Een beleggingsanalist zegt: ‘Angst overheerst’. Wat moeten we ermee?

De titel bij deze video met beleggingsnieuws is veelzeggend: ‘Angst overheerst’. Oh, bij wie? Dat betekent een negatief koopadvies en een positief verkoopadvies. Maar waarom praat de analist van Paribas over angst als hij dalende koersen bedoelt? Wat heeft dat met angst te maken? Haakt hij aan bij een onderstroom die al in de samenleving bestaat? Iedere belegger kan met een muisklik kopen of verkopen. Maar angst die overheerst?

De Duitse filmtheoreticus Siegfried Kracauer had het in zijn boek ‘From Caligari to Hitler’ (1947) over de Duitse samenleving waarin het ‘collectieve dispositie’ gegeven zou hebben. Dus een aanleg of gevoeligheid van allen voor iets. In dit geval een tendens naar het morbide en macabere bij politieke en culturele onzekerheid die de opgang van het nationaal-socialisme zou verklaren. Op de onderbouwing van Kracauers stelling is volop kritiek op gekomen, maar dat een collectieve onderstroom, gevoeligheid of aanleg in een samenleving tot iets kan leiden valt niet te ontkennen. Soms is dat al uit een simpel woordje af te leiden.

Hebben we werkelijk angst of wordt ons die van allerlei kanten om allerlei redenen aangepraat? Door bedrijven die ons willen laten kopen of verkopen, politici en complotdenkers. De meeste Nederlanders zijn gelukkig en tevreden met hun leven. Ze hebben het economisch nog nooit zo goed gehad. Verklaart dat de angst omdat men juist dan beseft dat men kan verliezen wat men heeft? Tot zolang het duurt. Dat betekent dat angst een teken van geluk, welvaart en voorspoed is. Het omgekeerde van hoe het doorgaans voorgesteld wordt. Angst moet dan gekoppeld worden aan een positief gevoel tegen een negatieve achtergrond. Angst is een emotie die verwant is aan verlangen. Als het ingelost wordt, dan verdwijnt de gemoedsaandoening.

Van president Franklin D. Roosevelt is bij zijn inaugurele rede in 1933 de zin blijven resoneren ‘Het enige wat we moeten vrezen is de angst zelf’ (‘Only Thing We Have to Fear Is Fear Itself’). Hij probeerde de angel uit de verlammende angst te halen die door de economische crisis van 1929 was ontstaan en in 1933 op zijn dieptepunt was. Hij pompte hoop en perspectief in zijn volk. Dat is anders dan wat de analist van Paribas en anderen doen. Wat moeten we met onheilsstemmingen die klinken als een zichzelf vervullende voorspelling?

Das Land des Lächelns. Heeft Franz Lehár iets om te lachen in Parijs 1941? Een duistere romance

De koning van de Weense operette Franz Lehár trad in 1941 op in het Parijse Théâtre de la Gaîté Lyrique en dirigeerde zijn stuk Das Land des Lächelns. Verfilming ervan in 1930 door Max Reichmann was het eerste internationale succes van de Duitse geluidsfilm. Geproduceerd door de productiemaatschappij van de hoofdrolspeler: Richard Tauber Tonfilm-Produktion GmbH, ter bevordering van de verkoop van zijn platen.

De voorstelling diende de Duitse propaganda. Een fragment ervan werd in de Deutsche Wochenschau 543 (na 3’27’’) van 29 januari 1941 getoond. Maar Lehárs omgang  met de nationaal-socialisten was ongemakkelijk. Niet alleen omdat hij een Joodse vrouw had die in 1938 dankzij Joseph Goebbels de status van ‘Ehrenarierin’ (ere-Ariër) kreeg, maar ook door zijn hechte band met Richard Tauber die Joodse grootouders van vaderskant had, en het niet-Duitse karakter van de Weense operette. Wat wel of niet kon was niet altijd duidelijk. Beide kanten waren opportunistisch. Stefan Frey omschreef de relatie van Lehár met de nazi’s in een artikel in De Groene treffend met diens woorden: ‘De belangstelling van de Führer verplicht mij tot diepste dankbaarheid’.

