Gedachten bij foto ‘Les chantiers de Grande-Bretagne travaillent nuit et jour’ (1940)

Er wordt dag en nacht gewerkt op de Britse scheepswerven. Een schip verlaat zijn houvast. Onder het raamwerk van hout en staal is de bok weggeslagen.

Op dinsdag 3 september 1940 wordt de Empire Voice te water gelaten op een scheepswerf in Glasgow. Het vrachtschip is zojuist van de scheepshelling gegleden en een werker praat na met twee collega’s. Hij heeft een blok weggeslagen. Hij heeft de hamer nog in handen. In november 1940 wordt het schip afgebouwd.

De Empire Voice overleeft de Tweede Wereldoorlog en wordt in 1946 verkocht. Daarna krijgt ze de namen Bernard, Byron, Lalande en Uncle Batt onder welke naam het in 1961 in Japan wordt gesloopt. Slechts 21 jaar oud. Toen net meerderjarig als stoomschip.

Het Britse ministerie van Oorlogsvervoer was eigenaar van honderden schepen onder de naam Empire. Het beheer werd gedaan door diverse rederijen. In het geval van de Empire Voice was dat de British India Steam Navigation Co. Een statistiek zegt dat van de 103 schepen die deze rederij in 1939 had er aan het eind van de oorlog 51 verloren waren gegaan. Een percentage van bijna 50%. De koopvaardij had het zwaar te verduren.

De foto doet denken aan het decor voor een film (Otto e Mezzo; 8½) of een theatervoorstelling in de buitenlucht van Dogtroep, Vis à Vis of Peter Schumann. Functioneel oorlogsrealisme dwarrelt verstrooid de kant van de fictie op.

Als een technische constructie gevangen wordt in schoonheid, dan is het zonneklaar dat er werk wordt verzet. Schoonheid is bijvangst. Maar in werkelijkheid raken beelden van fantasie en realisme elkaar en lopen in elkaar over. Ze inspireren elkaar. Ze lenen van elkaar.

De foto uit 1940 oogt als theaterdecor. De hoofdrolspeler die van niets weet en geen stem heeft kiest het ruime sop. Maar dat is onzinnig gedacht. Zo is het niet.

De tewaterlating tekent de harde werkelijkheid van een oorlog die draait om productie, bevoorrading en aanvoer. De Empire Voice is de illustratie ervan. We kunnen het echter niet meer onvermengd zien. We moeten afkicken van onze droombeelden om het te zien. Of dat zal lukken is het punt.

Gedachten bij de foto ‘Öster Ledinge sågverk Interiör’ (1947)

Sune Sundahl, Öster Ledinge sågverk Interiör (Öster Ledinge houtzagerij Interieur), 1947. Collectie: Swedish Centre for Architecture and Design.

Deze foto van de Zweedse fotograaf Sune Sundahl (1921-2007) spreekt voor zichzelf. Hij was gespecialiseerd in architectuur en kunstnijverheid. Het interieur van een houtzagerij in Oost Ledinge nabij Stockholm doet denken aan een project van kunstenaar Marjan Teeuwen.

Het interieur ziet eruit als kunst. Maar daarmee is het nog geen kunst. Het is schoonheid die terloops betrapt wordt door Sune Sundahl die er oog voor heeft.

Is zijn foto die registreert dan kunst? Dat is een lastige vraag. Kan bijvangst ofwel ‘iets wat je vindt of ontdekt terwijl je eigenlijk op zoek was naar iets anders‘ kunst zijn zonder dat het bewust gecreëerd is? Dan is het op z’n best gevonden kunst. Een objet trouvé. Dat is democratisch gedacht, maar geeft nog steeds geen antwoord op de vraag of de foto kunst is.

Het doet er niet toe. Het omkleedsel om de foto te duiden moet duidelijkheid geven, maar geeft schijn. Schijnbeweging leidt af van de foto. Soms maken we het ons nodeloos ingewikkeld. De foto sprak toch voor zichzelf?

Gedachte bij de foto ‘[The three-masted ship Edward J. Baird resting on the bottom of Tangier Sound in the Chesapeake Bay, after sinking]’ (1955)

A. Aubrey Bodine, [The three-masted ship Edward J. Baird resting on the bottom of Tangier Sound in the Chesapeake Bay, after sinking], 1955. Collectie: Library of Congress.

