CDA doet aan vernieuwing: de gekozen burgemeester. Nou en?

2108170-487-500

Het politieke systeem loopt vast. Het vertrouwen in de politiek is historisch laag. Nederlanders herkennen zich niet in wat politici zeggen en doen, en ze hebben het gevoel daar ook geen invloed op te kunnen uitoefenen. Gevolg: een wijdverspreid wantrouwen naar de politiek in Den Haag en onvoldoende bekendheid met de politiek in de eigen gemeente.‘ Aldus de analyse van de huidige politiek door het CDA op haar website.

Hoe volmondig kiest het CDA voor de samenleving en tegen het huidige politieke systeem dat dateert uit de 19de eeuw en nooit is aangepast? Ofwel, is het marketing of werkelijk een ommezwaai? De keuze lijkt een stijlbreuk van een bestuurderspartij die altijd hard op de rem van de bestuurlijke vernieuwing stond. Kan het CDA leven met een post-Thorbecke model dat Guus Berkhout zo omschreef: ‘We moeten dus niet doorgaan met het kiezen van politici die erop uit zijn om het oude bestuurlijke model ‘whatever it takes’ aan de praat te houden.’ Da’s niet de ultieme consequentie die het CDA trekt. Ooit werd het sentiment dat de afstand tot het volk niet groot genoeg kan zijn en de burger gerust kan gaan slapen (à la Hendrik Colijn) omdat de politiek waakt, verwoord door de regent en prominente CDA’er Anton Zijderveld die in 2009 uit de partij stapte.

CDA kiest eieren voor haar geld door de grootste abnormaliteiten aan te passen. Maar zonder het oppergezag van de politieke partijen aan te tasten die de regie moeten blijven houden. Onder de Haagse kaasstolp waar nooit iets verandert worden zelfs cosmetische veranderingen als ommezwaai opgevat. Maar bij een jongere generatie die volgens andere lijnen van democratisering denkt (e democracy) maakt dat weinig indruk. Natuurlijk heeft het CDA gelijk dat zoals nu burgemeesters worden gekozen in een volwassen democratie niet thuishoort: ‘Op dit moment worden burgemeesters op een hele ondoorzichtige manier gekozen via een vertrouwenscommissie en de gemeenteraad (..)‘. Het is de absurditeit van het Nederlandse politiek bestel dat de burger buiten de deur houdt en de macht krampachtig in handen van de politieke partijen blijft leggen.

Het CDA wil dus een gekozen burgemeester en de invoering van een gemengd kiesstelsel. Het claimt zo de kloof met de burger te verkleinen: ‘Het land wordt daarvoor onderverdeeld in 75 kiesdistricten. De kiezer brengt daarbij twee stemmen uit: één op een landelijke politieke partij en één op een lokale kandidaat uit zijn kiesdistrict. Dat zorgt voor een directere verbinding tussen de kandidaat en de regio.’ CDA en D66 juichen nu hun eigen vernieuwing toe die feitelijk niet meer is dan achterstallig onderhoud dat 40 jaar te laat plaatsvindt. Het huis van de Nederlandse democratie krijgt een lik verf waar burgers om structurele verbouwing vragen.

Foto: Oud KVP-voorzitter Norbert Schmelzer zingt het CDA-lied, 1977. Credits: ANP/ Arthur Bastiaanse.

Politieke hervorming: Met Berkhout op weg naar een post-Thorbecke model

trojan democracy horse

Hoogleraar Innovatie Guus Berkhout schetst in de ‘De nieuwe democratie komt eraan‘ met de ondertitel ‘Essay over een ingrijpende renovatie van het ‘Huis van Thorbecke’ met nieuwe rollen voor overheid, bedrijfsleven en burgers‘ de democratie van de toekomst. Uit 2012. Door de uitwisseling van tweets tussen Petra de Boevere en Dirk Poot stuitte ik erop. De conclusie is: ‘We moeten dus niet doorgaan met het kiezen van politici die erop uit zijn om het oude bestuurlijke model ‘whatever it takes’ aan de praat te houden.‘ Achterliggend idee is dat Nederland sinds de 19de eeuw ‘immens veranderd‘ is, maar de inrichting van onze staat ‘vrijwel hetzelfde is gebleven‘. Bij het aan de praat houden van een ‘sterk verouderd systeem‘ zet Guus Berkhout vraagtekens.

