Nogmaals de affaire-Soros bij NOS Nieuws. Is er nu alles over gezegd of toch nog niet?

NBDeze verklaring staat vandaag 31 oktober 2018 op de voorpagina van NOS.nl, maar heeft als datum 23 oktober met een ‘AANGEPAST 09:07’ als toevoeging. Zo wordt de datum niet expliciet genoemd. Wat is het? Deze onduidelijkheid is ongelukkig, onhandig en onzorgvuldig. Bij de van oorsprong gedrukte media zoals The Guardian, The New York Times of The Washington Post wordt elke minieme aanvulling of correctie bij het betrokken artikel nauwgezet genoteerd, zodat de ontstaans- en correctiegeschiedenis transparant is voor de lezer. Hier is dat onduidelijk en blijft ongewis wat de datum van de verklaring is. Waarom de NOS dat nalaat en niet nadrukkelijk de datum 31 oktober 2018 gebruikt roept opnieuw vragen op over de journalistieke zorgvuldigheid volgens welke redactie, eindredactie en hoofdredactie van NOS Nieuws handelen.

Iedereen maakt fouten, maar sommige zijn erger dan andere fouten. Bepaalde fouten zijn onverschoonbaar en zouden ‘einde oefening’ moeten zijn. Het gaat om een controversieel artikel van NOS Nieuws dat veel stof heeft doen opwaaien en op 23 oktober werd ingetrokken zoals deze verklaring verduidelijkt. Het verwoordde een antisemitische gezindheid. Erin werd over de Joodse Hongaars-Amerikaanse weldoener en sponsor van progressieve projecten George Soros in de kop het volgende gezegd: ‘invloedrijke bemoeial met tentakels ver in de wereldpolitiek’ en in de tekst de omschrijving: ‘De jood Soros steunt organisaties die regeringen openlijk bekritiseren’. Dat werd snel ingetrokken en vervangen door een versie met andere bewoordingen over Soros die bijna even onzorgvuldig waren: ‘zelfbenoemd ‘staatsman zonder staat’. Dit lijkt hoe dan ook onzin omdat een staatsman boven de partijen dient te staan zoals afgelopen week bij het overlijden van oud-premier Wim Kok nog werd gememoreerd. In een artikel stipte NRC nog meer onnauwkeurigheden en onzorgvuldigheden aan zoals het feit dat Soros tijdens de Tweede Wereldoorlog niet in de VS, maar in Hongarije verbleef.

Nu is het een week later. Maar de kwestie-Soros bij het NOS Nieuws blijft knagen. Is nu de kous af met het intrekken van de verschillende versies van het artikel en is alles erover gezegd? Ik denk het niet. Het is mogelijk dat vanuit een idee van hypercorrectie de betreffende bureauredacteur te hard probeerde om het standpunt van de tegenstanders van Soros weer te geven. Die uit de hoek van extreem-rechts, alt-right en de Trumpianen komen. Dat roept de vraag op of een journalist een lege huls is die min of meer mechanisch aan de hand van procedures met feiten een artikel vult of dat een journalist verantwoordelijkheid heeft in het  bijeenbrengen en publiceren van nieuws, en vaart op een kompas met een innerlijk besef van goed en kwaad.

De toelichting van hoofdredacteur Marcel Gelauff die probeert te verklaren waarom het zo fout heeft kunnen lopen noemt abstracte termen als ‘interne werkwijze’ en ‘journalistieke scherpte en alertheid’. Dat is niet het hele verhaal. Het gaat erom dat zowel bureauredacteur als eindredacteur tekort hebben geschoten vanwege ‘mentaliteit’, gebrek aan ‘politiek en historisch besef’, ‘ontbrekend geweten’ en onbegrip voor de feiten en de waarheid die in het artikel uitmondde in een journalistiek vergrijp (laster, smaad, belediging en ongegronde beschuldigingen). Het lijkt erop dat een solide tweede lezing, factcheck of controle op berichten ontbreekt.

