Kopen Nederlanders echt zo weinig kunst als wordt beweerd?

cla

Van alle inwoners van Europa geven Nederlanders het minste uit aan kunst. Waarom hangen wij liever een Ikea-reproductie aan de muur dan een origineel schilderij?’ Aldus een reportage op radio NPO1. Leve de oh zo culturele Albanezen, Esten, Monagasken, Maltezers, Slovenen, Moldaviërs, Kosovaren, Montenegrijnen, Sanmarinezen, inwoners van Vaticaanstad, Liechtensteiners en Andorrezen die volgens NPO1 allen meer uitgeven aan het kopen van kunst- en antiek dan de Nederlanders. Doen ze dat omdat ze geen IKEA hebben?

Wat te antwoorden op NPO1 over het koopgedrag van ‘de Nederlander’? De constatering zou onderbouwd worden door het Tefaf Art Market Report 2014 dat voor 2013 tot een omzet van de internationale kunst- en antiekmarkt van  €47,4 miljard komt. Het aandeel van Europa is 32%, te weten €15,2 miljard en de omvang van de Nederlandse kunst- en antiekmarkt is daar weer 1% van, zo’n €151 miljoen. Dat roept twee vragen op.

Is de prijs van kunst -of de verkoop van kunst in het topsegment- hetzelfde als interesse of liefde voor kunst? Wat zegt de handelswaarde? Zo kocht ik op de afgelopen PAN een schilderijtje van een Nederlands-Syrische kunstenares voor €950. Tja, dat tikt niet aan tussen al die miljarden. Maar IKEA is het niet. De berekening van de omzet heeft alles te maken met het bestaan van veilinghuizen. Christie’s en Sotheby’s hebben hun belang in Nederland op een laag pitje gezet. Zo veilt Sotheby op 29 januari Vlaamse en Nederlandse kunst in New York. Hoe valt te meten of een Nederlander in China of New York kunst koopt? Of op een beurs in Brussel, Basel, Parijs of Londen? Hoe valt sowieso te onderscheiden of de internationale Nederlander kunst koopt?

Woordvoerder Madelon Strijbos van de TEFAF meent dat ‘de Nederlander’ ‘redelijk voorzichtig’ en ‘redelijk behoudend’ is in het kopen van kunst. De Nederlander zou niet willen pronken met kunst. NPO1 meent dat het ‘niet in onze cultuur zit’. Werkelijk? Daarmee gooit het in een klap de traditie van de 17de eeuw overboord toen iedere Nederlander een schilderij in huis had. Zo gaat de overlevering. Dat was zeker de IKEA van toen?

Ach, het zal zeker waar zijn dat er Nederland weinig kunstverzamelaars kent. Maar hoe komt dat? Zijn de huizen te bescheiden en de muren te klein om kunst op te hangen? Zit het fiscale regime tegen zodat kopen van kunst niet wordt gestimuleerd? Onderscheiden Nederlanders zich liever anders? En elders? Sluiten de galerieën slecht aan op de wensen van de Nederlanders en doen ze te weinig om de drempel te verlagen? Houden Nederlanders eerder van namaak dan van origineel? Staan kunst en kunstenaars mede door de politiek in een slecht blaadje? Schiet het onderwijs tekort zodat de Nederlanders niet goed begrijpen wat kunst is? Aan de in Nederland werkende kunstenaars van binnen- of buitenlandse herkomst ligt het niet, want die zijn van topkwaliteit. Of ligt het aan media zoals NPO1 die Nederlanders niet helpen om kunst te begrijpen of er liefde voor op te brengen, maar het laten bij de constatering ‘dat Nederlanders houden van namaak‘?

Foto: Clara Peeters, ‘SLICES OF BUTTER ON A WANLI ‘KRAAK’ PORCELAIN DISH, A STACK OF CHEESE ON A PEWTER PLATE, WITH A JUG, A FAÇON-DE-VENISE WINEGLASS, A BUN, CRAYFISH ON A PEWTER PLATE, A KNIFE AND SHRIMP ON A TABLE’ . In catalogus veiling Sotheby’s ‘Masters Paintings: Part I‘ op 29 januari 2015 in New York.

Museum Zwolle wil overtuigen door te getuigen over het getuigen

WereConvinced_musmnd

Musea staan onder druk. De cultuurbezuinigingen zijn bovenproportioneel. Zelfs verzelfstandigd blijven overheden eigendom van gebouw en collectie. Een directeur is niet echt baas in eigen huis. Het instituut museum is door zijn opdracht per definitie een plek van de dood. Kunstenaars doen meewarig, totdat ze enthousiast een aanbod accepteren voor een presentatie. Het museum mist aansluiting bij de eigen tijd. Het kiest tandenknarsend voor populisme in de vorm van Museumnachten of- Weekends of trekt zich mentaal terug in een verleden. Daartussen ontbreekt de bedrijfsvoering die leert van AH, de Efteling, McDonalds of de plaatselijke schouwburg. Om puur te blijven moet de hoofdfunctie ‘museum’ zichzelf opnieuw uitvinden. In de schaduwgevechten tussen NMV en Raad voor Cultuur wordt een aarzelend begin met nadenken gemaakt.

Nu loopt in Stedelijk Museum Zwolle de tentoonstelling Het Nieuwe Pronken of Pronken. In de marge houdt ‘welvaartskunstenaar’ Daan Samson met fotograaf Jeronimus van Pelt een fotoshoot in de museumkeuken. Samson baarde opzien met zijn foto van Halbe Zijlstra als liberaal determinist. Het persbericht duidt op hedendaagsheid en marktgerichtheid: ‘Opvallend binnen de compositie zijn de kleurige sapcentrifuges, broodroosters en foodprocessors. De ‘sexy’ apparatuur is beschikbaar gesteld door Magimix, marktleider op het gebied van keukenapparatuur. De meeste aandacht zal echter worden opgeëist door de aanwezigheid van een aantal jonge Zwolse meiden. Door de welvaartskunstenaar zijn de bewuste beauties van Facebook gehaald. Daan Samson heeft hen gevraagd op speelse wijze te poseren tussen de groenten en de blenders.

Meisjes of vrouwen heten in hedendaags jargon ‘meiden’. Tijdens deze fotoshoot loopt alles in elkaar over, zo lijkt het. Commercie en kunst, sexy en eeuwige schoonheid, moraliteit en media. Als verantwoording voor de fotoshoot wordt gezegd dat alles en iedereen zich toch al in de etalage zet: ‘De hedendaagse mens wil zien én gezien worden‘. Is dat zo en moet een museum dat dan volgen? Ai Weiwei gebruikt ook sociale media, maar wel met een ander doel. In de zoektocht om aan de weg te timmeren geeft Stedelijk Museum Zwolle ruim baan aan nevenverschijnselen. Wat vragen oproept over de hoofdfunctie. Zoals het uitdrukken van verveling in films tot slaapverwekkende films leidt, zo leidt in Zwolle het uitdrukken van de buitenkant van producten en consumenten tot de getuigenis dat de getuigenis de getuigenis is. De nieuwe leegte tot 5 mei in Zwolle.

Foto: ‘We’re Convinced!‘ (2012) van Daan Samson. Fotografie: Jeronimus van Pelt. Lambda photo C-print on dibond / 3mm plexiglass / 160 x 120 cm. Geplaatst bij persbericht van Stedelijk Museum Zwolle.