Groene: Voorzitter Toetsingscommissie Ontzamelen schond regels

55519Meiners_Landweggetje

Update 30 oktober 2014: In de commissie zorg, onderwijs, cultuur en sport van de Rotterdamse raad zat vandaag enig venijn in de staart. Ruud van der Velden van de Partij van de Dieren stelde wethouder Adriaan Visser vragen over de voorzitter van de gemeentelijke toetsingscommissie ontzamelen Jan Laan. Hoe had-ie ooit benoemd kunnen worden? Het zat Van der Velden niet lekker. En Visser evenmin. Uit Vissers antwoorden bleek Laan gesolliciteerd te hebben in juni en al per juli benoemd te zijn. Snel. Echter met de restrictie dat Laan niet een beslissende stem heeft als voorzitter. Dus ondanks zijn benoeming bestaat het besef dat Laan een vlekje heeft. Toch wordt-ie benoemd. Zoals het er nu naar uitziet wordt 19% van de collectie van het Wereldmuseum in een eerste tranche ter beoordeling aan de toetsingscommissie voorgelegd. Zo’n 19.000 objecten. Van der Velden vroeg Visser hoe Jan Laan die de fout in is gegaan als voorzitter van de Raad van Toezicht van museumgoudA bij de verkoop van The Schoolboys en de ethische code van de ICOM en de LAMO die de NMV hanteert heeft geschoffeerd als voorzitter van een toetsingscommissie kon worden benoemd. Een vraag waarop geen antwoord mogelijk is en die Visser uit de weg ging. Culturele Maastunnelvisie?

Sjors van Beek pakt in De Groene grandioos uit met een vervolgartikel over het Wereldmuseum. Zie hier zijn voorgeschiedenis. Directeur Stanley Bremer van het Wereldmuseum krijgt al geruime tijd kritiek wegens zijn plannen om delen van de collectie af te stoten zonder dat de gangbare regels gevolgd zouden worden. Onder leiding van de vorige Rotterdamse cultuurwethouder Antoinette Laan en onder maatschappelijke druk is in samenwerking met de raad in januari 2014 de procedure voor het ontzamelbeleid van musea aangescherpt.

Van Beek signaleert dat de 78-jarige Jan Laan voorzitter is van de Toetsingscommissie Ontzamelen die bekijkt of de plannen van de Rotterdamse musea nu wel volgens de regels verlopen eerder in zijn functie als voorzitter van de Raad van Toezicht van Museum Gouda in conflict kwam met die afstotingsregels. Van Beek: ‘Bij die verkoop werd de zogeheten LAMO-richtlijn (Leidraad Afstoting Museale Objecten) doelbewust aan de kant geschoven om het Goudse museum van een faillissement te redden.’ Dat wordt door het Goudse college en museumdirecteur Gerard de Kleijn als waar beweerd. Maar daarmee is het nog niet waar. Omstandigheden wijzen op andere redenen dan financiële voor de verkoop van schilderij The Schoolboys van Marlene Dumas. Naast een klein tekort gaat dat over het verleden, het belang van religie en de gesloten bestuurlijke cultuur.

Over de Raad van Toezicht van Museum Gouda (toen nog: museumgoudA) merkte ik in 2011 op: ‘Toegepast op museumgoudA is de slotsom dat een niet goed functionerende museumdirecteur die regels overtrad begeleid wordt door een onvoldoende opererende RvT. Tot op de dag van vandaag. Maar wat moet de consequentie zijn? Het slecht functioneren van de RvT is een bijkomend probleem dat tot nu toe in de kwestie rond de verkoop van The Schoolboys onder de publicitaire radar is gebleven. Da’s onterecht omdat een RvT een positieve rol had kunnen spelen en de directeur van museumgoudA voor foute stappen had moeten behoeden. Het geeft aan dat een RvT in de Nederlandse verhoudingen ondergeschikt is. Toch is dat slechts ten dele waar. Zo was in de procedure rond de benoeming van de huidige museumdirecteur Gerard de Kleijn RvT-voorzitter Jan Laan leidend. Laatstgenoemde heeft een dubbele verantwoordelijkheid op zich geladen. Omdat zowel bij de werving en selectie van als de controle op het beleid van de museumdirecteur in Gouda ogenschijnlijk fouten zijn gemaakt dringt de vraag zich op wie er toezicht heeft op de RvT. Het antwoord is kort: niemand. En in de publiciteit legt deze RvT-voorzitter geen verantwoording af. Het ontbreken van een controlerend mechanisme bij een RvT is een merkwaardige weeffout bij geprivatiseerde instellingen.

