Schijnbewegingen van The Art of Impact dienen de kunst niet

Pieter van Os legt in een artikel voor NRC het gemis van The Art of Impact (TAI) bloot dat deze week de Impact Award uitreikte: ‘Goede kunst maakt indruk. Maar als iets veel indruk maakt, is het dan ook goede kunst? Dat is wel de gedachte achter ‘The Art of Impact’, een stimuleringsprogramma van het ministerie van OCW.’  Van Os stelt vast dat ‘impact’ op de samenleving een merkwaardig criterium voor goede kunst is. TAI presenteert de Impact Award als ‘de kunstprijs voor niet-kunstenaars’. De essentie waarom TAI tekortschiet zit hem in de verkeerde opvatting van wat kunst is en de annexatie ervan door centrumlinkse partijpolitiek. Exact in het tijdperk dat rechts-populisten als Thierry Baudet kiezers mobiliseren tegen hedendaagse kunst. In een commentaar verwoordde ik dat als volgt: ‘Kunstenaars worden niet als autonome producenten van eigen werk voorgesteld, maar als aanvullend op andere doelen, zoals de aanpak van ‘maatschappelijke vraagstukken’.

Zo wordt kunst vleugellam en partijdig gemaakt. Waarschijnlijk vanuit goede bedoelingen. Kunst wordt getemd en ondergeschikt gemaakt aan partijpolitiek. Deze inperking dient de kunst niet. Want kunst moet in volle vrijheid kunnen functioneren en aan niemand verantwoording hoeven afleggen. Als het begrip ‘linkse kerk’ nog niet bestond, dan is hij door minister Jet Bussemaker en Hedy d’Ancona voor TAI uitgevonden.

De video over de uitreiking van de Impact Award 2016 aan Anton Dautzenberg toont genadeloos het verschil tussen intentie en uitwerking. De entourage is de boodschap. Een culturele (pseudo)-elite speelt voor even anti-elite en huurt daartoe querulanten in en gaat daarna over tot de orde van de dag. Deze ventielwerking van TAI -die kunst ver weg van het alledaagse leven onderbrengt in een politiek reservaat- verstoort eerder de politieke druk van kunst op de samenleving dan dat die die helpt opbouwen. Iedereen speelt het spel mee en kan beseffen dat het een schijnvertoning is. TAI is in wezen een anti-politieke beweging of in elk geval een slecht doordacht project dat averechts uitpakt. Moderator en coördinator Tabo Goudzwaard praat met mooie woorden over het plaatsvinden van een systeemverandering, maar houdt vaag wat dat betekent. Hij kan ook niet anders, want TAI is de systeemverandering als pose. Er wordt gehint en verwezen, maar niet uitgewerkt.

College Noord-Brabant heeft zich in de nesten gewerkt met neptitel ‘Europese Regio van de Gastronomie 2018’.

nb

De statenfractie Noord-Brabant van de Partij voor de Dieren (PvdD) dient op 16 december 2016 een motie in ‘om geld bestemd voor gastronomie naar cultuur te verschuiven.’ Uit onderzoek van het Brabants Dagblad bleek dat de titel ‘Europese Regio van de Gastronomie 2018’ waartoe Noord-Brabant uitverkozen zou zijn niet het gevolg was van een echte wedstrijd. Het was een onderonsje tussen negen regio’s die elk de titel winnen. Een nepwedstrijd dus. De partij vindt het niet te verteren dat de provincie hieraan 7 miljoen euro uitgeeft.

Wat opvalt is dat het provinciebestuur er niet open is over geweest. Het BD: ‘Deze zomer maakte de provincie met veel tromgeroffel bekend dat zij Europese Regio van de Gastronomie 2018 geworden was. Daarbij werd de schijn gewekt dat er een hele wedstrijd aan ten grondslag lag. In een persbericht werd gesproken over een ‘prestigieuze titel’ en een ‘award’ die door gedeputeerde Anne-Marie Spierings en haar Brabantse delegatie in ontvangst werd genomen.’ Achteraf geeft het provinciebestuur toe ‘dat er van een echte verkiezing geen sprake is’ en het ‘niet goed gecommuniceerd’ is. De hamvraag is echter of het hier goed beleid betreft.

