Tussen de natuurvoedingswinkel en de groene slager viel bij mij het kwartje. De bestuurders van banken en multinationals zijn de ware gleufdieren. Door een verkeerd zelfbeeld, een foute focus en zelfoverschatting zijn de bestuurders verslaafd geraakt aan geld en prestige dat zich uitdruk in geld. Ze komen er niet meer los van omdat ze verslaafd zijn. Leidinggevende bestuurders die gewone medewerkers zijn zonder ondernemersrisico lijden aan narcistische grootheidsfantasieën en zijn verslaafd. Ze moeten geholpen worden in de geestelijke gezondheidszorg om met zichzelf, hun omgeving en de samenleving weer in het reine te komen.
Dat gaat lastig wegens ontbrekende bewustwording in de samenleving en de politiek. Weliswaar bestaat er ongenoegen over de graaicultuur van leidinggevende bankiers en bestuurders, maar daar blijft het bij. Zodat er niets verandert of verandering tergend langzaam verloopt. De diagnose dat bankiers en bestuurders zorg nodig hebben wordt onvoldoende of zelfs helemaal niet gesteld. Nodig is een herkenningspunt, een beeld, een icoon om het gedrag van de soort te vangen. Da’s het begrip gleufdier. Een gedragstypering van de laat-20ste eeuwse soort van de grote graaier die zich niet meer kan beheersen vanwege geestelijke afhankelijkheid en preoccupatie met geld, prestige en de eigen positie tegenover andere bankiers en bestuurders.
Neveneffect van de herijking van het begrip gleufdier is dat het de betekenis met seksistische ondertoon zoals die is ontstaan in rechts-corporeel milieu naar het tweede plan probeert te drukken. Immers een omschrijving die vrouwen opzadelt met een negatieve en onverdiende associatie. De soort van de graaiende bankiers en bestuurders kan verantwoordelijk gesteld worden voor het eigen gedrag. Voorzover dat bij verslaafden van toepassing kan zijn. Er is een psychologisch deltaplan nodig om de Nederlandse leidinggevende bestuurders hun zelfbeeld dat losstaat van de werkelijkheid te helpen herstellen. Deltaplan Gleufdier als aanzet tot herstel.