Lachen bij de nuanceringen van Asha over het Redelijke Midden. De geschiedenis leert: een column kan om te lachen en te huilen zijn

Wat een opmerkelijk onbezonnen mens, die Asha ten Broeke. Ik kende deze columniste van De Volkskrant niet en vind het met terugwerkende kracht oprecht jammer dat ik haar geniale inzichten heb gemist. Want een beetje humor is nooit weg. En om de ‘denkbeelden’ van Asha valt smakelijk te lachen. Ze is zo cool.

Asha, redelijke tijden zijn de uitzondering. Wat dat betreft leven we op dit moment in normale tijden. De geschiedenis is te veelgelaagd om daar op emoties gebaseerde verregaande uitspraken over te doen.

Asha, wat heb je een enge opvatting van wat een radicaal is. Herinner je de radicaal-liberalen van de jaren 1880? Ze namen een middenpositie in en waren hervormingsgezind. De historicus E.H. Kossmann omschreef deze radicalen zo: ‘zij vormden integendeel een nieuwe, politieke, sociale en artistieke avant-garde.’ Nuancering dus. Het is wellicht comfortabel om de geschiedenis uitsluitend met de bril van 2019 te bekijken, maar verklaren doet dat weinig.

Maar ok, laten we voor het debat meegaan in je framing die radicalen met hun neusjes haaks zet op wat je zo grappig het Redelijke Midden noemt. Lachen bij de nuanceringen van Asha. Maar wat hebben we dan op dit moment te verwachten van de ideeën van links-radicalen en rechts-radicalen? Wat hebben ze te bieden aan constructiefs? Ze schoppen tegen de gevestigde orde zonder een blauwdruk voor de reconstructie van de puinhopen bij te leveren die ze in hun ondergangsfantasieën aanrichten. Pim Fortuyn had het als rooms-katholiek over zichzelf, met zijn puinhopen van paars. Maar laten we niet persoonlijk worden. Je weet dat Lenin niet alleen bij radicaal-links, maar ook bij radicaal-rechts gehoor vindt? Vraag het Steve Bannon.

Het is juist dat het ‘gematigd realisme’, dat in Nederland loopt van gematigd-rechts (VVD) tot gematigd-links (PvdA), op dit moment wars van daadkracht, ambitie en ideeën is. Dat is niet per definitie altijd zo. Herinner je je de opbouw van de verzorgingsstaat en de rol van krachtige sociaal-democraten als Floor Wibaut, Clement Attlee en Willem Drees die veel goeds hebben gebracht? Het was niet hun radicalisme, maar hun realisme dat dit bewerkstelligde. Je weet ook dat sociaal-democraten en linkse-radicale communisten in de 20ste eeuw een bloedhekel aan elkaar hebben gehad. Maar communisten hebben met hun ideeën nergens iets voor elkaar gebokst. Of je moet Noord-Korea of Nicaragua als voorbeelden beschouwen die volgen uit radicale ideeën.

Je analyse kan daarom maar beter een andere zijn. Het gaat er niet om dat het gematigd-realisme vervangen of gevoed moet worden door het radicalisme, maar hoe het gematigd realisme gerevitaliseerd kan worden. Want dat dat laatste nodig is ben ik met volmondig je eens. Het is overigens linke soep zoals uit je betoog blijkt dat je onder radicalen uitsluitend links-radicalen verstaat. Pas op je wat je overhoop haalt. Herinner je je de geschiedenis van de Weimar-republiek waar de gematigde realisten niet door rechts-radicalen, maar door de links-radicalen werden verraden? Bezin eer je begint.

De Volkskrant verdient je humor. Hopelijk blijf je met je woorden onderstrepen hoe het niet zit. Je dia-positief van de omgekeerde mening helpt de lezer om je argumenten in tegenargumenten, en omgekeerd, om te zetten. Je bent de provocateur om aan te tonen dat radicalen met hun ideeën geen oplossing geven. Gematigd realisten zorgen ervoor dat Nederland marcheert. Schoon water uit de kraan, verwarming, vuilnisophaal, kunstuitvoeringen, bouw van huizen, noem maar op. In theorie hebben filosofische vergezichten over wat jij onder radicalen verstaat zin, maar in praktijk zijn ze een bedreiging die we maar beter niet goedpraten.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelDe geschiedenis leert: vooruitgang begint vaak met een radicaal idee’ van Asha ten Broeke in De Volkskrant, 5 september 2019.

GroenLinks laveert kleinmoedig weg na de beschuldiging van antisemitisme vanwege een resolutie over de BDS-beweging

Soms stem ik bij verkiezingen op GroenLinks. Uitsluitend vanwege het klimaatdebat. Dat ben ik op 20 maart ook weer van plan bij de verkiezingen voor de Provinciale Staten. Maar het is om twee redenen telkens weer een overwinning op mezelf om me ertoe te dwingen GroenLinks te steunen. In de kern bevat de partij veel anti-democratische, links-radicale elementen en tendenzen waar ik liever afstand van zou willen houden. En de marketing van partijleider Jesse Klaver is wel erg flinterdun en opgeklopt om geloofwaardig te zijn. Maar de spoeling in de Nederlandse politiek is erg dun. Het is bij het bepalen van een stem voor politieke partijen de keuze tussen slecht en nog slechter. Dan maar voor slecht gekozen. GroenLinks dus. Van harte gaat het niet.