Verwijzing naar slechte communicatie is geen voldoende verklaring voor het handelen van het college. Publiek en media zijn bewust voorgelogen over de titel. Hoewel het persbericht van 17 maart 2016 op twee gedachten hinkt en informatie, marketing en zelfpromotie vermengt. Het zegt dat Brabant de titel in de wacht wil slepen en het bidbook voor de kandidatuur van de titel aan een internationale jury wordt aangeboden, maar gaat er vervolgens al geheel van uit dat die titel ook gewonnen wordt. Een neppersbericht dus over een nepwedstrijd.

bb

Het bidbook bevat de begroting van 7 miljoen euro waarvan de PvdD met haar motie nu voorstelt om er 1,5 miljoen euro van te besteden aan culturele instellingen die op omvallen staan doordat de provinciesubsidie wegvalt. Waarschijnlijk is de PvdD evenmin enthousiast over de privaat-publieke samenwerking van het samenwerkingsverband AgriFood Capital van ondernemers, overheden en onderwijsinstellingen met de provincie. Ze hebben samen het bidbook opgesteld en zo hun belangen vermengd. AgriFood pleit onder meer voor industriële biologische varkenshouderij waarvan het de vraag is hoe dat past bij dierenwelzijn waar de PvdD voor pleit. Op de site van AgriFood Capital is een bericht erover niet meer terug te vinden, elders wel.

Behalve de PvdD hebben ook anderen kritiek op de wedstrijd en de verkeerde voorstelling van zaken erover. En dan vooral door de verantwoordelijke gedeputeerde Agrarische ontwikkeling Anne-Marie Spierings (D66). Wat erachter zit is een politieke cultuur van zaken doen buiten de politiek om. Jan Heijman van Lokaal Brabant stelt schriftelijke statenvragen en vraagt het college onder meer of het ‘dit project gaat stopzetten’. Paula Anguita besteedt in een artikel voor Tilburgers aandacht aan de kwestie en de voorgestelde verschuiving van 1,5 miljoen euro van gastronomie ‘om economische redenen’ naar cultuur. Ze trekt het door naar de kritiek op kenniscentrum BKKC waar provincie of BKKC zelf niet op reageren, zoals blijkt uit een overzicht van Toine van Corven. De BKKC ligt door een afwachtende houding, het gebrek aan onafhankelijkheid, de vermenging van vier kernfuncties en de volgens onder meer Anton Dautzenberg te dure en ondoelmatige bedrijfsvoering onder vuur. De motie van de PvdD combineert de losse Brabantse politieke cultuur met cultuurbezuinigingen.

Foto 1: Schermafbeelding van motie ‘Zet geld voor nepprijs in voor echte cultuur’ van de Partij voor de Dieren in de Provinciale staten van Noord-Brabant, 25 november 2016.

Foto 2: Schermafbeelding van het budget van 7 miljoen euro uit het bidbook van de provincie Noord-Brabant voor de titel ‘Europese Regio van de Gastronomie 2018’. 

Dautzenberg heeft kritiek op BKKC. Wat doet provincie Noord-Brabant?

ad

Uit het verslag door Toine van Corven van een tweegesprek met schrijver Anton Dautzenberg en directeur Chris van Koppen van het BKKC (Brabants Kenniscentrum Kunst en Cultuur) rijst een ontluisterend beeld op van die organisatie en Van Koppen. Het vond afgelopen zaterdag 29 oktober plaats tijdens ‘een speciale aflevering van Het Cultureel Café in het kader van Tilburg voor Cultuurnacht’. Volgens Van Corven maakte Dautzenberg aannemelijk dat het BBKC niet goed functioneert en de directeur er niet alleen onvoldoende zicht op heeft, maar ook de verkeerde keuzes maakt. Die komen niet de kunstenaars, maar het BKKC ten goede.

Anton Dautzenberg is een kunstenaar met principes die vindt dat kunst ergens over moet gaan. Ofwel, ‘moet schuren’. Zie hier voor blogpostings over hem. Bij het BKKC hebben zulke kunstenaars weinig te zoeken: ‘Kunstenaars met “te veel principes” hoeven bij het BKKC niet op steun te rekenen, zoveel werd wel duidelijk. Dat het juist de taak is van een kunstenaar om te schuren en controverses bloot te leggen, gaat er bij het BKKC niet in. Althans, zulke kunstenaars steunen, daarvan is geen sprake.’ Andere kritiek van Dautzenberg is dat BKKC geldverslindend en weinig effectief is en kunstenaars door ingewikkelde procedures op afstand zet.

