BBB wint fors, maar zal het natuur- en stikstofbeleid niet kunnen domineren

BBB (BoerBurgerBeweging) heeft een prima resultaat geboekt in de provinciale verkiezingen. In de Eerste Kamer komt de partij volgens de prognoses binnen met 15 zetels. Evenveel als de linkse combinatie GroenLinks/PvdA. De tellingen zijn nog gaande en de uitslagen nog niet definitief.

Interessant is dat BBB kiezers heeft weten te motiveren die anders niet naar het stemhokje gingen. Dat is knap, hoewel volgens de prognoses de opkomst met 57,5% niet veel hoger is dan 56% in 2019. Dus dat effect blijft bescheiden.

Dat op rechts PVV, CDA en vooral FvD verloren is de wetmatigheid van verkiezingen. Ze vissen in dezelfde vijver en wisselen stuivertje. Toch is er ook overloop tussen blokken. Kiezersonderzoek zal aan moeten tonen in welke mate de achterban van coalitiepartijen op BBB stemde.

Iedereen vraagt zich af of BBB een blijvertje of een eendagsvlieg is. Dat antwoord valt nu nog niet te geven. Het kan zomaar gebeuren dat BBB op provinciaal niveau onhandig opereert. Partijleider Caroline van der Plas opereert binnen de democratische normen, maar kan in haar eentje niet alles in de hand houden.

De overwinnaar van de vorige provinciale verkiezingen in 2019 was FvD met 12 zetels in de Eerste Kamer. Onder de chaotische leiding van partijleider Thierry Baudet verkruimelde dat snel en werd er politiek niets binnengehaald. Het politieke handwerk bij die FvD ontbrak.

Een kiezer die uit protest op een partij stemt wil ook dat er iets bereikt wordt. FvD zat zichzelf in de weg door te radicaliseren, de onredelijkheid te zoeken en zich op een uitzondering als de provincie Noord-Brabant na buiten de onderhandelingen te plaatsen. En in die provincie ging het uiteindelijk ook fout voor FvD. Bescheidenheid is de les voor BBB.

De goede uitslag van BBB moet in perspectief worden gezien. Partijen die niet willen tornen aan het kabinetsbesluit om de stikstofuitstoot in uiterlijk 2030 te halveren halen volgens de prognose 30 zetels (GroenLinks, PvdA, D66, PvdD, CU, Volt). Daarnaast is er Europese wetgeving die het bovengemiddeld vervuilde Nederland verplicht om de stikstofuitstoot te halveren en de natuur beter dan nu te beschermen.

Dat het CDA en delen van de VVD zich halfslachtig en lafhartig opstellen in het stikstofbeleid bevordert de duidelijkheid niet. Dat gezwalk heeft het CDA niet geholpen. Nu de provinciale verkiezingen zijn geweest kunnen VVD en CDA op landelijk niveau weer volmondig het natuur- en stikstofbeleid van het kabinet ondersteunen. Het probleem zit ‘m in de uitvoering in de provincies.

Vraag voor de komende vier jaar is of BBB een redelijke of onredelijke partij is. Het zal spaarzaam moeten zijn met haar eisen om zich niet uit de markt te prijzen, zoals een door Caroline van der Plas aangekondigde stop op de verplichte onteigening van boerenbedrijven vanwege te grote stikstofuitstoot. Maar of ze daarmee praat tegen haar kiezers of andere partijen is onduidelijk.

Want ook als grootste partij heeft BBB in de provincies anderen nodig om een meerderheid te vormen. En in de Eerste Kamer kan het kabinet over links steun vinden bij GroenLinks en PvdA in het natuur- en milieubeleid met op de achtergrond de steun van PvdD en Volt.

De koppen in de populistische pers en uitspraken van rechtse politici dat de uitslag betekent dat het beleid van de coalitie is afgestraft en daarom gewijzigd moet worden is wensdenken. Zo werkt politiek niet. Politiek gaat over de vorming van de macht en niet om emoties of stemmingmakerij. Of dat laatste in elk geval niet voor de langere termijn.

Als het kabinet in de samenwerking met links over het natuurbeleid een meerderheid vindt in de Eerste Kamer, dan is dat zoals politiek werkt. Een politicus-bestuurder is eerder een loodgieter dan een filosoof. Het gaat om het handwerk van onderop. Meerderheden hebben geen geheugen of emotie, maar worden in elkaar gesleuteld.

