Wierd Duk volgt op sociale media met mate de talking points van alt-right

Wierd Duk is journalist voor De Telegraaf. Of beter gezegd is hij een activistische journalist of journalistieke activist die in zijn eigen domein op sociale media en praatprogramma’s op televisie de feiten uit zijn mening laat volgen. Er is niet mis met die politieke kleur en zijn vooringenomenheid. Mits dat vooraf bekend is. Daar zit ‘m bij Duk nou juist het probleem. Hetzelfde geldt trouwens voor meer journalisten die zich activistisch opstellen. Het probleem is dat de Telegraaf-journalist en de BV Duk-activist vermengd raken en door elkaar heen gaan lopen. Voor de lezers van De Telegraaf is dan niet meer duidelijk welke Duk aan het woord is. De zorgvuldige journalist die volgens de gangbare journalistieke codes werkt of de activist die dat niet doet.

Dankzij bemiddeling kreeg ik deze schermafbeeldingen van het Twitter-account van Duk toegezonden omdat ik door Duk sinds februari 2015 geblokkeerd word op Twitter. Ik had geen idee waarom hij dat deed, des te meer omdat ik nauwelijks contact op Twitter met hem had gehad en niet begreep wat de aanleiding was door de blokkade van mij door hem. Vermoedelijk had het met zijn pro-Kremlin opstelling in de kwestie Oekraïne en Krim te maken waarover ik in een of twee tweets verder vroeg. Het was hem blijkbaar te veel om dat toe te lichten en vermoedelijk schatte hij mijn interventie in als afleiding van zijn afleiding. Wat het wellicht was.

Nu is het oktober 2018, maakte Duk de overstap van het Algemeen Dagblad naar De Telegraaf en lijkt hij in zijn opinies steeds meer gestuurd te worden door de ‘talking points’ van Trump en alt-right. Die de president deels ingefluisterd worden door het Kremlin. Nogmaals, dat is verdedigbaar en even legitiem als het aanvallen van de ‘talking points’ van Trump. Maar als dat niet op een intelligente manier gebeurt en slecht onderbouwd wordt dan begint dat op te vallen. En slaat het terug op zijn journalistieke werk voor De Telegraaf.

Zo vroeg Duk in de kwestie van de bombrieven die de afgelopen week naar Democratische politici en opinieleiders werden gestuurd in een tweet aandacht voor de opinie van de conservatieve Candace Owens die op Wikipedia wordt geïntroduceerd als complotdenker. Duk deed dat via een verwijzing naar de Trump-kritische en satirische Twitter account Recovering Republican. Owens stelde –samen met vele andere rechtse complotdenkers– dat het om een zogenaamde ‘false flag’ operatie van de Democraten ging. Ze schreef op 24 oktober 2018 in een tweet (inmiddels door haar verwijderd): ‘I’m going to go ahead and state that there is a 0% chance that these “suspicious packages’ were sent out by conservatives. The only thing “suspicious’ about these packages, is their timing. Caravans, fake bomb threats – these leftists are going ALL OUT for midterms.‘ Met het aanhouden van Cesar Sayoc is die theorie ontzenuwd en zijn de rechtse complotdenkers ontmaskerd.

Duk had eerder een verwijzing naar een tweet van Owens van 26 oktober gemaakt met de introductie ‘Veel interessanter dan het rituele bashen van Trump’. Deze tweets van Duk met een aanbeveling van Owen en de verwijzing naar de kritiek op Owen zijn niet los te zien van elkaar. Het tekent het manoeuvreren van Duk die van de ene kant steevast de ‘talking points’ van rechtse complotdenkers weergeeft, maar anderzijds niet wil worden betrapt als een journalist die niet onpartijdig zou zijn. Het is een lastige evenwichtskunst van een activistische journalist die zijn broodwinning en activisme moet combineren. Wil de echte Wierd Duk opstaan?

Foto 1 en 2: Schermafbeelding van tweets van Wierd Duk, oktober 2018.

Foto 3: Schermafbeelding van (inmiddels verwijderde) tweet van Candace Owens, via tweet MrHeart_Break.