Opvallend is dat Van Koppen geen weerwoord heeft: ‘Gaandeweg het gesprek schetste Dautzenberg een door Van Koppen nauwelijks weersproken ontluisterend beeld van het BKKC als zijnde een sterk bureaucratische geldverslindende strijkstok-laag tussen aan de ene kant subsidieverstrekker de Provincie en aan de andere kant kunstenaars die weinig of niets van al dat subsidiegeld merken. Kunstenaars zijn vooral ook ondernemers, luidt het adagium en dat betekent volgens het BKKC dat verstandige ondernemers er niet alleen goed aan doen hun eigen ruiten niet in te gooien door er “te veel principes” op na te houden, maar dat ze gewoon moeten zorgen dat debet en credit kloppen. Echter, terwijl het BKKC van kunstenaars dus cultureel ondernemerschap verlangt, brengt de organisatie daar zelf weinig van terecht, rekende Dautzenberg Van Koppen fijntjes voor.

De kritiek is in lijn met een commentaar van april 2013. Hierin staat een ander aspect voorop, namelijk de vermenging van de vier kernfuncties kenniscentrum, makelaar, adviseur en financier die strijdig met elkaar zijn en niet binnen een organisatie verenigd zouden moeten zijn. Mijn conclusie: ‘In het bkkc wordt geld rondgepompt dat daardoor niet in het kunstenveld terecht komt. De bkkc lijkt niet zozeer vraag en aanbod bij elkaar te brengen, maar vraag en aanbod te vermengen. Het lijkt zich met medewerking van provinciale bestuurders onmisbaar te hebben gemaakt door expertise, promotie, advisering en verstrekking van subsidies schaamteloos naar zich toe te hebben getrokken. In Brabant waar het Brabantse draagvlak een aanvraag maakt of breekt wreekt zich het gebrek aan afstand. Kunstenaars en de culturele instellingen met hun voeten in de modder hebben het nakijken. Het zou de provinciale bestuurders sieren als het de diverse functies van het bkkc zou ontvlechten. Hoe zakelijk en creatief het bkkc het van zichzelf ook vindt dat het een loket voor de Brabantse kunst en cultuur is.’ Het provinciebestuur en gedeputeerde Cultuur Henri Swinkels zijn aan zet.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelSchurende kunst en ondernemerschap onverenigbaar? – Schrijver Anton Dautzenberg maakt gehakt van BKKC’ in Tilburgers, 30 oktober 2016.

Zijlstra wil salafistische organisaties verbieden. Wat denken zijn tegenstanders over het verbod van Martijn?

groepsfoto-religieuze-leidersweb

In 2012 werd pedofielenvereniging Martijn verboden door de rechter in Assen. Advocaat Bart Swier betwistte het verbod en voerde aan dat de Vereniging Martijn nog nooit een strafbaar feit had begaan: ‘Enkel het feit dat sommige artikelen op haar website volgens het Openbaar Ministerie een hoog ‘bah-gehalte’ zouden hebben, kan geen grond zijn voor een verbod op de vereniging‘. Het zouden volgens Martijn de publieke opinie en politieke druk zijn geweest die het OM om een rechterlijk verbod deed vragen. De activiteiten van Martijn zouden in strijd zijn met de openbare orde. De rechter liet dit zwaarder tellen dan de meningsuiting.

In 2014 bevestigde in hoger beroep de Hoge Raad het verbod en ontbond Martijn. Maatschappelijke kritiek op het verbod mocht niet helpen. Journalist Kustaw Bessems schreef in een column: ‘En wees gewaarschuwd: als dit verbod er komt, blijft dat nooit alleen bij pedofielen. Dan wordt een gevaarlijk precedent geschapen voor het verbieden van meer onwelgevallige ideeën. Onder het mom: stel nou eens dat die ideeën wijd verbreid raken. Met zo’n uitspraak van de Hoge Raad in de hand zullen pogingen worden ondernomen om ‚foute’ politieke partijen te verbieden. Of foute geloofsgenootschappen.’ In juli 2014 kondigde de vereniging Martijn aan naar het Europees Hof te stappen om het verbod en de ontbinding van de vereniging ongedaan te maken. Spong Advocaten motiveerde dat door te stellen ‘dat de Hoge Raad onvoldoende heeft gemotiveerd waarom een verbod van de vereniging Martijn in onze weerbare democratische samenleving noodzakelijk is.