Relativering tekent de positie van BBB die als het feest van de overwinning is gevierd niet kan overvragen omdat de partij niet nodig is voor een meerderheid. De partij heeft er weinig aan om in provinciebesturen hoge eisen te stellen over het natuur- en stikstofbeleid die juridisch onhoudbaar zijn en aangevochten zullen worden door Hoge Raad, EU of milieuactivisten. De marges voor BBB zijn klein.

VVD’er Edith Schippers is voor ‘minder belasting op alles’

Schermafbeelding van deel artikelInterview Edith Schippers: Ik ben voor minder belasting, op alles‘ op nu.nl, 19 februari 2023.

Het interview met beoogd fractievoorzitter van de VVD in de Eerste Kamer. en DSM’er Edith Schippers op nu.nl is glashelder. Het werd op 19 februari 2023 geplaatst. Edo van der Goot stelt goede vragen én vervolgvragen. Hij legt volgens sommige reacties bij het interview feilloos de holle retoriek en inhoudsloosheid van Schippers bloot. 

Het is een interview dat Schippers niet zozeer ontmaskert als marionet van het bedrijfsleven, maar als onhandige lobbyist voor dat bedrijfsleven. Ze mist de politieke en verbale lenigheid van premier Mark Rutte. Dat contrast valt des te meer op omdat Schippers wordt beschouwd als opvolger van Rutte. Wat belooft Schippers als nieuw gezicht van de VVD?

Schermafbeelding van deel artikelInterview Edith Schippers: ‘Ik ben voor minder belasting, op alles‘ op nu.nl, 19 februari 2023.

De VVD belooft altijd belastingverlaging aan ‘de werkende Nederlander‘ en doorgaans blijkt aan het eind van een kabinetsperiode onder leiding van de VVD dat de lasten gestegen zijn. En de voorzieningen verder zijn uitgekleed.

De kop van het interview vat de kern van Schippers’ politiek samen: ‘Ik ben voor minder belasting, op alles‘. Dat betekent niet alleen een kleinere overheid, maar ook financiële voordelen voor veelverdieners en vermogenden.

Schippers’ opvatting over minder belasting op alles is een bedrieglijke belofte. De VVD zal dat niet waarmaken omdat het dat nooit waarmaakt. En het realiseren van ‘minder belasting op alles‘ is om praktische redenen onrealistisch. Tot 2027 kan de Belastingdienst vanwege ICT-problemen systeemwijzigingen niet aan. Verder legt EU-beleid Nederland verplichtingen op die samengaan met belastingheffing. Dat kan de VVD niet eenzijdig veranderen.

Waarom Edith Schippers zich onverstandig uitspreekt is de vraag. In politieke campagnes doen politici altijd niet waar te maken beloftes. Maar zelfs in zo’n valse belofte moet een mate van geloofwaardigheid zitten om de kiezer om de tuin te leiden. Schippers gaat verder met haar belofte voor minder belasting op alles die totaal ongeloofwaardig is. Dat is borreltafel-taal die een politiek leider niet in de openbaarheid kan doen. Ze is geen nieuwkomer, maar een gelouterd politica die vele mediatrainingen heeft gehad.

Is Schippers doorgeslagen in haar rol als bad cop? Mogelijk moet ze zich in de rolverdeling met premier Mark Rutte voor de Provinciale verkiezingen van 15 maart 2023 kritisch opstellen en onrealistische eisen stellen om de aanval van BBB, JA21 en PVV op de VVD te neutraliseren.

Waarna Rutte na die verkiezingen Schippers’ uitspraak over ‘minder belasting op alles‘ kan doen vergeten en gewiekst afwimpelt als een onverstandige uitspraak die in het heetst van de campagne is gemaakt.

Bemoeilijkt Schippers door haar uitspraak de toenadering van de VVD met PvdA en GroenLinks die voor het kabinet belangrijk kan zijn voor een meerderheid in de Eerste Kamer? Al is het alleen op de beleidsterreinen waar VVD en beide linkse partijen identieke belangen hebben. Deze twee partijen hechten aan een grotere rol van de overheid en zijn niet voor minder voorzieningen en minder belasting op alles. In het proces is Schippers’ geloofwaardigheid beschadigd.