Advertentie

VS steunt Oekraïne mondjesmaat om het Kremlin te verzwakken

Mijn reactie bij het opinieartikel ‘Verenigde Staten weigert referendum voorstel van Rusland voor Oost-Oekraïne’ van Wout Willemsen op De Dagelijkse Standaard (DDS):

Trump houdt uitverkoop van westerse belangen. Zo lijkt het. Hij trekt zich terug uit akkoorden en internationale organisaties, of is er op z’n minst kritisch op. Trump geeft gemengde signalen af om zijn diepere bedoelingen te maskeren. Trump leidt een regering die niet met één mond spreekt. Wat woordvoerders van het State Department zeggen staat af en toe haaks op wat Trump zegt. Dat is de sleutel om te begrijpen wat de Oekraïne-politiek van de VS inhoudt.

Het is één ding om het niet met Trump eens te zijn, het is een ander ding om precies te achterhalen welk beleid hij voorstaat. Dat laatste is lastig. Neem als voorbeeld de ontmoeting met de Russische president Putin van afgelopen maandag 16 juli in Helsinki. Bij het gesprek waren alleen vertalers aanwezig en zijn geen notulen gemaakt. Met als gevolg dat zelfs de naaste medewerkers van Trump niet weten wat er besproken is of welke afspraken hij met Putin heeft gemaakt. Dit is op z’n minst merkwaardig en het tegendeel van een regering die eensgezind, gecoördineerd en doelmatig optreedt.

Het Kremlin lijkt afgelopen maandag met overmoed en het ontbrekende tegengewicht van Trump die de schijn van zelfstandigheid ophield in het eigen zwaard te zijn gelopen. In de afsluitende persconferentie scoorde Putin 10-0 tegen Trump die zo duidelijk de belangen van zijn eigen land uitverkocht, dat er wel een reactie moest volgen. Van zowel Democratische als Republikeinse congresleden. Trump was de schijn voorbij dat hij opkwam voor de VS en geen marionet van Putin was. Toen dat openlijk en bijna met de grofheid van scherpe satire naar buiten kwam beschadigde dat vervolgens de positie van zowel Trump als Putin.

De hoofdreden voor het afwijzen van de tot nu toe geopenbaarde delen van de duistere plannen die Putin en Trump in hun gesprek onder vier ogen bekokstoofden is dat Amerikaanse wetgevers en naaste medewerkers van Trump in het Witte Huis niet weten welk totaalpakket is afgesproken en hoever dat gaat. Of liever gezegd, op welke manieren Putin de slecht voorbereide Trump heeft meegekregen in zijn voorstellen.

Als de VS met de levering van defensieve wapens zoals antitankraket Javelin investeert in het Oekraïense leger, dan doet het dat om escalatie van de Russisch-Oekraïense oorlog te voorkomen. Het idee daarbij is dat een goed uitgerust Oekraïens leger het Kremlin er zal van weerhouden om de oorlog verder op te schalen. De militaire, politieke en economische prijs is daarvoor gewoonweg te hoog.

Daarnaast heeft de VS een ereschuld aan Oekraïne omdat het in 2014 dat land in weerwil van de Amerikaanse handtekening onder de garanties van het Boedapester Memorandum 1994 over soevereiniteit en territoriale integriteit tegen alle afspraken en toezeggingen in in de steek heeft gelaten. Dat was onder president Obama.

Zo resteert een tweezijdige gijzeling. De Russische Federatie is de oorlog die het niet erkent en grotendeels in het geheim voert begonnen om Oekraïne te destabiliseren en het zo de weg naar lidmaatschap van de NAVO te versperren, maar nu binden de VS de Russische Federatie vast in deze bij inwoners van de Russische Federatie allang niet meer populaire oorlog waar het Kremlin niet meer uit kan stappen. Dat is klassieke geopolitiek, probeer je tegenstander te binden op zwakke punten zoals een sluipend conflict waar het langzaam doodbloedt en geef de eigen bondgenoot net zoveel steun dat het niet kan winnen en niet kan verliezen, maar het conflict in stand blijft.

Deze strategie tekent het verschil in beleid tussen de retoriek en het snel willen scoren van Trump en de adem van langetermijn-planning van het Pentagon en het State Department om het de Russische Federatie zo moeilijk mogelijk te maken in Oekraïne. Met het streven om de Russische Federatie net als de Sovjet-Unie in 1991 niet militair, maar economisch te bestrijden en ten onder te laten gaan. Liefst in een zo zacht mogelijke landing om de Oost-Europese landen niet in een mogelijke chaos van zo’n val mee te slepen.

