Overweldigende eerste hoorzitting van 6 januari commissie. Maar wie laat zich meeslepen?

De kop is eraf. Op 9 juni 2022 vond de eerste van de zes hoorzittingen plaats in het Amerikaanse Huis. De Select Commitee dat de aanval van 6 januari 2021 op het Capitool onderzoekt presenteerde haar bevindingen. Deze commissie is geen rechtbank die Trump en zijn medewerkers kan aanklagen, maar presenteerde het bewijs wel alsof Trump werd aangeklaagd. Het ministerie van Justitie kan Trump en zijn medewerkers wel aanklagen. 

De Republikeinse vice-voorzitter Liz Cheney presenteerde haar bewijs als een aanklager. Ze maakte indruk door haar zakelijke, sobere en overtuigende bewijsvoering. 

In de media werden vergelijkingen gemaakt met 1954 toen tijdens de McCarthy-hoorzittingen de controversiële senator Joe McCarthy door een advocaat toegebeten werd ‘Hebt u geen schaamte’? Datzelfde wordt nu tegen Trump gezegd. Of de historische vergelijking met de hoorzittingen in 1954 (McCarthy) en 1973 (Watergate) hout snijdt zal de geschiedenis leren. Het echte citaat van de McCarthy-hoorzittingen wat Joseph Welch tegen McCarthy zei is overigens ‘Have you no sense of decency, sir, at long last? Have you left no sense of decency?‘ Een kwestie van fatsoen dus.

De opzet van de hoorzittingen is meerledig. 1) Het tot in detail informeren van het publiek en het parlement over wat voor, op en na 6 januari 2021 gebeurde in wat een vanuit het Witte Huis georkestreerde staatsgreep was. 2) Zorgen door preventie dat de omstandigheden zo aangepast worden dat zich zoiets nooit meer kan herhalen. Dat is brisant omdat het niet ondenkbaar is dat Trump de verkiezingen van 2024 steelt, zoals hij dat in 2020 zonder succes trachtte te doen.

3) Aantonen dat oud-president Trump er kennis van had dat hij de verkiezingen van november 2020 verloren had, maar de leugen bleef promoten dat hij gewonnen had. Tijdens de bestorming van het Capitool op 6 januari 2021 hield Trump zich gedurende meer dan drie uur inactief.

4) Wat de commissie probeert aan te tonen is dat Trump geen maffiabaas is die loyaliteit eiste zonder dat te hoeven specificeren. Hij trok wel degelijk aan de touwtjes, wist wat er speelde en gaf met zoveel woorden opdrachten aan zijn medewerkers met wie hij overlegde en zocht contact met lokale bestuurders met de intentie om de uitslag van de presidentsverkiezingen niet te certificeren, zodat hij aan de macht kon blijven. De juridische term die voor dat mentale element bestaat om met intentie een misdrijf te plegen is ‘mens rea‘.

Hoe een en ander zal uitwerken in de publieke opinie en in de Republikeinse partij is ongewis. De Republikeinen houden zich tot nu toe gedeisd. Van een publiekelijk laten vallen van Trump is nog geen sprake, hoewel mogelijk de interne weerstand tegen hem toeneemt. Mede omdat zijn electorale aantrekkingskracht uitgewerkt raakt. Op enkele rechts-radicale hardliners na die hem zullen blijven steunen. Maar ook zij zijn deel van het onderzoek en zijn in het vizier gekomen van de commissie omdat ze actief deelnamen aan de opstand tegen de Amerikaanse democratie. Dat komt in de volgende hoorzittingen aan de orde.

Hoe de hoorzittingen van invloed zijn op de tussentijdse verkenningen van november 2022 en de koers van de Republikeinse partij valt niet te voorspellen. Als die partij al sinds 1960 afstand neemt van de democratie valt niet te verwachten dat zo’n ontwikkeling van meer dan 60 jaar door deze hoorzittingen gerepareerd kan worden. Wellicht kunnen enkele scherpe kantjes afgesleten worden.

De hoorzittingen lijken electoraal toch een rol te gaan spelen. Dan zullen ze van historische betekenis blijken te zijn zoals de McCarthy en Watergate hoorzittingen. Na 1954 en 1973 wordt dan 2022 een gedenkwaardig jaar voor de Amerikaanse politieke geschiedenis. Zeker weten doen we het nog niet.

