Shaun King heeft kritiek op witte Jezus, maar laat de ongeloofwaardigheid van het christendom ongemoeid

Het is goed verdedigbaar om het gevestigde christendom een conservatieve en zelfs ietwat achterlijk en gesloten wereldbeeld te verwijten. Religie bevat per definitie idiote en lachwekkende uitgangspunten en elementen. Dat begint al bij de ontkenning dat religie een menselijke constructie is, terwijl er geen bewijs en logische verklaring voor is dat het aan iets anders ontsproten is dan het menselijk brein. Wie de inschatting maakt dat religie nou eenmaal malligheid, stompzinnigheid en nep is, kan het met tolerantie aanvaarden zoals het is. Religie moet niet langs de lat van de redelijkheid gelegd worden. Religie is een bloedserieus sprookje dat eigen regels schrijft en in zichzelf verkeert. Bij religie hoort schouderophalen. In een open, pluriforme samenleving heeft iedereen recht op een eigen domein, dat geldt ook voor degenen die een religie belijden.

Daarom is de tweet van de Amerikaanse links-radicale activist en BLM-aanhanger Shaun King zo onbenullig omdat hij logica zoekt in een onlogisch systeem. Dat zal hij niet vinden. Hij is van mening dat de fresco’s, standbeelden en glas-in-lood ramen met een witte Jezus ontmanteld moeten worden. Want Jezus zou wit gemaakt zijn en daardoor een symbool van wit racisme zijn. Ja, uiteraard, wie had het anders verwacht? De macht schrijft de verhalen. De macht vormt de constructie. De witte macht maakt helden wit. Ook als Shaun King gelijk heeft, dan is het vergezocht dat hij in een in de kern ongeloofwaardig systeem één element als ongeloofwaardig aanwijst. Het is krom dat hij uitsluitend vraagtekens zet bij één element van het christendom dat hij ongeloofwaardig acht, namelijk de huidskleur van Jezus, maar alle andere ongeloofwaardige elementen ongemoeid laat. Als hij rechtlijnig was, dan zou hij niet uitsluitend de uitingen van een witte Jezus, maar het hele christendom ontmantelen. Bij het oud vuil zetten als een breedopgezet systeem van onderdrukking.

Nog op een andere wijze is King dom bezig en lijkt hij zijn eigen profilering voor het landsbelang te zetten. Want hij geeft in een verkiezingsjaar voeding aan de culturele oorlog die president Trump zo graag wil voeren. Het is bekend, Trump heeft zo ongeveer op alle belangrijke beleidsterreinen gefaald: de gezondheidszorg, de buitenlandse politiek, migratie, een betrouwbare overheid, een solide rechtsstaat en binnenlandse veiligheid. De enige troef die Trump bij gebrek aan resultaten om op te pochen nog uit kan spelen is het motiveren van zijn achterban van zo’n 40% van de bevolking met verhalen over het belang van het christendom en de witte bevolkingsgroep die onder druk zou staan. Precies daar geeft King voeding aan. Het lijkt er sterk op dat hij als Sanders-aanhanger en met de rugwind van de BLM-beweging aan het doorslaan is. Met zo’n vijand als Shaun King heeft Trump geen vrienden meer nodig. King is de zoveelste zwetser die politiek en religie combineert.

Foto: Tweet van Shaun King, 22 juni 2020.

Advertentie

Is er redelijkheid in de onredelijkheid om de politieagent die George Floyd doodde de doodstraf op te leggen?