Schippers diskwalificeert zich nog voordat ze gekozen is tot fractievoorzitter van de VVD in de Eerste Kamer. Ze probeert de inhoudelijke kritiek op haar opvattingen voor te zijn door die te framen als aanvallen op haar persoon. Ze zegt in het interview: ‘Met polarisatie en karikaturen van elkaar kom je niet tot oplossingen.’ Dat klopt, maar Schippers vergeet dat zij een oplossing in de weg staat door een karikatuur van zichzelf te maken. En van realistische politiek.

Theo Hiddema verlaat FvD voor zoveelste keer

Weerhuisje, 1952.

Theo Hiddema is de Heintje Davids van de ultrarechtste politiek. Dit Eerste Kamerlid neemt telkens afscheid van FvD, komt na verloop weer terug, en neemt daarna weer afscheid. Waarna hij weer terugkomt. Hoe vaak gaat hij dat nog herhalen?

Theo Hiddema is zo veranderlijk als het weer. De ene dag schijnt de zon en is het 20 graden, de volgende dag ligt er een laagje sneeuw op straat. Theo Hiddema is op zichzelf zijn eigen weerhuis. Hij heeft alle soorten weer in huis.

Zolang Hiddema centraal in de belangstelling kan staan maakt het voor hem niet uit wat voor weer het is. Of FvD nou naar radicaal- of extreem-rechts buigt maakt hem niet uit. Op termijn komt hij weer terug op het basisstation. Terug gezwiept door het elastiek waar hij aan is verbonden.

Deze keer was voor Hiddema de aanleiding om uit FvD te stappen het gedrag van de FvD-fractie in de Tweede Kamer dat de toespraak via een videoverbinding van de Oekraïense president Zelensky niet wilde bijwonen. Daar was Hiddema het niet mee eens.

In een gezamenlijke verklaring met Paul Frentrop die ook om deze reden uit de FvD-fractie in de Eerste Kamer stapte en partijleider Baudet wordt een en ander toegelicht:

Gezamenlijke verklaring van Hiddema, Frentrop en Baudet, 30 maart 2022.

Inhoudelijk lijkt er weinig te veranderen. Want Hiddema en Frentrop zeggen te blijven samenwerken met de FvD-fractie in de Eerste Kamer. Want het is duidelijk, Hiddema moet weer kunnen schuilen onder de paraplu van FvD als het politieke weer omslaat.

Hiddema houdt vol dat de kiezer voor ‘democratische vernieuwing’ bij FvD moet zijn. Hij blijft zich daar buiten FvD samen met FvD sterk voor maken. Begrijpt u het nog? Of heeft Hiddema zijn bril niet goed op zijn hoofd staan en dacht hij dat er ‘democratische vernieling’ stond?

Wees realistisch, niets is zo veranderlijk als het weer. En Theo Hiddema.

Van de 12 zetels uit mei 2019 heeft FvD drie jaar later nog 1 zetel over. Dat is een wanprestatie van formaat. Hiddema blijft de nederlaagstrategie van FvD omarmen. De afstand van zijn omarming varieert.

Baudet ontkent dat er verzet is tegen de koers van FvD en dat dit de aanleiding is voor de breuk met Otten en andere partijverlaters

Het geruzie in Forum voor Democratie (FvD) blijft voortduren. Partijleden scheiden zich af en naar verwachting zullen nog meer leden de fracties van de partij in Eerste Kamer en Provinciale Staten verlaten. PVV en andere partijen zien het geruzie met genoegen aan. De partij lijdt aan LPF-achtige toestanden. Nu de vakantie ten einde loopt en het politieke seizoen aanbreekt, worden de verschillen opnieuw opgerakeld. Woordvoerders en medestanders van de partij proberen in radicaal-rechtse, activistische media de verschillen te bagatelliseren. Er zou geen verschil in politieke opvatting bestaan tussen leider Baudet en de door het bestuur uit de partij gezette Henk Otten, maar dat lijkt eerder wensdenken dan realiteit. Otten verwijt Baudet sinds april 2019 in het openbaar tamelijk consequent dat die de partij te veel naar rechts zou trekken. Mijn reactie op DDS:

Als twee honden vechten om een been, dan is het niet zo geloofwaardig om de ene hond als onpartijdige scheidsrechter van het gevecht uit te roepen, zoals dit commentaar doet.