Dit is overduidelijk een gezonken driemaster. De fotograaf noemt de boot een ram, een rank schip. Het jaar is 1955, de locatie is Chesapeake Bay die begrensd wordt door Virginia en Maryland. De fotograaf is A. Aubrey Bodine.

Dit is een foto die een prijs wint in een competitie. Komt het door de spiegeling van de zon op het rimpelende water van de zee-engte waar het schip ligt? Door de compositie? Door de bevreemding van de masten die uit het water steken? Komt dat door dat alles gecombineerd waar een jury geen overwegende bezwaren tegen kan hebben?

Het is niet kritisch bedoeld, maar is dit niet een foto die heel graag foto wil zijn? Is daar dan iets tegen is de wedervraag? Welnee, zeker niet, maar wie houdt van foto’s die op z’n minst de schijn weten te wekken dat het leven wordt betrapt ziet er een invuloefening in. Uitgedokterd en degelijk, maar dientengevolge ook doordacht. Kunstzinnig.

Gedachte bij foto [Every soul is a circus]

Iets kan mooi van lelijkheid zijn. Dat heeft te maken met het onvolmaakte. Dat wordt geïllustreerd door een schoonheidsvlek, een tâche de beauté. De afwijking benadrukt de schoonheid. Het gaat om de verhouding tussen het een en ander. Is lelijk echt lelijk volgens onze esthetische normen of slechts een vergezochte afwijking die als opzet heeft om het mooie te onderstrepen?

Deze foto roept bij mij vragen op. Behalve met het onvolmaakte heeft het ook te maken met pretentie. Komt de opzichtige glitter geloofwaardig over? Of wordt het onaannemelijk doordat de schijn van waarheid tekortschiet?

Is de voorstelling op de foto nou mooi van lelijkheid of lelijk van mooiheid? Of blijft het ergens in het midden hangen? Ik kom er niet uit. Ik kan het niet thuisbrengen terwijl ik dat uitvergrote en bevroren idioom van de theaterfoto wel meen te kennen. Dat er iets niet klopt aan wat ik zie leidt in mijn ogen tot de slotsom het een waanvoorstelling te noemen. Dat is niet negatief bedoeld als verbeelding en illusie positief opgevat worden. Zie ik het wel goed of staat mijn esthetische en historische antenne verkeerd afgesteld? Dan ga ik lelijk de mist in.

Foto: [Every soul is a circus], Collectie: Library of Congress.

Esthetisch profileren, mag dat? Om de slechte smaak van Nederland te bestrijden

ep

Een vraag houdt Nederland bezig, mag esthetisch profileren? Niet te verwarren met etnisch profileren. Dat is een methode die door veiligheidsdiensten wordt gebruikt om aan de hand van etniciteit burgers in het vizier te nemen en te beoordelen. Als norm wordt daarbij uitgegaan van een ouderwets idee van een Nederlandse ‘blanke’ identiteit zoals die in het verleden bestond. Dit houdt geen rekening met recente maatschappelijke ontwikkelingen. Dit gemis is ontoelaatbaar en de naïviteit voorbij. Of de reden racisme is of de ondermaatse prestaties en bijzonder slechte organisatie van de Nederlandse politie is de vraag. Waarschijnlijk het laatste.

Esthetisch profileren had afgelopen tijd het nieuws kunnen halen, maar deed dit niet. Verbazingwekkend, het tekent de stand van Nederland. Het is een methode die gebruikt zou kunnen worden om aan de hand van gedachten over schoonheid en kunst (esthetiek) burgers, bestuurders en instellingen in het vizier te nemen en te beoordelen. Dit komt in de buurt van de religieuze politie die in Iran vrouwen staande houdt en arresteert als ze de islamitische kledingvoorschriften niet opvolgen. De Nederlandse esthetische politie zou ontwerpers, museumdirecteuren, radio dj’s, wethouders, architecten, de ‘beste zangers van Nederland’, ministers of de burgers in de winkelstraat kunnen arresteren als ze de minimumvereisten van de esthetica overtreden.

Maar evenmin als etnisch profileren is esthetisch profileren gewenst. Want weliswaar zijn er ontelbare goede redenen om de verspreiders van de slechte smaak van Nederland te bestrijden, maar omdat er een wettelijke grondslag voor ontbreekt is het juridisch en politiek niet haalbaar. Nog los van het probleem dat er geen wetenschappelijke overeenstemming is over het feit wat de minimumvereisten voor schoonheid en kunst zijn.

