Het gbb-model kan helpen om te bepalen of iemand Nederlander is: geboorte, belasting, bijdrage. Het gaat niet om kleur of etniciteit

Laten we kort en duidelijk zijn. Er zijn slechts drie factoren belangrijk om te bepalen of iemand Nederlands is: 1) geboren zijn in Nederland; 2) belasting betalend in Nederland en 3) bijdragend aan de Nederlandse samenleving. The Guardian verwijst naar een vervolg van het This Sceptred Isle onderzoek uit 2012 naar identiteit, insluiting en immigratie dat uitwijst dat 70% van de Engelse bevolking deze uitgangspunten voor eigen land hanteert. Het onderzoek zelf is op dit moment nog niet via internet op te roepen en na te lezen, zodat een slag om de arm over de uitkomsten geboden blijft. Zo is het onduidelijk bij aspect 3 in hoeverre ‘contributing’ moet worden opgevat als ‘meebetalend’. Dit model is een stap in de richting van een modern Nederland dat het spreekwoordelijke Nederlandse egalitarisme corrigeert en uitbreidt naar de hele bevolking.

Uit deze drieslag valt ondanks alle historische en demografische verschillen tussen het VK en Nederland van alles af te leiden voor een afvinklijst die kan bepalen of iemand een Nederlander genoemd kan worden. En aanspraak kan maken op de rechten die daarbij horen. Te denken valt aan de volgende aspecten: iemands huidskleur, etniciteit, levensovertuiging of godsdienst is niet van belang; het belang van godsdienst en etniciteit wordt door de samenleving minder belangrijk geacht dan door de politici die bij herhaling de verschillen benadrukken (deze constatering is in lijn met het recente SCP-onderzoekDenkend aan Nederland’); geboren Nederlanders die via juridisch-fiscale routes belasting ontwijken (vermogenden, medewerkers van Nederlandse dependances van internationale bedrijven) kunnen niet langer als Nederlander worden beschouwd; in Nederland woonachtige burgers die zich niet constructief opstellen, maar het bestaan van Nederland ontkennen of verregaand relativeren kunnen geen aanspraak maken op het Nederlanderschap.

Dit gbb-model dat uitgaat van drie factoren geboorte, belasting en bijdrage biedt vele voordelen. Het kan het kaf van het koren scheiden binnen migratiegemeenschappen. Het kan de leden ervan helpen zich te bevrijden uit de sociale dwang van etniciteit, godsdienst en culturele tradities. Het kan goedwillenden insluiten en kwaadwillenden uitsluiten. Het ruimt oneigenlijke en oneerlijke maatschappelijke barrières op, maar pakt vervolgens voorrechten af van degenen die zich misdragen. Dat kunnen belastingontwijkende miljonairs zijn, criminelen of de spreekwoordelijke allochtone etterjochies die zich niet met Nederland verbonden voelen. Deze invalshoek gaat uit van een meritocratisch model waarin verdiensten ertoe doen, en niet de afkomst. Op dat aspect van de geboorte na dat een bodem van continuïteit en verhechting legt onder dit model.

Omdat er geen onderzoek naar gedaan is, is het onduidelijk welk deel van de Nederlandse bevolking dit gbb-model steunt. Het zal naar verwachting niet sterk afwijken van de Engelse cijfers van meer dan 70% acceptatie. Interessant is om te beredeneren hoe de zwakke regionale verbondenheid van Nederlanders, zoals bleek uit het SCP-onderzoek ‘Denkend aan Nederland’, van invloed is op de acceptatie van het gbb-model. Met wat nattevingerwerk lijkt het erop dat dit de acceptatie zal vergroten. Zo resteert mogelijk een acceptatie van 75-80%. We moeten oppassen om dat direct te vertalen naar de steun voor rechts-, en links-radicale partijen omdat zoals gezegd de bevolking meer eensgezind is dan politici het voorstellen. Voor de duidelijkheid: alle politici, ook die van de middenpartijen. De steun bij de laatste twee verkiezingen voor Provincie en EU voor de radicale partijen SP, FvD en PVV was gemiddeld 22,5% en dat past evenwel perfect binnen deze bandbreedte.

Foto 1: ‘Benno Tempel, Remy Jungerman en Iris Kensmil voor het Nederlands paviljoen (foto Gerrit Schreurs)’. [Kensmil en Jungerman zijn beeldende kunstenaars van de Nederlandse inzending aan de Biënnale van Venetië 2019; Tempel is de curator].