Het gaat om twee aspecten. De harde component betreft de systeemfout van een onvolledige structuur met onvoldoende toezicht. De zachte component gaat om de mentaliteit van medewerkers die leidde tot het opschrijven en klakkeloos overnemen van extreem-rechtse ‘talking points’ zonder relativering en context. Dit geeft te denken over de stabiliteit, koersvastheid en intellectuele verdieping van de redactie van NOS Nieuws.

Het enige voordeel van deze affaire is dat voor een groot publiek de argumenten zijn versterkt tegen de illusie dat media links zijn. Dat zijn ze niet omdat gevestigde media zoals de NOS per definitie aanleunen tegen de gevestigde orde en de bestaande machtsverdeling onderschrijven en niet fundamenteel ter discussie stellen. Als daar dan ook ‘per abuis’ de ‘talking points’ van alt-right aan toegevoegd worden, dan kan er geen twijfel over bestaan dat in de kern de gevestigde media de status quo helpen handhaven waar techgiganten, multinationals en financiële instellingen het voor het zeggen hebben, en niet de burger of zelfs de politiek.

Foto: Schermafbeelding van artikelArtikel George Soros ingetrokken’ van Hoofdredacteur NOS Nieuws Marcel Gelauff op NOS.nl, 23 oktober 2018.

In campagne wordt vraag welke partijen willen hervormen niet beantwoord. In Nederland is systeemkritiek alles of niets

Wat moeten Nederlanders met een betoog van Cenk Uygur over de koers van de Amerikaanse Democratische partij (DNC)? Daar aan de andere kant van de oceaan. We kunnen er niks mee. We hebben geen invloed op de Amerikaanse politiek. Maar het betoog leert ons wel iets anders. Namelijk dat er een derde weg is tussen establishment politiek en populisme dat het systeem wil vernietigen. Die derde weg is hervormen. Krachtig en fundamenteel hervormen van de politiek. Die derde weg moet overigens niet verward worden met de derde weg uit de negentiger jaren van premier Kok die door president Clinton en premier Blair bewonderd werd.

Uygur hamert erop dat de DNC in de greep van het grote geld is en zich daar niet aan kan onttrekken. Achter de schermen houden de door president Obama aangestuurde bedrijfsdemocraten (‘Corporate Democrats’) de DNC nog steeds in een stevige greep. Zodat de weg afgesneden wordt naar een echte progressieve partij die de stem van de gewone mensen vertolkt. En de belangen van de burgers vooropzet, en niet van banken en bedrijfsleven. In Duitsland is het de nieuwe lijsttrekker van de SPD Martin Schulz die eveneens die verbinding met de burgers probeert te leggen. In navolging van Bernie Sanders die ook het grote voorbeeld voor Uygur is.

Wie Nederlandse politieke partijen langs de meetlat establishment politiek (alles bij het oude laten) – derde weg (hervormen) – populisme (het systeem vernietigen) legt komt tot een opmerkelijke constatering. Namelijk dat dit in de verkiezingscampagne geen onderwerp van debat is. Het wordt bewust of onbewust genegeerd. In politiek en media wordt volstaan met het schetsen van een tegenstelling tussen populisme en niet-populisme.

In hoeverre niet-populistische partijen alles bij het oude willen laten blijft zo goed als ongenoemd. In grote lijnen is het de kiezers wel duidelijk dat VVD, CDA of 50Plus conservatieve partijen zijn die alles bij het oude willen laten, dus het establishment en de gevestigde belangen vertegenwoordigen. Duidelijk is ook dat PVV, SP en rechtse splinterpartijen het systeem willen vernietigen. Of tot de grond willen slopen. Zonder dat ze voor ogen hebben hoe dat in zijn werk gaat en wat er op de puinhopen opgebouwd moet gaan worden.

Hoe dat binnen PvdA, D66 en GroenLinks ligt is onduidelijk. Hoe hervormingsgezind zijn PvdA en D66 en kunnen ze de belangen van de burger boven die van bedrijfsleven, banken, middenveld en vakbond stellen? En van de andere kant, hoe ligt dat binnen GroenLinks dat een worsteling lijkt te hebben tussen hervormen van het bestaande en bouwen van een nieuw systeem? We weten het niet en in de campagne wordt de vraag niet gesteld, zodat het ons niet duidelijk wordt. Wie in Nederland op een hervormingsgezinde partij wil stemmen die de derde weg gaat tussen niets veranderen en alles veranderen weet niet hoe de feiten liggen.