Nu drie jaar later Jan Laan in zijn capaciteit als voorzitter van de RvT van Museum Gouda door Van Beek om verantwoording wordt gevraagd is het antwoord van Jan Laan afwijzend: ‘En ik wil ook niet dat u hier nu een groot verhaal over maakt. Ik wil uitdrukkelijk stipuleren dat de Goudse geschiedenis los blijft van wat ik nu in Rotterdam doe!’. Alsof hij dit feit uit de publiciteit kan houden door dit een journalist toe te bijten. Dit toont akelig regentesk. Jan Laan vergeet dat hij er in 2011 zelf een groot verhaal van heeft gemaakt door niet volgens de regels te handelen, zodat Museum Gouda de hele museumsector over zich heen kreeg en op het nippertje niet uit het museumregister gegooid werd. Waarom wil Laan in het openbaar geen verantwoording afleggen? Het geeft ook te denken over het openbaar bestuur in Rotterdam dat het college nou juist iemand met deze beladen episode als achtergrond benoemt tot voorzitter van de Toetsingscommissie Ontzamelen.

Foto: Pieter Meiners, Landweggetje. Arntzenius-collectie van Museum Gouda.

De parallelle wereld van Daan Samson

daan

‘Ik ben nog nooit een politicus tegengekomen met belangstelling voor cultuur. Ze zijn er bang voor, dat is het enige.’ Aldus de Spaanse schrijver Juan Marsé in een interview met Arjen Fortuin dat op 18 januari 2013 in NRC verscheen. Hoe anders lijkt beeldend kunstenaar Daan Samson zich te verhouden tegenover politici. Vooral die van rechts-liberale snit, zoals Halbe Zijlstra of Frits Bolkestein. Hij omarmt ze en drukt ze aan z’n borst. Ze lijken niet bang of onwennig voor zijn kunst en Samson toont geen wantrouwen tegenover hen. Maar schijn bedriegt. Uit angst kunnen politici ook het podium opvluchten. Als een stotteraar die gaat zingen of toneelspelen om het praten te ontlopen. En wat beoogt Samsom met zijn artistieke mimicry?

Samsons project ‘Holiday Trouvé’ laat zien hoe de kunstenaar met Corendon naar een resort vliegt, het ‘Corendon Premier Solto Hotel‘ in Alaçatı, Turkije. Samen met een 52-jarige kunsttoeschouwer. Dat werd op 17 juni weer gepresenteerd in het Rotterdamse TENT: ‘TENT presenteert de videoregistratie van kunstenaar Daan Samson’s experiment voor een nieuwe manier van kunstbeleving: op vakantie gaan met een bezoeker van TENT naar de ‘Caraïben van Turkije’, Alaçati en dat volledig gesponsord door Correndon Vliegvakanties.’ Is een beschouwer van het consumentisme of het ‘moderne levensgevoel’ nou eerder een pleitbezorger of een criticus ervan? Die vraag blijft hangen bij alles wat Samson doet. Het antwoord hangt af van de toeschouwer.

Samson zoekt het ultieme Droste-effect als een spitse Orson Welles die verdwaalt in het spiegelpaleis op de kermis. Samson spiegelt en spiegelt. Om zich niet te laten vangen en zijn blik te verruimen. Zonder zich in z’n kaarten te laten kijken. Hij biedt ons een lege plek in het gras. De Daan Samson van vlees en bloed wil niet in de weg staan en maakt zich tot de constructie ‘Daan Samson’. Het nauwgezet vormgeven van de extreme relativering van waarden met inzet van zichzelf is zijn kunst. Zo wordt op twee manieren het idee van een parallelle wereld opgeroepen die naast de bestaande bestaat. Onhoudbaar, maar voldoende voor kunst die een podium zoekt. De kunstenaar verdwijnt in het kunstwerk en het kunstwerk verdwijnt in de kunstenaar.

orsonmirror123

Foto 1: Still uit Holiday Trouvé’  van Daan Samson, 2014.

