeente Utrecht om af te wijken van de Europese Dienstenrichtlijn is groter dan gemeentebestuur en dit extern juridisch advies suggereren. Dat geeft ruimte voor amendementen. Dit kunnen overwegingen van plaatselijke identiteit of traditie zijn. Of sociale overwegingen.

Schermafbeelding van deel SEO-rapport Schaarse vergunningen en terugverdientijd in de ambulante handel (2021).

Voorwaarde is dat de gemeente Utrecht duidelijkheid geeft. De kritiek op het voorstel dat wethouder Schilderman presenteerde is dat het niet in redelijk overleg met betrokkenen tot stand is gekomen. Duidelijkheid betekent vermijding van verwarring en onrust. Dat hebben Schilderman en haar ambtenaren niet geleverd.

In antwoord op parlementaire vragen over ambulante handel zegt Eurocommissaris Barnier in 2010: ‘Finally, this provision requires that a selection procedure is applied by competent authorities in order to ensure impartiality and transparency and conditions of open competition when granting these authorisations.’ Ofwel: ‘deze bepaling [vereist] dat de bevoegde autoriteiten een selectieprocedure toepassen om onpartijdigheid en transparantie en voorwaarden voor open concurrentie te waarborgen bij het verlenen van deze vergunningen.’

In hetzelfde antwoord zegt Eurocommisaris Barnier ‘De Commissie is van mening dat deze voordelen kunnen worden behaald zonder afbreuk te doen aan het behoud van het cultureel erfgoed van lokale gemeenschappen en aan de doelstellingen van het sociaal beleid.’

Dat is een inschatting van het beleid en hoe dat in de toekomst zal uitpakken. Het zegt niet dat de Dienstenrichtlijn lokale identiteit en traditie, ofwel cultuur en sociale overwegingen per definitie waarborgt. Dat moet dus per geval bekeken worden. Of in het Utrechtse geval door het gemeentebestuur en de raad. Die beleidsruimte hebben ze.

Een apart geval van het Utrechts standplaatsenbeleid dat niets met de Europese Dienstenrichtlijn te maken heeft is dat de vergunning voor enkele standplaatsen aan de Oudegracht worden geschrapt. Het gemeentebestuur beredeneert dat door te verwijzen naar de drukte. Onder meer de standplaats van de kar van ijssalon Venezia op de Jansbrug over de Oudegracht wordt door de gemeente geschrapt.

Het gemeentebestuur en raad laden de verdenking op zich dat ze tegenstrijdig opereren. Ze zijn tegen de drukte die ze af en toe zelf aanzwengelen.

Herinneren we ons nog de plannen vanuit de raad, vooral van Maarten Koning van D66, voor meer ruimte voor horeca en terrassen in de binnenstad? Dat trekt mensen uit buitenwijken en randgemeenten naar de Utrechtse binnenstad en vergroot de drukte. Als steunmaatregel voor de horeca. Het is een gelegenheidsargument om nu enkele vergunningen vanwege die drukte te schrappen.

De gemeenteraad debatteert vandaag donderdag 23 maart 2023 over de vergunningen aan standplaatshouders. De beleidsruimte die de Dienstenrichtlijn biedt lijkt groter dan gemeentestuur en de advocaten Van Benthem & Keulen suggereren. De Dienstenrichtlijn is minder in beton gegoten dan wethouder Schilderman meent.

Er moet in Utrecht met een beroep op lokale identiteit, traditie en sociale overwegingen ruimte zijn voor de menselijke maat. Het bestuurlijk populisme van dit plan van het gemeentebestuur dat zich ten onrechte volledig achter de Europese Dienstenrichtlijn verschuilt koerst niet aan op een menselijke oplossing.

Het is flauw van het gemeentebestuur en de ambtenaren die dit voorstel op schrift hebben gesteld om zich achter EU-regelgeving te verschuilen. Een lokale overheid heeft overwegingen om van de regelgeving af te wijken. Denkt ook maar iemand dat de Dienstenrichtlijn in Spanje of Italië in de praktijk voor 100% wordt uitgevoerd? Daarbij komt het dreigende gevaar dat de standplaatsen na loting aan grotere bedrijven worden toegewezen en de Utrechtse kleine ondernemers die bij de Utrechtse cultuur horen buiten de boot vallen.

Er is altijd beleidsruimte om regelgeving aan te passen of op te schorten. Een gemeentebestuur heeft binnen wettelijke marges vrije ruimte, ofwel discretionaire bevoegdheid voor aanpassingen.

