The Intercept publiceert ‘The Drone Papers’ over geheime drone-oorlog VS

Amy Goodman van Democracy Now! vraagt zich af of een nieuwe klokkenluider van de statuur van Edward Snowden documenten heeft gelekt naar The Intercept. Het webzine dat wordt gefinancierd door Pierre Omidyar waaraan Glenn Greenwald en Jeremy Scahill zijn verbonden. De claim van The Intercept is dat de recent gelekte documenten die ‘The Drone Papers‘ worden genoemd een nieuw perspectief op het geheime Amerikaanse drone programma bieden. Dat op een cleane moordmachine lijkt zonder recht op beroep. Maar het zou minder schoon, nauwkeurig en doordacht zijn dan de Amerikaanse overheid altijd beweert. Omdat bekend is dat president Obama er een groot voorstander van is, is deze publicatie een aanval op zijn beleid.

dp

Foto: Schermafbeelding van  deel van ‘The Drone Papers‘ op The Intercept.

Sunday Times en Glenn Greenwald botsen over Edward Snowden

int

De Britse The Sunday Times bracht afgelopen zondag 13 juni een verhaalBritish spies betrayed to Russians and Chinese’ dat een frontale aanval was op Edward Snowden die in juni 2013 de massale spionage door veiligheidsdiensten als de NSA en de GCHQ aan de orde stelde. Onderzoeksjournalist en geestverwant van Snowden Glenn Greenwald reageert in zijn column op The Intercept en beweert dat de gevestigde Britse en Amerikaanse media zich na de Irak oorlog opnieuw voor het karretje van de gevestigde macht laten spannen. De media zouden in die tussentijd niets geleerd hebben. Een ideologische strijd tussen The Sunday Times van miljardair Rupert Murdoch tegenover The Intercept van miljardair Pierre Omidyar. Conservatief en pro-establishment tegenover crypto-progressief en crypto-establishment. Wie heeft het bij het rechte eind?

Indirect bewijs dat Greenwald gelijk heeft is de poging van The Sunday Times om de column van Greenwald via de rechtbank te laten verbieden. Niet omdat de inhoud ervan onjuist zou zijn of belasterend is, maar het auteursrecht zou schenden. The Guardian noemt dat een slap antwoord van moedermaatschappij News UK die de Sunday Times uitgeeft. Claim van westerse veiligheidsdienst dat Snowden ‘bloed aan zijn handen heeft’ door samenwerking met de Chinese of Russische veiligheidsdiensten kan nog opgevat worden als een normale manier van misleiding door inlichtingendiensten, maar dat gevestigde media dat zonder bronvermelding en onderbouwing met feiten overnemen is de schande van de journalistiek waar Greenwald terecht op wijst.

Direct bewijs dat Chinese of Russische inlichtingsdiensten inzage hebben gehad in de geheime documenten die Snowden kopieerde en naar buiten smokkelde is nooit geleverd. Ook niet door de beschuldigingen in The Sunday Times. Greenwald heeft gelijk dat dit soort journalistiek een parodie op journalistiek is. De Sunday Times baseert zich uitsluitend op anonieme bronnen, spreekt zichzelf tegen en is ingefluisterd door de Britse regering. Het terugdringen van de macht van de NSA in de recent aangenomen Freedom Act geeft aan dat de inlichtingendiensten met massale spionage van burgers de slag om de publieke opinie aan het verliezen zijn. Alle middelen zijn dan geoorloofd om Snowden in diskrediet te brengen. Inclusief ondermaatse journalistiek.

Het effect van dit artikel moet niet afgemeten worden uit de controverse tussen The Sunday Times en The Intercept, of tussen de Britse inlichtingendienst MI6 en Greenwald. Zelfs als Greenwald deze strijd wint omdat hij de beste argumenten heeft en het dichtst bij de feiten blijft, kan hij toch de slag om de publieke opinie verliezen. Da’s ingecalculeerd door de aanvaller. Zo werkt de journalistiek tegenwoordig: een beschuldiging wordt als feit gebracht. Door de hoge omloopsnelheid van het nieuws zijn nieuwsconsumenten niet meer in staat te onderscheiden tussen feit en verzinsel. Zeker niet als een kwaadaardige bron als The Sunday Times het insteekt en andere gevestigde media zich opstellen als doorgeefluik zonder weinig kritisch vermogen.