In de zaak George Floyd in het Amerikaanse Minneapolis kan men zich afvragen of de politieagent die acht minuten lang zijn knie in de nek van de op de grond liggende Floyd drukte in aanmerking zou moeten komen voor de doodstraf. In Nederlandse oren klinkt die vraag bizar. Maar de aanleiding is ernstig. Floyd liet de agent weten dat hij niet meer kon ademen. Uiteindelijk stierf Floyd onder de knie van de agent. Dit gaat tegen de procedures in. Tot nu toe zijn de betreffende agent en drie agenten die hem vergezelden niet aangeklaagd. Zeer vermoedelijk houdt het gepolitiseerde ministerie van Justitie de agenten uit de wind. Dit betreft de VS waar de doodstraf een sanctie voor zo’n overtreding kan zijn. Dus volgens de logica van de Amerikaanse grondwet kan de betreffende agent de doodstraf opgelegd worden. Een broer van het slachtoffer en Floyds vriend Stephen Jackson hebben afgelopen dagen gepleit voor het opleggen van de doodstraf aan de agent.

Ik ben tegen de doodstraf ‘in normale omstandigheden’. Zoals een roofoverval met dodelijk afloop of een moord. Wat het niet normaal maakt is dat het een overheidsdienaar, te weten een politieagent betreft die is belast met het geweldsmonopolie. Hij opereert namens de overheid. Het geweld van politieagenten tegen burgers is een verzwarende factor omdat ze extra verantwoordelijkheid hebben. Daarbij komt dat het handelen van betreffende agenten ideologisch gemotiveerd lijkt. George Floyd wordt bewust ontmenselijkt en vernederd. Het rapport21st Century Policing’ (2015) van de regering Obama dat aanbevelingen bevat om de kloof tussen politie en agent te verkleinen is door de regering Trump in de la gelegd. De kloof is verbreed.

De zaak George Floyd staat niet op zichzelf. Er zijn in de VS talloze vergelijkbare gevallen die als institutioneel racisme kunnen worden gekenschetst. Alleen als het wordt gefilmd haalt zo’n zaak de publiciteit. De niet gefilmde gevallen van racistisch geweld tegen minderheden blijven buiten de publiciteit. Ook ‘betrapte’ agenten worden altijd van vervolging vrijgesteld. Zoals dat in Nederland na onderzoek ook gebeurde bij de zaak Mitch Henriquez in Den Haag. Agenten opereren soms onder hoogspanning en zijn zelf kwetsbaar voor geweld van burgers. Maar juist door het juridisch aanpakken van de ergste overtredingen van politiegeweld zou de kou uit de lucht gehaald kunnen worden om de spanning tussen politie en burger te verkleinen.

Het is lastig om te beredeneren welk doel de middelen heiligt. De doodstraf is onherroepelijk en een zwaar middel. In een ideale situatie is elke weldenkende burger tegen de doodstraf. De EU ervoor pleit ervoor om de doodstraf in alle gevallen en in alle omstandigheden af te schaffen. Aanvullend feit is dat de doodstraf in landen die het toepassen discriminerend wordt opgelegd aan voornamelijk leden van zwakkere groepen. Er pleit wat voor de redenering om dat (uitsluitend in landen waar de doodstraf al wordt opgelegd) om te keren en te richten op degenen die zwakkere groepen onderdrukken. Ideaal is het niet, maar binnen het geldende rechtsprekende systeem kan het als een correctie dienen. De Amerikaanse grondwet biedt de mogelijkheid.

Foto: Schermafbeelding van paragraaf ‘TITLE 18, U.S.C., SECTION 242; DEPRIVATION OF RIGHTS UNDER COLOR OF LAW’ van het Amerikaanse ministerie van Justitie (DoJ).

Terugblik in het nabije verleden: racisme met ‘The Intruder’ (1962)

Een filmcultuur is een filmcultuur als een tamelijk onbekende film goed is. Dat is bij The Intruder uit 1962 van producent/regisseur Roger Corman het geval. In 1962 is John F. Kennedy president. De film speelt zich af in het zuiden van de VS aan de vooravond van de maatschappelijke veranderingen van de jaren 1960s. Integratie en het eind van de segregatie zijn onderwerpen die door president Lyndon B. Johnson in zijn Great Society na 1964 worden doorgevoerd. Dat ging niet vanzelf. Er bestond weerstand tegen. Hier is het nog niet zover.