De houdbaarheid van Rutte. Zonder overtuiging over wat verder gaat dan de portemonnee

Regeringsleiders hebben een houdbaarheidsdatum. Hoe bekwaam ze ook zijn. Na 12 jaar Ruud Lubbers die premier was van 1982 tot 1994 was Nederland zijn wolligheid en slimme oplossingen beu. Voor Wim Kok (1994-2002) gingen zijn afwachtende houding en zijn secondair reageren vervelen. Jan Pieter Balkenende (2002-2010) ging vooral tegenstaan door zijn taalgebruik dat te vaak in strijd was met de Nederlandse grammatica en zijn te opzichtig slaafse houding jegens wereldleiders. Nu zien de Nederlanders dagelijks Mark Rutte (2010- …) in de media. Hoelang gunnen zijn partijgenoten en medestanders hem nog de poleposition?

Elke premier past bij de tijdgeest. En wordt daar op afgerekend. Lubbers wist kundig het onverzoenbare te verzoenen, Kok door in wegkijken onoverbrugbare verschillen te overbruggen en Balkenende pareerde kritiek op ideologische emoties door zijn tijd als anti-politiek element door te komen. Van Rutte wordt gedacht dat hij met alle winden meewaait. Maar hij levert nooit financieel-economisch programmapunten voor zijn VVD-achterban in. Rutte is buigzaam in immateriële zaken omdat die voor hem wisselgeld zijn voor het materiële dat hij verdedigt. Geen wonder dat een belastinghervorming onder Rutte niet van de grond is gekomen.

Algemene uitspraken over vrijheid, gelijkheid, democratie en de hele rimram van immateriële waarden zijn in Rutte’s mond ongefundeerd en bodemloos omdat ze niks kosten. Dat is zijn logica. Gekozen selectiviteit, maar geen oppervlakkigheid. De houdbaarheid van Rutte is verlopen als een meerderheid van de Nederlanders inziet dat wat hij zegt niet iets is wat hij meent en waarvoor hij zegt te staan. Dan is het snel met hem gedaan. Zijn uitspraken over vrijheid, gelijkheid en democratie raken hem slechts als afgeleide van iets anders.

In vorm is Rutte de meester die de politiek beheerst. In inhoud is Rutte een hol vat dat reflecteert en spiegelt op wat anderen zeggen. Maar waar overtuiging ontbreekt over dat wat verder gaat dan de portemonnee.

Pleidooi voor derde weg in EU tussen hard marktdenken en onverzoenlijke euroscepsis

ga

Eurosceptische partijen aan de extreem-linkse en extreem-rechtse kant van het politieke spectrum die zich schrap zetten tegen de macht van Brussel baren kopzorgen. Ze snoepen stemmen weg en zijn niet gericht op constructie, maar op destructie. Zoals de Washington Post zegt wordt het ongenoegen bij links en rechts ook nog eens anders gevoed: ‘Far left political parties oppose what they see as the E.U.’s neoliberal, deregulatory ideology. Far right parties see the E.U. as a threat to distinctive national identities and state power.

De Washington Post vervolgt: ‘All across Europe, the extreme left and extreme right parties oppose European integration, while the vast majority of center-right and center-left parties embrace the E.U.’  Waar laat dat de Europeanen die extreem-links noch extreem-rechts zijn, centrum-rechts noch centrum-links? Waar laat dat mij als toevallig onafhankelijke, lid van de Piratenpartij met een anarchistisch links-liberale wereldvisie? Ik ben niet voor de EU met niet-democratische elementen zoals die nu opereert, maar voel evenmin iets voor het simplisme tegen de EU zoals dat wordt verwoord door onverzoenlijke Duitsland-haters en Putin-Versteher.