Toch is het geen zinloze exercitie om je voor te stellen wat het effect van esthetisch profileren zou kunnen zijn. Pooierbakken zouden ook dan door de politie van de weg gehaald worden, maar om heel andere redenen dan nu. Probleem is trouwens de politie zelf die tegenwoordig opereert in uniformen die volgens sommigen vloeken met de eerste beginselen van de esthetiek. Het voordeel zou hem in de preventieve werking zitten. Een projectontwikkelaar en architect zouden wel oppassen om hun lelijke gebouwen over bouwterreinen uit te storten als ze beseften daarvoor in het midden van de nacht van hun bed gelicht te kunnen worden. Zeker is dat de ophef op sociale media hierover enorm zou zijn. Zoals dat over alles is. Maar dat is niet langer nieuws.

Foto: Schermafbeelding van posting ‘Esthetisch profileren, mag dat?’ op Cirkeltrek.

Jacob Bos wil expositie inzetten als wapen tegen de negativiteit rondom asielzoekers. Is kunst daarvoor geschikt?

5

Beeldende kunst, wat kan de beschouwer ermee? Waar dient het voor? Daar bestaan veel gedachten over, die elkaar soms tegenspreken. Sommigen die niet van de straat zijn menen dat het een filosofische functie heeft. Dat speelt op het terrein van denksystemen, grondslagen en een totaalvisie op het leven. Dat klinkt niet mis.

In die visie scherpt kunst aan en maakt mensen bewust van de eigen situatie en omgeving. Kunst geeft het leven diepte, en zelfs zin en troost. Zoals anderen zich laten inspireren door religie. Niet toevallig putten kunst en religie uit dezelfde bron. Kunst laat mensen naast de werkelijkheid kijken zodat er reliëf ontstaat dat er voorheen wel was, maar niet werd gezien. De functie van kunst is niet zo direct dat het dient om de wereld te verbeteren. Want daarvoor is de politiek. Maar het kan wel de politieke bewustwording helpen vergroten.

Zo beredeneerd kent kunst uitsluitend voordelen. Het geeft naast schoonheid, zin en troost. Het helpt mensen in hun politieke en maatschappelijke bewustwording zonder dat het tot doel heeft om mensen op te zetten tegen de gevestigde orde. Omdat kunst dezelfde voordelen kent, maar minder explosief en onbeheersbaar is dan religie is het onbegrijpelijk dat overheden kunst niet veel meer gebruiken als beheersinstrument. Volgens de aard moet de overheid daarbij op afstand blijven omdat kunst anders een direct verlengde van de politiek wordt en ophoudt kunst te zijn. Juist door die afstand aarzelen overheden omdat ze volledige controle willen.

Kunst is voor de kunstenaar het omzetten en construeren van ongerichte impulsen tot een eigen wereld met een eigen vormentaal die de beschouwer richting en verdieping geeft. Kunst is een schaduwwereld die commentaar geeft op wat buiten de kunst bestaat en er daardoor onlosmakelijk mee verbonden is. Kunst is een halfproduct dat een brug slaat tussen illusie en realiteit. Kunst is de katalysator die maatschappelijke processen kan versnellen, zonder daardoor zelf te veranderen. Kunst heeft geen gevoel, maar roept gevoel op.

In Hoogeveen is er de glaskunstenaar Jacob Bos die volgens een bericht in RTV Drenthe ‘tegenwicht wil bieden aan alle negativiteit rondom asielzoekers’. Hij heeft het initiatief genomen om samen met andere kunstenaars en ‘kunstenaars onder vluchtelingen’ een expositie te houden. Hij is nog op zoek naar een expositieruimte. Interessant is wat Bos meent met deze expositie te kunnen doen, namelijk het uiten van een gevoel. ‘Dat kan met beeldende kunst’ zo meent Bos. Dat is een misvatting van Bos. Kunst roept in het beste geval gevoel op, maar kan dat zelf niet uiten. Een andere misvatting is dat kunst via het inrichten van een expositie direct een politiek doel kan dienen. Kunst kan de politieke bewustwording vergroten, maar niet in de plaats van politiek komen. Dan verliest kunst haar eigenheid en meerduidigheid, en wordt het een vehikel voor politieke actie.