De a-synchrone oorlogsvoering (geheime operaties) van de Russische Federatie in Oekraïne wordt zo beantwoord met een a-synchrone oorlogsvoering (economie) van de VS. Het Amerikaans beleid is een tapijt met een weefsel van korte draden met opvallende tinten op de voorgrond en minder opvallende lange draden in de achter- en ondergrond. Trump zorgt ondanks zichzelf voor het spektakel op de voorgrond en leidt zo de aandacht af van de Amerikaanse buitenlandse politiek op de achtergrond. De derde manier van a-synchrone oorlogsvoering.

Foto: Persian Prayer Rug.

Russian Culture Minister Medinsky threatens the Netherlands in connection with art loans from the Crimea

Russian state controlled Sputnik argues in an article a collection must be returned to the Crimea. It is at the Allard Pierson Museum in Amsterdam. Russian Culture Minister Vladimir Medinsky told Sputnik ‘he did not consider possible the continuation of inter-museum relations with the Netherlands if the country does not return the collection of ancient Scythian gold to Crimea’. But Medinsky only gives threats, no arguments. My comment on the article:

This affair in the core is about the question whether the Crimea is occupied territory or not. The world community in majority thinks so and confirmed this in the non-binding UNGA resolution 68/262 which said the Russian Federation occupied Crimea in 2014 in an illegal way and held a flawed referendum. The Netherlands supported this resolution.

So, what the Culture Minister Medinsky of the Russian Federation says is too simple and too bluntly. He mixes cultural, legal and political arguments and tries to select them selectively.

The Netherlands is a functioning state of law and wants to connect justice, proportionality and good political relations with all countries. The Allard Pierson Museum and the Amsterdam University of which the museum is a part -and were the loans are kept- also want to act according to international law.

‘The Convention for the Protection of Cultural Property in the Event of Armed Conflict with Regulations for the Execution of the Convention 1954’ is accepted by the international museum organization ICOM as a starting point.
http://portal.unesco.org/…/ev.php-URL_ID=13637&URL_DO…

It says in article 5.1: ‘Any High Contracting Party in occupation of the whole or part of the territory of another High Contracting Party shall as far as possible support the competent national authorities of the occupied country in safeguarding and preserving its cultural property.’

So, the Allard Pierson Museum and the Amsterdam University face a dilemma. A Museum is not a political organisation, but in this matter it has to give a political interpretation of a politicized issue because of a war between Ukraine and the Russian Federation. A situation which did not exist when the loans were granted by the Ukrainian museums.

The norm is the interpretation of the guidelines of ICOM. The Allard Pierson Museum and the Amsterdam University have the obligation to follow the norms of their field, the musuem sector.

Because of the political conclusion in the UN it seems strongly this Dutch musuem has to play by the rules of ICOM. It has little room to set aside the guidelines of ICOM.

The political reality is that globally the majority of countries have the opinion that Crimea ihas been occupied illegally by the Russian Federation and the so called referendum was not legally valid.

Crimea is since 2014 occupied by a foreign power and the Allard Pierson Museum and the Amsterdam University can not act differently than not returning the loans to occupied territory. Because they have the obligation to safeguard and preserve them. Against their will and because of a political situation it plays no part in.

Whether they have to keep it in custody until Crimea is no longer occupied or that they have to send it back to Ukraine immediately, is a question that needs to be considered legally.

Duk valt Livestro persoonlijk aan. Maar weerlegt radicaal-rechtse samenzweringsverhalen en racistische theorieën niet

Wat de buitenlandvisie van journalist Wierd Duk onbegrijpelijk maakt is dat hij waarschuwt voor Amerikaanse neoconservatieven (Nuland, McCain), maar even kritisch is op de EU met haar Oostelijk Partnerschap dat hij eveneens opvat als een verlengde van het neoconservatisme (Radek Sikorski, Bildt). Zo weegt bij hem het neoconservatisme zwaar en bepaalt dat in alle situaties zijn houding tegenover EU en NAVO. Duk meent geen Putinversteher of Putin apologeet te zijn -daarom reageert hij zo fel op Livestro-, maar als puntje bij paaltje komt maakt hij zich evenmin sterk voor de EU. Zelfs niet de vernieuwde, hervormde versie ervan die nu door toedoen van de Franse president Emmanuel Macron in de steigers wordt gezet. En die afstand neemt van de VS. Duk met de uitgesproken meningen over alles en nog wat is vooral tegen en nergens voor. Tot nu toe.