Tijd voor een nieuwe derde weg. Niet die doodlopende van Kok, Blair en Clinton uit de jaren ’90 die een valse dwarsstraat naar het marktdenken bleek te zijn, maar voor een alternatief tussen het extreem-linkse en extreem-rechtse denken van onwaarachtige mensen zoals Marine Le Pen, Nigel Farage en Vladimir Putin en het centrum-linkse en centrum-rechtse denken van Jeroen Dijsselbloem en Angela Merkel dat de consensus omarmt en niet fundamenteel een financieel-economische sector die zich aan de politieke controle onttrekt ter discussie stelt. Wat is de derde weg tussen ‘feitenvrije euroscepsis die de verzwakking van de EU als doel heeft’ en wegkijkend ‘pappen en nathouden’? Ik ben m’n plek in Europa kwijt als constructieve scepticus.

Foto: Schermafbeelding van tweet van The Greek Analyst, 5 augustus 2015.

IJzeren Regel van Instituties toegepast op Nederlandse politieke partijen

plate05

Jon Schwartz verwijst in een artikel op The Intercept waarin hij de kritiek van de presidentskandidaat voor de Democraten Bernie Sanders op president Obama verwoordt op de door hemzelf gemunte term Iron Law of Institutions. Te mooi om te vertalen: ‘The people who control institutions care first and foremost about their power within the institution rather than the power of the institution itself. Thus, they would rather the institution “fail” while they remain in power within the institution than for the institution to “succeed” if that requires them to lose power within the institution.’ Een echte wet is het niet omdat het niet weerlegbaar is, maar een regel die politici ‘stuurt’ is de IJzeren Regel van Instituties wel. Omdat politieke leiders makkelijk partijen naar hun hand kunnen zetten is deze regel manifester in de politiek dan in andere organisaties.

Schwartz muntte zijn Iron Law in kritiek op de leiders van de Democratische partij die progressieve kiezers buiten de deur hielden. En zo hun eigen macht consolideerden door bewust geen verbreding te zoeken van de macht. Wat hun invloed had doen verwateren. Barack Obama is er een sprekend voorbeeld van. Of Nancy Pelosi en Hillary Clinton. De IJzeren Regel voor Instituties is er een waarschuwing voor dat de zittingstermijn van politici beperkt moet worden. Want hoe groter de mogelijkheid wordt hun eigenbelang op te bouwen, hoe groter de kans is dat ze het partijbelang ondergeschikt maken aan hun eigen positie binnen de partij.

Wie zijn Nederlandse politici die hun positie binnen de partij boven het partijbelang stellen? Dat kan op twee manieren. Door de onweerlegbare claim op een hoge functie waartegen geen interne oppositie mogelijk is of door het bijsturen van de programmatische koers waarbij de leider de partij zijn of haar politieke kleur oplegt.

Leiders van politieke partijen op wie de IJzeren Regel van Instituties van toepassing is omdat ze te lang de macht in handen wilden houden -tot na hun uiterste houdbaarheidsdatum- en daarbij hun partij schaadden door deze te laten onderpresteren lijken op het eerste gezicht Jan Marijnissen (SP), Ruud Lubbers (CDA) en Wim Kok (PvdA) of in het verleden leiders als Abraham Kuyper (ARP), Hendrik Colijn (ARP), Hendrik ‘Boer’ Koekoek (Boerenpartij) of Paul de Groot (CPN). Het vraagt nader wetenschappelijk onderzoek om de begrippen te omschrijven en instrumenten te ontwikkelen om de IJzeren Regel van Instituties voor politieke partijen en partijleiders te meten. Een uitdaging voor studies politicologie om dit journalistieke begrip te integreren.

Foto: Illustratie van Gustave Doré in Paradise Lost (1667) van John Milton met ondertitel ‘Thir summons call’d From every Band and squared Regiment By place or choice the worthiest;’ (ofwel: Better to reign in Hell, than serve in Heaven). 

