
Vanmiddag 30 mei 2023 om iets na 15.00 uur was de rechtszaak in een zaaltje van de Rechtbank Den Haag. De rechter begon met de opmerking dat de microfoon niet werkte en dat dat nu eenmaal de rechtspraak is. Nu dat hebben de toeschouwers gemerkt.
De hoop dat de rechter breder kijkt dan de werkgever (Hogeschool) – werknemer (directeur Tjan) relatie, dus het arbeidsrechtelijke aspect, werd al snel de bodem ingeslagen. Uit alle vragen en terzijdes van de rechter bleek dat hij strikt vast zit op het arbeidsrechtelijke aspect. Die smalle kijk op de zaak is in het nadeel van de werknemer, dus Tjan.
En bredere kijk zou kunnen inhouden dat andere aspecten worden meegewogen. Zoals de kwaliteit van het bestuur in het kunstonderwijs en de bijzondere aanpak van dat onderwijs dat anders is dan van een reguliere hogeschool. Hebben het lid van het College van Bestuur en de leden van de Raad van Toezicht de juiste kwalificatie om te functioneren in het kunstonderwijs?
Of zoals de wenselijkheid van een bestuursmodel met een eenkoppig College van Bestuur dat kwetsbaar maakt en haaks staat op democratisering en machtsdeling. Bestaat een ‘college’ niet per definitie uit meerdere personen?
Of zoals de rol van de Raad van Toezicht die eenzijdig de kant van De Deugd heeft gekozen en onvoldoende inzet heeft getoond om de partijen bij elkaar te brengen. De Raad heeft zich publiekelijk verscholen en was ondanks de toezegging om aanwezig te zijn afwezig op de zitting. De rechter maakt daar geen opmerking over.
Zo ontrolde zich een zitting waarin in twee beurten de advocaten hun pleidooi samenvatten. De rechter stelde kritische vragen uitsluitend aan Tjan en zijn advocaat en niet aan De Deugd/ Hogeschool.
Hoe kan het dat het bestuursmodel met een eenkoppig College van Bestuur niet ter discussie werd gesteld? De advocaat van de Hogeschool noemde het ‘nieuwe’ bestuursmodel een voldongen feit. De rechter stelde geen enkele vraag hoe de Hogeschool dat onderbouwt. Dus niet ter sprake kwam of het bestaande bestuursmodel gewenst is met De Deugd die bestuurlijk in z’n eentje het laatste woord heeft over KABK en Koninklijk Conservatorium.
Ranti Tjan zelf antwoordde op vragen van de rechter dat hij uitsluitend de discussie over het bestuursmodel had willen aanzwengelen, maar dat hij zich er niet tegen verzette. Tjans voorstel, in een gesprek met de Raad van Toezicht, om het bestuursmodel over drie jaar te evalueren werd door de advocaat van de Hogeschool niet serieus genomen.
Er was veel gekissebis over de vraag waarom Tjan in maart 2023 een en ander naar buiten had gebracht. Het antwoord van de advocaat van Tjan was dat het in september al in notulen was vastgelegd die ongeveer een maand daarna publiekelijk werden gemaakt. De rechter zaagde Tjan en zijn advocaat hier meermalen over door. Dat leidde tot een herhaling van zetten.
Ook werd Tjan door de advocaat van de Hogeschool aangewreven dat hij door de publiciteit te zoeken de reputatie van de Hogeschool had beschadigd. De rechter ging hier in mee en stelde niet de vraag aan de Deugd en zijn advocaat dat die reputatie door talloze kwesties al beschadigd is. Dat valt vooral de Raad van Toezicht aan te wrijven. Maar die was niet aanwezig.
De Deugd antwoordde op het einde op een vraag van de rechter dat hij Tjan niet terug wilde als directeur en hij geen werkbare situatie zag. Tjan antwoordde in het begin van de zitting op een vraag van de rechter dat hij juist wel een weg zag om verder te gaan. Maar in de strikte arbeidsrechtelijke opvatting van de rechter heeft De Deugd het gelijk aan zijn zijde.
Ook werd op de zitting niet de vraag naar voren gebracht waarom Tjan door een sollicitatiecommissie uitgekozen is. De Hogeschool wist wie het in huis haalde. Tjan heeft nooit een geheim gemaakt van zijn streven naar transparantie, democratisering en machtsdeling.
Hoe nu verder? Een groot deel van de toehoorders was ontstemd over de loop van de zitting en de regie van de rechter die het uitsluitend om het arbeidsrechtelijke aspect te doen was. Hij hintte daar wel op, maar bedekt. Eigenlijk had de rechter dat in het begin duidelijk moeten melden, zodat het duidelijk was dat de zitting al voorbij was voordat die was begonnen.
Sommige toehoorders denken erover om een publieksactie te starten en daarbij te focussen op de kwaliteit van en het toezicht op het kunstonderwijs. Want als De Deugd gelijk krijgt van de rechter, dan dreigt de KABK met een volgzame Raad van Toezicht af te drijven naar een autoritair model. De schoolse De Deugd is dan de winnaar, maar de KABK de verliezer.
Ranti Tjan kan in beroep gaan als een voor hem negatieve uitspraak zijn ontslag bevestigt. Een uitspraak wordt over vier weken verwacht. Het was voor Tjan nog te vers om te zeggen of hij in dat geval in beroep gaat. De kans op een uitspraak die het ontslag vernietigt is bij een andere rechter die breder kijkt niet onmogelijk. Van een mogelijk beroep een modelzaak maken voor het hele kunstonderwijs, zou het debat naar een hoger niveau kunnen tillen.
Hoe dan ook moet dit debat over het bestuur en het toezicht in het kunstonderwijs breder dan nu gevoerd worden. Kamervragen of een commissie van OCW kunnen daar voeding aan geven. Wie weet heeft de rechtszaak van de Hogeschool versus Ranti Tjan neveneffecten die nu nog niet zichtbaar zijn.