Een houding die zich tegen neoconservatieven in NAVO of EU verzet is trouwens goed verdedigbaar. Als die zich overigens ook uitstrekt tot kritiek op Russische neoconservatieven of neo- of re-nationalisten met hun eigen veiligheidsindustrie. Want de overeenkomsten tussen de VS en de Russische Federatie zijn groot. Het grote geld in die landen omvat een circuit van banken, bedrijven, veiligheidsdiensten, wetenschap en media dat geld naar de politiek omleidt. Buiten de controle van burgers en parlement om. Er zijn ook verschillen, want in de VS biedt de burgermaatschappij desondanks meer controle op de macht. Met persvrijheid, parlementaire onderzoeken die kunnen bijten, een onafhankelijke rechtspraak en een vrij toegankelijk politiek bestel. Dat alles is in de Russische Federatie zo goed als uitgeschakeld. Men zou kunnen zeggen dat president Trump zich spiegelt aan president Putin, maar nu pas tot ontdekking komt dat de Amerikaanse democratische instanties hem het niet zoals Putin mogelijk maken om alleen (of met een kern van getrouwen) te heersen.

Duk zou aan geloofwaardigheid winnen als hij de nuances over buitenlandse politiek die hij claimt te bezitten om zou zetten in een positief beeld van de EU. Welk beeld dat ook is. Om dat vervolgens in de media naar buiten te dragen. Dat zou zijn weerbarstige, deconstructieve houding ombuigen in positivisme en opbouw.

Er is iets wat Duk daarvan weerhoudt. Dan moet hij niet vreemd opkijken als anderen hem moeilijk kunnen duiden en vinden dat hij zich anders voordoet dan hij is. Op het risico van psychologisering, wat Duk lijkt dwars te zitten is dat hij tussen twee stoelen terecht is gekomen. Hij is in de rechts-populistische hoek aangeland als een zeilboot aan lager wal, maar vindt eigenlijk dat hij daar niet thuishoort. Maar hij kan er geen afstand van nemen. En vindt er bentgenoten die tegen de islam waarschuwen en met wie hij het goed kan vinden. Zo neemt hij de retoriek over waarin hij bij voorkeur joodse opinieleiders (Soros, Livestro, Anne Applebaum, Nuland) op de korrel neemt en makkelijk meegaat in samenzweringstheorieën. Wellicht niet omdat hij ze echt gelooft -want daarvoor acht hij zich te verstandig- maar omdat het hem gewoon overkomt.

Ik denk niet dat Duk een extreem-rechtse complotdenker is. Dat meent Duk te moeten weerleggen naar aanleiding van een artikel van Joshua Livestro waarin deze dit zou beweren. Maar Livestro zegt nergens in zijn artikel wat Duk er over zichzelf meent uit af te moeten leiden. Livestro heeft het over complotdenkers met een ondergangsobsessie die de democratie in gevaar brengen en denken volgens de lijnen van de samenzwering. Hoe men daar verder ook over denkt is Livestro’s opsomming waardevol omdat het alle hoofdpersonen aan de radicale rechterzijde van het politieke spectrum in hun diversiteit en onderlinge verschillen op een rijtje zet. Duk weet dat de aanduiding ‘extreem-rechts’ verwijst naar het gebruik van geweld. Maar de term ‘extreem-rechtse complotdenkers’ die Duk in zijn antwoord aan Livestro citeert komt in Livestro’s artikel niet voor. Dat geeft te denken over Duks zorgvuldigheid. Natuurlijk is Duk geen gevaarlijke oproerkraaier. Het gaat niet om zijn persoon, maar om een stroming in de Nederlandse politiek en journalistiek die het idee van ‘waarheid’ en de democratische instituties ondermijnen. Duk is er volgens Livestro een radartje in. Niet meer en niet minder.