Het schrappen van de vergunningen voor plekken langs de Oudegracht, zoals voor Venezia, oogt willekeurig en wordt door het gemeentebestuur in de verantwoording oneigenlijk aan de Dienstenrichtlijn geknoopt. Dat had apart gepresenteerd moeten worden. Dat oogt bestuurlijk slordig. De raad kan met amendementen proberen het sociale aspect en aspecten van plaatselijke identiteit en traditie in de voorstellen te versterken. Daarbij is het van belang dat er een gewogen selectieprocedure komt en het gemeentebestuur niet aanstuurt op loting.

Is BBB uitgeraasd voordat het CDA instort?

Tweede Kamerlid en partijleider BBB Caroline van der Plas op verkiezingsavond voor de provinciale verkiezingen op 15 maart 2023. Op: nu.nl.

Juridisch is de coalitie gebonden om de stikstofuitstoot op korte termijn sterk terug te dringen. Minister van der Wal kan niet anders dan doorgaan met haar beleid. Het is jammer dat er op Landbouw zo’n jojo van CU zit die vooral bang voor zichzelf lijkt.

Farmers Defence Force (FDF) met radicale boeren is een mantelorganisatie van de multinationals van de agro-industrie. Het zet op haar beurt BBB onder druk.

FDF en BBB zetten de gematigde boeren en politieke partijen vanwege het economisch belang van de multinationals van de agro-industrie met valse romantiek en misleiding onder druk. Dat alles wordt tot nu toe in de publiciteit spaarzaam benadrukt. 

Nu lijkt het alsof die Caroline een natuurverschijnsel is dat uit het niets ontstaan is. Niets is minder waar. De kleur van haar nagels lijkt in de algemene pers tot nu toe belangrijker dan haar politieke standpunten. Zo worden haar beweegredenen en de geldstromen weggetoverd.

Gevolg is politieke polarisatie en het ontstaan van kampen die onverzoenlijk tegenover elkaar komen te staan. 

Van radicaal-rechts inclusief BBB, FDF en de agro-industrie die blijft inzetten op hoge productie (grotendeels voor de export). 

Van gematigd-rechts als CDA en (delen van) VVD die zich door radicaal-rechts laat chanteren. 

Van links inclusief D66, Volt, GroenLinks, PvdA, PvdD en milieu- en natuurorganisaties die de Nederlandse stikstofuitstoot op z’n laatst per 2030 wil halveren.

Profiel van VVD-kandidaat-voor de Eerste Kamer Marijke Everts die werkt voor de agro-industrie (VanDrie Group).

Niet alles kan teruggebracht worden tot partijpolitiek zoals afgelopen week in de media gebeurde. Dat is misleiding. Het is voor de lange termijn niet interessant wie met wie gaat en wie niet met wie gaat.

Van vele kanten wordt vanwege natuur en klimaat de noodzaak voor het terugbrengen van de stikstofuitstoot en de uitstoot van broeikasgassen bevestigd. Ook door de Hoge Raad. Dat zijn de kaders voor de Nederlandse politiek om binnen te werken. De oplossing die BBB voorstaat is fantasie.

BBB leeft in een parallelle wereld. Het is een partij die door de multinationals van de agro-industrie wordt gesteund om de hervorming van de extensieve productie-landbouw richting duurzaamheid te vertragen. 

Coalitiepartijen zijn juridisch verplicht om de natuur te beschermen en de stikstofuitstoot zo snel mogelijk terug te dringen. 

Daarnaast dreigt heel Nederland op slot te gaan als de coalitie de stikstofuitstoot niet aanzienlijk terugdringt. Met als gevolg geen bouw van nieuwe woningen, wegen en aanleg van bedrijfsterreinen. 

Dat BBB vanwege eigenbelang en een conservatieve overtuiging op de rem van de stikstof-maatregelen staat is een ding, maar dat andere partijen zich daar door laten leiden is een ander ding. 

Schermafbeelding van deel artikel ‘Partij voor de Dieren voorziet problemen machtsgreep ‘conservatief blok’ van ANP op Nieuwe Oogst, 6 maart 2023.

Elke partij die zegt dat natuur en klimaat ondergeschikt zijn aan eigenbelang, dat in de openbaarheid wordt weggepoetst, is niet principieel, maar opportunistisch en kortzichtig.

De overheid moet duidelijker dan nu beleid op het gebied van natuur en milieu formuleren. Om daar aan vast te houden.

De overheid heeft afgelopen decennia een natuur- en milieubeleid gevoerd dat kan worden omschreven als pappen en nathouden, wensdenken, noodverbanden leggen en struisvogelpolitiek.

Dat geeft onzekerheid bij sectoren, niet in het laatst de landbouw die telkens met nieuwe maatregelen worden opgescheept. Dat is slecht bestuur. Nodig is duidelijkheid waaraan wordt vastgehouden, zodat investeringen in de toekomst kunnen worden gedaan.