Argos: Fotorolletje Srebrenica ligt nog ergens in het archief

3dc849e6ed2c80197ae7e3e5bb9058143714d80f492d8fbec7107c53fdf2c672

Onderzoeksprogramma Argos van VARA en VPRO zond gisteren een uitzending uit over het fotorolletje van Srebrenica. Hier te beluisteren. Peter Rutten is de leider van het team van de Koninklijke Marechaussee dat de verdwijning ervan in 1995 onderzocht. Hij heeft ook na 20 jaar twijfels over de uitleg van de toenmalige top van de landmacht en uit kritiek op de gang van zaken. Hij wijst op onwaarschijnlijkheden (na: 27’ 07’’). Mede omdat er nooit een volwaardig strafrechtelijk onderzoek is verricht vermoed hij dat hij gebruikt is. Ook maker van de foto’s Ron Rutten acht het mogelijk dat het fotorolletje gewoon in de archieven van Defensie ligt.

Argos heeft geen bewijs in handen dat haaks staat op de uitleg van Defensie, maar maakt wel aannemelijk dat er onwaarschijnlijkheden zijn opgetreden bij zowel het ontwikkelen van het fotorolletje als het onderzoek dat niet strafrechtelijk, niet onafhankelijk en niet diepgaand was. Een reden waarom het in de doofpot gestopt werd is dat het in 1995 om politieke redenen wenselijk was dat de foto’s die getuigden van oorlogsmisdaden die onder de neus van de Nederlandse militairen werden begaan uit de publiciteit moesten worden gehouden.

Samen met Nova heeft Argos sinds 1998 aandacht besteed aan het fotorolletje van Srebrenica. Het is negatief symbool geworden voor de doofpotcultuur op Defensie en positief voor gedegen onderzoeksjournalistiek die echter toch niet de kern van de macht kan blootleggen. Er is een gelijkenis met de kwestie Demmink die van 1993 tot 2012 speelde in de top van het Ministerie van Justitie. Ondanks verklaringen van de vorige justitieminister Ivo Opstelten werd jarenlang een diepgaand onderzoek naar de in verband met pedofilie en ambtelijke obstructie gebrachte Demmink geblokkeerd en moest een oriënterend feitenonderzoek dienen als afleiding voor zo’n onderzoek. Peter Rutten realiseert zich dat hij de katvanger was. Dit alles rechtvaardigt alsnog een diepgaand, strafrechtelijk en onafhankelijk onderzoek naar het fotorolletje van Srebrenica.

Foto: ‘ZKH Prins Willem-Alexander in gesprek met Dutchbatters, na de val van Srebrenica, juli 1995’. In Zagreb. Collectie: Centrum voor Audiovisuele Dienstverlening Koninklijke Marine.

PvdA: notitie ‘Met vertrouwen linksom!’ bevat bruikbare elementen

death-of-10000-roses-07

De samenbindende sleutelzin van de notitie ‘Met vertrouwen linksom!’ van verontruste PvdA-ers luidt: ‘Echter, als wij blijven hangen in het naar rechts opgeschoven politieke centrum, zullen de extreem-rechtse, conservatief-nationalistische en xenofobe bewegingen zoals PVV, Front National, de Liga Nord, De Gouden Dageraad en vele anderen aan de macht komen.’ Dat wordt uitgewerkt in het laatste van de aandachtspunten ‘Vijf over Links’: ‘Het assertief uitdragen en verdedigen van onze Europese waarden uit de Verlichting’:

Wij pleiten ook voor meer aandacht voor het uitdragen van en de verdediging van onze Europese waarden die zijn oorsprong vinden in de Verlichting, zoals tolerantie, pluriformiteit, vrijheid, democratie, mensen- en burgerrechten, non-discriminatie, rechtstaat en scheiding van kerk en staat. Ze worden aan onze buitengrenzen openlijk aangevallen door jihadisten en autoritair- islamitische regeringen als ook door de conservatief-nationalistische autoritaire regimes in Rusland en China. De soft-power van Europa moet geloofwaardiger worden met een Europees geïntegreerd buitenlands beleid, een humaner en effectiever asielbeleid, meer hulp aan vluchtelingen en meer en effectievere ontwikkelingssamenwerking, en worden versterkt met hard-power van een moderne, effectieve Europese defensie.’