William Shatner is hoofdpersoon Adam Cramer. Een racist die zichzelf een sociale hervormer noemt. Hij zet de witte dorpsbewoners op tegen de zwarte bewoners en de integratie van de school. Met bijna fatale afloop. Een speerpunt van de burgerrechtenbeweging in die jaren. Eind goed al goed. Of woedt de veenbrand verder?

Zo’n 60 jaar later is er minder veranderd dan tegenstanders van segregatie hoopten en meer dan voorstanders ervan wensten. Het onderwerp racisme is nog actueel nu racisten zich onder president Trump hergroeperen.

De invalshoek van de film is duidelijk. William Shatner wordt de indringer genoemd. Binnen het verhaal van de film klopt dat niet helemaal, omdat hij in zijn vooroordelen niet alleen staat. Tot op een bepaald punt wel, en dat moet hoop geven. De illusie is dat redelijkheid het wint van blinde woede. Dat is geen uitgemaakte zaak.

Foto: Still uit The Intruder (1962).

Journalistiek mist ambitie, instrumenten én mentaliteit om zinvol te reageren op een agenda die door radicaal-rechts wordt bepaald

Aldus het antwoord van CNN-journalist Wajahat Ali in een interview met Salon’s Chauncey Devega. Het hoofdonderwerp van het gesprek is witte suprematie in het tijdperk van president Trump, maar het gaat ook over de opstelling van de media. De conclusie kan omvattend zijn: de media zijn sneu, de media gedragen zich rechts in een rechtse omgeving en de journalistieke code van het ‘enerzijds-anderzijds’ ofwel de ‘both sides journalism’ is gedateerd, maar de gevestigde media hebben daar nog geen oplossing voor gevonden. Of dat laatste onwil, onkunde, lafheid, naïviteit of een combinatie van deze vier aspecten is blijft de vraag.

We zien ook in Nederland dat de ‘enerzijds-anderzijds’ journalistiek in de media een valse gelijkwaardigheid creëert die in werkelijkheid niet bestaat. Met als gevolg dat de journalistiek nog verder vervreemdt van de samenleving. Het is een kwestie van verhoudingen. Als van 100 klimaatdeskundigen er 2 zijn die concluderen dat de opwarming van de aarde niet door menselijk handelen wordt veroorzaakt, dan zetten de media één van die 2 tegenstanders tegenover éen van de 98 voorstanders en denken ze in hun gemakzucht of misleiding een evenwichtig debat te bieden. Mede om beschuldigingen van ‘linkse media’ en dreigingen van tegenstanders uit de weg te gaan. Individuele journalisten missen burgermoed en de media capituleren bij voorbaat in lafheid en vluchten bij vol bewustzijn weg in een houding van schijngelijkwaardigheid die bewust verkeerd wordt vertaald met objectiviteit. Nieuwsconsumenten concluderen in genoemd voorbeeld vervolgens dat 50% voor en 50% tegen is. De ernst valt dus wel mee en dit roept geen urgentie om te handelen op omdat de helft van de deskundigen immers tegen is. Bedankt media voor het valse beeld, jullie zijn niet links maar rechts.

Vermoedelijk beseffen goedwillende journalisten wel degelijk dat deze valse gelijkwaardigheid niet klopt en dat de media hierin een corrumperende en verderfelijke rol spelen. Maar zij of hun leidinggevenden zijn niet in staat om afstand te nemen van ingeprente waarden als ‘hoor-wederhoor’ die uit andere tijden stammen en weet de journalistiek als geheel geen raad met de situatie van een guerrilla in (sociale) media door radicaal-rechts. Een strijd waarbij deze radicalen als doel de verwerping van de democratie hebben. Een weerbare democratie kan alleen functioneren met een weerbare journalistiek die een geheugen én een geweten heeft.