Foto 2: Still uit het slot van The Lady from Shanghai (1947) van regisseur Orson Welles.

Rotterdam scherpt ontzamelbeleid museumcollecties aan

Twee maanden geleden leidde directeur Stanley Bremer van het Wereldmuseum een journalist van RTV Rijnmond rond in z’n depot. Hij legt uit dat er van de 100.000 stukken zo’n 10.000 tot 15.000 stuks bewaard zullen blijven. Opzet is om deze in een open depot aan het publiek te gaan tonen. Dat nog wel eerst gerealiseerd moet worden. De collectie van het Wereldmuseum is eigendom van de gemeente Rotterdam. 

Volgens de ‘Rotterdamse’ regels over ontzamelen verloopt afstoten volgens een strikte procedure. Dit raadsvoorstel komt op 23 januari 2014 in stemming. Over de procedure zijn allerlei moties door de raad ingediend. Zo herstelt een aangenomen motie de band tussen museum en de eigen collectie, zodat de opbrengst niet naar een algemene reserve maar naar het betreffende museum stroomt. De procedure gebiedt dat stukken uit deze collectie eerst aan Rotterdamse en dan aan nationale musea om niet aangeboden dienen te worden. Daarna volgt een inhoudelijke toetsing door een commissie. Alleen stukken zonder een bijzonder cultuurhistorische waarde mogen verkocht worden. De opbrengst mag ruimer ingezet worden dan de LAMO-richtlijn die het alleen mogelijk maakt dat de middelen ingezet worden voor aankoop, actieve conservering of restauratie van de collectie. In Rotterdam kan de opbrengst ook gaan naar de klimatisering of bereikbaarheid ervan, inclusief de digitalisering. Zodat ook het open depot van Bremers Wereldmuseum eronder valt.

Wereldmuseum_85FFAC62E84B68E6C1257C050058C81F_8

Over de topstukken van de Afrikacollectie heeft Bremer een opvallende draai gemaakt. Hij kiest eieren voor z’n geld. Eerst was-ie van plan om ze op de commerciële markt te verkopen om zo een fonds van 60 miljoen euro te vormen. Hij presenteerde dat destijds niet alleen als een gewenste, maar zelfs noodzakelijke verkoop. Die noodzaak blijkt nu echter minder noodzaak te zijn dan Bremer toen suggereerde. Eind 2012 moest-ie het voornemen van verkoop onder druk van politiek, museumsector en bezorgde Rotterdammers inslikken. Hij haalde bakzeil en erkent achteraf dat het een stap te veel was. Voor hem. Bremer ziet nu de waarde van de Afrikacollectie in. Niet alleen vanwege het prestige, maar ook in het ruilverkeer met andere musea dat het Wereldmuseum een goede onderhandelingspositie geeft. De kou in museaal Rotterdam lijkt nu uit de lucht.

Foto: Beeld uit Afrikacollectie in depot Wereldmuseum.

Museum Zwolle wil overtuigen door te getuigen over het getuigen

WereConvinced_musmnd

Musea staan onder druk. De cultuurbezuinigingen zijn bovenproportioneel. Zelfs verzelfstandigd blijven overheden eigendom van gebouw en collectie. Een directeur is niet echt baas in eigen huis. Het instituut museum is door zijn opdracht per definitie een plek van de dood. Kunstenaars doen meewarig, totdat ze enthousiast een aanbod accepteren voor een presentatie. Het museum mist aansluiting bij de eigen tijd. Het kiest tandenknarsend voor populisme in de vorm van Museumnachten of- Weekends of trekt zich mentaal terug in een verleden. Daartussen ontbreekt de bedrijfsvoering die leert van AH, de Efteling, McDonalds of de plaatselijke schouwburg. Om puur te blijven moet de hoofdfunctie ‘museum’ zichzelf opnieuw uitvinden. In de schaduwgevechten tussen NMV en Raad voor Cultuur wordt een aarzelend begin met nadenken gemaakt.