Jan Roos weet niet waarover hij praat. Met column over Trump verliest hij het laatste restje geloofwaardigheid dat hij nog bezat

Mijn reactie bij de columnTrump wint met historische zege straks groots van verwarde bejaarde Biden’ van Jan Roos op DDS. De column wekt medelijden op met een opinieleider die blijkbaar gedwongen wordt om zijn kletspraatjes te verkopen, maar geen idee heeft waarover hij praat en door niemand serieus genomen wordt:

Jan Roos is een clown. Hij noemt nieuws nepnieuws en noemt nepnieuws nieuws. Jan Roos keert het om. Jan Roos veegt feiten van tafel en boetseert met de overgebleven kruimels zijn fantasieverhaal. Jan Roos is het gezicht van 2020. Dat is het gezicht van iemand die aandacht wil en zijn meningen verkoopt zonder dat hij zelf gelooft wat hij zegt.

Het is te veel eer om Roos’ meningen te weerleggen omdat ze zulke aantoonbare onzin bevatten. Want het gaat hem duidelijk niet om het weergeven van de waarheid, maar om het vertroebelen ervan. Maar goed, ook Jennifer Griffin van Fox News heeft het bericht van Jeffrey Goldberg van The Atlantic over Trumps uitspraken dat gesneuvelde militairen ‘losers’ en ‘suckers’ zijn bevestigd. Vele critici en mensen die Trump al lang kennen hebben bevestigd dat dit past in het patroon van Trumps denken.

In zijn nieuwe boekRage’ tekent Bob Woodward op dat president Trump op 7 februari 2020 tegen hem in een (getaped) gesprek zei dat COVID-19 vijfmaal dodelijker is dan een gewone griep. Waar laat dat complotdenkers als Willem Engel of andere voormannen van deze tegenbeweging die op sociale media carrière maken door onwaarheden over COVID-19 te verkondigen? Onder meer met de claim dat een gewone griep dodelijker is dan COVID-19. Als Trump meent dat COVID-19 vijfmaal dodelijker is dan de griep, hoe brengen deze complotdenkers dan hun mening over Trump en COVID-19 in harmonie?

Sinds eind januari 2020 wordt Trumps beleid inzake de bestrijding van COVID-19 dagelijks aangevallen. Door onder meer Democraten, ex-Republikeinen en medische experts in zijn regering die door Trump op een zijspoor zijn gezet omdat ze de waarheid vertellen die Trump alleen tegen Bob Woodward bevestigt maar publiekelijk ontkent. Ofwel, Trump spreekt zichzelf tegen. Het is onzin van Roos dat Trump niet kan worden aangevallen op zijn beleid. Trump wordt continu aangevallen op zijn beleid. Roos heeft zitten slapen, begrijpt niets van de Amerikaanse politiek of liegt bewust.

Het is niet ondenkbaar dat Trump de verkiezingen van 3 november wint. Maar het wordt onwaarschijnlijk geacht dat hij de meeste stemmen krijgt. Ook in 2016 kreeg Hillary Clinton ongeveer 2,1% of 2,9 miljoen stemmen meer dan Trump. Roos’ bewering dat in 2016 uit de peilingen zou blijken dat Clinton met 97% zekerheid zou winnen is onjuist. Het is onduidelijk op welke data hij zich baseert. De meest gezaghebbende verkiezingstatisticus van de VS Nate Silver voorspelde op 8 november 2016 dat Clinton 71,4% en Trump 28,6% kans had om te winnen. Nu is die inschatting ongeveer hetzelfde, hoewel Trump het iets slechter doet met 25% tegen 75% kans voor Biden om te winnen.

Het probleem met het Amerikaanse electorale systeem waarbij niet de meeste stemmen gelden, maar via een getrapt systeem per staat kiesmannen worden gekozen, is dat het een vertekening van 3% in het voordeel van de Republikeinen heeft. Dat komt onder meer door de bovengemiddelde weging van het platteland waar overwegend Republikeinen wonen. Daarbij komt nog het actieve programma van kiezersonderdrukking en -ontmoediging van de Republikeinen, de desinformatiecampagne van de Russen op sociale media en specifiek voor 2020 het bewust afbreken door de regering-Trump van de Posterijen die het stemmen per post moeten faciliteren.