Foto 2: ‘Liza van der Most (C) of the Netherlands celebrates victory with team mates during the UEFA Women’s Euro 2017 Quarter Final match between Netherlands and Sweden at Stadion De Vijverberg on July 29, 2017 in Doetinchem, Netherlands.

Petitie ‘Internationalisering onderwijs’ is kritisch op het bestuur van de Radboud Universiteit Nijmegen

Een ongelofelijke en kenmerkende petitie op Petities.24.com van studenten Psychologie aan de Nijmeegse Radboud Universiteit met drievoudige kritiek. Ze voelen zich voorgelogen en belazerd omdat de universiteit de afspraak schendt en geen Nederlandstalig maar Engelstalig onderwijs aanbiedt. Tevens vinden ze dat de universiteit daar onvoldoende over heeft gecommuniceerd. Tenslotte vinden ze het niveau van het Engelstalig onderwijs dat de docenten geven onder de maat, mede omdat het niet onafhankelijk getoetst wordt. De studenten merken op dat ze zich hadden aangemeld voor Nederlandstalig onderwijs ‘met het oog op een baan in Nederland (vaak in de zorg), waarbij het van groter belang is de juiste termen te kennen in het Nederlands’.

De meesten reageren anoniem, maar enkelen spreken zich uit en geven aan teleurgesteld te zijn in hun universiteit. Jette: ‘Ik teken omdat de kwaliteit van onderwijs echt onderuitgaat door het internationaliseren van de studie.’ Judith G.: ‘Ikzelf 2ejaars psychologie studente ben en hier last van ervaar. Als ik van tevoren had geweten dat het zo liep op de Radboud universiteit had ik me misschien wel aangemeld bij een andere universiteit in Nederland.’ Judith S.: ‘Ik teken dit. omdat ik boos ben dat ons onderwijs (psychologie Radboud Universiteit Nijmegen) ontzettend achteruit gaat in kwaliteit, doordat cursussen zo nodig in het Engels gegeven moeten worden, terwijl het overgrote deel later in Nederland aan de slag gaat…….’. Liz: ‘Ik teken omdat dit probleem al veel te lang speelt en de universiteit zich er gemakkelijk van af maakt door de problemen bij de student te leggen. Het wordt tijd dat de kwaliteit weer voorop komt, in plaats van het geld.’

Nederlandse universiteiten hebben geen vijand nodig, want ze helpen zichzelf om zeep. Zoals Liz opmerkt, universiteiten zetten niet de kwaliteit van het onderwijs voorop, maar het geld. Daarnaast gaat het erom dat zoals de studenten beweren ze zijn voorgelogen. Dat is ontoelaatbaar omdat het studenten schaadt en de geloofwaardigheid van de Radboud Universiteit beschadigt. De internationalisering van het onderwijs is prima, maar moet op een serieuze manier gebeuren. Met moedertaal sprekers van het Engels en geen Nederlandse docenten die hun variant van Steenkolenengels spreken en daarbij geen nuances kunnen overbrengen, laat staat als het al lukt om de grote lijn over te brengen. Overigens zijn deze docenten eveneens slachtoffer omdat ze voor de leeuwen worden gegooid door een onverantwoord opererend universiteitsbestuur.

Een andere taal kan het Nederlands niet vervangen. Evenmin is er noodzaak voor als het gaat om studenten die naar verwachting in een Nederlandstalige omgeving in Nederland werk zullen vinden. Internationale oriëntatie moet niet vermeden worden, maar het kan het onderwijs in het Nederlands niet vervangen en moet goed voorbereid worden. Dat gebeurt nu niet zoals dit voorbeeld aan de Radboud Universiteit verduidelijkt. Terwijl het probleem van slecht Engelstalig onderwijs door Nederlandse docenten toch al jaren geleden is geconstateerd. Dat laten gebeuren is onverantwoord gedrag van het universiteitsbestuur. Een bijkomend nadeel van Engelstalig onderwijs is trouwens dat oriëntatie op het Engels andere moderne talen als Chinees, Russisch, Spaans, Frans of Duits wegdrukt. Universiteitsbestuurders verliezen de essentie van een universiteit uit het oog in hun blindstaren op bedrijfsmodellen, rendement, marketingplannen, groei, internationalisering en de drang ‘om bij de tijd te zijn’ en de concurrentie met andere universiteiten niet te verliezen.

Foto: Schermafbeelding van deel petitieInternationalisering onderwijs’ van Amber Albrecht en Eileen Markmann op Petities24.com, 10 november 2018.