Rechts-radicale politici als Wilders en Baudet spinnen garen bij de onzekerheid van de media en het gebrek aan een nieuwe, deugdelijke journalistieke code. Door het valse idee van gelijkwaardigheid zijn ze door de gevestigde media op het schild gehesen en representabel gemaakt. Hun verklaringen of persberichten worden vanuit een misplaats idee van objectiviteit geplaatst. Doorgaans zonder dat er een voldoende context of uitleg wordt gegeven van wat er aan de hand is. In een andere politiek situatie zou dat trouwens evenzeer kunnen gelden voor radicaal-links. Maar in landen als Nederland en de VS wijst op dit moment de politiek hard naar rechts en voegen de gevestigde media zich moedeloos in die situatie in het navolgen van de status quo.

Hoe kunnen de journalistiek en de individuele journalisten die werkzaam zijn in de media tot inzicht komen dat ze op dit moment niet zozeer onderscheid en informatie bieden, maar verwarring en desinformatie? Om er een conclusie uit te trekken. Traditionele nieuwsconsumenten stoppen met het volgen van het nieuws omdat ze evenwicht, gelijkwaardigheid en bezinning missen. Daarvoor in de plaats komen niet alleen hijgerigheid en continue opgewondenheid, maar ook misleiding. Dat laatste is kwalijker dan het eerste. Individuele journalisten bij gevestigde media zouden even uit de nieuwscyclus moeten kunnen stappen en als het ware terug naar de schoolbanken gaan om opnieuw te beginnen. Ze moeten beseffen dat die hijgerigheid en desinformatie niet normaal zijn en de samenleving schade berokkent. De bewustwording waartoe de goedwillende journalisten moeten komen is dat ze op dit moment meer desinformatie dan informatie bieden en dat ze in de positie zijn om dat te veranderen. Dat is een harde conclusie over een spoedeisend probleem.

Foto 1: Schermafbeelding van deel artikel ‘CNN’s Wajahat Ali: “We knew what would happen” under Trump, but the media just played along’ in Salon, 3 februari 2020.

Foto 2: ‘A general view of the Associated Press London bureau newsroom, showing cable transmitters in foreground, ca. 1930s. (AP Photo)

Donald Duck blijft dichter bij realiteit dan Leon de Winter in Telegraaf-column

Bij de kapper lees ik de Donald Duck en bij de tandarts De Telegraaf. Ik verkies de Donald Duck, en ook de kapper. Maar vanochtend moest ik naar de tandarts. Mijn oog viel op de column van Leon de Winter in De Telegraaf die getiteld was ‘Schaamteloos spel van Democraten’. Iedere columnist heeft recht op een mening. Uitgangspunt dienen wel de feiten te zijn aan de hand waarvan de columnist een mening vormt in de vorm van een beschouwing over een onderwerp. De Winter baseert zich niet op de feiten. Hij geeft elk relevant feit verkeerd weer. In zijn column raken feiten niet meer aan de realiteit. Te veel onwaarheden om op te noemen.

De Winter heeft die verwijdering van de realiteit zover doorgevoerd dat het er opmerkelijk op wordt. Is De Winter overgegaan naar een parallelwereld van het absurdisme waar een Winterse waarheid geldt die alleen door rechts-radicalen en Trumpisten gedeeld en begrepen wordt? Het lijkt er steeds meer op dat De Winter hard bezig is om zijn eigen versie van de politieke werkelijkheid van de VS te maken. Om die te canoniseren. Hij laat zijn verbeelding spreken en maakt fantasie. Dat is verwarrend voor een column die (ook) de claim in de lucht houdt om uitspraken over een actuele politieke realiteit te doen, maar bij nader inzien 100% illusie is.