In drie zinnen wordt een helder perspectief voor de Nederlandse- en Europese buitenlandpolitiek geschetst die erop neerkomt dat om de EU te redden de EU moet veranderen door terug te gaan naar de eigen waarden. Dit is ook richtinggevend voor de binnenlandse politiek. Hier valt weinig op af te dingen, hoewel het de vraag is of de beschikbare middelen deze principes kunnen dragen. Maar de richting tussen aantasting van waarden door externe (Rusland) en interne krachten (‘neoliberalisme’) is een geloofwaardige en realistische koers.

Deze principiële stellingname stelt de vergezichten over een linkse meerderheid in de schaduw die klinken als een uitgevonden traditie die nooit was en zelfbedrog is als gevolg van groepsdynamiek. Het schetst het tekort van de PvdA dat romantisch blijft terug-verlangen naar een linkse meerderheid die Nederland nooit gekend heeft. Als de PvdA van dat denken en die retoriek afstand kan doen en beseft dat het beter een sterke linkse eigenheid en standvastigheid kan combineren met een soepele en niet rigide toenadering tot partijen in het politiek midden (D66, CDA) dan kan de PvdA weer relevant worden en in zichzelf gaan geloven. Uitgevonden traditie en symboliek met rozen zit de PvdA in de weg. Dat moet slijten om de PvdA bij de tijd te brengen.

PvdA-denker René Cuperus zag Nederland voor drie vuurproeven staan: de uitweg uit de financiële crisis, het antwoord op het politieke onbehagen, en herstel en rehabilitatie van het publieke ethos van overheid en publieke sector. Het accent op de Europese waarden verbindt in de notitie deze drie vuurproeven en voorziet ze van een positief stempel. Weg van het verwijt van jaloezie. Bovenop de alarmtoestand die alle sociaal-democratische partijen treft en niet typisch PvdA is. Nu de praktijk nog. In de PvdA wordt goed nagedacht, maar verkeerd gekozen. Leiders zijn te pragmatisch (Kok), te weinig tactisch (Bos), te weinig operationeel (Cohen), te weinig strategisch (Samsom) of te wendbaar (Asscher). Welke leider past bij het nieuwe profiel?

Foto: Anya Gallaccio ‘The Beautiful Life and Death of 10,000 Roses’.

PvdA’ers hinten op coalitie van communautaire partijen (SP, CDA, PvdA). Het proberen waard?

RIJK02_NG-1981-9-26_W

Oud-fractieleider van de SP Jan Marijnissen verkneukelt zich over een opiniestuk van twee PvdA-ers senator Adri Duivesteijn en hoogleraar economie Rick van der Ploeg in NRC: ‘Zij zeggen dat de ontmanteling van de publieke sector negatief uitpakt. Aankomend weekend is het partijcongres van de PvdA, ik ben benieuwd waar dat toe gaat leiden. Als dit idee gemeengoed gaat worden binnen de partij, en de PvdA hun roots weer opzoekt, dan kan een linkse samenwerking weer mogelijk worden.’ Stoken bij de buren of welgemeend?

Naast het pleidooi van beide PvdA’ers om het uitkleden van de publieke sector te keren -te beginnen met het behoud van de vrije artsenkeuze in de Zorgwet- en de publieke instellingen van het middenveld ‘weer werkelijk te verankeren in de samenleving’ is het tekenend welke politieke samenwerking ze daartoe nodig achten ter realisatie. Een proces van elimineren. Weg van het neo-liberalisme en het individualisme. Weg van privatiseringen en het marktdenken. Weg van klantdenken en verzakelijking. Dus weg van het ik-tijdperk waarin het eigenbelang centraal stond. In de late jaren ’90 steunden ze trouwens als trouwe supporters die carriere konden maken de twee Paarse kabinetten Kok die dat proces dat ze nu veroordelen in gang zette.