Foto: Schermafbeelding van begin artikel ‘The Sunday Times’ Snowden story is journalism at its worst – and filled with falsehoods’ van Glenn Greenwald op online nieuwsbron The Intercept.

James Risen bereid prijs te betalen om verslag te kunnen doen. Ondanks tegenwerking

Onderzoeksjournalist James Risen van de New York Times praat met Amy Goodman van Democracy Now! Het vraagt om perspectief. Dat geeft in een interview met Nadja Vancauwenberghe van de Exberliner de naar Berlijn gevluchte Amerikaanse hacker en journalist Jacob Appelbaum. Hij beredeneert nationale veiligheid, de NSA en de journalistiek vanuit het perspectief van WikiLeaks en Julian Assange. Volgens hem staan gevestigde media als The Washington Post, The New York Times, The Intercept of The Guardian onder politieke druk en moeten ze schipperen omdat ze niet alles kunnen publiceren. Wikileaks is het laatste toevluchtoord voor echt vrije journalistieke uitingen: ‘The reality of the situation is that there is a reason why WikiLeaks exists. WikiLeaks is a publisher of the last resort’. Bij dit type onthullende gesprekken met kritische journalisten -altijd om hun boek te promoten- is dat de waarschuwing. De journalistiek is aan alle kanten gecodeerd.

Snowden beantwoordt vragen die de journalistiek laat liggen

es

Het is vaker opgemerkt, de onthullingen van Edward Snowden is niet alleen een verhaal over de nationale veiligheid en de burgerrechten, maar steeds meer over de journalistiek. In die zin dat de Amerikaanse gevestigde media er gekleurd verslag van doen. Zo zag Snowden zich genoodzaakt om in The New Yorker een weerwoord te bieden aan de Republikeinse voorzitter van de House Intelligence Committee Mike Rogers die hem ervan beschuldigde met de Russen te hebben samengewerkt. Terwijl de feiten overduidelijk de andere kant op wijzen. Het Amerikaanse ministerie van Buitenlandse Zaken trok eenzijdig Snowdens paspoort in toen-ie in Moskou was wachtend op een vlucht naar Havana. De VS leverden hem zo feitelijk over aan de Russen. Er zijn tot nu toe geen feiten boven water gekomen die de beschuldigingen van Rogers staven.

Edward Snowden is niet eens verbaasd over de laster van types als Mike Rogers of afgevaardigde Peter King. Hij verbaast zich wel over de media uitingen die verklaringen brengen waarvan die sprekers zelf toegeven dat ze pure speculatie zijn. (‘It’s that outlets report statements that the speakers themselves admit are sheet speculation‘). Zo nam De Volkskrant in een nieuwsartikel onder de kop ‘Rusland hielp Snowden bij onthullingen‘ afgelopen zondagavond zonder enige context de speculaties van Rogers over. Waarom treedt De Volkskrant als waterdrager op voor een conservatief als Rogers en nuanceert het in hetzelfde artikel zijn laster niet? Wat is dat voor journalistiek die op speculaties drijft en niet meer uitgaat van de feiten? Tegen zo’n overmacht van gekleurde media moet Snowden vechten om gehoord te worden. De gevestigde media in de VS zijn kwaadwillend en in een land als Nederland onbenullig. Zoals dat stuk in De Volkskrant akelig aantoont.

Omdat de gevestigde media hun taak om het publiek objectief te informeren grotendeels laten liggen, moeten onderzoeksjournalisten zelf hun publiciteit verzorgen. Glenn Greenwald trad afgelopen vrijdag na de toespraak van president Obama over de NSA op in programma’s om tegenwicht aan hem en z’n waterdragers te bieden. Nieuwsorganisatie First Look Media van Pierre Omidyar waaraan Greenwald meewerkt komt eraan. Het zegt het anders dan de andere nieuwsorganisaties te gaan doen. Opener te zijn en kritischer op de macht.