Uiteraard is het in het belang van partijleider Thierry Baudet om te doen alsof politieke verschillen niet de aanleiding waren voor de breuk met Henk Otten en andere dissidente leden. Maar die ontkenning wil niet zeggen dat die politieke verschillen niet bestaan en tot een breekpunt leidden.

Men hoeft het niet met Otten eens te zijn om toch te onderkennen dat hij vanaf het moment van zijn gewraakte NRC-interview van 19 april 2019 eenduidig is geweest in zijn kritiek op de koers van Baudet. Onder andere over Baudets filosofische ‘boreale’ vergezichten, de Europese Unie en de Nexit, de rol van religie en het aanleunen van Baudet tegen de SGP en het christendom, de kliklijn over vermeend links onderwijs, en het feit dat door de alt-right taalgebruik de partij in de racismehoek kan worden geplaatst.

Interessant is hoe dat verschil in koers tussen FvD en de partij van Otten uit zal gaan pakken. Beide partijen zitten rechts van de VVD. Naar verwachting zullen ze vele overeenkomsten hebben, maar ook veel verschillen. Niet alleen in toon die bij Ottens partij wat minder confronterend zal zijn, maar ook in inhoud. Terwijl FvD een alt-right profiel heeft, heeft Ottens partij een conservatief profiel. Maar hoe Otten en zijn medestanders dit conservatisme precies zullen vormgeven is vooralsnog lastig in te schatten.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelThierry Baudet genadeloos voor Lijst Plofkop Otten: ‘Conflict gaat gewoon over centjes, niet over ideeën!’’ van Tim Engelbart op DDS, 19 augustus 2019.

Henk Otten uit Forum voor Democratie gezet door partijleiding. Hij blijft lid van de Eerste Kamer

Update 25 juli 2019: Twitterstorm van Henk Otten waarin hij zich onder meer afvraagt waarom de Jaarrekening 2018 niet wordt gepubliceerd. Volgens Otten zijn de vermoedens en of beschuldigingen van fraude door de partijtop (Baudet, Rooken, Frentop) terug te brengen tot een boekhoudkundig verschil van mening (kostenallocatie):

En zo is Forum voor Democratie samen met de VVD niet meer de grootste partij in de Eerste Kamer met 12 zetels. Henk Otten die door de partijleiding uit de partij is gezet blijft lid van de Eerste Kamer, zo zegt hij in een tweet. Zodat Forum nu nog 11 zetels heeft. De zuivering van Otten doet denken aan Stalinistische methoden. In een persbericht heeft de partij het over ‘een vermoedelijke poging tot fraude met overheidssubsidie voor politieke partijen’. Het is merkwaardig dat de partij niet een definitief onderzoek afwacht, maar Otten nu al royeert vanwege een vermoeden.

Het wordt er moeilijk op om het opereren en de partijdemocratie van Forum voor Democratie serieus te nemen. Op 31 mei 2019 boekte Forum groot succes in de provinciale verkiezingen en werd met 15,87% van de stemmen de grootste partij. Door onhandig manoeuvreren en interne verdeeldheid behaalde de partij bij de Europese verkiezingen van 23 mei 2019 nog slechts 10,96%. Het gekrakeel doet de partij geen goed.

Foto: Tweet van Henk Otten, 24 juli 2019.

Kandidaat-voorzitter Eerste Kamer Beukering (FvD) zet zichzelf in interview met De Telegraaf te kijk als ongeschikt

In een prachtig interview van Inge Lengton en Wouter de Winther in De Telegraaf graaft aanstaand senator van FvD Toine Beukering goedgemutst zijn eigen politieke graf. Deze voormalig brigadegeneraal wil voorzitter van de Eerste Kamer worden, maar loopt met open ogen het mijnenveld van de parlementaire journalistiek in. Met dit interview zal het partijbestuur van FvD niet blij zijn. Beukering doet gekke uitspraken over joden in de Tweede Wereldoorlog, zet twijfels bij de conclusies van JIT en kabinet over de MH17 en denkt desondanks een kans te maken om senaatsvoorzitter te worden. Maar de positie van buitenstaander werkt in zijn nadeel.