Nu loopt in Stedelijk Museum Zwolle de tentoonstelling Het Nieuwe Pronken of Pronken. In de marge houdt ‘welvaartskunstenaar’ Daan Samson met fotograaf Jeronimus van Pelt een fotoshoot in de museumkeuken. Samson baarde opzien met zijn foto van Halbe Zijlstra als liberaal determinist. Het persbericht duidt op hedendaagsheid en marktgerichtheid: ‘Opvallend binnen de compositie zijn de kleurige sapcentrifuges, broodroosters en foodprocessors. De ‘sexy’ apparatuur is beschikbaar gesteld door Magimix, marktleider op het gebied van keukenapparatuur. De meeste aandacht zal echter worden opgeëist door de aanwezigheid van een aantal jonge Zwolse meiden. Door de welvaartskunstenaar zijn de bewuste beauties van Facebook gehaald. Daan Samson heeft hen gevraagd op speelse wijze te poseren tussen de groenten en de blenders.

Meisjes of vrouwen heten in hedendaags jargon ‘meiden’. Tijdens deze fotoshoot loopt alles in elkaar over, zo lijkt het. Commercie en kunst, sexy en eeuwige schoonheid, moraliteit en media. Als verantwoording voor de fotoshoot wordt gezegd dat alles en iedereen zich toch al in de etalage zet: ‘De hedendaagse mens wil zien én gezien worden‘. Is dat zo en moet een museum dat dan volgen? Ai Weiwei gebruikt ook sociale media, maar wel met een ander doel. In de zoektocht om aan de weg te timmeren geeft Stedelijk Museum Zwolle ruim baan aan nevenverschijnselen. Wat vragen oproept over de hoofdfunctie. Zoals het uitdrukken van verveling in films tot slaapverwekkende films leidt, zo leidt in Zwolle het uitdrukken van de buitenkant van producten en consumenten tot de getuigenis dat de getuigenis de getuigenis is. De nieuwe leegte tot 5 mei in Zwolle.

Foto: ‘We’re Convinced!‘ (2012) van Daan Samson. Fotografie: Jeronimus van Pelt. Lambda photo C-print on dibond / 3mm plexiglass / 160 x 120 cm. Geplaatst bij persbericht van Stedelijk Museum Zwolle.

NY Times: Nederlandse kunstsector belegerd door politiek

21YaelBartanaCourtesyAnnetGelink GalleryAmsterdam

Als een ander het zegt wordt het nieuws. Ook als het al duizend maal is gezegd. Nina Siegel van de New York Times is vernietigend over de bezuinigingsdrift van de Nederlandse politiek. Algemeen secretaris Jeroen Bartelse van de Raad voor Cultuur noemt het een bloedbad. Prestigieuze culturele instellingen die soms al 20, 30 of 50 jaar bestaan moeten stoppen. In de podiumkunsten vielen de hardste klappen. Een dubbelhartige reactie van Bartelse omdat de Raad voor Cultuur in mei 2012 met het advies Slagen in Cultuur eigenhandig de bijl aan de wortel van de beeldende kunst zette. Voorzitter Joop Daalmeijer wordt als een foute burgemeester in oorlogstijd gezien. Naar aanleiding daarvan vielen instellingen om of werden gekortwiekt tot op het bot.

De kunstsector wacht nog steeds op verbetering. Zelfs bij de kunstbegroting in november 2013 weigerde het kabinet Rutte II reparatie. Ook de PvdA bleef doof voor kritiek. Inclusief een onmachtige Jetta Klijnsma. Eerder zei ze: ‘Het beleid van staatssecretaris Halbe Zijlstra veroorzaakt tienduizenden extra werklozen en maakt kunst en cultuur, door de btw-verhoging en afschaffing van de Cultuurkaart, weer iets voor de elite‘. De culturele kaalslag van Rutte I staat dus niet op zichzelf, maar wordt voortgezet in Rutte II. Maar omdat de instellingen sluiten heerst nu de stilte van het crematorium. Niet de PVV, maar de VVD is de kwade genius.

De Times merkt op dat de economische crisis Europese landen heeft gedwongen om te bezuinigen en dat de culturele sector een vroeg doelwit was. De paradox is dat juist in de landen die het meest ruimhartige cultuurbeleid hadden nu het diepst wordt gesneden. Naast Oostenrijk en Groot-Brittannië, ook Nederland.