Hij acht het nodig dat ‘niet politieke partijen‘ maar ‘burgers de politieke agenda opstellen‘. Want: ‘Ons land is hard toe aan een nieuw democratisch model dat voldoet aan de eisen van de moderne tijd, dat past bij onze hoogontwikkelde maatschappij met een sterke middenklasse, en vooral, een model dat in deze tijd van grote verwarring nieuwe hoop geeft voor een betere toekomst. De huidige politieke generatie heeft jongeren niets te bieden.‘ Berkhout combineert dat met reorganisatie van de verzorgingsstaat. Door ‘ingrijpende bestuurlijke vernieuwingen‘ kan zo een ‘wezenlijke cultuuromslag‘ in politiek en samenleving gerealiseerd worden.

Berkhout houdt een pleidooi voor machtsoverdracht naar de burger en ziet zo ‘een nieuw evenwicht in de relatie tussen overheid en burger‘ ontstaan. De hoog ontwikkelde burgers bepalen ‘(1) de inhoud van het regeerprogramma, kiezen de volksvertegenwoordiging en ook de minister-president; (2) dit wordt uitgevoerd door een programmakabinet met projectministers en (3) burgers zijn in het vernieuwingproces co-creator’. Gevolg is dat iedere burger naar vermogen deelneemt en als geheel de samenleving geactiveerd wordt.

In een analyse schetst Berkhout het 19de eeuwse Thorbecke model dat getypeerd wordt door noties als ‘hiërarchie’, ‘top-down’, ‘regelgeving’, ‘in control’ en nog steeds leidend is voor de inrichting van Nederland. Met als gevolg ‘een immense bestuurlijke complexiteit met onwerkbare oplossingen‘. Het Post-Thorbecke model  gaat uit van een bestuurlijk model met ‘meer visie in de top‘ en ‘meer invloed van benedenaf‘.

De observaties van Berkhout zijn verstandig en logisch. Maar zijn analyse gaat mank omdat het voorgestelde model een vergezicht blijft dat onvoldoende de praktijk binnenhaalt. Een onmogelijke opgave voor elke vernieuwer. Hoe hij de politieke partijen ertoe wil bewegen om vrijwillig (een deel van) hun macht af te staan wordt niet duidelijk. Vraag is of dat in Nederland door hervormingen kan. Hij heeft daar geen list voor. Want da’s toch het schakelpunt tussen theoretische bespiegelingen en de praktijk. Onze parlementaire geschiedenis leert dat de gevestigde politieke partijen elke hervorming van het politieke systeem blokkeren. Redenerend vanuit een tweedeling tussen ‘politiek’ en ‘burger’ menen ze zelfs dat de kloof tussen tussen politiek en burger niet groot genoeg kan zijn. Niet in het minst om de macht van de politieke partijen te bestendigen.

Natuurlijk behoort in een nieuw bestuurlijk systeem dat bij de tijd is en aansluit bij het potentieel van burgerij en techniek de bevolking de leiding te nemen. Maar de 2% van de bevolking dat de politieke partijen bemenst geeft de macht en functies in het openbaar bestuur niet vrijwillig op. Op een vervreemdende manier moest ik bij lezing van de interessante ideeën van Berkhout eraan denken hoe in Kosovo onder leiding van Ibrahim Rugova na 1989 ondergronds een parallelle schaduwsamenleving werd opgebouwd door de Albanezen. Kan zo de Nederlandse bevolking leren omgaan met de ‘bezettingsmacht’ van de politieke partijen? Niet door samenwerking te zoeken, maar er een compleet ander systeem naast te zetten waarop de gevestigde politiek geen invloed heeft. Dat kan vormgegeven en afgebakend worden via een systeem van Liquid Democracy.

Foto: Is democratie een val?