Dat is niet de duidelijkheid van radicaal-rechts en de agro-industrie om alles bij het oude te laten, maar de duidelijkheid van een goed omschreven tijdpad dat gericht is op de toekomst met verplichtingen, investeringen, duurzame landbouw en perspectief voor een afgeschaalde Nederlandse landbouwsector die niet langer de tweede landbouwexporteur ter wereld is.

De hoge belastbaarheid van de Nederlandse natuur en omgeving is onhoudbaar. Juridisch, economisch, internationaal en milieutechnisch overschrijdt het nu al grenzen. Op zichzelf gerichte provinciale politiek doorkruist een oplossing.

Boeren willen best duurzaam werken en natuur beschermen. Niet alle boeren delen het standpunt van BBB, FDF en de agro-industrie. Ook dat wordt in de publiciteit te weinig benadrukt. Nu intimideren de meest radicale schreeuwers een sector die als vanouds behoudend is. Daar wringt iets in de beeldvorming.

De beeldvorming over het succesvolle BBB in de provinciale verkiezingen van 15 maart 2023 gaat tot nu toe over uiterlijkheden en poppetjes. Waarschijnlijk laat de coalitie de brand uitrazen totdat de spreekwoordelijke ‘15 minutes of fame’ van Caroline voorbij zijn. Het risico is het CDA dat in paniek op zoek naar identiteit is en geen gezaghebbende leiders heeft om het grotere geheel van een duurzaam natuur- en milieubeleid te zien, laat staan uit te voeren.

Over het Nederlandse Halchdoorf op een 19de eeuwse glasplaat. Ook met Walsdorf, Luxemburg, koning Willem III, Pruisen en Frankrijk

Vue prise à Halchdoorf en Hollande, 2de helft 19de eeuw. Collectie: La Cinémathèque Française – Laterna Magica.

Het is een klein onderwerp. Van 291 mm bij 113 mm. Het betreft een afbeelding uit de tweede helft van de negentiende eeuw met de titel (vertaald): ‘Uitzicht op Halchdoorf in Nederland’ (Vue prise à Halchdoorf en Hollande).

Het wordt in de collectie van het Franse Filmmuseum beschreven als (vertaald): ‘Geanimeerde zijwaarts scrollende plaat, serieel patroon verbeterd met kleuren, rechthoekige plaat (mechanisme: glijdend glas, bewegingstype: horizontaal)’. Je kunt de plaat heen en weer schuiven (recto en verso) waardoor een stereoscopisch effect ontstaat.

Nederlands zien afbeelding en titel er niet uit. Eerder Duits. De titel spreekt over een Do(o)rf en niet over een dorp. Het Nederlandse Halchdoorf of Halchdorp bestaat niet. Als een ‘W’ verkeerd is gelezen en is aangezien voor een ‘H’ en een ‘s’ is omgezet in het Franse ‘ch’ dan zou het kunnen gaan om het Luxemburgse Walsdorf. In het oostelijke kanton Vianden.

Dat is geen zekerheid, maar een beredeneerd vermoeden. Hiermee wordt dit kleine onderwerp ineens groot. Als onderdeel van de 19de eeuwse geopolitiek.

Het Luxemburgse Walsdorf in het Duitstalige oostelijke deel van Luxemburg was tot 1890 verbonden aan het Koninkrijk de Nederlanden via een personele unie met het Nederlands staatshoofd. In 1839 ontstond België en het westelijke Franstalige deel van Luxemburg werd daarmee samengevoegd. Daarna wilden Pruisen en Frankrijk Luxemburg inlijven, maar kon de ander dat niet accepteren.

De Nederlandse Koning Willem III die een enthousiast bezoeker van feesten en bordelen was en de bijnaam Koning Gorilla kreeg had een sterke behoefte aan geld. In 1867 bood de Franse keizer Napoleon III hem aan om Luxemburg van hem te kopen. Daar had Willem III wel oren naar, maar de verkoop werd door de Pruisische kanselier Bismarck verhinderd.

De bewering dat Walsdorf of Halchdoorf in Nederland, en Hollande, ligt lijkt dus bij nader inzien te kloppen. In Luxemburgs Nederland wel te verstaan.

Waarom het figureert in een Franse collectie van pre-cinematografische apparaten is begrijpelijk. De plaat is niet zo onschuldig als het lijkt, maar ondersteunt het verhaal voor een 19de eeuws Frans publiek dat Luxemburg een speelbal is van grootmachten. Met een wel of niet gerechtvaardigde Franse claim erop. Afhankelijk van de overtuiging van de explicateur. Walsdorf was niet neutraal.