De kritiek vanuit de sector was niet zozeer dat staatssecretaris Zijlstra bezuinigde, maar dat-ie dat deed met gebrek aan visie en misnoegen over de sector. Directeur Ann Demeester van kunstcentrum De Appel vat het samen: ‘De regering Rutte schilderde kunstenaars af als elitaire, parasitaire, verfijnde bedelaars die leefden van overheidssubsidies, met een zeurdige houding. Het valt moeilijk te verklaren waarom ze de behoefte hadden om deze zeer verachtelijke, zeer giftige vorm van kritiek te gebruiken. Als zulke zware bezuinigingen worden doorgevoerd, is er geen reden om de sector ook nog eens retorisch te demoraliseren‘.

Foto: Yael Bartana, uit The Missing Negatives of the Sonnenfeld Collection (2008)

Politiek en museumsector keren zich tegen plannen Wereldmuseum

Petities

Op petities.nl kan men zich uitspreken tegen de verkoop van de Afrikacollectie. De plannen van Stanley Bremer om de Afrikacollectie van de gemeente Rotterdam te vermarkten lijken in de raad onvoldoende politiek steun te krijgen. Deze collectie wordt beheerd door het Wereldmuseum waar Bremer directeur is. De commissie Jeugd, Onderwijs, Cultuur en Sport van de Rotterdamse raad praat aanstaande woensdag over het voorstel van het college om delen van de gemeentecollectie te verkopen. Volgens een bericht in De Volkskrant is er in de raad een meerderheid van PvdA, D66, GroenLinks en SP om de richtlijnen voor afstoting niet te verruimen. Wethouder Antoinette Laan had die mogelijkheid in november 2012 in een brief aangekondigd.

Behalve politieke tegenwind heeft Bremer met zijn plannen en zijn halsstarrige houding ook tegenwind gezaaid in de museum- en erfgoedsector. Zo spreekt de Vereniging Rembrandt zich op 14 januari in een nieuwbericht uit tegen de plannen van Bremer: ‘De Vereniging Rembrandt roept de gemeenteraad op een verstandig besluit te nemen inzake het voornemen van het Wereldmuseum Rotterdam, naar de richtlijn zoals in grote gemeenschappelijkheid overeengekomen.’ Ofwel, de Vereniging Rembrandt roept de Rotterdamse raad op om de voorstellen van wethouder Laan (VVD) niet te volgen. Het Rotterdamse raadslid voor D66 Jos Verveen zegt in een tweet de uitspraak van Bremer in de NRC van afgelopen weekend dat de verkoop van de Afrikacollectie van de gemeente Rotterdam ‘een moderne manier van museummanagement is‘ niet te volgen:

JosV

Foto 1: Schermafbeelding op 14 januari 2013 van petities.nl/Afrikacollectie.

Foto 2: Schermafbeelding van tweet D66-er Jos Verveen.

Het Wereldmuseum: Rotterdam op zijn smalst?

Update 14 april 2015: Eindelijk valt het doek voor directeur Stanley Bremer van het Wereldmuseum. In een rapport is Gitta Luiten vernietigend, volgens NRC. Het museum verkeert in financiële problemen, voldoet niet aan museale normen van beheer en maken van tentoonstellingen. Het is in een neerwaartse spiraal terechtgekomen en heeft geen toekomst meer. Wethouder Visser zegt in een reactie: ‘Het is heel ernstig dat het museum in zo’n kwetsbare positie is terechtgekomen.’ De vraag is door toedoen van wie dat is gebeurd. Een raadsenquête die de rol van zowel raad als gemeentebestuur tijdens het directoraat van Bremer (sinds 2001) tegen het licht houdt lijkt onvermijdelijk. Er zijn door te veel mensen te veel fouten gemaakt met te grote gevolgen. Een gerenommeerd museum is onder toezicht van het Rotterdamse gemeentebestuur afgebroken. Ondanks vele waarschuwingen. Bestuurlijk te ernstig om zonder gevolgen te kunnen blijven.

Het Wereldmuseum hoopt 60 miljoen euro op te halen met de verkoop van de Afrika-collectie. Volgens directeur Stanley Bremer gaat het niet om een gewenste, maar om een noodzakelijke verkoop. Met de gedwongen bezuinigingen en de korting op overheidssubsidies probeert zo het museum het hoofd boven water te kunnen houden. Dit antwoord verergert het probleem. De uitleg rammelt en ik zal aantonen waarom.

