Hogeschool Odisee Aalst: Mag godsdienstonderwijs aan kleuters volgens de kinderrechten?

De Vlaamse Opleiding Kleuteronderwijs van de Hogeschool Odisee in Aalst biedt vanuit een christelijke traditie studenten in het lesprogram de optie tussen een katholieke of een niet-katholieke versie. In de uitleg wordt door de docenten druk geschoven met begrippen. Alsof de identiteit van de Hogeschool vloeibaar is en voortdurend verandert. ‘Geloof’ wordt gelijkgesteld aan het ‘katholieke geloof’ en de ‘christelijke traditie’ aan de ‘rooms-katholieke traditie’. De niet-katholieke studenten worden in de video onderscheiden als moslima’s (zijn er geen mannelijke studenten?), niet-gelovige, ongelovige en anders-gelovige, randkerkelijke en protestant-gelovige studenten. Dat is blijkbaar diversiteit vanuit katholiek perspectief. De docenten stralen begrip en verdraagzaamheid uit, maar de vraag die deze video oproept is waarom er godsdienstonderwijs aan kleuters (circa 4 tot 6 jaar) gegeven moet worden en in welke vorm dat gebeurt. Nog los van de vraag of dat dan katholiek, protestant-gelovig, randkerkelijk of anders-gelovig godsdienstonderwijs is.

Vraag is of het in strijd is met artikel 14 van de kinderrechten. De toelichting zegt: ‘Meestal leren kinderen van hun ouders en op school over geloof en religie. Het wel of niet hebben van een bepaalde geloofs- of levensovertuiging kan een belangrijk onderdeel van de opvoeding zijn. Ouders mogen kinderen stimuleren om een bepaald geloof te volgen. In het Kinderrechtenverdrag staat echter dat kinderen niet gedwongen of verplicht mogen worden om een bepaald geloof te hebben, niet door hun ouders en niet door de regering. Als ze willen, kunnen kinderen naar een kerk of moskee gaan terwijl hun ouders niet geloven. Kinderen moeten ook kunnen besluiten om niet in God te geloven, terwijl hun ouders dat misschien wel doen. Kinderen moeten goede informatie krijgen over de verschillende godsdiensten, zodat zij zelf een keuze kunnen maken over welk geloof het beste bij ze past. De regels van een geloof mogen nooit schadelijk voor kinderen zijn.’ De ‘jaren des onderscheids’ in de Rooms-katholieke kerk werden ooit door Paus Pius X vastgesteld op zeven jaar.

De grens van wat aanvaardbaar is voor kinderen in een godsdienst ligt tussen stimuleren en dwingen. Een christelijke onderwijsorganisatie mag kinderen aansporen, maar niet in een dwingend programma binden. Het dienstbaar maken van kleuters van vier tot zes jaar gaat verder dan stimuleren en is feitelijk onderwerping. Hoe maatschappelijk aanvaardbaar en in lijn met de kinderrechten is het programma van het kleuteronderwijs dat Odisee aan studenten aanbiedt? Als het meer is dan een neutrale oriëntatie op levensovertuiging en godsdienst, dan valt het niet binnen de grenzen van de kinderrechten. Als de religieuze overtuiging er niet toe doet roept dat de vraag op waarom Odisee niet alle studenten dezelfde optie aanbiedt. Er wringt iets doordat dat niet gebeurt. Dat wordt in de toelichting door de docenten badinerend en verhullend gepresenteerd.

SS-VA pakt flink uit op Aalster carnaval. En wordt zelf ingepakt

549417_345642958875338_663190085_n

Carnaval in Aalst. De Oost-Vlaamse stad van priester Adolf Daens en schrijver Louis-Paul Boon. En nu ook van de ‘SS-VA‘ rel die de Bulgaarse directeur-generaal van de Unesco Irina Bokova tot de uitspraak brengt dat de Holocaust niet gebanaliseerd mag worden. Ook niet voor het aankaarten van een lokale, politieke kwestie. Het carnaval van Aalst is opgenomen als immaterieel cultureel erfgoed op de Unesco-lijst. Mevrouw Bokova zegt gechoqueerd te zijn door wat er in de carnavalsoptocht gebeurde en spreekt van een onaanvaardbare daad die een belediging is voor de nagedachtenis van de 6 miljoen Joden die gedood zijn tijdens de Holocaust.

Carnavalsvereniging Eftepië deed verkleed als SS-ers mee. Een met ‘E. de Waar’ ondertekende verklaring op Facebook spreekt over een misverstand: ‘De link met de jaren 30 hebben we gelegd omdat hier in Aalst de NVA het voorstel gelanceerd zou hebben om alle franstalige boeken uit de Bibliotheek te halen. Dit doet ons (Eftepië) nogal aan 10 mei 1933 doet denken, wanneer de NSDAP aanhangers op de Opernplatz 25000 boeken over ongewenste onderwerpen of van ongewenste auteurs hebben verbrand.’ De Weer legitimeert het optreden door te verwijzen naar een toespraak van koning Albert die verwees naar een jaren ’30 klimaat.

De Aaltse burgemeester Christoph D’Haese is lid van de N-VA van Bart De Wever en probeert de kwestie niet groot te maken. Hij betreurt de kwestie, wijst op het goede verloop en merkt tegelijkertijd op dat van de 3500 deelnemers aan het carnaval er slechts zes behoorden tot de ‘SS-VA’. Context is dat er niks verboden werd.

Directeur-generaal Bokova van de Unesco heeft gelijk dat de Holocaust niet gebanaliseerd mag worden. Het is echter twijfelachtig of dat uit het optreden van Eftepië opgemaakt kan worden. Uit de beelden blijken ze dat niet specifiek aan de orde te stellen, hoewel er verwijzingen naar de vernietingskampen waren: Zyklon en een goederenwagen. Maar geen hakenkruizen. In navolging van koning Albert verwijst Eftepië naar de jaren ’30, terwijl de ‘Endlösung der Judenfrage’ pas in 1941 begon. Verschillende fases in de nazi-dictatuur. Het verwijt dat de SS vermenselijkt wordt zou eerder hout snijden. Dat trof ook de film Der Untergang met Bruno Ganz als een menselijke en bij vlagen tierende Hitler. Fijnzinnig is Eftepië niet, kwaadwillend evenmin. Domweg naïef.

624_341_517d3a0ddf882ae9873041fba1e7ff62-1360778930

Foto 1: Gefotoshopte Affiche van Eftepië met bekende N-VA’ers; SS-VA voor het beeld van priester Daens in Aalst, 2013.

Foto 2: Eftepië als SS-VA tijdens de carnavalsoptocht in Aalst, februari 2013. Credits: Belga.