Nog een persoonlijke noot. Duk meent dat de Nederlandse media ‘gelijkgeschakeld’ zijn en er van een diepgaand debat nauwelijks sprake is. Het artikel van de conservatieve Livestro waar Duk op reageert toont trouwens het tegendeel van die bewering aan. Want Livestro gaat in details en grote lijn de diepte in en bauwt geenszins de vermeend links-liberale kleuring van de Nederlandse media na. In februari 2015 blokkeerde Duk me op Twitter. Ik schreef daarover: ‘Ik ken Duk verder niet en heb geen idee over zijn deskundigheid of politieke opstelling. Ik ken hem alleen van Twitter waar het me opviel dat hij vooral aandacht besteedt aan overtredingen van Oekraïense zijde. Dat mag. Niks mis mee. Ik heb hem daar enkele keren via tweets op aangesproken om te polsen hoe objectief hij is. Da’s blijkbaar meer dan Duk aankan.’ Als Duk een diepgaand debat aan wil gaan en hij dit leest, dan kan hij me deblokkeren. Als hij werkelijk een diepgaand debat wil.

Foto: Schermafbeelding van deel opinie-artikel van Wierd Duk ‘Wierd Duk: ‘Livestro beschuldigt me zonder bewijs, wil me framen als gevaarlijke oproerkraaier’ in De Volkskrant, 7 juni 2017. Dit is een antwoord op een opinie-artikel van Joshua Livestro ‘Jalta-hoofdredacteur is klaar met paranoïde samenzweringsverhalen[en] en idiote racistische theorieën’ in De Volkskrant van 3 juni 2017.

Oekraïne-referendum. Feest van de democratie werd foutenfestival

Een opmerkelijk bericht van RTL Nieuws met een veelzeggende titel: ‘Twijfel aan geldigheid handtekeningen onder aanvraag Oekraïne-referendum’. Minister Ronald Plasterk schrijft op een WOB-verzoek van advocaat Christiaan Alberdingk Thijm dat er geen zekerheid bestaat over de geldigheid van de 427.000 ondersteuningsverklaringen die zijn opgehaald voor het Oekraïne-referendum. Politici reageren verrast, of suggereren dat ze verrast zijn. Dat kunnen ze in werkelijkheid niet zijn. Ze wisten dat het fout kon zitten.

Twijfel aan ‘de vereisten van toezicht en betrouwbaarheid’ over de wijze van indiening van verklaringen zoals artikel 31, lid 2 van de Wet Raadplegend Referendum stelt werd al in 2015 in de openbaarheid besproken. Jeroen de Kreek diende protest in, maar werd niet ontvankelijk verklaard omdat hij geen belanghebbende zou zijn. De procedure van de indiening van de verklaringen is nooit inhoudelijk getoetst. Dat is opmerkelijk, maar nogmaals, geen nieuw feit. Het was in oktober 2015 al onderwerp van publiek debat.

Inmiddels zijn volgens Plasterk de verklaringen vernietigd, zo zegt het bericht van RTL Nieuws. Onduidelijk is welke details er in het proces-verbaal staan dat volgens artikel 37 WRR moet worden opgemaakt. In de wettekst staat trouwens geen verplichting om de lijsten met ondersteuningsverklaringen te vernietigen als er een referendum komt. Integendeel volgens artikel 36 moeten de lijsten in een pak gedaan worden. Maar in artikel 39 wordt geen verplichting opgelegd voor de vernietiging van het pakket als het referendum doorgaat. Het is dan ook de vraag af artikel 39 WRR juridisch correct is toegepast. Zowel naar de letter als de geest van de wet. Wie heeft steken laten vallen? Minister Plasterk, de kamer, de Raad van State of de Kiesraad die had dienen toe te zien op de procedure, maar dat door onkunde of onverschilligheid naliet? Michiel Trimpe concludeerde in een commentaar: ‘Al met al blijkt dus dat dit referendum, dit ‘feest voor de democratie,’ tot stand is gekomen met dank aan stemfraude op grote schaal en een dubieuze rechter.’ 