In een brief van 6 november maakt het Rotterdamse college de plannen van het Wereldmuseum om te ontzamelen mogelijk. Dit gaat in tegen de LAMO-richtlijn en is niet volledig in lijn met de VNG-richtlijn. De brief is in strijd met het regeringsbeleid getuige antwoorden op kamervragen van SP-er Van Dijk: ‘Ik ga ervan uit dat gemeenten, provincies en rijksoverheidsorganen de musea die hun collecties beheren in staat stellen die codes na te leven en zelf die codes als kader hanteren bij het verlenen van volmachten om voorwerpen af te stoten.’ Rotterdam leeft de codes niet na. Het is nog afwijkender omdat de wethouder het recht opeist om met de opbrengsten van het ontzamelen te schuiven tussen musea. Met de brief neemt Rotterdam als eerste gemeente afstand van de richtlijnen uit de museumsector. De raad mag er zich binnenkort over uitspreken.

Rotterdam doet het financieel slecht als gemeente. Ondanks de haven die de motor van de Nederlandse economie is. Afgelopen jaren hebben diverse wethouders te veel uitgegeven en zowat alle reserves opgemaakt. Demografisch ontwikkelt de stad zich ongunstig omdat laagopgeleiden en kansarmen blijven toestromen en de relatief vermogenden en vermogenden naar elders vertrekken. Nu zit de stad aan de grond.

Het standpunt van het Wereldmuseum is belastend voor de museumsector. Het precedent van Bremer is direct van invloed op de sector als geheel. In eerste instantie voor andere Rotterdamse musea die eveneens de stad als eigenaar van de collectie hebben, maar ook ver daarbuiten. Bremers opportunisme gaat in tegen het belang van de sector die het moet hebben van vertrouwen en geloofwaardigheid. Verkoop van objecten ontneemt de burgers de zin om financieel bij te dragen en zich betrokken te voelen. Het zet het volume van schenkingen en donaties onder druk. Kortom, het privatiseert het idee van openbaar kunstbezit.

Daarbij komt dat een museumdirecteur niet de expertise van de kunsthandelaar heeft. Ook als een directeur zich laat adviseren door deskundige kunsthistorici, dan blijven museummensen buitenstaanders in de handel. In Gouda verkocht de directeur van museumgoudA in 2011 op een Londense veiling zijn topstuk voor een gegarandeerde prijs die te laag bleek. Hij was verstrikt geraakt in een handel die hij onvoldoende begreep.

Complicatie bij het verhandelen van de Afrika-collectie is dat de handel een kartel is van een beperkt aantal vooraanstaande handelaren die met elkaar de markt verdelen. Ze laten zich door een Rotterdams museum niet uit elkaar spelen. Er is geen open markt. Verder zijn er in de etnografische en tribale kunst veel valse stukken in omloop. Een handelaar heeft zo door de suggestie van valsheid een eenvoudig drukmiddel om de prijs naar beneden te praten. Een ander drukmiddel is de  herkomst, want van veel objecten uit de Afrika-collectie zal niet volkomen duidelijk zijn of ze niet geroofd of in strijd met de Unesco-richtlijnen in Rotterdam zijn beland.

De commissie Asscher-Vonk wijst in een recent advies namens de museumsector naar de noodzaak voor een Museumwet: ‘Voor de musea is het van belang dat er een stabiele en permanente basis ontstaat voor hun functioneren. Het gaat erom dat het museale erfgoed wordt beschermd, net zoals monumenten of archieven beschermd worden.’ Voor de tussentijd is er de aloude Wet tot Behoud Cultuurbezit die in de 19de eeuw opgetuigd werd om het verkwanselen van onmisbaar en onvervangbaar cultuurbezit naar het buitenland te voorkomen. Burgers namen het initiatief waar de overheid het liet afweten. De gelijkenis tussen 1873 en 2012 dringt zich op. Maar vooralsnog is het alleen Rotterdam dat tekenen van vervreemding van de rest vertoont.