March Rutté maakt furore in het Engelstalig taalgebied

Het inmiddels befaamde ‘No’ dat premier Mark Rutte afgelopen maandag uitsprak tegen president Trump in de Oval Office heeft in de Angelsaksische pers veel aandacht gekregen. Vooral de media die Trump minder goedgezind zijn vonden het wel een aardige tussenwerping van Rutte. Het ging over importtarieven op goederen. Maar mede omdat Nederland ooit Nieuw Amsterdam dat nu New York heet in moest wisselen voor Suriname weten journalisten niet hoe de naam Mark Rutte uitgesproken moet worden. Farron Cousins voor TYT geeft in een commentaar grif toe dat hij het niet weet. Maar dat een YouTube-kanaal dat notabene ‘Dutch Pronunciation’ heet het woord verkeerd uitspreekt en de Engelstalige wereld op het verkeerde been zet is wel erg merkwaardig. Het helpt niet om op het Engels gerichte transcripties los te laten op het Nederlands. En zo wordt het nooit wat met het Nederlands wereldwijd. Mijn reactie: ‘This is a completely wrong pronunciation. In Dutch the ‘e’ in Rutte’s last name is pronounced as a ’schwa’, an unstressed and toneless vowel.’

Bestuurders van Hogescholen pleiten vanwege diversiteit voor lagere lat taalonderwijs. Ze gooien Nederlandse taal te grabbel

De maatschappelijke discussie moet niet alleen maar gaan of wij goed kunnen spellen met d’s en t’s en dergelijke, maar dat het ook gaat over de rijkheid van de taal, over de manier hoe je de taal gebruikt om te communiceren. Daarmee zet je ook een breder palet neer voor diegene die die taalachterstand hebben. Het moet niet alleen over de techniek van de taal gaan, maar ook om het gebruik. Zo ga je van taalachterstand naar taalenthousiasme.’ Aldus een citaat van Nienke Meijer in een verslag op ScienceGuide over een bijeenkomst (‘meet-up) van de NVAO (de Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie) en de Verenigde Hogescholen. Nienke Meijer is geen taalkundige of sociolinguïst, maar volgens opgave van haar werkgever Fontys Hogescholen ‘studeerde ze organisatie en sociale psychologie en marketing’.

In hetzelfde artikel op ScienGuide wordt ook Marja Poulussen van de Hogeschool Rotterdam geciteerd: ‘Ik denk dat het heel belangrijk is dat wij niet precies op die grammatica gaan zitten, maar op de betekenis van taal. Op de po-scholen in Rotterdam-Zuid waar ik weleens kom is er geen enkele docent die grammaticaal perfect Nederlands spreekt. Hoe belangrijk is die ‘d’ en ‘t’ of het juiste gebruik van een lidwoord ‘de’ of ‘het’ nu eigenlijk? In een bi-culturele samenleving moet er gewoon wat water bij de wijn.’ Poulussen is geen taalkundige of sociolinguïst, maar volgens haar LinkedIn-profiel opgeleid als onder meer psychiatrisch verpleegkundige en culturele antropologe.

Op dat idee van Meijer en Poulussen om in het taalonderwijs water bij de wijn te doen kwam kritiek van onder gastcolumnist Izz ad-Din Ruhulessin in de Volkskrant. Hij schrijft onder meer: ‘Aandachtig lees ik het artikel op ScienceGuide. Hoe verder ik in het artikel vorder, hoe meer een gevoel van walging mij bekruipt. Ik wil nog een glas whisky inschenken, maar de fles is leeg. Het doet een beetje denken aan dat memorabele moment waar Job Cohen tijdens een televisiedebat zei dat allochtonen succesvol zijn omdat ze zijn geholpen.’

Ruhulessin heeft gelijk, Meijer en Poulussen spannen het paard achter de wagen. Als het taalonderwijs niet toereikend is, dan moet dat verbeterd worden door de inspanning van de Verenigde Hogescholen. Dat kan door een betere organisatie van middelen en een hogere prioriteit voor onderwijs in de Nederlandse taal. Het is een teken van zwakte en een brevet van onvermogen die de Verenigde Hogescholen zichzelf geven door de lat te verlagen. Ruhulessin: ‘Het docentencorps moet diverser worden en om dat te bereiken moeten we de lat verlagen zodat die diversiteit ook de kans krijgt om toe te treden. Wat? Dan kun je toch net zo goed alle vormen van toetsing afschaffen zodat iedereen overal een gelijke kans heeft om ergens binnen te komen.