Dat dubbelzinnige verdriet valt uit de beelden af te leiden. Franz Lehár werd gegijzeld in dankbaarheid. Het is lastig om die lijn naar het heden door te trekken en te beseffen hoe kunstenaars, musici of componisten op dit moment in autoritaire landen handelen. Kunnen ze door de omstandigheden niet anders en worden ze gegijzeld in dankbaarheid of kunnen ze anders, maar tonen geen ruggengraat? Lachen ze het ongemak weg?

Foto: Fragment uit journaal van ‘Actualités Mondiales N°026 – Edition du 25 janvier 1941’ opgenomen in het archief van INA.fr met een dirigerende Franz Lehár in het Gaîté Lyrique op 25 januari 1941. Hier beschrijving (Franstalig).

Le Corbusier 50 jaar na zijn dood voorgoed bestempeld als fascist

Cité_radieuse._Façade._2

Louis-Ferdinand Céline, Robert Brasillach en Drieu La Rochelle staan niet langer alleen als ‘verkeerde’ Franse cultuurdragers die het opnamen voor het Duitse nationaal-socialisme of het Italiaanse fascisme. De van oorsprong Zwitserse architect Le Corbusier, geboren als Charles-Édouard Jeanneret-Gris, voegt zich 50 jaar na zijn dood definitief bij dit illustere gezelschap. En kende Nederland niet Pyke Koch en Henri van de Velde?

Twee nieuwe boeken tonen aan dat de pionier van het modernisme niet alleen een echte fascist was met links naar het collaborerende Vichy-regime, maar ook een antisemiet. Deze ‘onthulling’ komt waarschijnlijk niet toevallig vlak voordat het retrospectief ‘De menselijke maat’ van zijn werk in het Centre Pompidou in Parijs op 29 april opent. Het museum zegt in een verklaring geen aandacht aan deze kant van Le Corbusier te besteden omdat het buiten het bestek van het overzicht valt. Hierop komt kritiek omdat het een deel van Le Corbusiers persoonlijkheid buiten schot zou laten dat wel degelijk van invloed was op zijn hele oeuvre.

Achteraf blijkt dat allerlei critici allang onthuld hebben dat de architect fascistische sympathieën had. Zijn samenwerking in 1941 en 1942 voor het Vichy-regime was bekend. Evenals zijn antisemitisme. Dus wie nu zegt te beweren niet te weten dat Le Corbusier verkeerd was, is zelf verkeerd bezig door weg te kijken. Fascinerend blijft dat de vormentaal van het modernisme en het fascisme van Mussolini zoveel gemeenschappelijk hadden. Weg van de romantiek en de burgerlijkheid richting theoretisering en formalisering van de maatschappij in grote projecten. Zonder menselijke rem. Met afschuwelijke gevolgen.

Wat te doen met de nagedachtenis van Le Corbusier die nu voorgoed afgefakkeld lijkt als iemand met een verkeerde ideologie? Niets. Zijn verdiensten voor de architectuur blijven bestaan. Hoewel achteraf zijn rigide stadsplanning steeds meer als verschijningsvorm van het fascisme geïnterpreteerd zal gaan worden. De mens als mier in de grootschaligheid van het collectivisme. Le Corbusier kan niet gereduceerd worden tot fascist, ondanks het feit dat zijn ideeën er tijdens een deel van zijn leven gelijk mee opliepen. Waarvan de ultieme werking nog in de schoot van de geschiedenis verborgen lag. Als we al kunnen invoelen hoe de wereld 70 of 80 jaar geleden ervaren werd. Rationalisme dat te consequent en te rigoureus wordt toegepast kan ontsporen.

Foto: Façade van de Cité Radieuse in Marseille van Le Corbusier (1947-1952).

Liefde tussen dictators en Olympische Spelen: Hitler en Putin

Oud-wereldkampioen schaken Garry Kasparov trekt voor de Daily Beast een parallel tussen de Olympiade van Berlijn 1936 en Sochi 2014. De overeenkomst is dat het in beide gevallen draait om de persoonlijke glorie van de leiders: Adolf Hitler en Vladimir Putin. Dit in tegenstelling tot Moskou 1980 of Beiijng 2008 die dienden om landen in het zonnetje te zetten: ‘In those cases, the authoritarian propaganda machine was in the service of promoting the achievements of a country and a system. They were dedicated to the greater glory of Communism, the Totalitarian State, the superiority of the system and the athletes it produced.

