In een artikel voor Open Democracy besteedt Andreas Umland aandacht aan de Surkov Leaks en de Glazyev Tapes. Deze hacks tonen de betrokkenheid van het Kremlin bij het organiseren van de opstand in Oost-Oekraïne aan. Ze weerleggen de suggestie dat het in Oekraïne een burgeroorlog betreft en bevestigen de inmenging en orkestratie van het Kremlin in een heuse Russisch-Oekraïense oorlog. Die alleen in het Westen nauwelijks die naam mag hebben. Vladislav Surkov en Sergey Glazyev zijn beide officieel adviseur van Putin.
De onthullingen tonen de nauwe betrokkenheid van medewerkers van president Putin aan in de aanloop naar de recente ontwikkelingen van februari en maart 2014 in Oekraïne, en kort daarna. Ze maken duidelijk dat de zogenaamde burgeroorlog in de zogenaamde Volksrepublieken Donetsk en Loehansk en op de Krim geen reactie was op de Oekraïense opstand (Euromaidan), maar er aan vooraf ging. Met andere woorden, het was een door het Kremlin met behulp van Russische speciale troepen georganiseerde en op touw gezette geheime operatie die tot bezetting door Russische troepen van grote delen van Oekraïne had moeten leiden. Maar dat mislukte omdat de Russisch sprekende Oekraïeners niet warm liepen voor deze agitatie door het Kremlin. Hun ‘bedreiging’ zou een voorwendsel voor een militaire invasie zijn geweest. De ‘burgeroorlog’ was plan B.
Umland stelt de vraag waarom de lekken in de Westerse media zo weinig aandacht kregen. De wereld gonsde de afgelopen maanden over de door WikiLeaks gelekte Podest Emails die de kansen van Hillary Clinton op het presidentschap hielpen verkleinen. Volgens Amerikaanse inlichtingendiensten een actie waarbij Russische hackers en overheidsdiensten waren betrokken. Westerse media pikten dat gretig op. Maar de Surkov Leaks en de Glazyev Tapes kregen weinig tot geen aandacht. Terwijl ze belastender zijn dan de Podesta Emails.
Het is merkwaardig dat als het lekken betreft die het Kremlin in diskrediet brengen Westerse media zo goed als zwijgen. Een verklaring kan zijn dat Russische veiligheidsdiensten professioneler opereren dan Oekraïense. Ook door het verschil aan middelen en financiën. Of dat bij Westerse establishment media te weinig expertise en menskracht voorhanden zijn om Russisch-talige berichten correct te duiden. Gevoegd bij het feit dat de aandacht ervoor commercieel weinig oplevert. Ook oppert Umland dat het mogelijk is dat een deel van de Oekraïense politiek of overheidsdiensten geen belang heeft bij openheid. Want dat er nog steeds mollen hoog in de Oekraïense politiek en overheid opereren die nog in hoge mate ge-Sovjetiseerd is leidt geen twijfel.
De EU in Brussel en in de hoofdsteden van de EU-lidstaten zou er verstandig aan doen om beter dan nu te beseffen en in het openbaar te erkennen hoe veelomvattend de inmenging van het Kremlin in Oekraïne is. En hoe ondermijnend dat uitpakt. Daardoor kan dit land maar steeds geen goede start maken op weg naar democratisering en hervorming. Deels heeft Oekraïne dat aan zichzelf te wijten, maar deels wordt dat veroorzaakt door de Russische militaire interventies en de Russische inmenging tot op het hoogste niveau in de Oekraïense politiek. De EU moet beseffen dat de afspraken van Minsk niet bedoeld kunnen zijn om een agressor te belonen. Het Kremlin als partij die zegt geen partij te zijn in Oekraïne claimt een speciale status voor de zogenaamde Volksrepublieken die het zelf heeft gecreëerd op het grondgebied van een ander land. Dat is volkenrechtelijk onaanvaardbaar. Zelfs in de pragmatische of neorealistische opvatting van geopolitiek.