Het begint al met het antwoord op de constatering dat hij geen politieke ervaring heeft. Beukering bevestigt dat en antwoordt indirect: ‘Nee, maar dat past ook bij onze partij. Wij hebben mensen uit het bedrijfsleven, uit de gezondheidszorg, noem maar op.’ Het is een opzienbarende conclusie dat Beukering meent dat gebrek aan politieke ervaring past bij FvD. Het interview getuigt ervan. De voormalig brigadegeneraal spreekt zichzelf tegen als hij zegt dat hij een korte inwerktijd nodig heeft voor de functie van senaatsvoorzitter. Hiermee zegt hij dat hij nu nog niet klaar is voor de functie. Dat bevestigt de opmerking van de interviewers dat het voorzitterschap geen stageplek is wat Beukering in woorden ontkent maar met zijn argumentatie bevestigt.

Het beeld dat Beukering van zichzelf schetst is dat van een goedwillende, maar wereldvreemde dilettant. Over de Tweede Wereldoorlog zegt hij: ‘Ik heb als klein jongetje een boekenkast vol gelezen over de Shoah. Ik ben altijd geïntrigeerd geweest hoe dat toch kan. Dat de Joden – zo’n dapper strijdbaar volk – als makke lammetjes gewoon door de gaskamers werden gejaagd. Dat heeft me altijd gefascineerd. Ik heb nooit het echte antwoord gevonden’. Op de vraag dat ‘mensen zich een hoedje schrikken als ze dit lezen in de krant’ lijkt Beukering de strekking van zijn eigen woorden niet te kennen als hij zegt: ‘Ik beledig daar niemand mee.’

Maar erger is zijn overmoed en zijn gebrek aan realisme en zelfkennis. Die komt voort uit het misverstand dat het bedrijfsleven of in zijn geval het leiding geven aan een krijgsmachtonderdeel een voortraject van de politiek zijn. Maar bedrijfsleven en krijgsmacht staan haaks op de politiek. Nu kan men best zeggen, gooi de politiek open, plaats er kundige zij-instromers in en kijk verder dan de traditionele enge blik op en van de partijpolitiek. De Eerste Kamer die weliswaar 100% politiek is, maar toch wat verder afstaat van de actuele politiek van de Tweede Kamer is daarvoor een prima plek om mee te beginnen. Maar ook dan is een minimum aan bestuurlijke en politieke vaardigheid en sociale handigheid nodig. Dat lijkt Beukering totaal te missen. Het is onheilspellend dat FvD iemand van het niveau Beukering als senaatsvoorzitter naar voren schuift. Met zijn positionering lijkt de partij indirect te zeggen dat het geen belangstelling heeft voor het voorzitterschap.

Ook inhoudelijk zit er lucht tussen wat Beukering zegt en wat hij meent. Het is een constante binnen FvD dat kaderleden zich desgevraagd in de openbaarheid in lovende en nietszeggende formules positief uitspreken over partijleider Thierry Baudet (‘Maar ik ben heel trots op wat Thierry heeft bereikt met Forum’), maar vervolgens met allerlei concrete punten van kritiek op zijn standpunten komen die feitelijk het omgekeerde zeggen en de positie van Baudet ondermijnen, namelijk dat veel van wat Baudet zegt in de kern niet deugt. De interviewers leggen dit onderscheid genadeloos bloot. Beukering lijkt het allemaal niet zo goed te begrijpen.

Het is Beukering zelf die zich door zijn uitspraken ongeloofwaardig maakt en markeert dat hij niet uit het goede hout voor het voorzitterschap van de Senaat is gesneden. Maar de journalisten van De Telegraaf lijken maar al te bereid om hem er een handje bij te helpen om zijn ongeschiktheid aan te tonen. Of dat ook een partijpolitieke stellingname tegen FvD of bijvoorbeeld voor de VVD inhoudt is niet op voorhand duidelijk. Dat hoeft het niet te zijn. Want Beukering opereert te onnozel en onervaren om serieus genomen te worden als kandidaat-senaatsvoorzitter. Het lijkt er meer op dat beide journalisten een amateurpoliticus langs de meetlat van de politiek leggen en los van zijn partij tot de conclusie komen dat hij het politieke vak niet beheerst.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelFvD-kandidaat voorzitter senaat: ’Oekraïners kunnen MH17 hebben neergehaald’’ van Inge Lengton en Wouter de Winter in De Telegraaf, 8 juni 2019.