Rotterdam kent met Willem Scholten van het Rotterdams havenbedrijf een voorbeeld van iemand die verstrikt raakte in het grote geld. En niet meer begreep wat van hem en wat van de gemeenschap was. Dit type solitair opererende directeuren vertoont zonnekoninggedrag en krijgt onvoldoende repliek. Hun omgeving heeft er geen grip meer op. Zo luistert Stanley Bremer niet meer naar zijn vakbroeders uit de museumsector. Hij meent het beter te weten. Nu trekt-ie ogenschijnlijk het Rotterdamse college mee in zijn plannen. Voorbij ethische grenzen. Maar het is nog niet te laat. De Rotterdamse raadsleden kunnen hun verantwoordelijkheid nemen.

Foto: Object uit Centraal-Afrika. Credits: Arte y Ritual – Ana et Antonio Casanovas

Advies Asscher-Vonk over museumbestel mist urgentie

Het advies van het vandaag verschenen rapport ‘Musea voor Morgen‘ van de commissie Asscher-Vonk over de toekomst van het museumbestel stelt teleur. Of het komt door de vastgeroestheid van de sector, een gebrek aan verbeelding of interne verdeeldheid en hokjesgeest is de vraag. De commissie werd in juli ingesteld door de Nederlandse Museum Vereniging (NMV) en de Vereniging van Rijksmusea (VRM). Een zinsnede is typerend: ‘De museumsector moet zoeken naar nieuwe vormen van ..‘. In de uitwerking is het weinig verder gekomen dan de opdracht om kansen, samenhang, samenwerking en publieksbereik te onderzoeken. Om die begrippen worden een breedsprakig overzicht en wat intenties gegeven die steunen op slechts enkele bouwstenen.

Er wordt verwezen naar een Museumwet als middel om verantwoordelijkheid te nemen. En te delen. Want: ‘Voor de musea is het van belang dat er een stabiele en permanente basis ontstaat voor hun functioneren. Het gaat erom dat het museale erfgoed wordt beschermd, net zoals monumenten of archieven beschermd worden. Het vastleggen van verantwoordelijkheden en de consequenties daarvan in een Museumwet biedt voor de toekomst houvast aan alle betrokkenen en is een mogelijkheid die onderzocht moet worden.

Verder is het idee interessant dat ‘een groot museum een of meer kleinere satellieten in de regio onder zijn hoede neemt.’ Beide verenigingen zien de noodzaak tot samenwerking: ‘De commissie is van mening dat een verder samengaan van VRM en NMV noodzakelijk is om de rol van de museumwereld als gesprekspartner te kunnen versterken. Op dit moment wordt al veel samengewerkt tussen beide verenigingen. Integratie is een logische volgende stap.’ Het advies komt mogelijk te vroeg om concreet te kunnen zijn. Het is niet te hopen dat er eerst nog musea om moeten vallen voordat de urgentie tot resoluut handelen van de sector doorbreekt.

Foto: Neil Ellis als fietser. The 4th Plinth. Londen, 2010

Raad voor Cultuur mengt zich in debat over toekomst museumbestel

De Raad voor Cultuur gaat op de moderne toer. Het gaat zogezegd in gesprek met de burger. Omdat het eind dit jaar een advies uitbrengt over het museale bestel zegt het ‘u’ hierbij graag te betrekken. Zou het werkelijk? ‘U’ kunt reageren tot 23 oktober op diverse stellingen. Geen toevallige datum, op 22 oktober kunnen de leden van de NMV en de VRM zich op een extra ALV uitspreken over het advies van de commissie Asscher-Vonk. Met de zwaargewichten Sjarel Ex, Wim Pijbes, Axel Rüger en Benno Tempel die het opnemen tegen de lichtgewichten in de commissie ‘Musea’ van de Raad voor Cultuur als Marijke Brouwer, Roeli Broekhuis, Edwin Jacobs, Gitta Luiten, Gert-Jan van der Vossen en Diana Wind. De Raad zoekt nu instemming bij het publiek.