De inschatting is dat Joe Biden om gelijk te eindigen met Trump om deze redenen een vertekening van flink meer dan 3% moet wegwerken. Dat tekent gelijk het probleem van de opiniepeilers om deze aspecten in hun modellen te vangen. In 2016 was er nog de complicatie van de ‘derde’ kandidaten Jill Stein (Greens) en Gary Johnson (Libertarians) die voornamelijk stemmen bij de Democraten weghaalden. Zo haalde Stein in een staat als Michigan meer stemmen dan het verschil tussen de winnende Trump en Clinton was. Zonder Steins deelname had Clinton zeer waarschijnlijk deze staat en nog twee andere swing states gewonnen waar in totaal het verschil in stemmen ongeveer 70.000 was.

Het is begrijpelijk dat Jan Roos in de aandacht wil staan. Hij heeft nog wat goed te maken. Zijn eigen politieke carrière werd een grote mislukking. Het is echter niet te verwachten dat lezers zijn mening als een serieuze analyse beschouwen en anders lezen dan amusement. Roos is een symbool van zijn tijd. Hij kletst uit zijn nek en probeert zijn gebrek aan kennis over en inzicht in de Amerikaanse politiek om te keren door zichzelf te overschreeuwen. Jan Roos is het gezicht van 2020. Van de lachende clown die van binnen huilt. Om zichzelf.

Foto: Schermafbeelding van deel columnTrump wint met historische zege straks groots van verwarde bejaarde Biden’ van Jan Roos op DDS, 4 september 2020.

Bob Woodward praat bij ‘Morning Joe’ over ‘Fear’ en Donald Trump

Journalist Bob Woodward van het op 11 september 2018 verschenen boek ‘Fear’ over president Trump praat met Joe Scarborough, Willy Geist, Mike Barnicle, Mika Brzezinski, Richard Haass en Kasie Hunt van het panel van ‘Morning Joe’. Woodward meent dat Trump door zijn omgeving niet vertrouwd wordt. Hij geeft ook de overeenkomsten en verschillen van Trump met president Nixon aan. Woodward zegt niets terug te nemen van de beweringen in zijn boek en te begrijpen waarom bepaalde hoofdrolspelers in het Witte Huis vanwege hun positie nu gedwongen zijn om terug te komen op wat ze Bob Woodward in vertrouwen hebben toevertrouwd.

Wat is de reactie van het Amerikaanse publiek op ‘Fear’ van Bob Woodward?

Op 11 september 2018 verschijnt het boekFear; Trump in the White House’ van de gezaghebbende journalist Bob Woodward die samen met Carl Bernstein bekend werd door onthullingen over Watergate die tot het aftreden van president Richard Nixon leidden. Woodward baseert zich op honderden uren interviews met getuigen uit de eerste hand en heeft de rimpelloze reputatie zijn bronnen serieus te nemen.

In de marketing van dit soort boeken worden er voor verschijning mondjesmaat passages gelekt naar nieuwsshows en kranten om de publieke opinie op te warmen. Het boek is dodelijk voor Trump die overkomt als een idioot en zwakzinnige en het gedrag van een 10-jarig kind vertoont. Na 20 maanden presidentschap is dat onderhand geen nieuws meer te noemen omdat het allemaal al bekend is hoe Trump functioneert. Of liever gezegd, disfunctioneert. Zoals Cenk Uygur en Ana Kasparian van TYT uitleggen is het nog erger dan we al dachten. En dat is heel erg. Woodward verbindt de losse punten en maakt het inzichtelijk en invoelbaar.

Foto: Omslag van ‘Fear; Trump in the White House’ van Bob Woodward dat op 11 september 2018 verschijnt bij Simon & Schuster.

Amerikaanse journalistiek reconstrueert samenwerking van Trump met het Kremlin

Cenk Uygur van The Young Turks herinnert eraan dat vanaf dag 1 van zijn presidentschap Donald Trump de sancties tegen de Russische Federatie wilde afschaffen. Zonder dat er een politieke concessie van het Kremlin tegenover stond. Bijvoorbeeld over Syrië of Oekraïne. Uygur schetst de succesvolle reactie van Democraten en Republikeinen vanaf 20 januari 2017 om die eenzijdige stap van Trump te voorkomen. Onderzoeksjournalist Michael Isikoff van Yahoo News bracht dit nieuws op 2 juni 2017 in een artikel naar buiten.