Er is nog meer over te zeggen, zoals de truc van De Winter om tweemaal negatief om te zetten in positief. Zo voert hij de tegen impeachment aanleunende justitieminister William Barr op als ontlastende getuige in de impeachment procedure tegen Trump, terwijl Barr zelf in aanmerking komt als verdachte in dat proces wegens onconstitutioneel handelen en het verkeerd inlichten van het congres. De Winter passeert de Donald Duck in verbeeldingskracht. De Donald Duck blijft dichter bij de realiteit dan Leon de Winter in zijn Telegraaf-column.

Foto’s: Schermafbeeldingen van delen van column ‘Schaamteloos spel van Democraten’ van Leon de Winter in De Telegraaf, 26 november 2019.

Trump en zijn Republikeinse medestanders noemen de dodelijke schietpartij in El Paso niet wat het is: een daad van wit terrorisme

Wie haat zaait, zal haat oogsten, zo luidt het gezegde. Trump en rechtse media hebben afgelopen jaren die haat gezaaid. Een witte nationalist schoot in een winkelcentrum in El Paso 20 mensen dood. Er zijn 26 gewonden. De 21-jarige schutter Patrick Crusius is gearresteerd door de politie. Kort voor zijn daad had hij een anti-immigratie manifest op internet geplaatst. Dit is terrorisme van een zelfverklaarde witte nationalist. Maar in de reacties benoemen president Trump en Republikeinse senatoren als Ted Cruz dat witte terrorisme niet. Ze hebben het over het nietszeggende ‘thoughts and prayers’, die christelijk-weeïge afleiding voor de echte oorzaak. George P. Bush uit de Bush-dynastie die zijn vader Jef Bush de pas afgesneden zag worden door Trump in de campagne van 2016 is duidelijker. Deze Republikein noemt wel man en paard. Volgens hem was de schietpartij in El Passo een daad van wit terrorisme die de nationale veiligheid van de VS bedreigt. Nu nog beleid om dat aan te pakken. Het zal niet van Trump en de Republikeinse wetgevers in de Senaat komen.

Foto: Tweet van George P. Bush, 4 augustus 2019.

Racisme is opgeschoven tot in het Witte Huis (1925-2019)

De geschiedenis herhaalt zich, maar nooit op dezelfde manier. Op 8 augustus 1925 was er een optocht van de Ku Klux Klan in Washington DC langs het Witte Huis. Met 60.000 deelnemers die van de gemeente niet hun ‘signature mask’ mochten dragen. Gezichten toonden zich onverhuld. Een lastige afweging voor het openbaar bestuur om de vrijheid van demonstratie af te wegen tegen de respectabiliteit, het machtsvertoon en de publicitaire winst die dit voor de Ku Klux Klan opleverde. In 1926 werd de optocht herhaald. Zo werden witte suprematie en vreemdelingenhaat ‘gelegitimeerd’ met een scheut christendom. In de hoofdstad van de VS. Die cocktail leek zijn beste tijd te hebben gehad, maar recente uitlatingen van president Trump geven aan dat die gedachte een illusie is. Het racisme loopt nu niet meer in protest langs het Witte Huis waar in 1925 president Calvin Coolidge resideerde, maar heeft zich er openlijk geïnstalleerd in de persoon van president Trump.

Foto 1: Optocht van Ku Klux Klan op 8 august 1925 in Washington DC. Collectie: Library of Congress.

Foto 2: Optocht van Ku Klux Klan op 8 august 1925 in Washington DC.

Meeus waarschuwt de media, ze moeten Baudet checken op wat hij kan. Diens ereplaats in het narcistenkartel is een doodlopende weg