Bestuurders als Meijer en Poulussen tornen vanuit problemen die ze in hun opleidingen niet op kunnen lossen aan de Nederlandse taal en het taalonderwijs. Het is alarmerend als Poulissen zegt dat op ‘po-scholen in Rotterdam-Zuid (..) geen enkele docent is die grammaticaal perfect Nederlands spreekt’. Dat vraagt om actie van de Verenigde Hogescholen om te zorgen dat de opleidingen die ze aanbieden beter van kwaliteit worden. Docenten met taalachterstand, hoe kunnen ze aangesteld worden in zo’n pedagogische voorbeeldfunctie? Ze geven het verkeerde voorbeeld. Evenals niet-taalkundigen als Meijer en Poulussen die onvoldoende beseffen welke schade ze de Nederlandse taal en het taalonderwijs aandoen met hun gratuite schoten voor de boeg.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelVan taalachterstand naar taalenthousiasme’ van Frans van Heest op ScienceGuide, 29 maart 2017.

Petitie: Geen Engels, maar Nederlands bij Geesteswetenschappen

gees

Deze petitie onderteken ik van harte. Uit de tekst wordt niet duidelijk in hoeverre het Engelstalig onderwijs het Nederlands als voertaal al verdrongen heeft op de faculteiten Geesteswetenschappen van onze universiteiten. Is het al zover of waarschuwen de petitionisten voor een dreiging die zich aankondigt? Universitair onderwijs in taal, geschiedenis, filosofie, muziekwetenschap, cultuurwetenschappen, kunstgeschiedenis of theologie behoort in de vormende fase van wetenschappers in de basis Nederlandstalig te zijn. Simpelweg omdat taal een fijnzinnig afgesteld instrument is dat nodig is om op niveau te kunnen opereren bij dit soort vakken.

Een andere taal kan dat niet vervangen. Internationale oriëntatie moet niet vermeden worden, maar het kan het onderwijs in het Nederlands niet vervangen. Een bijkomend nadeel van Engelstalig onderwijs is trouwens dat de oriëntatie op het Engels andere moderne talen als Chinees, Russisch, Spaans, Frans of Duits wegdrukt.

Verstandig om ze naast het Nederlands een plek te geven. In 1875 zei de Vlaamse voorman Julius Sabbe: ‘De Taal is gansch het volk’. Dat geldt in de kern nog steeds. Wat bedrijfsmodellen en marketingplannen van de hedendaagse universiteitsbestuurders in hun drang om bij de tijd te zijn en ondergeschikt te zijn aan de wensen van politiek of bedrijfsleven ook uitwijzen. Daar heeft de wetenschap geen boodschap aan. No way. 

Foto: Schermafbeelding van petitie ‘Geen Engels, maar Nederlands bij Geesteswetenschappen’. Tekenen kan hier.

Hoe de kerk verdween uit Nederland

Medeklinker ‘r’ wordt steeds minder rollend uitgesproken. Ook bij het NOS-Journaal klinkt steeds vaker een ‘j’ of zelfs niks als in een woord toch echt een ‘r’ staat. Dat valt te betreuren voor allen die van een stevige ‘r’ houden, daarmee opgevoed zijn en de reductie in de uitspraak van de ‘r’ als een spraakgebrek beschouwen.

Op een ander front antwoordt theoloog Harry Kuitert in een interview in Trouw met Gerrit-Jan Kleinjan op de vraag of het erg zou zijn als de kerk verdwijnt: ‘Ach welnee, de wereld gaat niet ten onder als de kerk er niet is. Mensen hebben tot nog toe altijd betekenis verleend aan een wereld die uit zichzelf geen betekenis meebracht.’ De kerk is in Nederland echter allang verdwenen. Mensen maken er domweg een kejk of kek van.

Protest in Moskou tegen rol Kremlin in Oekraïne

99687

In het centrum van Moskou zijn vandaag duizenden mensen op straat gekomen voor vrede in Oekraïne en om te protesteren tegen de rol die het Kremlin in het oosten van Oekraïne wordt toegedicht.’ Zegt de redacteur van Metro België hiermee precies het omgekeerde van wat-ie bedoelt te zeggen? De strekking is dat in het centrum van Moskou duizenden mensen betogen voor vrede in Oekraïne en tegen de rol die het Kremlin in dat conflict speelt. Maar dit citaat zegt wat anders, namelijk dat de mensen protesteren tegen de beeldvorming dat het Kremlin een rol in dit conflict wordt toegedicht. Is dat een denkfout, een kwestie van slecht Nederlands of een variant van het Vlaams-Nederlands dat door Nederlanders anders begrepen wordt dan door Vlamingen?