Zo breekt een nieuwe fase aan in de journalistiek, namelijk die van de reconstructie. Sinds de zomer van 2016 of eerder hadden onderzoeksjournalisten vermoedens over de samenwerking van Team Trump met het Kremlin, maar onvoldoende feiten om dat te staven. Zoals Amerikanen zeggen, om de punten te verbinden. Nu er afgelopen maanden steeds meer feiten bekend zijn geworden over de samenwerking van Team Trump met het Kremlin kunnen ook gebeurtenissen uit 2015 en 2016 betekenis krijgen die ze tot voor kort voor de buitenstaanders niet hadden. Dat geeft weer diepte en nieuwe betekenis aan actuele gebeurtenissen. Zo gaat het vliegwiel van de reconstructie steeds harder, betrouwbaarder en onherroepelijker draaien doordat het oude en nieuwe gebeurtenissen opzuigt en verwerkt tot een relaas dat gedetailleerder en dwingender is.

De afzonderlijke reconstructies verbinden niet alleen de punten van losstaande feiten tot een samenhangend verhaal met een interne logica die niet anders kan luiden, maar alle concurrerende en elkaar overlappende reconstructies samen vormen op hun beurt weer punten die verbonden worden tot de ultieme waarheid over KremlinGate. De Amerikaanse journalistiek beleeft haar beste uur en als hoogste beloning wacht voor individuele journalisten aan de horizon de Pulitzer prijs. Met eeuwige roem. Bob Woodward en Carl Bernstein kregen 55 jaar geleden door het Watergateschandaal als onderzoeksjournalisten voor The Washington Post landelijke bekendheid. Nu laten ze als oude rotten in de media nog steeds hun licht schijnen over een kwestie die het hele land bezighoudt. Deze keer KremlinGate. Onderzoeksvraag is welke gebeurtenissen de doofpot van nu moest verhullen. De doofpot lijkt in het niet te vallen bij wat verborgen moest worden gehouden.

Journalistiek is hardnekkig in jacht op Trump en zijn Russische connectie

Amerikaanse media zijn de slaapzucht en schroom voorbij. Ze ruiken bloed, laten zich niet meer imponeren of voorliegen en volgen het spoor naar het Witte Huis. Waar een wankele, incompetente president Trump schade oploopt. De laatste weken leek het er even op dat de Russische connectie van Trump en zijn medewerkers in de doofpot gestopt werd. Maar daar is nu geen sprake meer van. Die fase is door het ontslag van nationale veiligheidsadviseur Mike Flynn definitief voorbij. Het spoor leidt naar president Trump zelf. Vergelijkingen met president Nixon worden gemaakt. Dat moedigt de competitie tussen journalisten aan om hun deel van de eeuwige roem te behalen die ooit de Watergate-journalisten Carl Bernstein en Bob Woodward ten deel viel.

Het helpt niet dat Trump in tweets de inlichtingendiensten blijft beledigen, zoals vanochtend: ‘The real scandal here is that classified information is illegally given out by “intelligence” like candy. Very un-American!’ Dat is geen poging tot schadebeperking -laat staan presidentieel gedrag- maar een oorlogsverklaring. Not smart. Onvermijdelijk blijven de inlichtingendiensten de media voeren met hun informatie over een president die ze niet vertrouwen. De storm gaat niet meer liggen voordat Trump is afgezet en door middel van   onthullingen een verklaring voor zijn onbegrijpelijk welwillende houding tegenover Putin is geopenbaard.

Hardliners als de ministers Tillerson en Mattis distantiëren zich voorzichtig van Team Trump, maar vooral Tillerson lijkt met een 500 miljard USD deal voor ExxonMobil gecorrumpeerd en betrokken bij zakelijke belangen in de Russische Federatie die de president geheim wil houden. En hem chantabel maakt. Intussen wordt het Russische regime in de westerse media zo beschadigd dat het de vraag is of de inspanning om Trump de verkiezingen te laten winnen loont en niet averechts werkt. Weliswaar worden de VS verzwakt door de chaos in het Witte Huis, maar tegelijkertijd zijn de NAVO-lidstaten extra alert op Russische militaire acties.