Strijd om Avdiivka in Oost-Oekraïne. Een dag uit het leven van Nadezhda, Svetlana, Ivan en Aleksandr

De ellende van de oorlog in Oost-Oekraïne gaat door. Het begon in 2014. Nu weer wordt het onder controle van de regering zijnde Avdiivka met raketten beschoten. Met vele doden in de afgelopen dagen volgens de dagrapporten van de OVSE.  En aan de andere kant van de frontlijn ligt Yasynuvata waarvan het behoud de voorwaarde is voor de leiders van de zogenaamde Volksrepubliek om aan te mogen blijven van de leiders in de Russische Federatie. Zo lopen de belangen. Zo cynisch is oorlog. Hard tegen hard. Agressie is overal, maar de vraag wie de strijd om Avdiivka begon is niet de echte vraag. Het is buurland de Russische Federatie dat de oorlog gaande houdt en Oekraïne bestaansrecht ontzegt. Als dat niet verandert moddert de oorlog verder. Raketten belanden in keukens van gewone mensen, zoals fotograaf Christopher Nunn in een tweet zegt. Oorlog levert niks op voor de bevolking. De conclusie achteraf is altijd dat de oorlog nooit begonnen had moeten worden. Oorlogswinstmakers, politieke avonturiers en cynische politici gedijen bij oorlog. De baboesjka’s, kleine handelaren en de mensen die gewoon hun eigen leven willen leiden zijn het slachtoffer.

Russisch-Oekraïense oorlog: 2014- 20??. Leed in de Donbas

Einde van het jaar. Kersttijd. Een moment voor bezinning. Over oorlog. Een oorlog die zoals alle oorlogen geen zin heeft voor de mensen in huizen, boerderijen en appartementen. Over het leven en de dood. Over mensen in Oost-Oekraïne die willen overleven. Maar door de politiek in de steek zijn gelaten. In een oorlog tussen Oekraïne en de Russische Federatie die niets anders dan leed en ellende heeft opgeleverd. En daarom beter niet begonnen had kunnen worden vanwege de zinloosheid. Een oorlog tussen de twee meest corrupte landen van Europa. De grotere genereert problemen en de kleinere kan ze niet oplossen. Het is altijd hetzelfde liedje. Gewone mensen worden vermalen. Is er een oplossing voor deze oorlog? Wordt het 2017, 2018, 2019 voordat er iets verandert onder druk van EU of VN? Doden blijven vallen. Wat een onkunde in de hoofdsteden.

Oekraïeners zijn geschokt door de corruptie van hun politici

Oekraïne heeft zich door de Euromaidan opstand van 2013-2014 dan wel deels aan de invloed van de Russische Federatie weten te onttrekken, maar vervolgens blijft het hangen in corruptie. Half gesovjetiseerd, half gedesovjetiseerd. Dankzij opofferingen van vooral jongeren is Oekraïne geen verplicht lid hoeven worden van de door het Kremlin geleide Euroaziatische Unie. Die trouwens ook blijft hangen in daadkracht. Zo tekent zich in Oekraïne en de Russische Federatie een beeld af van halfslachtigheid. Putin voert een race tegen de klok. De Russische reserves zijn naar verwachting midden 2017 op. Exit dure avonturen. Maar de EU heeft genoeg van het uitblijven van hervormingen in Oekraïne en van een kortzichtige politieke klasse die de urgentie van de eigen situatie niet inziet. Nu nog heeft het steun in het Westen, maar hoe lang nog? Al sinds eind 2013 hangt de vraag in de lucht wie het eerst moet inbinden, Oekraïne of de Russische Federatie? Op zich is het een overwinning voor het kleinere Oekraïne dat de vraag nog steeds niet definitief beantwoord is.

President Petro Porosjenko die in de Panama Papers wordt genoemd is een deel van het probleem. En niet van de oplossing. In 2014 wist hij het land voor de poorten van de hel weg te slepen. En te verenigen tegen de Russische agressor. Zo kon Oekraïne gered worden voor een grootschalige Russische invasie die tot veel doden en schade zou hebben geleid. Vervolgens wist hij met zijn ruime mandaat niets te doen. Daarin is hij vergelijkbaar met president Obama die een meester was in het spreken van mooie woorden, maar uit lafheid of berekening de macht van bedrijven niet kon of niet wilde aanpakken. De Oekraïense politieke klasse is corrupt tot op het bot. Het laat kansen voorbijgaan om het eigen land te hervormen. Dat is destructief.

