RT’s Abby Martin en Cenk Uygur van The Young Turks vinden elkaar in hun afkeer van de gevestigde media in de VS. Die denken niet voor zichzelf of de Amerikaanse burgers, maar zijn spreekbuis van bedrijfsleven of overheid. Het is geen nieuw verhaal. Corporate media doen gewoon aan propaganda. Zoals in Noord-Korea. Onthullingen die ‘hun’ regering in verlegenheid brengen doen ze niet. Wat RT doet voor het Kremlin, doet CNN voor het Witte Huis. Journalistiek valt het niet te noemen. Probleem voor de kijker is dat-ie nog nauwelijks aan feitelijke informatie kan komen. Amerikaanse networks zijn in hoge mate geïnfantiliseerd. De oplossing ligt in kleine, flexibele nieuwsorganisaties zoals The Young Turks die zich via sociale media direct tot de burgers richten. Zonder druk van bedrijfsleven of overheid. Cenk Uygur waarschuwt op het laatst voor het militair-industrieel complex, maar lijkt even te vergeten dat daarvan ook een Russische variant bestaat.
Verdedigers van massale spionage van burgers door inlichtingendiensten als de NSA, GCHQ of AIVD beweren dat het concreet geen enkele burger schaadt. NSA-klokkenluider William Binney geeft een voorbeeld van het tegendeel. Samen met publicist Chris Hedges wijst-ie op een almachtige politiemacht die met geweld bij elke burger kan binnenvallen. Waarbij Stasi-proporties verbleken. In de controlestaat waar de veiligheidsindustrie de politiek bepaalt en geen enkele politicus die macht durft te trotseren. Ook president Barack Obama niet.
William Binney zegt (na 12’02”): ‘I’ve known for quite some time that the FBI had direct access to these databases that NSA was creating from all their collection in terms of phones and emails. I didn’t know how they were using it exactly, because I wasn’t–I didn’t have any insight or knowledge about that. But it was recently published in a Dutch newspaper how they were–how the Drug Enforcement Agency had created a separate division, a special operations division, to look into the NSA data to find information about citizens that were involved in drugs or other kinds of criminal activity, and then used that evidence to point state and local police to them to arrest them. And then, once they get them arrested, they had rules on how to manage this data. They weren’t to tell the police who made the arrest or the courts or the lawyers defending or prosecuting or the judges, and no one was to know the source of the original data. They had to do a parallel construction, which was to go and find evidence that they would have accumulated in a normal police procedure to justify an arrest to begin with, and then substitute that evidence for the information that they really used to arrest’.
Zo wordt spionage die inlichtingendiensten zeggen te gebruiken voor de bestrijding van terrorisme ingezet tegen gewone burgers. Op zich geen probleem als dat tot een eerlijk proces zou leiden waarin verdachten zich kunnen verdedigen. Maar omdat de verdachten niet weten hoe een onderzoek begon kunnen ze nooit meer uitkomen bij ontlastend bewijs. Bijvoorbeeld fouten die in een onderzoek gemaakt worden waardoor het onderzoek volgens de wet ontoelaatbaar is. Door de ‘parallelle constructie’ worden de rechten van verdachten geschonden. Feitelijk niet eens een nieuwe methode, maar door de koppeling van bestanden en de technische mogelijkheden neemt het een grote vlucht. En kan de politie onderzoeken manipuleren en wordt verdachten een eerlijk proces ontnomen. In een rechtsstaat is dat onaanvaardbaar. Maar tegenover de almachtige politie staat geen enkele corrigerende macht meer. Precies dat is de opstap naar een politiestaat die in handen van de verkeerde mensen volkomen kan ontsporen in een dictatuur. Nu worden de mogelijkheden opgebouwd.
Zie hier voor het transcript van het gesprek, deel 1.
Nieuws.nl concludeert: ‘De commissie roept lidstaten op -in het bijzonder Groot-Brittannië, Duitsland, Frankrijk, Zweden en Nederland- hun wetgeving te herzien en de activiteiten van hun inlichtingendiensten tegen het licht te houden. Die moeten in lijn worden gebracht met de Europese Conventie voor de Mensenrechten en voldoen aan fundamentele rechten op het gebied van gegevensbescherming, privacy en de onschuldpresumptie.’ Of het klopt wat de commissie Moraes zegt is de vraag, maar dat de genoemde Nederlandse verantwoordelijken in een hoorzitting voor het Europees parlement geen toelichting willen geven is onheilspellend en een zwaktebod. Het is in lijn met het zwijgen van de Nederlandse politieke elite sinds juni 2013 over de massale spionage van burgers en de rol van de inlichtingendiensten AIVD en MIVD. Dat gebrek aan openheid is een gemiste kans. De EU-commissie wijst tot nu toe de conclusies van het rapport af.