Edward Snowden trad vorige week toe tot het bestuur van de Freedom of the Press Foundation dat ijvert voor journalistiek die het algemeen belang dient. Snowden moet ook aan de bak in de slag om de publiciteit. Hij beantwoordt morgen vragen op z’n officiële steunpagina Freesnowden.is. Vragen kunnen gesteld worden via Twitter op #AskSnowden en de antwoorden verschijnen op http://www.freesnowden.is/asksnowden.

Foto: Schermafbeelding van steunsite voor Edward Snowden ‘Free Snowden‘, 22 januari 2014.

Aanval op Omidyar vanwege blokkade WikiLeaks door PayPal

Advocaat Stanley Cohen prikt het verhaal van Pierre Omidyar door. De multimiljardair begint met gelouterde journalisten als Glenn Greenwald en Jeremy Scahill een nieuwsorganisatie. Ze beloven het anders te gaan doen. Maar Cohen ziet in Omidyar de nieuwe Rupert Murdoch. Omidyar is eigenaar van eBay en dochterbedrijf PayPal. Hij verzette zich er eind 2010 niet tegen dat er via PayPal geen geld meer overgemaakt kon worden naar WikiLeaks. Zonder enige wettelijke basis blokkeerde PayPal WikiLeaks op aandringen van de regering-Obama samen met Visa en Mastercard. Volgens WikiLeaks tot op de dag van vandaag. Het kwam hiermee aan de rand van de afgrond kwam te staan omdat zo’n 95% van de donaties wegvielen. Maar nu wast in de ogen van Cohen Omidyar zijn straatje schoon door een ethische houding aan te nemen die niet rijmt met zijn zakelijk opereren. Cohen doet Omidyars artikel in The Huffington Post als onwaarachtig en schijnheilig af.

Cohen verdedigde een van de 14 PayPal demonstranten die eind 2010 met DDos-aanvallen tegen PayPal reageerden op de blokkade van WikiLeaks en aangeklaagd werden. Het gaat om de vraag of een DDos-aanval onder de vrijheid van meningsuiting valt. Is het een ‘hack’ of een gewoon protest? Cohen legt uit dat er een deal gesloten is. De PayPal 14 geven een overtreding toe, maar geen misdaad. Als ze in de tussentijd niet opnieuw een DDos-aanval uitvoeren zijn ze binnen een jaar vrij. Na betaling van een boete van 5600 dollar.

WikiLeaks-medewerkster Sarah Harrison die Edward Snowden begeleidde van HongKong naar Moskou opende deze week in Stern de aanval op Pierre Omidyar. Lastig om te weten hoe haar beschuldiging luidt omdat de originele tekst niet online staat. The Guardian pakte het op met een verslag onder de titel ‘WikiLeaks’ Sarah Harrison: ‘How can you take Pierre Omidyar seriously?‘ Met de kernzin: ‘How can you take something seriously when the person behind this platform went along with the financial boycott against WikiLeaks?‘ In een parallelle ontwikkeling vertaalde The Guardian dat in de tweetWikiLeaks’ Sarah Harrison: ‘You can’t take Omidyar and Greenwald seriously‘ die Glenn Greenwald op de kast joeg. Hij verliet kortgeleden The Guardian en stapte over naar Omidyar. Terecht tweette hij dat-ie geen deel uitmaakte van de blokkade tegen WikiLeaks. Pierre Omidyar wel dus. Hij is beschadigd. Maar WikiLeaks en Julian Assange vallen hem niet frontaal aan.

Open brief van Carl Bernstein aan Alan Rusbridger: over journalistiek

watergate2

In een open brief ondersteunt Watergate journalist Carl Bernstein hoofdredacteur Alan Rusbridger van The Guardian. Deze moet vandaag voor een parlementscommissie verschijnen in verband met de onthullingen van Edward Snowden in z’n krant. Indirect richt Bernstein zich tot z’n voormalige collega bij de Washington Post Bob Woodward die tegenwoordig inperking van de persvrijheid goedpraat maar in z’n boeken met staatsgeheimen die de regering goed uitkomen uit de school mag klappen. En daar schatrijk van is geworden.