Oekraïne valt heel wat te verwijten. De politieke leiding van het land laat zich omkopen en handelt niet in het landsbelang. Zelfs de missie van de EU in Oekraïne is op een laag pitje gezet omdat de corruptie het werken zo goed als onmogelijk maakte. Het gaat bij deze corruptie niet om een keuze tussen de Russische Federatie en Oekraïne. Maar om de keuze tussen hervormingsgezind en corrupt Oekraïne. Deze twee meest corrupte landen van Europa worden trouwens miserabel geleid en geven de burgers van hun landen niet waar ze recht op hebben. Ze presteren beneden hun kunnen. Beide landen hebben in de top maffia-achtige structuren. Met als gevolg dat geld onttrokken wordt aan het staatsbudget en in de zakken van individuen verdwijnt.

Volgens het Nationaal Referendum Onderzoek 2016 naar het Nederlandse Oekraïne-referendum was voor 34.1% van de nee-stemmers ‘De corruptie in Oekraïne’ de belangrijkste reden om tegen te stemmen. Oekraïne zou te corrupt zijn om deel te nemen aan de associatieovereenkomst met de EU. Geen onzinnig argument. Maar het is wel een argument dat makkelijk omgekeerd kan worden. Want als de EU de hervormingsgezinden zou steunen, dan zou de corruptie teruggedrongen kunnen worden. Het is immers halszaak voor de EU om de buitengrenzen te stabiliseren. Europeanen snakken naar rust, overzichtelijkheid, eenheid en daadkracht van hun leiders. De Oekraïense politieke klasse is crimineel bezig en leeft op de eigen planeet. Mogelijk werkt het om corruptie terug te dringen door het openbaren ervan. Wie weet, Oekraïne heeft een laatste kans. Ogenblik.

Surkov Leaks en Glazyev Tapes tonen inmenging Kremlin bij oorlog in Oekraïne aan. Maar Westerse media zwijgen

In een artikel voor Open Democracy besteedt Andreas Umland aandacht aan de Surkov Leaks en de Glazyev Tapes. Deze hacks tonen de betrokkenheid van het Kremlin bij het organiseren van de opstand in Oost-Oekraïne aan.  Ze weerleggen de suggestie dat het in Oekraïne een burgeroorlog betreft en bevestigen de inmenging en orkestratie van het Kremlin in een heuse Russisch-Oekraïense oorlog. Die alleen in het Westen nauwelijks die naam mag hebben. Vladislav Surkov en Sergey Glazyev zijn beide officieel adviseur van Putin.

De onthullingen tonen de nauwe betrokkenheid van medewerkers van president Putin aan in de aanloop naar de recente ontwikkelingen van februari en maart 2014 in Oekraïne, en kort daarna. Ze maken duidelijk dat de zogenaamde burgeroorlog in de zogenaamde Volksrepublieken Donetsk en Loehansk en op de Krim geen reactie was op de Oekraïense opstand (Euromaidan), maar er aan vooraf ging. Met andere woorden, het was een door het Kremlin met behulp van Russische speciale troepen georganiseerde en op touw gezette geheime operatie die tot bezetting door Russische troepen van grote delen van Oekraïne had moeten leiden. Maar dat mislukte omdat de Russisch sprekende Oekraïeners niet warm liepen voor deze agitatie door het Kremlin. Hun ‘bedreiging’ zou een voorwendsel voor een militaire invasie zijn geweest. De ‘burgeroorlog’ was plan B.

Umland stelt de vraag waarom de lekken in de Westerse media zo weinig aandacht kregen. De wereld gonsde de afgelopen maanden over de door WikiLeaks gelekte Podest Emails die de kansen van Hillary Clinton op het presidentschap hielpen verkleinen. Volgens Amerikaanse inlichtingendiensten een actie waarbij Russische hackers en overheidsdiensten waren betrokken. Westerse media pikten dat gretig op. Maar de Surkov Leaks en de Glazyev Tapes kregen weinig tot geen aandacht. Terwijl ze belastender zijn dan de Podesta Emails.

Het is merkwaardig dat als het lekken betreft die het Kremlin in diskrediet brengen Westerse media zo goed als zwijgen. Een verklaring kan zijn dat Russische veiligheidsdiensten professioneler opereren dan Oekraïense. Ook door het verschil aan middelen en financiën. Of dat bij Westerse establishment media te weinig expertise en menskracht voorhanden zijn om Russisch-talige berichten correct te duiden. Gevoegd bij het feit dat de aandacht ervoor commercieel weinig oplevert. Ook oppert Umland dat het mogelijk is dat een deel van de Oekraïense politiek of overheidsdiensten geen belang heeft bij openheid. Want dat er nog steeds mollen hoog in de Oekraïense politiek en overheid opereren die nog in hoge mate ge-Sovjetiseerd is leidt geen twijfel.