De demonstratie verenigt de burgerlijke oppositie tegen de Oekraïne-politiek van het Kremlin. Neues Deutschland ziet er een opmaat naar de opbouw van het maatschappelijk middenveld in. Of liever gezegd, de heropbouw die met de zogenaamde Sneeuw Revolutie in 2011 begon, maar daarna stokte. Politici als Michail Kasjanov en Boris Nemtsov namen deel. Provocateurs en nationalisten probeerden de demonstratie te verstoren. Demonstranten droegen borden met foto’s van in Oekraïne gesneuvelde Russische soldaten en riepen leuzen als ‘Nee tegen oorlog’, ‘De junta zit in het Kremlin, niet in Kiev’ en ‘Poetin, hou op met liegen!

Foto: Demonstratie in Moskou tegen de oorlog in Oekraïne, 21 september 2014.

VVD Rotterdam verhult wanprestaties door cultuurstrijd

vvdslogan

De kritiek in de sociale media is niet van de lucht op een affiche van de VVD Rotterdam met de tekst: ‘In Rotterdam spreken we Nederlands‘. Lijsttrekker van de VVD Jeanette Baljeu heeft er geen spijt van: ‘Wij hebben opzettelijk gekozen voor een prikkelende stelling om de discussie op gang te brengen. Dat is gelukt.’ Actrice Halina Reijn wordt bedreigd na een kritische tweet: ‘Kan iemand van de @VVD iets uitleggen over dat absurde bord in Rotterdam?‘ De betekenis van de tekst valt niet exact vast te pinnen.

Natuurlijk ‘spreken we in Rotterdam Nederlands’. Zoals ‘we’ in Rotterdam vele talen spreken. Kortom, de VVD Rotterdam komt met een nietszeggende tekst van het kaliber: ‘In Utrecht bakken we brood‘ of ‘In Gouda eten we kaas’ of ‘In Amersfoort werken we keihard‘. De waardering ervan zit ‘m in de waardebepaling.

Het tekstbord is een voorbeeld van afleiding door de Rotterdamse VVD van landelijke problemen, het gebrek aan populariteit, de moedeloosheid, de achterblijvende economie en de oplopende lastenverzwaringen en belastingen. De VVD maakt niks klaar zodat de aandacht verlegd moet worden naar een ander beleidsterrein. Andere landen beginnen soms een oorlog of stammenstrijd om het volk mee te krijgen, de VVD speelt het via de cultuurstrijd. Feitelijk betekent de tekst ‘In Rotterdam spreken we Nederlands‘ dat de VVD van zichzelf inziet dat het op sociaal-economisch en economisch gebied de afgelopen jaren weinig bereikt heeft.

Andere partijen kunnen de tekst beantwoorden zonder zich te laten verleiden tot een debat over identiteit, taal en immigratie. Dat ‘frame’ leidt af van de hoofdzaak. Beter is het om de VVD af te rekenen op sociaal-economische prestaties die het niet nakomt. ‘De VVD praat in afleidingen omdat het economisch faalt’.

Als fusie moet: Voeg Nederland en Vlaanderen toe aan Duitsland

In 2001 voorspelden Nederlandse en Vlaamse politici dat binnen 20 jaar de twee landen/regio’s zullen fuseren. Volgens hun voorspelling duurt het nog zeven jaar voordat de fusie een feit is. De voorbereidingen vinden waarschijnlijk achter de schermen plaats, want in de openbaarheid valt er niets van te merken.

‘De Vlamingen zijn Nederlanders, maar ze weten het niet‘, zo zegt een pleiter voor samenvoeging. Vreemd dat Vlamingen dat niet weten. Hoe komt dat? Hoe moet de nieuwe eenheid heten? Nederland? Wat doen we met het Nederlandse en Belgische koningshuis? Die beide zo overdadig met vreemde smetten besmet zijn door hun Duitse wortels. Toch maar streven naar een republiek? Aardig wordt het talenonderwijs met vele officiële talen: Nederlands, Fries, Frans, Duits, Engels en Papiaments. Maar wacht even, is het niet verstandiger om Nederland en Vlaanderen gewoon de 17de en 18de deelstaat van Duitsland te maken? Materieel is Nederland dat al. De nieuwe werkelijkheid van 2014. Tot over 20 jaar. Dan zien we verder hoe deze voorspelling uitpakt.