Foto: Schermafbeelding van een deel van Bijlage III uit het rapport Moraes, 8 januari 2014.
Glenn Greenwald verenigt drie rollen in zich. Als onderzoeksjournalist werkte hij de afgelopen 6 maanden in The Guardian en talloze internationale nieuwsmedia als initiator en poortwachter van de Edward Snowden-documenten mee aan stukken die de spionagepraktijken van vooral de NSA en de Britse GCHQ ter discussie stelden. En in Engelstalige en Braziliaanse media opereert Greenwald als een geharnaste woordvoerder voor het pro-Snowden kamp. Elke aanval weet-ie te pareren en succesvol om te buigen in een tegenaanval. Hij is de schaker die zijn gesprekspartners telkens drie zetten vooruit is. Als moreel baken en burgerrechtenactivist herinnert Glenn Greenwald de ander eraan hoe ze door een andere keuze hun betere ‘ik’ hadden kunnen zijn.
Die vermenging van rollen roept irritatie op en lokt tegenstanders vaak uit hun tent. Deze drie rollen vallen in bovenstaand fragment prachtig samen. Kristen Welker van het linksige MSNBC redeneert zo strikt vanuit het perspectief en het belang van president Obama -en niet uit dat van de burgers of dat van de grondwet- dat ze het in het gesprek niet eens kan verbergen. Greenwald gaat op z’n bekende wijze frontaal in de tegenaanval als Welker persoonlijk wordt en hem indirect verwijt een woordvoerder van Snowden te zijn. Hij riposteert door te zeggen dat journalisten dat in openheid mogen zijn als ze daar eerlijk over zijn. Want MSNBC neemt het altijd op voor Obama en de Democratische partij. Wat een feit is en het pro-Snowden kamp enorm stoort.
Zoals bijna altijd bij dit soort discussies in Amerikaanse media verschuift zo het debat naar de dubieuze rol van de Amerikaanse journalistiek. Die volgens critici als Greenwald -maar ook conservatieve en progressieve, niet partijgebonden journalisten- te braaf, te kritiekloos en te ondergeschikt aan de zittende politieke macht is. Kristen Welker toont dit aan en bereikt daarmee het omgekeerde van wat ze wilde: Obama verdedigen.
President Obama’s Nationale Veiligheidsadviseur Susan Rice verscheen zondag op ‘60 Minutes‘ van CBS bij Lesley Stahl. De interviewster zet dit fragment scherp aan door te stel stellen dat Snowden 1,5 miljoen ‘more documents‘ heeft. Onduidelijk is waarop ze dat baseert en waarom ze het zegt. De NSA zegt er nog steeds geen idee van te hebben wat Snowden gekopieerd heeft en Snowden en z’n medestanders laten er zich niet over uit. Amnestie voor Snowden acht Rice uitgesloten, ze meent zelfs dat-ie ‘teruggezonden’ moet worden. Door president Putin dus. Haar argument is dat Snowden geen amnestie verdient en de rechter onder ogen moet komen. Daarmee suggererend dat klokkenluiders een eerlijk proces wacht, wat juist betwijfeld wordt.
Het wordt absurdistisch als Lesley Stahl vraagt naar liegende vertegenwoordigers van de NSA. Stahl zegt: ‘Officials in the intelligence community have actually been untruthful both to the American public in hearings, in Congress, and to the FISA court.’ Rice antwoordt:’There have been cases where they have inadvertently made false representations, and they themselves have discovered it and corrected it.’ Dus: ‘Er zijn gevallen waar ze per ongeluk valse verklaringen hebben afgelegd, die zij zelf hebben ontdekt en gecorrigeerd’.
Dit is zulke onzin waarvan iedereen weet dat het onzin is dat het lachwekkend zou zijn als het niet zo ernstig was. Pas door wereldwijde publicitaire druk van journalisten die gebruik konden maken van de Snowden-documenten, politieke druk van landen als Duitsland en Brazilië, en enkele kritische senatoren als Ron Wyden, Mark Udall en later Rand Paul zijn de leugens van James Clapper, Keith Alexander of John Inglis gecorrigeerd. Dat deden ze niet op eigen initiatief of op dat van de regering-Obama, maar alleen omdat ze betrapt werden de grondwet te overtreden. Potsierlijk en beschamend van Rice is het om ambtenaren die jarenlang publiek, congres en FISA-rechtbanken voorlogen in bescherming te nemen door hun liegen een incident te noemen.