Rector van Leidse universiteit zet FvD’er Paul Cliteur voor de keuze: steunt hij Baudets uitspraak dat de universiteit ons ondermijnt?

Paul Cliteur (wiens achternaam bij mensen die die voor de eerste keer horen al snel een reactie van gegiechel en gêne oproept) is medewerker van de Leidse Universiteit en wordt door de Leidse rector magnificus Carel Stolker aangesproken op zijn steun voor het standpunt van Thierry Baudet die laatst in zijn apocalyptische overwinningstoespraak na de provinciale verkiezingen zei ‘dat universiteiten ons ondermijnen’. Het is nu niet zijn naam, maar het standpunt van Cliteur dat gêne oproept. Hoe kan hij als universiteitsmedewerker laten passeren dat de leider van de politieke partij waarvoor hij in de Eerste Kamer gaat zitten dit in volle ernst zegt, zonder daar kritisch op te reageren. Verraadt Cliteur hiermee niet zijn alma mater waar hij en ook Baudet onnoemelijk veel aan te denken hebben? Waarom spugen Cliteur en Baudet in eigen bron?

Als Cliteur die docent is aan de Leidse universiteit de stelling onderschrijft ‘dat universiteiten ons ondermijnen’ , dan is het begrijpelijk dat rector magnificus Carel Stolker vraagt of Cliteur dat kan toelichten. Mare geeft in een artikel de details. In zijn verdediging maakt Cliteur het er alleen nog maar erger op als hij zegt dat hij best een afwijkende mening mag hebben ‘in’ wetenschap. Dat staat echter niet ter discussie en is niet het breekpunt. Het gaat erover dat Cliteur een afwijkende en dissidente mening heeft ‘over’ wetenschap.

Met Cliteurs stilzwijgende steun voor het standpunt van Baudet (‘we worden ondermijnd door onze universiteiten’) positioneert hij zich tegenover de universiteit, neemt daar afstand van en steunt de aanval vanuit de politiek op de Nederlandse universiteiten. Geen enkele organisatie is een knip voor de neus waard als het dat ongenoemd laat passeren. Stolker moet vanuit zijn functie reageren. Hij is aangenomen om het belang van de universiteit te dienen. Dat wordt hier bedreigd door Baudet en zijn sycofant Cliteur.

Cliteur moet als medewerker aan de universiteit kleur bekennen. Hij dient te erkennen of hij de aanval van Baudet steunt. De keuze is aan Cliteur: kiest hij voor de universiteit of de partijpolitiek. Het is slappe hap als hij net doet alsof er niets aan de hand is. Want er is wel degelijk iets aan de hand door de aanval van Baudet.

Een universiteitsmedewerker als Cliteur die niet ondubbelzinnig wenst op te komen voor de organisatie waar hij in dienst is, moet zich goed beraden of hij bij die organisatie nog wel iets te zoeken heeft. Als hij niet beseft dat hij niet te ver af kan wijken van de regels die de letter en de geest van de universiteit vormen, dan plaatst hij zichzelf buiten de orde. Dan kiest hij door zijn wegkijken en bagatelliseren tegen de universiteit.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelRector: Cliteur moet afstand nemen van Baudets uitspraak over “ondermijnende universiteiten”’ van Vincent Bongers voor Mare, 3 mei 2019.

Interessante uitslagen verkiezingen provinciale staten in interessante tijden

Men kan de uitslag van de verkiezingen voor de provinciale staten op vele manieren lezen. Dat is deel van de spin die onlosmakelijk aan de politiek is verbonden. Definitieve uitslagen zijn er nog niet, maar prognoses wel. De volgende conclusies zijn mogelijk:

1) Partijen die het moeten hebben van proteststemmen (‘tegenpartij’) hebben licht gewonnen. Forum voor Democratie heeft door een strak geleide campagne en een eind aan de democratisering van de partij die eind 2017 werd ingezet goed gepresteerd. Opmerkelijk is dat de partij in één keer samen met de VVD de meeste zetels behaalt. Maar per saldo verandert er aan het machtsevenwicht weinig omdat de PVV en SP hebben verloren. De protestpartij DENK heeft het slecht gedaan en verovert wellicht net geen zetel in de Eerste Kamer.