Bernstein ziet geen reden tot zorgen over de media en acht enige aanscherping van het functioneren niet nodig. Integendeel, hij beoordeelt de opstelling van de pers in de VS en het Verenigd Koninkrijk sinds 1945 inzake de nationale veiligheid als vele malen verantwoordelijker dan die van opeenvolgende regeringen, premiers en presidenten. Want door over-classificatie van ‘geheimen’, onoprechtheid, en ronduit liegen hebben juist zij een publiek debat zoals dat een open samenleving past geblokkeerd. Vooral de laatste jaren. 

Het besef dat het op dit moment ontbreekt aan het juiste toezicht op het functioneren van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten ziet Carl Bernstein als de verdienste van de onthullingen van Edward Snowden. Dat werd voor het eerst zwart op wit aangetoond. Vooral in de VS ontbreekt dat toezicht van de wetgevende en rechterlijke macht. Inlichtingendiensten proberen onder het juiste toezicht uit te komen en dat te vermijden.

‘Dat is het onderwerp van de rechtmatige en noodzakelijke maatschappelijke discussie die nu plaatsvindt in de VS, het Verenigd Koninkrijk en elders’, zo meent Bernstein. Toegevoegd kan worden dat in Nederland de commissie-Dessens adviseert de bevoegdheden voor de nationale inlichtingendiensten te verruimen. Dat dient gecompenseerd te worden door een getrapte aanscherping van het toezicht waarop de minister van Binnenlandse Zaken persoonlijk toeziet. Van zo’n constructie kan men zich afvragen of die in de praktijk nageleefd kan -en zal- worden. Een maatschappelijke debat is nodig om voor elkaar te krijgen dat vertegenwoordigers van de burgerrechten een positie in het toezicht krijgen die nu nog volledig ontbreekt.

Bernstein beseft dat er altijd spanning bestaat tussen nationale veiligheid en openbaarheid. Zeker wat de rol van de pers betreft. Terrorisme moet bestreden worden, maar daartoe moeten overheden bij de les gehouden worden dat ze uitsluitend ‘echte vijanden‘ bestrijden. En onder het mom van de bestrijding van het terrorisme geen misbruik maken van de technische bevoegdheden die ze hebben gekregen voor de bestrijding van het terrorisme om rechten en privacy van gezagsgetrouwe burgers in te perken. Voor het functioneren van de democratie ‘is het essentieel dat geen voorafgaande gouvernementele beperkingen of intimidatie op een werkelijk vrije pers worden opgelegd’ zo zegt Bernstein. Anders gaat het licht uit en dreigen despotisme, demagogie en zelfs criminalisering van onze gekozen leiders en overheden: ‘(..) in such darkness, we encourage the risk of our democracies falling prey to despotism and demagoguery and even criminality by our elected leaders and government officials.’ Een brief die leert wat democratie en journalistiek inhouden.

Nixon_E2679c-09A

Foto 1: ‘Woodward and Bernstein watching Nixon address the nation on television, April 30, 1973.’ Credits: © Mark Godfrey.

Foto 2: President Nixon houdt op 29 april 1974 een televisietoespraak in antwoord op zijn dagvaarding.

Afshin Ellian negeert rol van toezicht en kritische journalistiek

001_RBIAdam-image-1420463

Het is zeer kwalijk hoe D66, gesteund door haar mediaorgaan NRC Handelsblad, de activiteiten van de AIVD onderwerp van discussie maakt.’ Aldus Afshin Ellian die in een Elsevier-column met de titel ‘Tweede Kamer moet de hypes van D66 en NRC negeren‘ alles uit de kast haalt tegen wat-ie overduidelijk ziet als links-liberale vrijzinnigheid. Met z’n focus op de bestrijding van het jihadisme haalt Ellian van alles door elkaar en verliest het overzicht. Het gaat om toezicht door parlement en CTIVD, proportionaliteit van spionage van burgers, en journalistiek die de macht ter discussie stelt. En dat NRC het mediaorgaan van D66 zou zijn is de vraag. Omdat het niet in z’n verhaal past moffelt Ellian de SP als meest kritische volger van de AIVD weg.