Aldus de conclusie van de zaterdagse column in NRC over Haagse politiek van Tom-Jan Meeus. Hij verwijt niet zozeer ultra-rechtse partijen als de PVV of FvD dat ze er een potje van maken (wat ze doen), maar dat de media daar geen goed verslag van doen. Daarin heeft Meeus gelijk. Het is een terugkerend verwijt aan de gevestigde media dat ik onder meer hier, hier en hier heb verwoord. Ik schreef in maart 2017 in een commentaar: ‘Baudet is even weinig elitair als Donald Trump en even tegenstrijdig in zijn houding daarover. Goede voornemens om het moeras droog te leggen, maar in de praktijk pakt het volledig tegenovergesteld uit. Wie Baudet en Hiddema de afgelopen maanden heeft zien opereren kon gewaarschuwd zijn en zal niet verrast zijn dat deze twee heren bij uitstek vertegenwoordigers van het establishment zijn. Alleen, binnen het establishment heerst een strenge hierarchie waar Baudet en Hiddema zich nu proberen in te vechten. Met het volk heeft dat niets te maken, maar vooral met hun eigenbelang en carrière. Ambitie is menselijk en geen schande, maar meer moeten we er niet van maken. Baudet gaat voor Baudet. De rest is bijzaak.’

Meeus voegt er een ander dimensie aan toe, namelijk politiek vakmanschap en kennis. Wat kan Baudet? Want iedereen kan zich politicus noemen, maar niet iedereen die zich politicus noemt bezit het vakmanschap en de kennis die een politicus succesvol maakt. Baudet is weliswaar een jonge, beginnende politicus en moet de kans gegeven worden om te groeien in zijn vak, maar na drie jaar FvD als politieke partij kunnen de media hem toch de vraag gaan stellen in hoeverre hij is gevorderd in het onder de knie krijgen van het vak politicus.

Is de fundamentele zwakte van Baudet niet zijn wegvluchten in vergezichten en filosofieën om te verhullen dat hij als politicus nauwelijks vordert in zijn vakmanschap? Zo laadt Baudet net als Trump de sterke verdenking op zich dat hij uitblinkt in grootspraak, narcisme, vergezichten, onheilsfantasieën, toekomstplannen en het gooien van verbale bommetjes, maar tamelijk vruchteloos is in het bedrijven van praktische politiek en het realiseren van zijn kernpunten. Hoewel dat bij Trump genuanceerd ligt, bijvoorbeeld in het slinks en succesvol benoemen van rechtse rechters. Geert Wilders heeft zich verregaand geïsoleerd in een vlucht naar de marge, Thierry Baudet wacht hetzelfde lot als hij niet tijdig tot inkeer én inzicht komt en hersenschimmen inwisselt voor doorzettingsvermogen, grilligheid voor vakkundigheid en eigenliefde voor inlevingsvermogen.

Foto: Schermafbeelding van deel columnHoe de crisis in FVD bewijst dat media in campagnetijd hun taken verzaken; Deze week: Baudet en zijn plaats in het narcistenkartel. Ofwel: grote vragen voor politiek en media na de crisis in Forum voor Democratie’ van Tom-Jan Meeus in NRC, 27 april 2019.

Domme of onnozele rabbi Benjamin Sendrow zegt dat niet elke secularist een potentiële massamoordenaar is

Het is opvallend hoe dom religieuze leiders kunnen zijn. Of is het geen domheid, maar gespeelde onnozelheid? Die mogelijkheid moet bij religieuze leiders nooit uitgesloten worden. De aanleiding voor de domheid of onnozelheid is tragisch, de schietpartij in een Californische synagoge door een white supremacist.

Dat verdient een krachtige afwijzing. Rabbi Benjamin Sendrow werd op Fox News om commentaar gevraagd en deed een opmerkelijke uitspraak. Een artikel op RawStory geeft de details en daar plaatste ik onderstaande reactie. Sendrow antwoordt op de vraag van de interviewer of antisemitisme een herleving doormaakt en wat er toch allemaal in de wereld gebeurt het volgende: ‘Ik geloof dat op zijn minst een deel van de achteruitgang de naleving van religieuze waarden en een acceptatie van seculiere waarden is’. Waarbij Sendrow het er nog potsierlijker op maakt door te beweren dat ‘niet elke secularist een potentiële massamoordenaar is’. Sendrow begrijpt niet wat secularisme is of hij doet net alsof hij het niet begrijpt. Hij is de enige religieuze leider niet.