De EU in Brussel en in de hoofdsteden van de EU-lidstaten zou er verstandig aan doen om beter dan nu te beseffen en in het openbaar te erkennen hoe veelomvattend de inmenging van het Kremlin in Oekraïne is. En hoe ondermijnend dat uitpakt. Daardoor kan dit land maar steeds geen goede start maken op weg naar democratisering en hervorming. Deels heeft Oekraïne dat aan zichzelf te wijten, maar deels wordt dat veroorzaakt door de Russische militaire interventies en de Russische inmenging tot op het hoogste niveau in de Oekraïense politiek. De EU moet beseffen dat de afspraken van Minsk niet bedoeld kunnen zijn om een agressor te belonen. Het Kremlin als partij die zegt geen partij te zijn in Oekraïne claimt een speciale status voor de zogenaamde Volksrepublieken die het zelf heeft gecreëerd op het grondgebied van een ander land. Dat is volkenrechtelijk onaanvaardbaar. Zelfs in de pragmatische of neorealistische opvatting van geopolitiek.

Rutte roept ‘alle redelijke krachten in Nederland’ op om associatie-overeenkomst met Oekraïne te steunen. Waarom nu pas?

Premier Mark Rutte doet een beroep op ‘alle redelijke krachten in Nederland’ om de associatie-overeenkomst van de EU met Oekraïne namens Nederland te ratificeren. In de kamers zijn dat D66, GL, CDA en CU. Bij een raadgevend referendum op 6 april 2016 stemde bij een opkomst van 32,28% ongeveer 61% tegen. Een peiling van 23 oktober van het opiniebureau Peil.nl geeft aan dat als Brussel tegemoet komt aan de bezwaren van Nederland en die als extra vermelding toevoegt meer stemmers voor (44%) dan tegen (37%) ratificatie zijn.

Zo laat Rutte vier soorten uitspraken door elkaar laat lopen. Er is de Tweede Kamer met een meerderheid van PvdA en VVD die voor de associatie is. Er is de Eerste Kamer waar PvdA en VVD zonder de steun van de ‘redelijke krachten’ geen meerderheid hebben voor de associatie-overeenkomst. Er is de uitslag van het referendum van 6 april 2016 met een meerderheid tegen de associatie. En er is een recente peiling met meer mensen voor dan tegen de associatie als de Nederlandse bezwaren aan het verdrag worden toegevoegd.

Rutte heeft gelijk dat dit groter is dan Nederland alleen. Maar hij heeft het aan zichzelf te wijten dat het zover is gekomen. Vanaf het begin was het duidelijk dat de uitspraak van het raadgevend referendum niet bindend was en niet meer dan één van de overwegingen bij de besluitvorming in het kabinet zou zijn. Kabinetsleden lieten echter na dat in de beeldvorming te benadrukken, richting publiek en parlement. Het is een fout dat Rutte pas nu verwijst naar machtspolitiek en de Russische agressie in Oost-Oekraïne, de Krim en Syrië om de associatie-overeenkomst in een breder kader te zetten. Daar is sinds april 2016 niet veel in veranderd.

Om de kiezers te overtuigen van het specifieke belang van de associatie die boven het Nederlands belang uitstijgt, had hij veel eerder moeten uitleggen dat het belang van de associatie breder was. Het antwoord op de vraag waarom hij dat heeft nagelaten en zo traag heeft gehandeld is te vinden in de peiling van Peil.nl. Een minderheid van VVD-stemmers wil niet ratificeren. Door deze partijpolitieke overwegingen en het negativisme in zijn eigen partij heeft Rutte zich 6 maanden laten gijzelen. Als hij een staatsman met lef was geweest, dan had hij al maanden geleden aangekondigd na weging van alle aspecten de associatie-overeenkomst te gaan ratificeren. Nu heeft hij zich door zijn aarzelingen en vertragingen nodeloos zwak en kwetsbaar opgesteld.