2) Het machtsevenwicht lijkt naar rechts te zijn verschoven door de winst van Forum, maar is in de praktijk naar links verschoven omdat Forum zich bewust isoleert, en programmatisch en persoonlijk fel keert tegen Rutte III. Dat blijkt onder andere uit de overwinningstoespraak van Thierry Baudet. Omdat een stem op Forum feitelijk een weggegooide stem is voor de coalitievorming in de Eerste Kamer, is rechts verzwakt door het verlies van VVD, CDA en middenpartij D66 en de winst van GroenLinks. Ook de sociaal-democratische PvdA kan de coalitie van VVD-CDA-D66-CU aan een (nipte) meerderheid helpen.

3) Als er sprake is van gebrek aan stabiliteit komt dat niet door de winst van Forum, maar door het gebrek aan samenwerking tussen de oude en nieuwe partners binnen de coalitie. Voorbeeld daarvan is eem mogelijke botsing tussen het CDA dat zich opstelt als belangenpartij voor de boeren en plattelanders, en het grootstedelijke GroenLinks dat zich sterk maakt voor een stevig klimaatakkoord. Beide partijen lijken in de Eerste Kamer even groot met 9 zetels.

4) Premier Mark Rutte lijkt onmisbaarder dan voorheen. Hij is de enige beeldbepalende politicus die zowel naar links als rechts kan buigen en een brede coalitie kan vormen. Dat maakt zijn mogelijke gang naar Brussel minder waarschijnlijk. Mede omdat de VVD met Forum een geduchte concurrent op rechts heeft gekregen en Rutte op dit moment de enige VVD’er lijkt die op termijn Baudet kan neutraliseren.

Geert Wilders claimt op te komen voor Nederlandse cultuur. Moet dat opgevat worden als satire waarin hij zichzelf op de hak neemt?

Ze komen er weer aan, verkiezingsdebatten. De logica ervan is onduidelijk. Op 20 maart zijn er verkiezingen voor de Provinciale Staten en daarom worden fractievoorzitters van de Tweede Kamer uitgenodigd. Dat is zoiets als hockeyers over voetbal laten praten. Amusant en irrelevant. Omdat door een stemming uit de Provinciale Staten de Eerste Kamer wordt gevormd had een debat tussen lijsttrekkers uit de Eerste Kamer meer voor de hand gelegen. De formule dat politici niet direct verantwoordelijk zijn voor dat waar ze over praten maakt het debat vrijblijvend. Wat ze ook zeggen, het doet er niet toe. Het voedt cynisme. Een voorbeeld is Geert Wilders die zegt op te komen voor Nederlandse cultuur. Dat is als een slager die zegt dat hij opkomt voor de dieren die hij slacht of Shell dat pretendeert fossiele brandstof te delven die duurzaam en groen is. Hoe dan ook voedt dit de vermoeidheid over de politiek. Mijn reactie bij het artikelVideo! Ontketende Wilders tegen Asscher: ‘U gooide de Nederlandse cultuur bij grofvuil en verklaarde islam heilig!’ op DDS:

Foto’s: Schermafbeelding van deel van artikel ‘Video! Ontketende Wilders tegen Asscher: ‘U gooide de Nederlandse cultuur bij grofvuil en verklaarde islam heilig!’ van Tim Engelbart voor DDS, 8 maart 2019 en eigen reactie.