Trump wordt naar verwachting aangeklaagd in New York. Wat zegt dat voor zijn kansen in 2024?

Een nieuwe week, een nieuw geluid. Deze week richt de westerse pers zich op drie onderwerpen. Als er geen calamiteit of natuurramp tussendoor komt. De strijd om het Oekraïense Bachmoet met in het verschiet het Oekraïense lenteoffensief dat half april wordt verwacht. En het driedaagse bezoek van de Chinese president Xi Jinping aan Moskou en zijn gesprekken met de Russische president Poetin.

En Trump. Steeds weer Trump. Het lijkt alsof rechtse en linkse Amerikaanse media geen genoeg van hem krijgen. Dat is begrijpelijk omdat zowel de Trump-kern van de Republikeinse partij als de Democraten een gemeenschappelijk belang hebben: aandacht voor Trump. De Trumpianen zien in Trump de grootste kanshebber om in 2024 president te worden en de Democraten beschouwen een beschadigde, grillige Trump de ideale tegenstander om te verslaan.

Beeldvorming van de media is niet neutraal voor de inhoud, maar bepaalt die ten dele. De laatste week ging het over Trump die deze week, waarschijnlijk dinsdag 21 maart 2023 in New York door Manhattan Officier van Justitie Alvin Bragg aangeklaagd wordt voor de zaak Stormy Daniels. Een pornoactrice die in 2016 door Team Trump met 130.000 USD ‘stil’ geld zou zijn afgekocht.

Het wordt niet ingeschat als een supersterke zaak, maar wel de eerste aanklacht tegen Trump. De zaken in Georgia, de bestorming van het Capitool op 6 januari 2021 of de door Trump achtergehouden topgeheime staatsdocumenten in Mar-A-Lago worden als zekerder voor de aanklagers ingeschat. Hier geldt echter het gezegde dat als een schaap over de dam is er meer volgen. Aanklagers willen blijkbaar niet de geschiedenis ingaan om als eerste een voormalig president aan te klagen.

Amerikanen zijn erover verdeeld of het van rechtsgelijkheid getuigt als iemand als Trump die in 2021 op het nippertje na een geslaagde staatsgreep pleegde na 26 maanden nog op vrije voeten is. Waarom zit hij niet allang in de gevangenis? Van de andere kant is dit een precaire zaak die goed voorbereid moet worden. Voormalig adviseur Anthony Coley van justitieminister Merrick Garland legde dat onlangs uit in de show van Ari Melber. Juridische molens malen langzaam.

Chuck Rosenberg legt in de video voor ‘Morning Joe’ uit dat Trump niet gearresteerd hoeft te worden om voor een rechter geleid te worden. Dat kan ook met een vrijwillige overgave (self-surrender). Dan hoeft Trump niet in de boeien te worden weggevoerd langs camera’s. Trump pocht op sociale media dat een aanklacht zijn campagne rugwind zal geven, maar tegelijk lijkt hij bang te zijn voor de procedure, zoals Maggie Haberman optekent. Ze stelt de zaak ietwat verkeerd voor als ze zegt dat de procedure noodzakelijkerwijze een arrestatie bevat.

De westerse bondgenoten zien het verbijsterd aan. Ook omdat Trump steeds dichter tegen Poetin aankruipt. Kunnen ze zo’n onstabiel land nog wel vertrouwen? En hoe moeten ze zelf in actie komen om zichzelf en elkaar te beschermen? Op de verre Amerikaanse oom valt niet op voorhand te vertrouwen.

Waarom de Democraten zich rijk rekenen met een aangeklaagde Trump is duidelijk. Hij kan zich koesteren in slachtofferschap en zal zo de kans op de nominatie van zijn partij als president in 2024 ermee versterken. Maar tegelijk zal het brede publiek bevreesd zijn om op een kandidaat te stemmen waar een juridisch luchtje aan hangt. Als Trump tegen die tijd al niet is veroordeeld en te boek staat als een boosdoener of crimineel en uitgesloten wordt om nog een politiek ambt uit te oefenen.

De eerste aanklacht ooit van een (voormalig) president is een gebeurtenis die aangejaagd wordt door Amerikaanse media. Linkse en rechtse media zijn behoorlijk boven hun theewater.

Trump loopt een risico als de straatprotesten tegen zijn arrestatie of vrijwillige overgave tegenvallen. Dat zou een teken van zijn afnemende populariteit zijn. Een deel van de Republikeinse partijtop heeft protesten veroordeeld. Van de andere kant kan Trumps schietgrage achterban goedmaken wat ze op 6 januari 2021 menen gemist te hebben. De New Yorkse politie en veiligheidsdiensten zijn in hoogste staat van paraatheid. Op wat komen gaat.