Republikeins senator Rand Paul is in z’n reactie op de uitspraak van rechter Richard Leon en de bevindingen van de door president Obama ingestelde commissie over de afluisterpraktijken van de NSA duidelijk. De door toedoen van Edward Snowden geopenbaarde programma’s die de toets der kritiek niet kunnen doorstaan dienen gestopt te worden. Als het moet via de rechter, hoewel niet op voorhand duidelijk is of de zaak ontvankelijk (‘standing‘) wordt verklaard. Het gaat niet over aansprakelijkheid, maar grondwettelijkheid. Opvallend is dat Paul van mening is dat de directeur van de National Intelligence James Clapper wegens meineed en liegen tegen het congres schadelijker heeft gehandeld voor de inlichtingencapaciteit van de VS dan alles wat Edward Snowden deed. Rand Paul verwijt president Obama Clapper niet ontslagen te hebben.
In een reactie bekritiseert de rechtse Republikeinse afgevaardigde en supporter van de veiligheidsindustrie Peter King de uitspraken van Rand Paul. King stelt dat Paul zijn excuses moet aanbieden aan Clapper. Deels veinst King om partijpolitieke redenen verontwaardiging over Paul. Ze worden beide als kandidaat gezien voor de presidentsverkiezingen in 2016. Deels meent Peter King met z’n conservatieve agenda echt wat-ie zegt.
Foto: DNI James Clapper die afgelopen maart 2013 loog tegen het congres, dat achteraf toegaf maar niet ontslagen werd door president Obama.
In gesprek met Sascha Meinrath van the New America Foundation’s Open Technology Institute geeft Amy Goodman van Democracy Now!een overzicht van actuele zaken. Zoals de uitspraak van de federale rechter Richard Leon die de methodiek van de NSA om met een sleepnet metadata van burgers op te halen ‘bijna zeker’ ongrondwettelijk vindt. Critici van de massale overheidsspionage zien hierin een waterscheiding, een begin van een mentaliteitswijziging die zulke praktijken voor de toekomst verbiedt. President Obama biedt weerstand met een ‘onafhankelijke’ evaluatiecommissie die onder feitelijke leiding van de directeur van ‘National Intelligence’ James Clapper niet onafhankelijk kan opereren. En de NSA en Obama mobiliseren de gevestigde journalistiek die de misleiding door de overheid volgt. Fundamentele kritiek komt van de flanken.
Barton Gellman en Ashkan Soltani van de Washington Post leggen aan de hand van gesprekken met medewerkers van Amerikaanse inlichtingendiensten en documenten van Edward Snowden uit hoe de NSA per dag 5 miljard gegevens over mobiele telefoons opslaat. Het maakt de NSA mogelijk om de bewegingen van individuen te volgen inclusief hun relatie met anderen. Die gegevens worden in een gigantische database opgeslagen. Het aftappen gebeurt door in te breken in kabels die het wereldwijde netwerk van mobiele telefoons verbinden. Het is niet bewust gericht op Amerikaanse locaties, maar vangt deze wel ‘incidenteel’ op. De gegevens van de tien miljoenen Amerikanen die in het buitenland reizen worden wel opgeslagen.
Zoals immer is er een merkwaardige ongelijkheid tussen het aftappen van gegeven van Amerikanen en niet-Amerikanen. In de VS zegt een toezichthouder dat het wettelijk toegestaan is omdat het niet bewust gericht is op Amerikanen: ‘there is no element of the intelligence community that under any authority is intentionally collecting bulk cellphone location information about cellphones in the United States‘. Onder het Vierde Amendement zijn Amerikaanse burgers beschermd tegen onredelijke huiszoekingen en inbeslagnames. Dit maakt niet-Amerikanen vogelvrij. Volgens de Washington Post geeft de NSA toe dat het verzamelen van deze miljarden gegevens per dag niets met de nationale veiligheid te maken heeft. Maar het programma CO-TRAVELER maakt het mogelijk om in de database relaties bloot te leggen van mensen die elkaar kruisen.
Gellman en Soltani concluderen dat in schaal, omvang en aantasting van de privacy dit programma onovertroffen is vergeleken met andere surveillanceprogramma’s die sinds juni zijn beschreven. Vanwege het verzamelen van locatiegegevens en de analyse ervan. Analisten kunnen overal ter wereld mobiele telefoons vinden, hun bewegingen volgen en verborgen relaties tussen de gebruikers van de mobieltjes blootleggen.
Foto: Het programma CO-TRAVELER dat gegevens analyseert uit de bulkverzameling aan gegevens van mobiele telefoons. Vormgeving: de Washington Post.