Ik was het niet eens met het verbod en schreef: ‘Dit verbod laat een nare smaak achter. Mag een vereniging verboden worden om ideeën? De afweging van de rechter tussen openbare orde en meningsuiting is verdedigbaar, maar geeft toch te denken. Want het verlaagt de drempel voor een verbod van maatschappelijke organisaties. Men hoeft het niet met de doelstelling van Martijn eens te zijn om een verbod toch een te grof middel te vinden. En zelfs een ongewenst middel als de georganiseerde pedofilie er ondergronds door gaat.

Nu is er VVD-fractieleider Halbe Zijlstra die in een interview met Trouw meent dat salafistische organisaties verboden moeten worden omdat ‘onze manier van leven gevaar zou lopen‘: ‘Religie kan nooit een dekmantel zijn voor een politiek-ideologische aanval op onze rechtsstaat. In die salafistische kringen worden dingen geroepen en gezegd die echt ondermijnend zijn voor onze democratische rechtsstaat. (..) Maar nu het onder het kopje religie wordt gebracht, kunnen we er niets aan doen. Daar moeten we vanaf.’

Zijlstra heeft gelijk dat religie geen dekmantel is voor het afschaffen van de democratie of het ondermijnen van de rechtsstaat. Er is geen enkele reden om religieuze organisaties juridisch extra te beschermen. Maar we moeten ons niet wapenen tegen de islam. Want in dat proces verliezen we onszelf. We moeten vertrouwen stellen in de werking van de democratische orde en de rechtsstaat. Zoals het verbod van de vereniging Martijn verduidelijkt is de toepassing van de rechtsstaat in de afgelopen decennia ontspoord omdat de Nederlandse zittende macht eigen normen heeft veronachtzaamd. Nederlandse instituties zijn weerbaar genoeg om salafistische en pedofiele organisaties te tolereren. Niet in te zien valt waarom een verbod noodzakelijk is.

Het is van tweeën een. De tegenstanders van Zijlstra moeten zich goed bedenken waarom ze zwegen toen Martijn werd verboden. Gelijke monniken, gelijke kappen. Of geen enkele vereniging verbieden of alle verenigingen verbieden die dat om rechtsstatelijke redenen rechtvaardigen. Maar Martijn wel verbieden en niet een salafistische vereniging die door grootte en organisatiegraad een groter gevaar voor de rechtsstaat biedt en de openbare orde veel meer bedreigt oogt selectief. En politiek gemakzuchtig. Indirect kunnen Zijlstra’s argumenten leiden tot een pleidooi om het verbod en de ontbinding van Martijn ongedaan te maken.

Foto: Vier vertegenwoordigers van religieuze organisaties. Credits: Marte Visser.

Hoe genuanceerd vinden we de nuances van Anton Dautzenberg?

Publicist Anton Dautzenberg presenteert bij Omroep Brabant zijn nieuwe roman ‘Wie zoet is’ die bij Atlas Contact verschijnt. Is het een beklemmende roman over eenzaamheid, pijn en verlossing die aan Marcellus Emants, J. van Oudshoorn en Louis Couperus doet denken? Die associatie duidt op zwartgalligheid, dood en fatalisme. Dautzenberg weet zich in zijn werk en politieke opstelling te positioneren op het puntje van het maatschappelijk aanvaardbare. Daarmee bereikt hij dat kritiek zijn deel wordt, maar ook dat hij de werking van conventies en vastliggende belangen aan de orde stelt. Is hij gedwongen te spiegelen en is het zijn onvermijdelijkheid? De samenleving zoekt zondebokken om machtsposities te verankeren. Het is niet anders.

Diederik Stapel in de fout op Retraction Watch. Ontkent/ geeft toe

Omroep Brabant confronteert sociaal-psycholoog Diederik Stapel met nieuwe leugens. Hij heeft onder de naam ‘Paul’ op Retraction Watch gereageerd. Het blog heeft bij alle reacties van Paul de volgende notitie gezet omdat de reactie van Stapel in strijd is met de richtlijnen: ‘Note from Retraction Watch: We’ve had reason to believe that this and several other messages being left by “Paul” were actually posted by Diederik Stapel. Because “Paul” refers to Stapel in the third person, the comments may include a misrepresentation, violating our comment guidelines. We’ve emailed the person who left those messages, and he or she refused to say whether Stapel is leaving the messages. We therefore wanted to post a notice alerting readers to our concerns.