De Raad voor Cultuur en haar voorzitter Joop Daalmeijer kregen de afgelopen maanden kritiek van allerlei cultuurwerkers met de voeten in de modder op het advies ‘Slagen in Cultuur‘. Het tekende de kloof tussen de papieren werkelijkheid van de Raad die zich in het verlengde van staatssecretaris Zijlstra opstelde en de praktijk van het culturele veld. De directeur van het Rijksmuseum Wim Pijbes noemde het advies afgelopen mei zeer schadelijk voor de hele museumsector. De leden van de commissie ‘Musea’ van de Raad voor Cultuur wordt verweten onnodig grievend te zijn geweest in haar oordeel. Ze verkochten de bezuinigingen met gelegenheidsargumenten over de kwaliteit van musea. Deze praatten daarom krom wat recht was.

De Raad voor Cultuur plaatst de volgende stelling waarop ‘u’ kunt reageren: ‘Het gaat goed met de musea. Ze hoeven niet te veranderen.De vraag ‘Wat vindt u van deze stelling? is ongewild dubbelzinnig. Vraagt dat naar het museumbestel of naar de opstelling van de Raad voor Cultuur? Er zal wel bedoeld zijn te vragen naar de toekomst van het museumbestel, niet naar de toekomst van de eigen organisatie. Inspraak kent grenzen.

Ik doe een poging: ‘De redding van musea is om niet langer museum te zijn. Musea worden gedwongen om steeds meer functies buiten de hoofdfuncties (tentoonstellen, collectioneren, registreren en documenteren) te omvatten. Dat proces van overgang tekent de blik van de bezoekers. Musea die te snel veranderen worden als populistisch ervaren en musea die te langzaam veranderen als ouderwets. Hoofdlijn is indikken om de krimp op te vangen. Dat lukt met 15% minder musea en een overheid die de sector met generieke maatregelen steunt. Musea ‘nieuwe stijl’ vervangen de energie van de urnenmuur door de projectie van de video wall.’

Foto: Jeff Wall, Boxing, 2011. Color photograph

Museumsector bepleit stop op afbraak museumbestel door politiek

Voorafgaande aan haar advies over het museumbestel dat op een gezamenlijke extra ALV op 22 oktober van de Vereniging van Rijksmusea (VRM) en de Nederlandse Museumvereniging  (NMV) wordt besproken lijkt de commissie Asscher-Vonk met een waarschuwing te komen: Sluiting dreigt voor vier rijksmusea. ‘Lijkt’, want onzeker is wie er spreekt. Nu.nl citeert een zegsman van de VRM. Merkwaardig is dat zowel op site als twitter-pagina van zowel de VRM als de MNV enig bericht ontbreekt. Is de museumsector haar coördinatie kwijt? Onduidelijk blijft dus hoe de waarschuwing zich tot de verkenning van de commissie Asscher-Vonk verhoudt.

In ieder geval is de ernst van de waarschuwing serieus. Sluiting dreigt voor Rijksmuseum Twenthe in Enschede, Slot Loevestein en de Utrechtse rijksmusea het Geldmuseum in Utrecht en Huis Doorn. De sluiting kondigde zich in het advies ‘Slagen in Cultuur‘ uit mei 2012 van de Raad voor Cultuur al aan. Nu speelt de museumsector blijkbaar in op de politieke actualiteit van de onderhandelingen tussen VVD en PvdA. En op 26 en 27 september zijn in de Tweede Kamer de Algemene Beschouwingen. Nog gauw wordt druk gezet.

Gisteren kwam met Kunsten ’92 met een persbericht: ‘Het wachten is op een positief verhaal over kunst en cultuur‘, met als ondertitel ‘Succes nieuw cultuurbeleid hangt af van volgend kabinet‘. Het vraagt voor de korte termijn om maatregelen en: ‘Kunsten ’92 heeft goede hoop op een verandering van toonzetting en gaat ervan uit dat zowel PvdA als VVD (en mogelijk andere coalitiepartners) in staat zijn om met een positieve benadering nieuw perspectief te bieden aan instellingen.’ Dit is in lijn met de brieven die Kunsten ’92 op 11 september aan de politiek stuurde. Met als strekking dat reparatie van het cultuurbeleid snelle actie van de politiek vraagt. De museumsector zet de oproep vandaag kracht bij. Nu het antwoord nog van Rutte-Samsom.

Foto: Restauratie Rijksmuseum Amsterdam door Ridder, Leidekkers en Koperslagers.