Foto: Werk van de glaskunstenaar Jacob Bos.

Tijdloosheid van de Oekraïense oorlog. Om in te lijsten

Een wapenstilstand is in de maak tussen Oekraïne en separatisten die gesteund worden door het Russische leger. Maar voor het zover is proberen de laatsten de strategisch belangrijke havenstad Mariupol te veroveren. Om Rusland een toegangsweg over land tot de Krim te bieden. Het zal erom spannen. Artilleriebeschietingen door de separatisten bereiden dat voor. In de uren voor een wapenstilstand zijn de gevechten het felst.

m2

De video toont de voorstad Shyrokyne die onder vuur ligt. De oorlog hult zich in herfsttinten. Met een dubbele focus die net naast de werkelijkheid kijkt, als een uitlopende waterverftekening.  Het zijn ook de cipressen in een 13de eeuwse oorlog tussen Florence en Siena. Rook, vuur, leed en doden zijn inwisselbaar. Wat blijft is de schoonheid van het landschap. Oorlog is leven op het randje van de tijd. Om in te lijsten ter herinnering.

m1

Foto’s: Schermafbeeldingen uit video ‘Shelling of Shyrokyne (the Suburb of Mariupol) with “Grad”s 9/05/2014’ op YouTube.

Johan Simons ziet bij regering geen respect voor kunst. Zijlstra!

zg

Theaterregisseur Johan Simons was gisteren Zomergast. Veel over taal, acteren, kunst en cultuurbeleid. Door en door Nederlands kijkt-ie toch naar Nederland met een frisse blik. Hij werkte eerder in Gent en is voor vijf jaar aangesteld als intendant bij de Münchner Kammerspiele. Hij ‘moet’ nog twee jaar en studeert nu Dantons Tod van Georg Büchner in. Met Pierre Bokma die heerlijk ‘lelijk’ mag spelen om tot de kern te komen. Straks.

Johan Simons is een grote geest met het hart op de juiste plek. Hij weet zonder het ingewikkeld te maken de essentie te pakken, en schakelt moeiteloos van hoog naar laag. Interviewer Wilfried de Jong bood Simons volop ruimte voor dat laatste, maar kon Simons in dat eerste niet volgen en zat daar Simons in de weg. Zoals bij de openingsverklaring van Simons aan de hand van zijn keuze voor een fragment van Coetzee en Kayzer en de onmogelijkheid van het interview. De Jong pikte dat totaal niet op en maakte het in zijn ongeduld plat.

Interessant en bevlogen werd het toen Simons over het Nederlands kunstklimaat en het regeringsbeleid kwam te spreken. Zie Uitzending Gemist na 2 u, 36′, 24”. Het is de wereld van het niet meer serieus nemen van kunst. Net als in Italië is een deel van de kunst ook in Nederland door de vorige regering verdacht gemaakt:

Onze vorige staatssecretaris van Cultuur Halbe Zijlstra die zei dat hij blij was dat hij geen verstand had van kunst, want dan kon hij heel makkelijk snijden. Ik weet niet of er überhaupt bezuinigd moet worden, daar zijn ook andere stemmen, maar de manier waarop die man omgegaan is met ons kunstenaars neem ik hem zeer kwalijk en zal ik hem ook altijd kwalijk nemen. Het gaat niet aan dat iemand die staatssecretaris van Cultuur is dat durft te zeggen, terwijl een staatssecretaris van Cultuur het hoort op te nemen voor cultuur. Ook al krijg je als opdracht om te bezuinigingen dan moet je dat serieus uitleggen. Dus ik voel me als Nederlands kunstenaar echt geraakt. (..) Je kunt toch niet zeggen als je een ministerie onder je hebt blij te zijn niet zoveel verstand van kunst te hebben om makkelijker te kunnen snijden. (..) Ik vind het respectloos beleid. We hebben te maken met een regering die redelijk respectloos met de kunst omgaat.‘ De VVD is de kwade genius.

Schermafbeelding van Zomergasten 2013 met Johan Simons, 18 augustus 2013.

