Het debat over de kwestie De Roy van Zuydewijn van de Tweede Kamer met premier Rutte gaat niet over Edwin de Roy van Zuydewijn. Het gaat om de inrichting van onze democratische rechtsorde. Het gaat erom wie de macht in Nederland uitmaakt. En hoe het toezicht op de macht geregeld is. De scha(n)de die zich aftekent in deze kwestie is dat het kabinet geen toezicht had op het functioneren van de DKDB en de BDV, de voorganger van de AIVD. In november 2000 gaf prins Bernhard opdracht aan de DKDB om een onderzoek te verrichten naar De Roy van Zuydewijn zonder dat het kabinet daarvan op de hoogte was. Dit is ongepast en ongewenst omdat zo in Nederland een schaduwmacht functioneert naast kabinet en parlementaire controle.
Dit eigenzinnig opereren van leden van het Koninklijk Huis die nationale veiligheidsdiensten als persoonlijke veiligheidsdienst voor hun eigen karretje kunnen spannen staat niet op zichzelf. Wat nog erger werd gemaakt doordat de achtereenvolgende premiers Kok, Balkenende en Rutte dit misbruik door leden van het Koninklijk Huis toedekten en tegen het parlement niet de volle waarheid vertelden over de gang van zaken. Van Roy van Zuydewijn zegt daarover het volgende: ‘Zowel Kok als Balkenende heeft er zwaar over gelogen. Rutte doet dat nog eens dunnetjes over. Alleen door de politieke druk kan hij niet meer ontkennen dat Bernhard de opdrachtgever was, die overigens niet eens in de positie was om de AIVD aan te sturen.’
Dit misbruik door het Koninklijk Huis kent parallellen met het optreden van de veiligheidsdiensten AIVD en MIVD die niet het algemeen belang dienen, maar het belang van belangengroepen die overheidsdiensten voor hun eigen karretje spannen. De huidige tendens in Nederland is niet om die ontwikkeling te keren, maar die juist te versterken. Dirk Poot omschrijft dat naar aanleiding van het advies van de commissie-Dessens: ‘Overal ter wereld worden wetten geschreven om de losgeslagen geheime diensten weer enigszins in het gareel te krijgen, maar Nederland zoekt juist naar wegen om zoveel mogelijk juridische barrières weg te nemen.‘
Nederland is een merkwaardig eiland. Een lid van het Koninklijk Huis krijgt ruimte en politieke dekking om veiligheidsdiensten aan te sturen. Het staatshoofd moet weten en accepteert dit misbruik stilzwijgend. Kabinet en parlement worden onvoldoende geïnformeerd. De tendens bestaat om veiligheids- en inlichtingendiensten die overal ter wereld terug in hun hok moeten meer bevoegdheden te geven zodat wat ze nu in strijd met de wet doen wettelijk wordt. De parallelmacht in Nederland is een groeisector die parlement en burgers het nakijken geeft. Zo gaat de opbouw van de controlestaat voort. Een koningshuis en geheime diensten die hun eigen gang kunnen gaan, hoe komen ze terug in de orde? Door ze in te perken of meer ruimte te geven?
Foto: Premier Mark Rutte schudt de hand van Edwin de Roy van Zuydewijn, 4 december 2013. Credits: ANP.