Ze komen ‘negatief’ uit bij de volgende partijen: ‘Het cynische is dat het juist de communautaire partijen zijn (CDA, PvdA, SP en GroenLinks) die het in deze tijd ontbreekt aan een gemeenschappelijke opvatting hoe onze publieke taken moeten worden uitgevoerd.’ Daaraan zou nog de ChristenUnie en de Partij voor de Dieren toegevoegd kunnen worden. De politiek realiteit is dan een zespartijenkabinet dat nu volgens de actuele peilingen rond de 75 zetels schommelt. Met de SP als grootste partij die voor het eerst de minister-president zou kunnen leveren. De samenwerking van communautaire partijen is logisch en in de Nederlandse politiek nog nooit uitgeprobeerd. Kabinetten met PvdA en CDA komen nog het meest in de buurt. Maar de SP met een andere achterban en politieke stijl maakt het verschil. Gemeenschappelijk (communautair) is het nieuwe Paars.

Maar zoals vaker bij PvdA’ers laten ze zich kennen en overspelen ze hun hand door onnodig te verwijzen naar ‘progressieve partijen met een extra opdracht’. Ze kunnen beseffen dat deze ideologische PvdA-kadertaal de verdeelde CDA zal afstoten. Daarnaast lijken ze wensdenken in te wisselen voor politiek realisme. In de parlementaire geschiedenis heeft Nederland op landelijk niveau nog nooit een meerderheid van linkse (of: progressieve) partijen gehad en zal die naar verwachting de komende tijd ook niet krijgen. Dus hoe echt ze het bedoelen en op wie hun betoog is gericht is de vraag. Voor nu op de PvdA, of voor straks op SP en CDA? Waarschijnlijk het eerste, zo vlak voor het PvdA-congres. En dat maakt hun betoog gelijk een stuk minder interessant. Want durven Duivesteijn en Van der Ploeg wel echt te dromen over een samenwerking met de SP?

Foto: ‘Den Uyl sprak werknemer Van Gelder’ in de Verkiezingsstrijd ’81 van fotograaf Paul Babeliowsky, 1981.

Heertje: Domheid en arrogantie nekten PvdA. Hoe verder?

Oud-hoogleraar Economie en kritisch PvdA-lid Arnold Heertje geeft in een opiniestuk ‘Domheid en arrogantie hebben de Partij genekt‘ in De Volkskrant aan wat er volgens hem mis is met de PvdA. Da’s veel zoals de titel doet vermoeden. De partij zou geen antwoord hebben op de problemen van deze tijd en daar verkeerd op reageren, maar doet alsof het dat antwoord wel heeft. Dus: domheid en arrogantie. Het is geen nieuwe vraag.

Ik vermoed trouwens dat het met de uitwerking van de domheid net iets anders gesteld is dan Arnold Heertje denkt. Met dank aan Matthijs van Boxtel: ‘Intelligentie biedt nog geen garantie voor zelfbehoud. Sterker nog: intelligentie kan domheid zelfs kracht bij zetten.’ Als de leden van het kabinet Rutte-Asscher uitsluitend dom waren zouden ze allang tot inzicht gedwongen zijn. Maar hun domheid is kern van een denken dat wordt gemaskeerd door intelligentie en daarom niet tot zelfbesef komt. Zelfreflectie wordt niet overdacht.

PvdA-denker René Cuperus zag eerder Nederland voor drie vuurproeven staan: de uitweg uit de financiële crisis, het antwoord op het politieke onbehagen, en herstel en rehabilitatie van het publieke ethos van overheid en publieke sector. Daarbij komt voor de PvdA nog eens de alarmtoestand bij die alle sociaal-democratische partijen treft. In de PvdA wordt goed nagedacht, maar verkeerd gekozen. De leiders zijn te pragmatisch (Kok), te weinig tactisch (Bos), te weinig operationeel (Cohen) of te weinig strategisch (Samsom).

In het programma gaat het mis. Heertje verwijst de verklaring van de nederlaag die Diederik Samsom en andere PvdA’ers geven regelrecht naar de vuilnisbak: ‘Tegen deze historische achtergrond herleidt de leiding van de PvdA de vernietigende verkiezingsuitslag tot de lange duur van de crisis en het onvermogen van de potentiële aanhang reeds nu de vruchten te zien van een beleid dat inzet op een sterk en sociaal Nederland. De grootscheepse nederlaag ontspruit aan oorzaken van voorbijgaande aard, waaraan niemand iets kan doen.’