Museum Zwolle wil overtuigen door te getuigen over het getuigen

WereConvinced_musmnd

Musea staan onder druk. De cultuurbezuinigingen zijn bovenproportioneel. Zelfs verzelfstandigd blijven overheden eigendom van gebouw en collectie. Een directeur is niet echt baas in eigen huis. Het instituut museum is door zijn opdracht per definitie een plek van de dood. Kunstenaars doen meewarig, totdat ze enthousiast een aanbod accepteren voor een presentatie. Het museum mist aansluiting bij de eigen tijd. Het kiest tandenknarsend voor populisme in de vorm van Museumnachten of- Weekends of trekt zich mentaal terug in een verleden. Daartussen ontbreekt de bedrijfsvoering die leert van AH, de Efteling, McDonalds of de plaatselijke schouwburg. Om puur te blijven moet de hoofdfunctie ‘museum’ zichzelf opnieuw uitvinden. In de schaduwgevechten tussen NMV en Raad voor Cultuur wordt een aarzelend begin met nadenken gemaakt.

Nu loopt in Stedelijk Museum Zwolle de tentoonstelling Het Nieuwe Pronken of Pronken. In de marge houdt ‘welvaartskunstenaar’ Daan Samson met fotograaf Jeronimus van Pelt een fotoshoot in de museumkeuken. Samson baarde opzien met zijn foto van Halbe Zijlstra als liberaal determinist. Het persbericht duidt op hedendaagsheid en marktgerichtheid: ‘Opvallend binnen de compositie zijn de kleurige sapcentrifuges, broodroosters en foodprocessors. De ‘sexy’ apparatuur is beschikbaar gesteld door Magimix, marktleider op het gebied van keukenapparatuur. De meeste aandacht zal echter worden opgeëist door de aanwezigheid van een aantal jonge Zwolse meiden. Door de welvaartskunstenaar zijn de bewuste beauties van Facebook gehaald. Daan Samson heeft hen gevraagd op speelse wijze te poseren tussen de groenten en de blenders.

Meisjes of vrouwen heten in hedendaags jargon ‘meiden’. Tijdens deze fotoshoot loopt alles in elkaar over, zo lijkt het. Commercie en kunst, sexy en eeuwige schoonheid, moraliteit en media. Als verantwoording voor de fotoshoot wordt gezegd dat alles en iedereen zich toch al in de etalage zet: ‘De hedendaagse mens wil zien én gezien worden‘. Is dat zo en moet een museum dat dan volgen? Ai Weiwei gebruikt ook sociale media, maar wel met een ander doel. In de zoektocht om aan de weg te timmeren geeft Stedelijk Museum Zwolle ruim baan aan nevenverschijnselen. Wat vragen oproept over de hoofdfunctie. Zoals het uitdrukken van verveling in films tot slaapverwekkende films leidt, zo leidt in Zwolle het uitdrukken van de buitenkant van producten en consumenten tot de getuigenis dat de getuigenis de getuigenis is. De nieuwe leegte tot 5 mei in Zwolle.

Foto: ‘We’re Convinced!‘ (2012) van Daan Samson. Fotografie: Jeronimus van Pelt. Lambda photo C-print on dibond / 3mm plexiglass / 160 x 120 cm. Geplaatst bij persbericht van Stedelijk Museum Zwolle.

Onderdanen richten onderdanig feest aan: Beatrix

2758792

Soms schieten woorden tekort. Zoals in de aflevering van Fawlty Towers The Germans uit 1975 die door de BBC gecensureerd wordt vanwege racistisch taalgebruik. Tja, de goede oude tijden veranderen en humor wordt noodgedwongen aangepast. Hoe zal er over 38 jaar teruggekeken worden op 2013? Zou nog iemand de onderkoelde humor herkennen die uit de tentoonstelling ‘Beatrix in Hotel Pulitzer‘ spreekt? Een ‘bijzondere samenwerking in de vorm van een expositie’  van het Amsterdamse hotel en Fransastic. Da’s niet misselijk.

Deze portretten van de Nederlandse koningin die onlangs haar aftreden bekend maakte zijn koddig. Een lachende koningin met een van haar karakteristieke hoeden en daarop een winterkoninkje. Woorden schieten tekort. Waar leerde de koningin om een hoekje kijken? Suggereert deze pastel soms haar geheime kracht? We zullen zien. Mogelijk wordt over 38 jaar de grap onthuld. Of gecensureerd in andere tijden. Tot kijk, pracht.

Foto: Ankie van Lier, Koningin met winterkoninkje.