In Sochi gaat het dus om president Putin. Zoals Kasparov opmerkt, de voorzitter van het Russische Olympische Comité of de directeur van de Spelen in Sochi verschijnen nooit in de media of in de openbaarheid. Het spektakel Sochi draait om Putin, zoals Berlijn om de ‘overmoed van een alomtegenwoordige man’ draaide.

Kasparov ziet nog meer overeenkomsten. Sochi volgt het draaiboek van Berlijn tamelijk nauwgezet door in kritiek op de ‘bekrompen wetten’ wat symbolische concessies toe te staan. Ook het IOC is nu even gecorrumpeerd als in 1936. Met als moreel dieptepunt de oproep bij de opening door voormalig adviseur van Siemens AG en IOC-voorzitter Thomas Bach om sport en politiek gescheiden te houden. Terwijl hij zich tijdens het uitspreken van diezelfde woorden een onderdeel weet van de propagandamachine van Putin.

Vraag is wat erger is, het zonnekoninggedrag van Putin of Hitler of dat van de sportbestuurders, bedrijven (zoals Siemens) en politici (premier Rutte) die zich onder het uitspreken van mooie woorden met een verre echo van ethiek voegen in hun rol als entourage om reliëf te geven aan de grootheid van president Putin.

141889-3x2-article620

Foto: Berlijn, 11 augustus 1936: De Amerikaanse atleet Jesse Owens (midden) bij de ceremonie voor het Verspringen. De Duitser Luz Long (rechts) wordt tweede en de Japanner Naoto Tajima derde. Credits: AP.

Observaties bij verstoring van Zweedse anti-racisme demonstratie

Sandra Angélica filmt en blijft filmen. Een demonstratie tegen racisme met een opkomst van zo’n 500 mensen in de zuidelijke buitenwijk Kärrtorp van de Zweedse hoofdstad Stockholm loopt uit de hand. Er vallen drie gewonden door toedoen van zo’n dertig tegendemonstranten. De video leert hoe troosteloos zo’n voorstad is.

Maar hoe de tegendemonstranten te noemen die de anti-racisme demonstratie verstoren? Nazi’s is ongepast. Want de Duitse nationaal-socialisten opereerden op grote schaal met meer middelen en een andere ideologie en hadden meer op hun kerfstok dan enkele gewonden. Neo-nazi’s dan? Mogelijk, maar niet als ermee wordt bedoeld dat ze het nazisme willen doen herleven want zo is hun protest niet bedoeld. Of doordacht. Wel als ze uit onvrede of onbehagen leentjebuur spelen in de gereedschapskist van de Duitse nazi-ideologie -die zelf al een samenraapsel was- en er wat uitgrijpen: vreemdelingenhaat, nationalisme en symboliek. Hooligans of skinheads dan? Ook dat past niet omdat het brede, niet-specifieke termen zijn die ook op extreem-links van toepassing zijn en daarnaast eerder cultureel dan politiek bepaald zijn. Meer verschijningsvorm dan inhoud.

Conclusie is dat het nog niet zo simpel is om het juiste etiket te plakken op de verstoorders van een anti-racisme demonstratie in Stockholm. Zonder ze meer of minder te geven dan ze echt waard zijn. Ze zijn lid van de Svenska Motståndsrörelsen, ofwel verzetslui na de oorlog. De termen nazi en neo-nazi zijn te inhoudelijk, en de termen hooligan en skinhead zijn juist weer niet inhoudelijk genoeg. Hoe kunnen de ‘halve‘ inhoud en de ‘halve‘ vorm in een nieuwe term gecombineerd worden die de lading van een ideologisch allegaartje en de optredende verstrooing dekt? Te denken valt aan een samenstelling als ‘rituele neo-nazi’s’, ‘post-moderne nazi’s’, ‘cosmo-neo’s’ of ‘neo-vagi’s’. Dat laatste als variatie op ‘vaag’. Of SNN-ers (Superficial neo-nazi).

575px-Naziaufmarsch_Fuerth_Nuernberg

Foto: ‘NS-Marschkolonne an der Stadtgrenze Nürnberg-Fürth auf dem Rückweg vom Reichsparteitag zum Übernachtungslager (vermutlich bei Nürnberg/Höfen), rechts das Gebäude Höfener Straße 91 in Nürnberg, die andere Straßenseite (links im Bild) gehört zu Fürth. Im Hintergrund (Höfener Straße 91) ein Fabrikgebäude der „arisierten“, zuvor jüdischen Firma J.W.Spear; das Gebäude ist heute (2010) noch vorhanden. Ortsschild mit antijüdischer Nazi-Propaganda, Kinder mit Hitlergruß.’ Vermoedelijk 1938.