Op 8 oktober gaf Stapel toe dat hij onder de naam Paul had gereageerd op berichten over hemzelf op het blog zoals uit onderstaande posting blijkt. Sockpuppeting (het onder meerdere namen aan het gesprek deelnemen) wordt op wetenschappelijk blogs niet toegestaan. Het doet merkwaardig aan dat Stapel doet alsof-ie daarvan niet op de hoogte is en het slechts om een miskenning, een verkeerde inschatting van hem zou gaan.

ds

Foto: Schermafbeelding van posting ‘Diederik Stapel loses teaching post, admits he was sockpuppeting on Retraction Watch’ op Retraction Watch.

Brief aan Hoge Raad: verbied Vereniging Martijn niet

Protestmars langs huis bestuurslid pedovereniging

Update 22 juli 2014: De Vereniging Martijn stapt naar het Europees hof om het verbod en de ontbinding van de vereniging ongedaan te maken. Een stap die hopelijk tot de duidelijkheid leidt of in Nederland gedachten door de overheid kunnen worden verboden. Volgens de advocaten Gerard Spong en Sidney Smeets heeft de Hoge Raad in het arrest onvoldoende gemotiveerd waarom een verbod van de vereniging noodzakelijk is. Want: ‘De klacht zal zich richten op mensenrechtenschendingen. Het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM) garandeert het recht op vrijheid van vereniging en het recht op vrije meningsuiting.’

Update 18 april 2014: De Hoge Raad verbiedt en ontbindt de Vereniging Martijn. De brief heeft niet geholpen. Kustaw Bessems is een van de ondertekenaars en schetst in een column zijn beweegreden om te tekenen: ‘Dat je misselijk wordt van wat ze zeggen, is niet genoeg reden. En wees gewaarschuwd: als dit verbod er komt, blijft dat nooit alleen bij pedofielen. Dan wordt een gevaarlijk precedent geschapen voor het verbieden van meer onwelgevallige ideeën.’ Het wachten is dus op het ‘zeer bijzondere geval’ om de volgende religie, vereniging of politieke partij te verbieden en ontbinden. De Hoge Raad dient Nederland niet met dit verbod. 

In een brief roepen voornamelijk schrijvers als A.H.J Dautzenberg, Arnon Grunberg, Tommy Wieringa, Detlev van Heest en de advocaten Bart Swier en Sidney Smeets in De Volkskrant de Hoge Raad op om de Vereniging Martijn niet te verbieden. De redenen die ze geven zijn drieledig:
1. Een verbod zou de vrijheid van vereniging en van meningsuiting, alsmede de mogelijkheid van meningsvorming ernstig in gevaar brengen.
2. Het is geenszins aangetoond dat de organisatie een bedreiging voor de samenleving vormt.
3. Wij hebben er ernstig bezwaar tegen dat een ingrijpende inbreuk wordt gemaakt op de grondrechten van vrijheid van vereniging en vrijheid van meningsuiting op grond van een uitsluitend theoretische kans dat de ideeën van Martijn grootschalig zullen worden uitgedragen. Die kans is in het huidige tijdsgewricht nihil. Een slechts denkbeeldig gevaar voor de openbare orde kan een dergelijke inbreuk op grondrechten niet dragen.

Anton Dautzenberg werd in 2012 lid van de Vereniging Martijn. Niet omdat-ie iets heeft met pedofilie, maar omdat-ie zich uit wilde spreken tegen wat-ie als een heksenjacht op pedofielen zag. Dat lidmaatschap kostte econoom Dautzenberg met Erik Hannema de samenwerking met de Financial Times waarvoor ze artikelen schreven. Arnon Grunberg sprak in een Volkskrant-column schande van de bekrompenheid van de Financial Times. In 2012 verbood de rechter in Assen de Vereniging Martijn, waarna in hoger beroep het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden in 2013 de beschikking van de rechtbank Assen vernietigde. De advocaat-generaal heeft in maart 2014 in een advies aan de Hoge Raad geadviseerd de Vereniging Martijn alsnog te verbieden. Op 18 april doet de Hoge Raad uitspraak. De brief in De Volkskrant loopt op die uitspraak vooruit. 

