Met een brekende stem en wellende tranen kondigde de Britse premier Theresa May vanochtend haar ontslag aan. Ze stapt per 7 juni 2019 op. May was partijleider en premier sinds 13 juli 2016. Ze heeft de drie jaar net niet volgemaakt. De spin draait nu op volle toeren om dit nieuwsfeit een bepaalde kant op te buigen.
Bijvoorbeeld in de richting van haar opvolger. Daarover is binnen de Conservatieve partij een strijd ontbrand. Andrea Leadsom en Boris Johnson zijn de namen die het vaakst worden genoemd. May stapt niet vrijwillig op, maar onder druk. De teneur is dat zij nooit grip op de politiek kreeg en de Brexit-hardliners binnen haar partij haar het leven zuur maakten. Door de tactiek van de verschroeide aarde ligt de geloofwaardigheid van de Britse politiek grotendeels aan gruizelementen. Vooral de twee grootste partijen de Tories en Labour hebben de afgelopen drie jaar onder zwakke leiding onzeker, onevenwichtig en kortzichtig gehandeld.
May liet zich koeioneren door de hardliners en verloor zo aan aanzien en politiek kapitaal om een gematigde oplossing door het midden met Labour, LibDems, SNP, Greens, Change UK en Plaid Cymru te vinden.
Premier May liet zich gijzelen door de Brexiteers binnen en buiten haar partij. Het radicale midden in de Britse politiek is hopelijk niet dood, maar is door een weinig daadkrachtige May en een strategisch zwakke Jeremy Corbyn slecht bediend. Het wachten is op een generatiewisseling waarbij niet de 55-plussers met hun negatieve politiek de politiek domineren, maar de twintigers en dertigers met constructieve en open blik opstomen naar het centrum van de macht en weer aanhaken bij Europa. Nederland weet nu hoe het niet moet.
Het rechts-radicalisme van Jacob Rees-Mogg en het links-radicalisme van Corbyn leidt tot verdeeldheid, stilstand, chaos en een eigen gelijk dat in het eigen domein keer op keer bevestigd wordt, maar de politiek als middel om macht met elkaar te verdelen verkruimelt tot een verzuurde feesttaart van onheilsprofeten.
Foto: Tweet van de Londense burgemeester Sadiq Khan (Labour), 24 mei 2019.