Klaas Dijkhoff trapt af voor de campagne voor de Provinciale Statenverkiezingen door tegen het Klimaatakkoord te trappen

VVD-fractievoorzitter Klaas Dijkhoff zegt het klimaatakkoord op waaraan de VVD mee onderhandelde, aldus een interview in De Telegraaf. D66 en CU noemen dat contractbreuk. Ze vinden dat de VVD de gemaakte afspraken niet eenzijdig kan opzeggen. Dijkhoff zegt zich sterk te maken voor ‘de gewone mensen’. Dat lijkt een obsessie te worden voor de top van de VVD. Ook premier Mark Rutte zegt bij herhaling zich sterk te maken voor ‘de gewone mensen’. CDA-partijleider Sybrand Buma sprak ook stoere taal toen hij zei op te komen voor ‘de gewone mensen’ die door een klimaatakkoord in hun portemonnee zouden worden aangetast. Ook PVV-leider Geert Wilders en SP-leider Lilian Marijnissen claimen op te komen voor ‘de gewone mensen’. Er valt onderhand een autobus te vullen met politici die zeggen op te komen voor ‘de gewone mensen’. Maar zeggen is niet hetzelfde als doen. Komen deze politici wel echt op voor ‘de gewone mensen’? Waar bestaat dat dan uit? In het afdwingen van scherpe keuzes of in het naar de mond praten van ‘de gewone mensen’?

De meest fundamentele kritiek op het klimaatakkoord is niet dat ‘de gewone mensen’ worden benadeeld, maar dat de industrie wordt ontzien en onvoldoende meewerkt, en als grootste vervuiler nog subsidie krijgt van het kabinet ook. Dus mede van VVD en CDA. Dat was de reden voor milieuorganisaties om in december 2018 de onderhandelingen te verlaten. Als de industrie en ‘de gewone mensen’ communicerende vaten zijn, in die zin dat de kosten door iemand betaald moeten worden, en de industrie door VVD en CDA worden ontzien, dan betekent dat dat deze twee rechtse partijen ‘de gewone mensen’ de rekening laten betalen en in de steek laten. Maar in de beeldvorming zeggen ze het omgekeerde in de hoop deze kritiek te neutraliseren.

Deze schermutselingen kunnen niet los gezien worden van de verkiezingen voor de Provinciale Staten op 20 maart 2019 waarbij de meerderheid van de coalitie in de Eerste Kamer op het spel staat. Partijen profileren zich en scherpen hun profiel aan. Indirect helpt Dijkhoff ook Rob Jetten van D66 die zich voor zijn achterban juist sterk kan maken door op te komen voor het klimaatakkoord. Alle partijen willen dat ze deel zijn van een tweestrijd die de publiciteit domineert. Zo cynisch is partijpolitiek. Maar dat gaat niet zonder risico, want de geloofwaardigheid van Dijkhoff staat op het spel. Ik verwoordde dat vandaag in een tweet aan Rob Jetten:

In de video ‘Reactie van Klaas Dijkhoff op klimaattafels’ op het YouTube-kanaal van de VVD suggereert Dijkhoff dat het klimaat maakbaar en bijgebogen kan worden naar de wensen van zijn partij. Uit de vorm blijkt de symboliek. Staande voor een blauwe achtergrond houdt Dijkhoff een praatje tussen de schuifdeuren. Links en rechts gapen de gaten en schaduwen die diepte aan zijn betoog moeten geven. Het frame van de rafelrand wordt geïntegreerd in de video zodat Dijkhoff zich kan presenteren als oorspronkelijke, tegendraadse en moderne politicus. Maar hij verdrinkt in dit vormenspel waarin hij een projectie van een politicus speelt zonder zelf nog een politicus te zijn. Want achter de schaduwen wacht de echte, weerbarstige werkelijkheid. Dijkhoff claimt tegen beter weten in het te gaan fiksen. Hij tekent de ondertekenaars van het klimaatakkoord af als moralisten die met hun heilig vuur de samenleving op hun kop willen zetten. Dijkhoff is bang. Bang voor Buma. Bang voor de gele hesjes. Bang voor de milieubeweging. Bang voor de industrie. Bang voor zijn eigen populariteit. Bang voor de beeldvorming. Bang om harde keuzes te maken. Bang voor zijn eigen ruggengraat.

Foto 1: Schermafbeelding van deel artikelVVD: ’nee’ tegenklimaatakkoord’ in De Telegraaf, 12 januari 2019.

Foto 2 en 4: Stills uit videoReactie van Klaas Dijkhoff op klimaattafels’ op YouTube-kanaal van de VVD, 21 december 2018.

Foto 3: Eigen tweet aan Rob Jetten, 12 januari 2019.