Want vervolgt Arnold Heertje: ‘Intussen schrijven in de Verenigde Staten economen als Robert Reich en Joseph Stiglitz indrukwekkende boeken over de toenemende scheefgroei in de inkomens- en vermogensverdeling, waardoor de samenhang in de maatschappij verkorrelt, de traditionele arbeiders verpauperen en in hun voetspoor de middenklasse wordt bedreigd. Die schrikbarende verschijnselen doen zich ook in Nederland voor, maar daarover geen woord van de zijde van de Partij van de Arbeid.’

Wegkijken en blijven hangen in symboliek is karakteristiek voor de PvdA sinds Kok. Met als gevolg dat het vlees nog vis is. Geen VVD of D66, evenmin SP. Zo ontstaat door een rammelend zelfbeeld een voorstelling van zaken die niemand kan volgen. De pretentie van brede volkspartij noemde gisteren bij Nieuwsuur minister Frans Timmerman leidend voor de PvdA. Was het maar zo. Om met Heertje te spreken: ‘Kortom, de Partij van de Arbeid is ongewild aan de verkeerde kant van de geschiedenis terechtgekomen door het samengaan van een intellectueel tekort (..) met de intimiderende en arrogante houding van met de Partij van de Arbeid verbonden bestuurders en ambtenaren, jegens de werkvloer van de samenleving.‘ Wat de PvdA nodig heeft is nadenken over programma en mensen die onvervalst de pretentie van brede volkspartij kunnen waarmaken.

Oranjes zwijgen over Zorreguieta. Dwaze zoon Matte Mourik filmt

zo

Update 21 november 2014: Of Jorge Zorreguieta wel of niet overleden is is niet waar het om gaat. Wel dat de Zorreguieta’s Nederland opzadelen met een verkeerde mentaliteit. Koningshuis en gevestigde media wringen zich al jaren in vele bochten om die verkeerde mentaliteit goed te praten of professioneel uit de publiciteit te houden. Maar er zijn uitzonderingen die de mentaliteit van Zorreguieta principieel blijven afkeuren. 

Hebt u het uit 2011 daterende burgerinitiatief en de aangifte tegen Jorge Zorreguieta al getekend? Het gaat over zijn rol bij de gedwongen verdwijningen tijdens de Argentijnse dictatuur (1976-1983). Maxima’s vader blijft volhouden van niets geweten te hebben. Maar deskundigen als professor Michiel Baud, jurist Theo van Boven of journalist Arnold Karskens achten dit ongeloofwaardig. Zie hier een beeldverslag.

Er is een wet om Jorge Zorreguieta ter verantwoording te roepen. Maar in Nederland blijft het stil. Zoals het ook in de kwestie Demmink door maatschappelijke druk tien jaar moest duren voordat er een diepgaand onderzoek kwam. De Nederlandse justitie zwijgt. Vanavond vertoont de IKON de documentaire ‘De Dwaze Zoon‘. Over filmmaker Matte Mourik die de aanklacht van z’n vader, de inmiddels gestorven diplomaat en dichter Maarten Mourik tegen Zorreguieta heeft overgenomen. Treedt Matte in de voetsporen van z’n vader?

In de VPRO Gids wordt Matte Mourik om commentaar gevraagd. Dat de Oranjes zwijgen vindt hij smakeloos, terwijl ze de mond vol hebben van mensenrechten en onrecht. Zoals prinses Beatrix een betere wereld in haar kerstboodschappen schetste. Niets menselijks is de Oranjes vreemd, die betere wereld moet wel bij de ander beginnen. Niet in eigen kring. Matte Mourik: ‘Als koningin Beatrix nou ooit wat had gezegd, of Maxima of Willem-Alexander. Maar zij zwijgen.’ Zo is de kwestie-Zorreguieta een kwestie-Oranje geworden. Hoogste tijd voor een diepgaand onderzoek naar de vader van de koningin. Durft de Nederlandse justitie dat aan?

Foto: Schermafbeelding van ‘Teken het burgerinitiatief tegen Jorge Zorreguieta‘, 17 februari 2014.

Zie hier stukken over Jorge Zorreguieta op dit blog.