Schokkend hoe gouvernementeel Ellian zich opstelt. Hij vergeet dat onafhankelijke journalistiek de macht dient te bevragen. Een volwassen democratie kan niet functioneren zonder kritische journalistiek. Ellian stelt dat ‘NRC voorop loopt in het creëren van een bedenkelijke sfeer rond de Nederlandse inlichtingendiensten’ maar onderbouwt dat niet. Hij verwijst naar een NRC-artikel dat critici aan het woord laat die om meer toezicht en controle op de inlichtingendiensten vragen. Maar hoe onderzoek en verslaglegging van NRC -dat zich opstelt als doorgeefluik van kritiek op het kabinet- tot een bedenkelijke sfeer kan leiden valt niet in te zien. Het is eerder andersom. Het goedpraten van Ellian dat parlementaire controle en toezicht op AIVD en MIVD niet nodig zijn en kabinetsleden uit principe niet liegen tegen burger of parlement is bedenkelijk. 

Ellian rechtvaardigt de claim van minister Plasterk en de veiligheidsdiensten dat het alle middelen inzet om het terrorisme te bestrijden met de dooddoener dat Plasterk gelijk heeft: ‘Het is helemaal waar wat de minister zegt.’ Werkt de democratie volgens Ellian zo simpel? De onthullingen aan de hand van de documenten van Edward Snowden hebben juist duidelijk gemaakt dat nationale inlichtingendiensten hun boekje te buiten gaan. De vraag is niet uitzonderlijk of dat in Nederland ook het geval is. Dan kan via onderzoek uitgezocht worden. Daarnaast zijn deze diensten bezig met economische spionage en spionage van onschuldige burgers. 

In parlement, bij CTIVD en in de maatschappij staat ter discussie of de veiligheidsdiensten de wet overtreden. Een houding om dat zorgvuldig uit te zoeken dient de democratische rechtsorde meer dan het wegmoffelen van bezwaren. Ellian schiet definitief uit de bocht als-ie beweert dat NRC en D66 een ‘zeer beperkt begrip van de rechtsstaat‘ hanteren: ‘wel permanente controle op politie en inlichtingendiensten, maar geen aandacht voor de strijd tegen terrorisme, dat de rechtsstaat ernstig bedreigt.’ Dit is zo aantoonbaar onjuist en naast de waarheid dat Ellian met deze uitspraak niet D66 en NRC beschadigt, maar vooral zichzelf. Afshin Ellian heeft de realiteit van de democratische rechtsorde en de rol van kritische journalistiek geheel uit het oog verloren. 

Foto: Minister Plasterk verdedigde het handelen van de AIVD. Credits: ANP

Canadese regering liet NSA tijdens G20 spioneren. Tegen de wet

Hun opvatting van openbaarheid is zwijgen. Da’s de beroepsdeformatie van inlichtingendiensten. Nu weer in Canada met de nationale inlichtingendienst CSEC. In het parlement weigert de regering Harper te bevestigen dat het de Amerikaanse NSA ruim baan gaf om tijdens de G20-top van 2010 in Toronto buitenlandse leiders te bespioneren. Evenmin maakt de regering duidelijk wie in de regering verantwoordelijk was voor het besluit om dit de Amerikanen toe te staan. Directeur van CSEC John Forster verklaarde in het parlement dat het zijn dienst niet is toegestaan Canadezen waar dan ook ter wereld of wie dan ook -inclusief bezoekers- op Canadese bodem te bespioneren. Komende onthullingen van Snowden zullen uitwijzen of Forsters claim klopt. Buren besteden spionage aan elkaar uit om formeel binnen de wet te blijven. De geest van de wet schenden ze. Terwijl ze zwijgen in onschuld. Zo denken ze. Ze kunnen niet anders. Die zelfgerichtheid is hun tragiek.