Open brief van Carl Bernstein aan Alan Rusbridger: over journalistiek

watergate2

In een open brief ondersteunt Watergate journalist Carl Bernstein hoofdredacteur Alan Rusbridger van The Guardian. Deze moet vandaag voor een parlementscommissie verschijnen in verband met de onthullingen van Edward Snowden in z’n krant. Indirect richt Bernstein zich tot z’n voormalige collega bij de Washington Post Bob Woodward die tegenwoordig inperking van de persvrijheid goedpraat maar in z’n boeken met staatsgeheimen die de regering goed uitkomen uit de school mag klappen. En daar schatrijk van is geworden.

Bernstein ziet geen reden tot zorgen over de media en acht enige aanscherping van het functioneren niet nodig. Integendeel, hij beoordeelt de opstelling van de pers in de VS en het Verenigd Koninkrijk sinds 1945 inzake de nationale veiligheid als vele malen verantwoordelijker dan die van opeenvolgende regeringen, premiers en presidenten. Want door over-classificatie van ‘geheimen’, onoprechtheid, en ronduit liegen hebben juist zij een publiek debat zoals dat een open samenleving past geblokkeerd. Vooral de laatste jaren. 

Het besef dat het op dit moment ontbreekt aan het juiste toezicht op het functioneren van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten ziet Carl Bernstein als de verdienste van de onthullingen van Edward Snowden. Dat werd voor het eerst zwart op wit aangetoond. Vooral in de VS ontbreekt dat toezicht van de wetgevende en rechterlijke macht. Inlichtingendiensten proberen onder het juiste toezicht uit te komen en dat te vermijden.

‘Dat is het onderwerp van de rechtmatige en noodzakelijke maatschappelijke discussie die nu plaatsvindt in de VS, het Verenigd Koninkrijk en elders’, zo meent Bernstein. Toegevoegd kan worden dat in Nederland de commissie-Dessens adviseert de bevoegdheden voor de nationale inlichtingendiensten te verruimen. Dat dient gecompenseerd te worden door een getrapte aanscherping van het toezicht waarop de minister van Binnenlandse Zaken persoonlijk toeziet. Van zo’n constructie kan men zich afvragen of die in de praktijk nageleefd kan -en zal- worden. Een maatschappelijke debat is nodig om voor elkaar te krijgen dat vertegenwoordigers van de burgerrechten een positie in het toezicht krijgen die nu nog volledig ontbreekt.

Bernstein beseft dat er altijd spanning bestaat tussen nationale veiligheid en openbaarheid. Zeker wat de rol van de pers betreft. Terrorisme moet bestreden worden, maar daartoe moeten overheden bij de les gehouden worden dat ze uitsluitend ‘echte vijanden‘ bestrijden. En onder het mom van de bestrijding van het terrorisme geen misbruik maken van de technische bevoegdheden die ze hebben gekregen voor de bestrijding van het terrorisme om rechten en privacy van gezagsgetrouwe burgers in te perken. Voor het functioneren van de democratie ‘is het essentieel dat geen voorafgaande gouvernementele beperkingen of intimidatie op een werkelijk vrije pers worden opgelegd’ zo zegt Bernstein. Anders gaat het licht uit en dreigen despotisme, demagogie en zelfs criminalisering van onze gekozen leiders en overheden: ‘(..) in such darkness, we encourage the risk of our democracies falling prey to despotism and demagoguery and even criminality by our elected leaders and government officials.’ Een brief die leert wat democratie en journalistiek inhouden.

Nixon_E2679c-09A

Foto 1: ‘Woodward and Bernstein watching Nixon address the nation on television, April 30, 1973.’ Credits: © Mark Godfrey.

Foto 2: President Nixon houdt op 29 april 1974 een televisietoespraak in antwoord op zijn dagvaarding.

ANP oordeelt dat Assange niet wordt vervolgd. Is dat nieuws?

Julian Assange extradition

Persbureau ANP legt het wereldnieuws uit aan de Nederlanders. Dat leidt soms tot nieuws dat geen nieuws is. Of anders in elkaar zit dan het ANP denkt. Neem het bericht over Julian Assange dat aanklagers in de VS zijn vervolging zouden staken. Het ANP baseert zich op een bericht in The Washington Post van 26 november.