Foto’s: Schermafbeelding van delen uit artikel ‘‘Not every secularist is a mass murderer’: Fox News rabbi blames atheists — but not all — for church shootings’ op RawStory, 28 april 2019.
NB: Deze titel is fout en geeft aan dat de auteur ervan evenmin als rabbi Sendrow begrijpt wat secularisme inhoudt. Secularisme heeft niks met atheïsme te maken. Secularisme is noch pro-atheïsme, noch anti-religie.

Beschouwingen over onze beschaving naar aanleiding van de brand in de Notre-Dame laten ons naar onszelf kijken. Voor even

De brand in de Parijse Notre-Dame heeft heel wat krachten gemobiliseerd. De spin kwam van alle kanten om het eigenbelang te dienen. Van de Franse president Emmanuel Macron, de katholieke kerk of radicaal-rechtse krachten zoals onderstaande activistische journalist van De Telegraaf die in een tweet de brand een symbool noemde ‘voor onze vermoeide beschaving’. Ik zie daarin het schoppen door alt-right en ultrarechts tegen de westerse beschaving (Baudet: ‘journalisten, cultuurmakers en academici ondermijnen onze cultuur’) die averechts werkt. Het verzwakt die beschaving. De brand in de Notre-Dame drukt ons met de neus op het feit wat de oorsprong, kracht en kern van de westerse beschaving is. Ook voor niet-christenen van belang. Het laat zien wie de vijanden ervan zijn: de nationaal-populisten en rechts-radicalen die zeggen de beschaving te willen redden, maar die in werkelijkheid afbreken. Dus laten we het spiegelen en Duk en de andere rechtse inwoners van Dukstad vragen waarom ze zo graag grossieren in ondergangsfantasieën en zand in de motor van de westerse beschaving willen strooien om op de puinhopen ervan in een vage toekomst hun raszuiver paradijs op te bouwen. Of is Duk tot inkeer gekomen en beseft hij eindelijk wat hij bezig is kapot te maken?

Het is opmerkelijk dat de brand van een iconische kathedraal de afgelopen dagen tot zulke beschouwingen over ‘de‘ of ‘onze‘ beschaving leidde. Dat komt nog zelden voor. Niet toevallig werd er uitgebreid verslag over gedaan in de Amerikaanse en Britse pers waar het sterke besef bestaat dat de lokale politiek de weg kwijt is.

Dat alleen al was een blijk van hunkering naar het vinden van gemeenschappelijke waarden met West-Europa. Hier moest blijkbaar een punt gemaakt worden, namelijk dat ‘we’ in de westerse democratieën (VS, Canada, EU-lidstaten en overige West-Europese landen, Australië, Nieuw-Zeeland) onvoldoende beseffen wat we in handen hebben en we ons af laten leiden door krachten die de beschaving bedreigen. Van buitenaf en van binnenuit. Hoewel ieder daar weer een eigen, specifiek vijandbeeld voor uit de kast haalt. Maar voor even werd de bedreiging als universeel gezien en was de overpeinzing erover mythisch. Totdat het onderscheidend werd wat of wie dat dan wel was en het debat weer afdaalde tot platte politisering of belangenbehartiging. Waaraan we graag ontsnappen omdat dat zo vervelend, voorspelbaar, vermoeiend, geestdodend en contraproductief is.

De boodschap die uit de berichtgeving kan worden gelezen is er een van ontevredenheid en gemiste kansen. Maar het bevat ook het verlangen om terug te keren naar iets wat was. Zo zit er er voor iedereen wel wat bij.

Foto 1: Paul Klemann, ‘De oceaan ontspring onder de ‘Notre Dame’’, Tekening met kleurpotlood en gouache verf, 2002. (Eigen collectie).

Foto 2: Tweet van Wierd Duk van 15 april 2019 (via posting op FB-account van Mihai Martoiu Ticu).