In juni 2012 schreef ik dat het verbod van de rechtbank Assen bij mij een nare smaak naliet: ‘Mag een vereniging verboden worden om ideeën? De afweging van de rechter tussen openbare orde en meningsuiting is verdedigbaar, maar geeft toch te denken. Want het verlaagt de drempel voor een verbod van maatschappelijke organisaties. Men hoeft het niet met de doelstelling van Martijn eens te zijn om een verbod toch een te grof middel te vinden. En zelfs een ongewenst middel als de georganiseerde pedofilie er ondergronds door gaat. En nog minder grijpbaar en begrijpelijk wordt dan nu.‘ Ik ben het dan ook eens met de brief in De Volkskrant. De Hoge Raad doet er verstandig aan de Vereniging Martijn niet te verbieden. 

Foto: Bewonersprotest bij huis bestuurslid Vereniging Martijn, 2012. Credits: ANP.

Bejegening pedofielen gediend met bescherming en aanpak

Afgelopen zaterdag hield de Nederlandse Volks-Unie (NVU) een naar eigen zeggen ‘prachtige’ manifestatie onder het thema ‘Alleen wie kinderen haat, laat pedo’s vrij op straat! Doodstraf voor kinderverkrachters en moordende pedofielen!‘ in de Arnhemse wijk Plattenburg. Ruim 25 activisten waren aanwezig. De beweging stelt: ‘De NVU is de enige rechts-radicale partij in Nederland. Zij heeft in de Gelderse hoofdstad weer bewezen dat de veiligheid van onze kinderen niet veilig is in de handen van deze plutocratische multi-culti Staat!’

Vraag is wat de NVU bewezen heeft behalve haar eigen bescheiden aanwezigheid en hoe het de veiligheid van kinderen heeft vergroot. WTF noemt het een marginaal vuistje dat de NVU heft. Ook OccupyAnonymous of Childtect richten zich op het bestrijden van pedofilie. Schrijver A.H.J. Dautzenberg werd uit protest lid van Vereniging Martijn. Niet zozeer als verdediger, maar als tegenstander van de heksenjacht op pedofielen.

In de gevestigde media lijken de normale journalistieke normen uit het oog verloren te worden als het over pedofilie gaat. Of men doet te weinig of te veel. Bij de BBC werd informatie over kindermisbruiker Jimmy Savile jarenlang in de doofpot gestopt om de eigen reputatie en hoger geplaatsten te beschermen. In Nederland bestaat het sterke vermoeden dat hetzelfde is gebeurd in de affaire Demmink. Maar de BBC ging behoorlijk de fout in met valse beschuldigingen van pedofilie aan het adres van oud-politicus Lord McAlpine.

Waarom ligt demonstreren tegen pedofilie publicitair zo goed en is het tegenwoordig zo populair? Wat in ieder geval opvalt is dat het marginale groeperingen als de NVU, Occupy of Anonymous/Childtect zijn die als frontsoldaten ageren tegen de gemarginaliseerde pedofielen, of de in de illegaliteit gedrongen Vereniging Martijn. Het is geen fraai gezicht als de ene uitgestotene de andere uitgestotene probeert te verdringen. Een vorm van sociale mobiliteit ten koste van de ander die van alle tijden is, maar weerzinwekkend blijft. Zonder dat betrokkenen het beseffen dient hun protest als afleiding om niet verder te kijken dan enige zondebokken.

Foto: Demonstratie van de NVU in Arnhem, 10 november 2012

Verbod Vereniging Martijn geeft te denken

De Vereniging Martijn is door de rechter in Assen verboden. Het verbod gaat per direct in. Ook de website gaat op zwart. Volgens oud-voorzitter Marthijn Uittenboogaard heeft de belangenvereniging voor pedofielen nog niet beslist of het tegen het vonnis in beroep gaat: ‘We overleggen met onze advocaat wat we gaan doen. Dat is niet alleen een juridische afweging, maar ook een financiële en maatschappelijke.’

In de pleitnota stelde advocaat Bart Swier dat de Vereniging Martijn nog nooit een strafbaar feit heeft begaan. ‘Enkel het feit dat sommige artikelen op haar website volgens het Openbaar Ministerie een hoog ‘bah-gehalte’ zouden hebben, kan geen grond zijn voor een verbod op de vereniging‘, alsdus Swier. Volgens Martijn is het de publieke opinie en politieke druk die het OM om een rechterlijk verbod deed vragen. De activiteiten van Martijn zouden in strijd zijn met de openbare orde. Dit laat de rechter zwaarder tellen dan de meningsuiting.