Media nemen het bericht over en gaan ermee aan de haal. ‘Assange niet vervolgd in VS’, kopt de NOSOmroep Brabant en het RD koppen ‘Aanklacht tegen Assange gestrand‘. Maar die kop dekt de onvolledige lading niet. Want zo zegt het RD in datzelfde bericht: ‘Een panel van onderzoekers, een grand jury, moet bepalen of er reden tot strafvervolging is. Het is onduidelijk of dat team al tot een conclusie is gekomen en of justitie daar dan iets mee doet.‘ Hoezo dan ‘Aanklacht tegen Assange gestrand‘? WikiLeaks-woordvoerder Kristinn Hrafnsson is in de Post sceptisch over de verklaringen van de regering-Obama. Hij haalt het ANP-bericht niet.

Sari Horwitz voert in de Post allerlei ‘officials‘ op met een onduidelijke status. Duidelijk is dat ze geen officieel standpunt weergeven. Ze onderstrepen dat er door het Amerikaanse ministerie van Justitie nog geen formele beslissing over Assange is genomen. Wat zowel betekent dat ‘officiële officials‘ niet toegeven dat er een aanklacht tegen Assange is als dat die wordt gestaakt. Zodat er zonder onderbouwing hooguit in termen van waarschijnlijkheid, verwachtingen en wensen gesproken kan worden. Officieel valt er niets nieuws te melden.

Het schort al ruim drie jaar aan duidelijkheid over de geheime aanklacht door een grand jury in Virginia tegen Assange. Juist omdat het geheim is. De ‘officials‘ die de Post citeert herhalen wat nu al ruim drie jaar bekend is. Namelijk dat er geen grond voor een aanklacht tegen Assange is en dat als Assange aangeklaagd wordt Bob Woodward of gevestigde media als de New York Times, The Guardian, Le Monde, Der Spiegel of El Pais ook aangeklaagd dienen te worden. Ik merkte die observatie die breed gedeeld werd hier al eind 2010 op. Tevens verklaren ze dat het geheime onderzoek naar Assange op de rol blijft staan (‘remains impaneled‘). 

De betekenis van het ANP-bericht is dat het oud nieuws oppoetst en als nieuw verkoopt. Dat wordt mogelijk door de publiciteit voor Edward Snowden en de NSA-spionage, en de onhoudbare situatie dat Assange en WikiLeaks nu al 1084 dagen door de regering-Obama zonder aanklacht -waar dan ook ter wereld- politiek en economisch worden tegengewerkt. Het perspectief in de zaak Assange wijzigt omdat ‘het nieuwe kwaad’ ‘het oude kwaad’ verdringt. ANP vertaalt dat en laat oud nieuws het nieuws verdringen. Zonder begrip van zaken.

Foto: Affiche met Julian Assange voor de Ecuadoriaanse ambassade in Londen, 2012.

Bradley Manning pleit schuldig: hij wilde een debat starten

Bradley Manning kon in zijn proces voor het eerst een betoog houden en naar buiten treden. Dat deed-ie op een evenwichtige en samenhangende manier volgens aanwezigen. Zijn beweegredenen legde hij in zijn verklaring uit. De reden om te lekken was het willen beginnen van een nationaal debat over de overzeese oorlogen. Hij bekende ‘mindere’ beschuldigingen, maar de ‘ernstige’ niet. De rechter accepteerde die uitleg.

Manning vertelde de informatie die hij uiteindelijk naar WikiLeaks doorspeelde eerst elders aangeboden te hebben. Aan onder andere de New York Times en de Washington Post. Maar die vertrouwden het niet. Dit laat uitkomen dat WikiLeaks hem niet onder druk heeft gezet. Bob Woodward van de Washington Post ligt onder vuur van links omdat-ie meer gevoelige informatie naar buiten bracht dan Manning. In een opinieartikel van afgelopen weekend antwoordde hij er indirect en verdedigend op door te verklappen dat vertegenwoordigers van de regering-Obama hem onder druk zetten om bepaalde informatie niet te publiceren.

Progressieve critici van de regering-Obama zoals Daniel Ellsberg of Glenn Greenwald zien Manning als een held die vanuit zijn burgerplicht deed wat-ie moest doen. De reactie van Obama zien ze als onacceptabel. Des te meer omdat ze evenals Manning stellen dat-ie de Amerikaanse  overheid in verlegenheid heeft gebracht door de gelekte informatie, maar de nationale veiligheid er op geen enkel moment door in gevaar kwam.