B12

Foto: Manifest voor de Lage Landen

Nederlands niet kapot te krijgen. Ondanks toetsing eindexamen

PetitieNL

De Telegraaf-rubriek ‘Wat u zegt‘ had gisteren de stelling ‘Het Nederlands gaat kapot‘. Zo’n 91 procent van de reacties stemde er mee in. Dit naar aanleiding van alle kritiek op de eindexamens Nederlands. Zo riepen 18 hoogleraren Nederlands in een brief aan de onderwijsspecialisten van de Tweede Kamer op tot een herziening van het eindexamen, aldus UniversOnline. Ze schreven: ‘Op dit moment worden er in het eindexamen geen taalwetenschappelijke kennis of taalvaardigheden getoetst, en wat er wel getoetst wordt, is onverantwoord.’ Met de petitie ‘Eindexamen Nederlands moet anders‘ vragen de initiatiefnemers aandacht voor de herziening.

De Telegraaf  gaat een stapje verder. Het concludeert in een toelichting dat de toetsing van de eindexamens Nederlands er een bewijs voor is dat het slecht gesteld is met het onderwijs. En volgens de meeste respondenten zou de slechte toetsing weer een gevolg zijn van het slechte onderwijsbeleid van de regering. En ‘bijna iedereen’ is het er over eens dat dit alles tot gevolg heeft dat het Nederlands kapot gaat. Da’s een interessante conclusie van een ketenredenering die begint met de kritiek op de toetsing van eindexamens.

Is het werkelijk zo slecht gesteld met het Nederlands als De Telegraaf uit de reacties van haar lezers meent te moeten concluderen? Dit roept de vraag op of een taal door slechte toetsing bij eindexamens, slecht regeringsbeleid, toename van het aantal inwoners dat Nederlands niet als eerste taal heeft, de invoering van de Mammoetwet en het bedenkelijke taalgebruik in de media en welke reden dan ook ‘kapot kan gaan’.

Een taal gaat kapot als de sprekers ervan uitgestorven zijn en de kennis van de taal verdwijnt. Het is een onderschatting van de levensvatbaarheid en de flexibiliteit van een taal om te veronderstellen dat genoemde factoren een taal kapot maken. Een taal verandert. Elke dag. Een taal past zich aan nieuwe omstandigheden aan. Daarom is het Nederlands een levende taal. Al sinds meer dan 500 jaar gaan taal en volk samen.

Schrijver Adrie van der Heijden bedankte vorige week de Nederlandse taal in zijn dankwoord bij het in ontvangst nemen van de P.C .Hooftprijs. Hij zei: ‘Mijn ervaring met de Nederlandse taal is dat ze voor alles wat uitgedrukt moet worden, inclusief veel schijnbaar onbenoembaars, haar woorden en constructies paraat heeft, en je alleen dan teleurstelt als je eigen brein op slot zit of als de dichtader nodig gedotterd moet worden.‘ De schrijver ziet de vitale Nederlandse taal als gereedschap waarmee hij alles kan maken wat-ie wil. Het verschil met de resultaten van de stelling in De Telegraaf kan niet groter zijn. De schrijver heeft gelijk.

Ook ik als blogger geniet elke dag van de schoonheid en de kracht van het Nederlands. De taal waarin ik woon kan alleen kapot gaan als de Nederlanders als volk kapot gaan. En die eindexamens? Teken de petitie, want onze taal is meer waard dan het gepruts van leraren en ambtenaren die de vitaliteit ervan niet bevatten.

lg_1095

Foto 1: Schermafbeelding van petitie ‘Eindexamen Nederlands moet anders‘. 5 juni 2013.

Foto 2: John Reid, Bastiaan Geleijnse en Jean-Marc van Tol maken de strip Fokke en Sukke. Lange tijd werd ‘Hebban olla uogala nestas hagunnan hinase hi(c) (a)nda thu uuat unbidan uue nu beschouwd als de oudste uit het Oudnederlands overgeleverde zin. Daterend van omstreeks 1075. Betekenis: ‘Hebben alle vogels nesten begonnen, behalve ik en jij. Waarop wachten we nu?’. Nu is er consensus dat er oudere Nederlandse teksten zijn. De zin roept bij vele generaties studenten Nederlands herkenning en genegenheid op. Bastiaan Geleijnse studeerde Nederlands.