Nederland onder invloed van Duitsland en VS. Kan het kiezen?

ro

Nederland wordt vaak gekscherend de 17de deelstaat van Duitsland genoemd. Het heeft met zo’n 17 miljoen inwoners ongeveer 1 miljoen minder inwoners dan Noordrijn-Westfalen. Economisch zijn beide landen eng verknoopt. Een gevolg van de mentale horigheid -of hoerigheid- dat beeldend samengevat wordt in het motto ‘Wiens brood men eet, wiens woord men spreekt‘. De onderwerping aan Duitsland vond vanaf ongeveer 1935 plaats. Het noodlot van een klein land is dat het speelbal van grotere krachten is met maar twee slechte opties. Bescherming zoeken onder de vleugels van een specifiek land of gelijke afstand tot alle landen houden om de eigen autonomie te optimaliseren. De vrijheid van Nederland is de keuze aan wie men pizzo betaalt.

Veelzeggend is de volgende passage over dagbladuitgever Henricus Nijgh: ‘(..) toen de NRC in het midden jaren van de jaren dertig onder Duitse druk kwam te staan. Na de Machtübernahme in Berlijn was de jonge nazi-staat erop gebrand kritische geluiden over het nationaal-socialisme in de buitenlandse pers – vooral in de neutrale staten – te signaleren en verder tot zwijgen te brengen. Diplomatieke stappen bij de betrokken regeringen en directe pressie op bepaalde buitenlandse persorganen waren de gebruikte middelen. Wegens de geregelde kritiek op het nazi-regime werd in 1935 ook de NRC door een boycot van Duitse toeristische advertenties getroffen. De Duitsers hadden het vooral gemunt op de commentaren van de internationaal befaamde, joodse journalist Marcus van Blankenstein. In het bekende buitenlandoverzicht ‘De Toestand’ stelde deze consequent de uitwassen van het nationaal-socialisme aan de kaak. Maar niet alleen van Duitse zijde kwam kritiek. Ook vanuit het Rotterdamse bedrijfsleven werd verzocht om een mildere toon in de berichtgeving over Duitsland, ten einde de havenbelangen op termijn niet te zeer te schaden.

Zo werkte het in de jaren ’30 en zo werkt dat mechanisme van onderhorigheid nog steeds. Naast Duitsland is er nog een ander land waaraan Nederland beschermingsgeld betaalt: de VS. Dat gebeurt in de vorm van het afnemen van de JSF, de verknoping met en annexatie door Amerikaanse bedrijven, het inslikken van kritiek op het handelen van de regering-Obama en het in supranationale organen zoals de VN blindelings volgen van de Amerikaanse lijn. Wie minister Frans Timmermans de keuze voor de JSF hoort verdedigen ziet in de praktijk gebracht hoe politieke onderhorigheid de economische en militaire argumenten vormt. Was Nederland een satelliet van Rusland of -als die beweging nog bestond- een leidend niet-gebonden land geweest in de traditie van Joegoslavië dan had het met dezelfde argumenten tegen de JSF gekozen. Complicatie voor de positie van Nederland is dat Duitsland ook onderhorig is aan de VS, maar wel meer vrijheid weet te bevechten.

Aanleiding voor deze overweging is het bericht dat het bestuur van de Amsterdam Internet Exchange (AMS-IX) aan de leden volgende week toestemming wil vragen ‘om onder de vleugels van de AMS-IX een vestiging in de Verenigde Staten te beginnen‘. De AMS-IX is ‘het belangrijkste internetknooppunt van Nederland en het een na grootste ter wereld‘, aldus de NOS. Over dit voornemen van het bestuur is onder de leden onrust ontstaan, want: ‘Ze vrezen dat Amerikaanse spionagediensten dan heel eenvoudig in Nederlandse netwerken kunnen grasduinen’. Wie de onthullingen van Edward Snowden en de spionage door de Amerikaanse veiligheidsdienst NSA van burgers, bedrijven en overheden heeft gevolgd weet dat deze vrees nu al realiteit is. Critici hebben gelijk in hun kritiek. Bestuursleden van de AMS-IX stellen zich in hun zakelijke kortzichtigheid gelijk op als de Rotterdamse havenbaronnen van vlak voor de oorlog. Nu toch maar beter schuilen onder de Duitse paraplu?