Hun opvatting van openbaarheid is zwijgen.Da’s de beroepsdeformatie van inlichtingendiensten. Nu weer in Canada met de nationale inlichtingendienst CSEC. In het parlement weigert de regering Harper te bevestigen dat het de Amerikaanse NSA ruim baan gaf om tijdens de G20-top van 2010 in Toronto buitenlandse leiders te bespioneren. Evenmin maakt de regering duidelijk wie in de regering verantwoordelijk was voor het besluit om dit de Amerikanen toe te staan. Directeur van CSEC John Forster verklaarde in het parlement dat het zijn dienst niet is toegestaan Canadezen waar dan ook ter wereld of wie dan ook -inclusief bezoekers- op Canadese bodem te bespioneren. Komende onthullingen van Snowden zullen uitwijzen of Forsters claim klopt. Buren besteden spionage aan elkaar uit om formeel binnen de wet te blijven. De geest van de wet schenden ze. Terwijl ze zwijgen in onschuld. Zo denken ze. Ze kunnen niet anders. Die zelfgerichtheid is hun tragiek.
Stephen Sackur van HARDtalk van BBC World News spreekt met Glenn Greenwald. Hij bracht de onthullingen van Edward Snowden. De relatie van Greenwald met de gevestigde journalistiek is slecht. Gesprekken lopen niet soepel. Dat ligt aan Greenwald die scherp en neerbuigend in z’n oordeel over dat soort journalistiek kan zijn en aan de journalisten van de gevestigde media. Ze stellen zich doorgaans kritischer op tegenover hun collega-onderzoeksjournalisten die de vanzelfsprekendheid van de macht in twijfel trekken dan tegenover de macht zelf. Het raakt aan de vraag wat journalistiek is en hoe het verschilt van activisme. Hoewel het de gelouterde Stephen Sackur aanvankelijk lukt een houding als evenwichtige, professionele journalist aan te nemen ontsnapt-ie gaandeweg het gesprek toch niet aan die houding van onderhorigheid aan de macht.
Het is een memorabel gesprek dat ingaat op Greenwalds werkwijze en z’n overwegingen, en op de diverse posities die journalisten in kunnen nemen. Als introductie in het onderwerp een inzichtelijk gesprek.
Juist op het punt waar Sackur door had kunnen vragen, vraagt-ie niet door. Dat gaat over de voorwaarden waaronder Snowden de NSA-documenten aan Laura Poitras en Greenwald heeft gegeven. Naar aanleiding van de NSA-onthullingen in de NRC ontstond begin deze week een discussie tussen WikiLeaks en Greenwald. Een grafiek bevatte veel zwart gemaakte namen. NRC-journalist Huib Modderkolk stelde dat dat was om de bron te beschermen. Snowden dus. Maar Guardian-journaliste Janine Gibson die ook met Snowden samenwerkte zei op 19 oktober: ‘He [Snowden] has never issued any kind of edict about how we should report the story. He expressed what he thought was important, but there’s been no restrictions‘. Edward Snowden stelde dus geen beperkingen aan de journalisten aan wie hij de documenten gaf. Greenwald stelt echter dat dat wel zo is en Modderkolk sluit zich aan bij die mening. En wordt zo afhankelijk van Glenn Greenwalds interpretatie.
De houding van Greenwald om Snowden te willen beschermen valt te verklaren uit zijn angst om zelf als samenzweerder aangeklaagd te worden en het op te moeten nemen voor Snowden. De positie van Edward Snowden is delicaat omdat-ie door zijn ondertekende verklaring van geheimhouding uit de vertrouwelijkheid heeft geklapt. Zelfs critici die hem als held zien begrijpen dat daar een straf op staat. Alleen niet van hoogverraad of spionage zoals de Espionage Act van 1917 biedt -met de consequentie van jarenlange opsluiting- maar een disciplinaire straf die de ambtenaar of de werknemer past die over de schreef gaat.
Voor de zoveelste keer blijkt dat de onthullingen pas in de eerste fase verkeren. Nog maar zo’n 250 documenten zijn geopenbaard, zo verklaart Greenwald. Er komen er nog tienduizenden aan die als basis voor artikelen dienen. Mogelijk hebben Greenwald en Poitras 200.000 documenten in bezit. Het vrijgeven in een keer is een ultiem red- of wraakmiddel dat een zekere garantie biedt voor de fysieke veiligheid van Snowden, Poitras en Greenwald. Edward Snowden die nu in Rusland verzeild is geraakt heeft verklaard zelf geen documenten meer in bezit te hebben. Maar voor zijn tegenstanders valt niet na te gaan of die bewering klopt.