Kan Piratenpartij uitdaging aan op twee kompassen te varen?

f073dcebae41474293aaf97bf012f0f6-576x0

Hoe moet de politieke partij van de toekomst eruit zien? Hier een terugkerende vraag op zoek naar de graal. Want onderzoekers en critici delen de observatie dat de rol van de partijpolitiek in z’n tegendeel is verkeerd. Welke bouwstenen zijn nodig? Wat is de stok achter de deur die de burgers in handen kunnen nemen om de huidige partijpolitieke organisaties die zowel de macht verdelen als de regels van het spel bepalen tot nieuwe vormen van representatie te dwingen zodat die burgers beter betrokken worden in de machtsdeling?

Ik blijf somber dat bewustwording over verandering op korte termijn mogelijk is. Politieke partijen hebben er geen belang bij om de macht te delen. Gevestigde media zitten gevangen in het paradigma van partijpolitiek. Ze komen er niet aan toe om daarbuiten te denken. Zo wordt politiek nooit meer dan verdeling van bestaande macht. Restauratie door cosmetische ingrepen is het hoogst haalbare. Zo komt bewustwording nooit op gang en wordt de ene traditionele partij op z’n best vervangen door de andere. Dat brengt machtsdeling en nieuwe democratie niet dichterbij. Maar somberen helpt evenmin. Een samenleving die om de 10 jaar van karakter wijzigt dwingt vanzelf veranderingen af. Door daarop vooruit te lopen kunnen we de ontwikkelingen helpen.

In de sfeer van de piratenpartijen bestaat het idee dat e-democratie de oplossing biedt. Dus de inspraak vanaf de basis met de techniek van het internet. In een interview met het Italiaanse l’Espresso is Julian Assange sceptisch over de technische mogelijkheden. Die visie komt overeen met het standpunt van Juan Carlos De Martin dat e-democratie slechts de helft van de oplossing is. Bemiddeling door gedelegeerden en politiek handwerk blijft nodig. Over de beweging van Beppe Grillo zegt Assange dat het zo kan functioneren vanwege het leiderschap van Beppe Grillo. Het overleg binnen de Berlijnse Piratenpartie ziet Assange als een ramp.

Dat meningsverschil over de mate van centralisatie scheidt de geesten binnen de Nederlandse Piratenpartij. Mogelijk is het debat over de opbouw van de organisatie er een verklaring voor dat een partij die alles mee lijkt te hebben toch niet doorbreekt. Dat met kernpunten, inlevingsvermogen en gerichtheid van de achterban die bijna ideaal aansluiten bij de wereld van vandaag. De uitdaging voor partijen van morgen is om zich niet op te laten nemen in het traditionele bedrijf van de politieke partijen, maar toch professioneel te opereren als een politieke partij. De fusion tussen oud en nieuw, tussen leiderschap en stuurloosheid, tussen deskundigen en leken is de oplossing voor nieuwe partijen die niet in oude valkuilen willen wegzakken. Met als complicatie dat ze op twee kompassen moeten varen. Het ene om een plaats te vinden tussen de andere politieke partijen, en het andere om de politiek als bedrijf naar een politiek bestel te voeren waar de burger stevig meepraat.

Foto: Op de brug van een oorlogsschip speurend naar U-boten, Tweede Wereldoorlog.

Piratenpartij als proefproject: het belang van de continue dialoog

vasquez-laptop

Overal klinkt de kritiek dat politieke partijen geen antwoorden hebben op urgente vragen. Maar de politiek is het domein van politieke partijen. Ze maken er de macht uit en verdelen onder elkaar de functies in het openbaar bestuur. J.W. Oerlemans sprak van de eenpartijstaat en het MPP-begrip waarin Monarchie en Politieke Partijen samenwerken. Spelregels dicteren dat belangen via politieke partijen worden behartigd. Wie zich buiten dat systeem opstelt heeft niets te vertellen. Maar wie meedoet gaat aan bijziendheid leiden.

Hebben nieuwe partijen de oplossing? De Piratenpartij presenteerde voor de verkiezingen van september 2012 e-democratie als middel dat de burger bij de politiek kon betrekken met als opzet dat een politieke partij niet in zichzelf gekeerd wordt. De begrippen Liquid Feedback en interactieve democratie zongen rond. Maar hoe ze voor de alledaagse praktijk te ontwikkelen? Hoewel het aan mijn eigen afzijdigheid kan liggen is me als lid van de Piratenpartij sinds een jaar nog nooit mijn stem gevraagd voor de besluitvorming.