Foto: F.H. van Dijk, ‘s.s. Nieuw Amsterdam op sleeptouw door sleepboten van scheepswerf Wilton-Fijenoord op de Nieuwe Maas, voor Pernis.‘ 1938. Gemeentearchief Rotterdam.

Aus der Reihe Derrick: Tappert bij de SS

Naar onlangs bleek nam Horst Tappert die 25 seizoenen lang acteerde als hoofdinspecteur Stephan Derrick in 1943 vrijwillig dienst bij de Waffen-SS. Bij de luchtverdediging van SS-Panzergrenadier Divisie Totenkopf. Een criminele organisatie. Tappert bestreed later als acteur de misdaad en overleed in 2008. Over zijn diensttijd vertelde hij bij de Wehrmacht gediend te hebben. Kriminalserie Derrick werd in 102 landen vertoond en is de best verkochte Duitse televisieserie ooit. Omroepen Max en ZDF haalden vanwege het oorlogsverleden van Horst Tappert de herhalingen van Derrick van de buis. Sowieso een serie die erg uitblinkt in herhalingen.

Derrick was een serie voor liefhebbers. Voor anderen was het niet om aan te zien door het schematische ‘Wie is de dader?‘, de voorspelbare vertellijn, het lage tempo en het vervreemdende acteren dat identificatie bemoeilijkt. Inspecteur Harry ‘hol schon mal den Wagen‘ Klein week niet van de zijde van z’n hoofdinspecteur.

De aflevering ‘Via Bangkok‘ uit 1977 van regisseur Theodor Grädler en schrijver Herbert Reinecker geeft goed aan hoe door de stilering de serie camp kon worden: voetstappen die klinken alsof de Geräuschmacher de hoofdrol speelt, Derrick die met geweld een kartonnen deur neemt en de redding op het laatste moment. Alsof de filmgeschiedenis in 1916 is blijven stilstaan met Intolerance van Griffith. Of in 1943. Met de SS die het blok uitkamt op zoek naar vreemde snuiters. Om het omfloerst te zeggen. Es ist ein Mord geschehen.

20111103094632!Stroop_Report_-_Warsaw_Ghetto_Uprising_10

Foto: ‘Mit Gewalt aus Bunkern hervorgeholt‘ met leden van de SS-Panzergrenadier-Division ‘Totenkopf‘ waarin Horst Tappert diende. Warschau, 1943. Credits: Stroop-Bericht.

SS-VA pakt flink uit op Aalster carnaval. En wordt zelf ingepakt

549417_345642958875338_663190085_n

Carnaval in Aalst. De Oost-Vlaamse stad van priester Adolf Daens en schrijver Louis-Paul Boon. En nu ook van de ‘SS-VA‘ rel die de Bulgaarse directeur-generaal van de Unesco Irina Bokova tot de uitspraak brengt dat de Holocaust niet gebanaliseerd mag worden. Ook niet voor het aankaarten van een lokale, politieke kwestie. Het carnaval van Aalst is opgenomen als immaterieel cultureel erfgoed op de Unesco-lijst. Mevrouw Bokova zegt gechoqueerd te zijn door wat er in de carnavalsoptocht gebeurde en spreekt van een onaanvaardbare daad die een belediging is voor de nagedachtenis van de 6 miljoen Joden die gedood zijn tijdens de Holocaust.

Carnavalsvereniging Eftepië deed verkleed als SS-ers mee. Een met ‘E. de Waar’ ondertekende verklaring op Facebook spreekt over een misverstand: ‘De link met de jaren 30 hebben we gelegd omdat hier in Aalst de NVA het voorstel gelanceerd zou hebben om alle franstalige boeken uit de Bibliotheek te halen. Dit doet ons (Eftepië) nogal aan 10 mei 1933 doet denken, wanneer de NSDAP aanhangers op de Opernplatz 25000 boeken over ongewenste onderwerpen of van ongewenste auteurs hebben verbrand.’ De Weer legitimeert het optreden door te verwijzen naar een toespraak van koning Albert die verwees naar een jaren ’30 klimaat.