Volgens de rechtbank is wat Martijn doet, zegt en uitdraagt over seksueel contact tussen volwassenen en kinderen in strijd met de algemeen aanvaarde normen en waarden die in de Nederlandse maatschappij gelden.

De schrijver A.H.J. Dautzenberg vertegenwoordigde Vereniging Martijn op de rechtszitting. Hij is ruim een half jaar geleden lid geworden van Martijn uit protest tegen de heksenjacht op pedofielen. Het kostte hem en zijn compagnon Erik Hannema een klus bij de Financial Times. Dautzenberg verdedigt daarmee de vrijheid van meningsuiting. Hijzegt niet zozeer voorstander van Martijn te zijn, maar tegenstander van de heksenjacht.

Voorstanders van het verbod reageren verheugd. CDA-kamerlid Pieter Omtzigt twittert: Goed dat na druk van CDA en ChristenUnie, OM ontbinding van pedovereging Martijn vroeg en nu kreeg. Handhaving van belangrijke norm. En zijn fractiegenote Madeleine van Toorenburg: Yes! De rechter verbiedt de vereniging Martijn. Hier had #CDA‬ voor gepleit. Het OM heeft zaak a/d rechter voorgelegd en oordeel is geveld. 

Dit verbod laat een nare smaak achter. Mag een vereniging verboden worden om ideeën? De afweging van de rechter tussen openbare orde en meningsuiting is verdedigbaar, maar geeft toch te denken. Want het verlaagt de drempel voor een verbod van maatschappelijke organisaties. Men hoeft het niet met de doelstelling van Martijn eens te zijn om een verbod toch een te grof middel te vinden. En zelfs een ongewenst middel als de georganiseerde pedofilie er ondergronds door gaat. En nog minder grijpbaar en begrijpelijk wordt dan nu.

Foto: Cartoon Pedofilie in de kerk

Haye van der Heyden steunt Geert Wilders

In een opiniestuk in De Volkskrant zegt toneelschrijver Haye van der Heyden Geert Wilders wel te mogen. Eerder schreef-ie twee opiniestukken waarin-ie het opnam voor een partij die verfoeid, bespot en beschimpt werd. Hij merkt op dat hem dat niet in in dank werd afgenomen. Is het bijzonder dat Van der Heyden sympathiseert met de PVV en er zelfs op stemt? Hij benadrukt de standpunten van de PVV niet voor 100% te delen. Maar welke calculerende burger vereenzelvigt zich tegenwoordig nog met een partij? Hij vindt dat de PVV de plank misslaat met de kritiek op Europa, maar de rug recht houdt over de positie van de bejaarden.

De positie van Van der Heyden doet denken aan schrijver A.H.J. Dautzenberg die lid werd van vereniging Martijn. Niet uit overtuiging, maar tegen de heksenjacht op pedofilie en deze partij. Het kostte hem ontslag voor The Financial Times. Eerder zei Van der Heyden in een NRC-interview dat-ie net zolang op Wilders zal stemmen totdat deze niet meer bekeken wordt als een vies beest, en hij als PVV-stemmer niet meer bekeken zal worden als vies beest. Pas dan stemt-ie niet meer op Wilders, of wanneer deze een meerderheid haalt.

Haye van der Heyden merkt op dat de indeling in links en rechts het politieke landschap niet meer voldoende verklaart. Zijn zoontje wordt dat op school echter nog steeds voorgehouden. Dat doet het ergste vrezen over de niveau van het onderwijs. De PVV heeft zich op sociaal-economisch terrein een links profiel aangemeten. De politieke wetenschap verklaart via het hoefijzermodel dat uiterst rechts en links elkaar naderen. Nu door het opereren van Rutte en Verhagen de onrust toeneemt worden PVV en SP de laatste dagen afgezet tegen de middenpartijen waarvan er steeds meer lijken te komen. Als bezwering van de politieke chaos uit verwarring.

De positie die Haye van der Heyden en Anton Dautzenberg kiezen gaat samen met het overtreden van sociale verboden. Een welwillende klasse die wordt voorgezeten door Maarten van Rossem of Henk Bres keurt uit knorrigheid of woede met een claim op culturele hegemonie het oversteken van een grens door anderen af. Gemakzuchtig voeden gevestigde media uit afleiding van de eigen afhankelijkheid dat verbod. Zo’n claim op culturele hegemonie gaat samen met een strijd om die hegemonie die van links naar rechts verschuift.

Foto: Little Warsaw: The Battle of Inner TruthBoedapest, 2011