Juan Carlos De Martin ziet in La Stampa de e-democratie als de helft van de oplossing. De Vijfsterrenbeweging van Beppe Grillo pleit voor de overstap van de representatieve democratie naar directe vertegenwoordiging door middel van internet. Het klinkt veelbelovend dat de leden door online te antwoorden een besluit over voorstel A of B nemen. Maar hoe wordt een technisch middel tot politiek? De Martin ziet eerder aanvulling dan uitsluiting van de twee systemen als oplossing. Ik stipte hetzelfde aan. Hoewel De Martin focust op Italië is het ook van belang voor Nederland om de burger meer macht te geven in het politieke systeem ten koste van de politieke partijen. Want ze gaan uit van hun eigen voortbestaan en de banenmachine voor de eigen leden.

Italiaanse partijen monopoliseren het openbare leven zonder een hoog ledental. Zonder de politiek af te schrijven zijn de Italianen ontevreden met hun functioneren. En door de globalisering is sinds de jaren ’70 de ongelijkheid toegenomen en de besluitvorming gefragmenteerd en geoutsourcet. Volgens De Martin hebben de burgers daarom het gevoel in een ondoorzichtige democratie te leven. Die ook nog eens zwak is.

Juist in de tijd dat de democratie verzwakte kregen steeds meer mensen computers tot hun beschikking. Ze gebruiken internet om informatie te vinden, hun mening te geven, onderling te communiceren en zich te verenigen. Zoals de Vijfsterrenbeweging of de Piratenpartijen leren. Opgestapelde kennis bij burgers is groter dan die in de ambtenarij of politiek. Maar door de politiek wordt dat genegeerd. De politieke partijen sluiten zich in hun eigen werkelijkheid af voor deze nieuwe ontwikkelingen. Overheden blokkeren instrumenten voor directe democratische participatie. Zelfs een proefproject voor e-democratie is in Nederland nooit opgestart.

De Martin ziet de kunst van de politiek als essentieel voor de democratie. Deugden als aanpassingsvermogen,  behoedzaamheid, verzoening en compromis blijven een voorwaarde om politiek te bedrijven. Hoe kan de e-democratie die een heel land omspant deze deugden integreren? Ander kritiekpunt voor een eenzijdige focus op e-democratie is dat vooral de zwakkere groepen ondervertegenwoordigd zijn op internet. En democratie eist nu eenmaal overleg en afwegingen. Juist om tot een integrale aanpak met samenhang te komen.

clt1 foto grande--330x185--330x185

De Martin geeft een oplossingsrichting die te vaag is om werkbaar te zijn. Hij blijft hangen in zijn suggesties voor de toekomst om de representatieve democratie om te vormen tot een democratie met meer participatie. Voor Nederland lijkt daar in de gevestigde politiek weinig kans op. Vernieuwing van het kiesstelsel wordt door de gevestigde politieke partijen geblokkeerd. In de Nederlandse politiek klinken geluiden zoals die van Anton Zijderveld dat de kloof met de burger eerder te klein dan te groot is omdat ‘de geestelijke elites in de verschillende sferen van onze maatschappij van eminent belang zijn‘. Zonder dat het hardop wordt erkend bepaalt dit regentesk denken nog steeds het gedachtengoed van de Nederlandse gevestigde politieke partijen.

Het klinkt weinig hemelbestormend, maar een evolutie die e-democratie integreert in de representatieve democratie is de oplossing om uit de huidige politieke crisis te komen. Een nieuwe partij als de Piratenpartij kan de uitdaging aannemen om de burger de politiek in te trekken en het belang van de politieke partijen te verminderen. Maar wel met inachtneming van het besef dat e-democratie geen wondermiddel is en het politiek handwerk van compromis, continuïteit en aanpassingsvermogen noodzakelijke voorwaarden zijn.

Foto 1: Vasquez in La Stampa.

Foto 2: Illustratie bij artikel van Juan Carlos De Martin in La Stampa.