De Aaltse burgemeester Christoph D’Haese is lid van de N-VA van Bart De Wever en probeert de kwestie niet groot te maken. Hij betreurt de kwestie, wijst op het goede verloop en merkt tegelijkertijd op dat van de 3500 deelnemers aan het carnaval er slechts zes behoorden tot de ‘SS-VA’. Context is dat er niks verboden werd.

Directeur-generaal Bokova van de Unesco heeft gelijk dat de Holocaust niet gebanaliseerd mag worden. Het is echter twijfelachtig of dat uit het optreden van Eftepië opgemaakt kan worden. Uit de beelden blijken ze dat niet specifiek aan de orde te stellen, hoewel er verwijzingen naar de vernietingskampen waren: Zyklon en een goederenwagen. Maar geen hakenkruizen. In navolging van koning Albert verwijst Eftepië naar de jaren ’30, terwijl de ‘Endlösung der Judenfrage’ pas in 1941 begon. Verschillende fases in de nazi-dictatuur. Het verwijt dat de SS vermenselijkt wordt zou eerder hout snijden. Dat trof ook de film Der Untergang met Bruno Ganz als een menselijke en bij vlagen tierende Hitler. Fijnzinnig is Eftepië niet, kwaadwillend evenmin. Domweg naïef.

624_341_517d3a0ddf882ae9873041fba1e7ff62-1360778930

Foto 1: Gefotoshopte Affiche van Eftepië met bekende N-VA’ers; SS-VA voor het beeld van priester Daens in Aalst, 2013.

Foto 2: Eftepië als SS-VA tijdens de carnavalsoptocht in Aalst, februari 2013. Credits: Belga.

Vijandbeeld van Geert Wilders is niet uniek. Waarom de ophef?

Voormalige dijkgraaf  van het waterschap Groot Salland, VVD-senator, filosoof en publicist Sybe Schaap laat van zich spreken. Zijn boek ‘Het rancuneuze Gif‘ dat volgende week bij Uitgeverij Damon te Budel verschijnt doet stop opwaaien vanwege een vergelijking tussen de PVV en de jaren ’30. Naar verluidt probeerde de VVD de verschijning uit te stellen om de onderhandelingen in het Catshuis tussen VVD, CDA en PVV over de bezuinigingen niet te belasten. VVD ontkent dit. Wilders en Rutte nemen afstand van de vergelijking.

De inleiding maakt volgens NRC een vergelijking tussen de PVV en de jaren ’30: De PVV hanteert een formule die veel lijkt op die uit de jaren dertig van de vorige eeuw. Er worden vijandbeelden gecreëerd, beelden die duidelijk moeten maken hoezeer het eigen bestaan wordt bedreigd. De vijand loert niet alleen van buiten, maar heeft ook complotterende handlangers in het eigen domein. Externe vijanden te over: de Europese Unie, buitenlandse arbeiders, allochtonen, maar voor alles de Islam en de representanten daarvan.

Deze passage wordt in de media prominent geciteerd, maar is niet opzienbarend. Voor de PVV kan willekeurig elke partij ingevuld worden en ook dan klopt de observatie. Ook SP, PvdA, GroenLinks, PvdD of orthodoxe communisten hanteren een formule die veel lijkt op die uit de jaren dertig van de vorige eeuw. Ook zij creëeren vijandbeelden om hun eigen partij te positioneren. Alleen de vijanden verschillen: bankiers, het grote kapitaal, het globalisme of de bio-industrie. Daarbij komt dat zowel de propaganda van nationaal-socialisten, communisten als latere geallieerden uit dezelfde bron putte. Schaap zegt niet veel anders dan dat de PVV uit een oerbron put. Naar verluidt besteedt Schaap in ‘Het rancuneuze Gif’ 16 pagina’s aan de PVV.

Het is opvallend dat Wilders zich aangesproken voelt als er vergelijkingen met de jaren ’30 worden gemaakt. Zoals Rob Riemen in 2010 in zijn boekje De eeuwige terugkeer van het fascisme stelde dat Wilders een pre-fascist is. Wat de PVV-Brabant tot vragen bracht. Of vorige maand toen de Duitse brochure Zwischen Propaganda und Mimikry – Neonazi-Strategien in Sozialen Netzwerken Wilders tot kamervragen bracht. Bij de reacties op Schaap door zowel politici als de journalistiek ontbreekt een elementair begrip van geschiedenis, politiek, mediastrategie en politieke marketing. Sybe Schaap zegt niks nieuws en verdient schouderophalen.

Foto: Victor Deni, Kameraad Lenin reinigt de Aarde van het uitschot, 1920. Propaganda uit de Soviet-Unie

Een verhaal van twee partijen: VCP en PVV

Op haar website onderschrijft de Verenigde Communistische Partij (VCP) onverkort het gedachtengoed van Marx, Engels en Lenin. Fascisme en nationaal-socialisme legitimeerden ongelijkheid, uitbuiting en geweld en verheerlijkten dat zelfs en bestempelen zich daarmee tot criminele ideologieën. Maar het communisme, liever: wetenschappelijk socialisme, mag niet op een lijn gesteld worden met het fascisme en het nationaal-socialisme. Aldus de Verenigde Communisten van Nederland die in het Groningse Oldambt een bruggehoofd hebben om Nederland te veroveren. 

De VCP zegt: Het zijn voornamelijk communisten die het communisme benadeeld hebben. Communistische partijen in het vroegere Oostblok waren door en door corrupt. Nu wordt het communisme genegeerd. Nooit is de VCP erop aangesproken een bedreiging voor de democratische rechtsorde of de rechtsstaat te zijn. Die radiostilte verbaast vanwege de heftige reactie op de PVV.

Hoe is deze asynchroniteit te verklaren? Waarom worden partijen die meedraaien in het democratische kiesstelsel en voor nu de rechtsorde en de rechtsstaat onderschrijven zo verschillend bejegend? Waarom worden er geen vragen gezet bij het bestaansrecht van een splinter als de VCP, maar wel bij het bestaansrecht van de grote PVV? Terwijl het toekomstbeeld dat de VCP schetst ronduit afschrikwekkend is en niet veel anders dan wat de PVV voor ogen staat.

Niet het gedachtengoed van een bepaalde partij alleen veroorzaakt de reactie van politieke opponenten. Niet het principe alleen telt. De reactie wordt opgeroepen door electorale, politieke, financiële en maatschappelijke macht van een beweging of partij. Pas als dat als bedreigend wordt ervaren koppelen opponenten er de suggestie aan vast dat het gedachtengoed bedreigend is. Niet eerder en niet later.

Het voorafgaande leert dat we soorten reacties op de PVV kunnen onderscheiden. De PVV is op allerlei terreinen een bedreiging voor de macht van de politieke kaste. Dat betreft onder meer de partijfinanciering (niet directe subsidie, maar wel via fondsenwerving en donaties), het aantal zetels, het zicht op functies in het openbaar bestuur en de macht in het landsbestuur.

Doelstelling van de politieke en maatschappelijke concurrenten van de PVV is om haar concurrentiekracht aan te tasten. Zoals partijen elkaar kunstjes flikken. Een simpel middel is om het gedachtengoed van een concurrent verdacht te maken en te diskwalificeren als extreem. Zoals ooit bij de communisten, later bij Hans Janmaat, de linkse kerk, Pim Fortuyn en nu bij de PVV gebeurde. Da’s politieke marketing.

Waarmee niet gezegd is dat communisten, PVV’ers of extremistische religieuze groeperingen geen bedreiging voor de democratische rechtsorde kunnen vormen. Maar terughoudenheid in kwalificaties is geboden omdat nieuw toetredende partijen altijd een politiek of maatschappelijk evenwicht verstoren. Dat benadeelt de macht van de gevestigde partijen die alle middelen zullen aangrijpen om de eigen positie te consolideren.

Pech en geluk voor de Nederlandse communisten is dat ze alleen nog hun afschrikwekkend gedachtengoed hebben maar door niemand meer als bedreiging worden gezien. Dat geeft ze volop speelruimte en een vrijheid die ze voorheen niet hadden. Tegelijkertijd verdwijnen ze van de radar omdat niemand nog aandacht voor ze heeft. In het genre onderscheiden ze zich onvoldoende. Maar het is niet hun gedachtengoed dat het verschil maakt, maar het feit dat ze niet langer worden gezien als een bedreiging voor de gevestigde macht.

Foto: Communistische propaganda met Lenin die de strijd tegen het imperialisme aanvoert