Neem bovenstaande verklaring van oud-fractievoorzitter Bram van Ojik over de zogenaamde BDS-beweging. Daar stijgt een weeë geur uit op. Hier is over die beweging meer te lezen in een artikel van Nathan Thrall. De verklaring is tot stand gekomen na druk van rechtse organisaties, zoals Christenen voor Israel dat vandaag een demonstratie hield voor het hoofdkantoor van GroenLinks in Utrecht. Aanleiding was de steun voor een resolutie door GroenLinks over de BDS-beweging op het partijcongres van 16 februari. Zoals een demonstratie een recht is, is de steun van een politieke partij voor de BDS-beweging (die in feite gaat om het opkomen voor de rechten van Palestijnen) ook een recht. Uiteraard denkt het rechtse Christenen voor Israel hierover anders dan het linkse GroenLinks. Maar dat is begrijpelijk vanwege de andere uitgangspunten en politieke filosofie van de betrokkenen. Politieke standpunten verschillen nu eenmaal, want anders zijn het geen standpunten.

De verklaring is beneden de maat en ermee verloochent de partij zichzelf. Wat te denken van de zin: ‘We verzetten ons tegen het verbieden en strafbaarstellen van standpunten, los van de vraag of we het met die standpunten al of niet eens zijn’. Dat is onhandig en onnodig. GroenLinks is een deelnemer aan het politieke debat, geen ondersteuner ervan. GroenLinks is een politieke partij met standpunten, geen organisatie die de rechtsstaat bewaakt. In de media riep de verklaring dan ook terecht de reactie op dat GroenLinks door de bocht was gegaan. En wat te denken van de zin: ‘De motie is niet bedoeld als steun aan de doelen van BDS’? Hè? Maar de GroenLinks Europarlementariër Judith Sargentini schrijft in een tweet van 16 februari dat de BDS-beweging ‘een geoorloofd middel is om de Palestijnen in hun strijd voor rechtvaardigheid te helpen’. Dus GroenLinks steunt volgens GroenLinks tegelijk wel en niet de Palestijnen in hun strijd voor rechtvaardigheid.

GroenLinks heeft zwakke knieën. De beschuldiging van antisemitisme uit rechtse hoek lijkt een open zenuw te raken. Heeft de partij iets te verbergen? Wie ervan overtuigd is geen antisemiet te zijn en er niet naar handelt, hoeft daar in een verklaring toch niet op te reageren? Of dat komt door de links-radicalen in de partij die wel degelijk anti-democratische of antisemitische denkbeelden hebben is de vraag. Mogelijk is GroenLinks bang voor wat Labour overkomt dat door een debat over antisemitisme wordt verscheurd waar de partijleiding halfslachtig op reageert. De reactie op de beschuldiging van antisemitisme legt GroenLinks’ zwakte bloot.

Het reageert niet met een uitleg die zegt dat het vanwege het beleid over buitenlandse politiek een politiek standpunt inneemt dat daarmee in overeenstemming is, maar laat zich verleiden tot een nietszeggende verklaring die de resolutie over de BDS-beweging op het partijcongres afzweert. Het is de framing van rechts om kritiek op Israel te reduceren tot antisemitisme. Maar het is nogal wat als links er stilzwijgend in meegaat. De partij kan beter de antidemocraten in de eigen partij er nou eens definitief uitgooien, dan dat het zwicht voor de rare beschuldiging van antisemitisme en de suggestie dat de resolutie controversieel zou zijn. En ik had het al zo moeilijk om mezelf te dwingen GroenLinks te stemmen. Daar komt dit nog eens bovenop.

Foto 1: Schermafbeelding van verklaringBDS (Boycott, Divestment, Sanctions)’ van GroenLinks, 8 maart 2019

Foto 2: Tweet van Judith Sargentini, 16 februari 2019.

Kan Nederland zich de lichtheid van minister Blok veroorloven of is dat opzet om particuliere belangen makkelijk door te drukken?

Bij Buitenhof 18/11/2018

Minister Stef Blok zegt over Poetin :-
“…je kunt in de Oekraïne een burgeroorlog ontketenen…”

Het blijkt merkwaardig waarom politici een oorlog tussen landen een burgeroorlog noemen en een oorlog die geen oorlog is een oorlog. In de Nederlanden werd in 1940 een burgeroorlog ontketend. Zoiets? Bizar is dat minister Ank Bijleveld naar aanleiding van de Russische OPCW-hack zei dat Nederland ‘in cyberoorlog’ met de Russische Federatie is wat ze achteraf liet corrigeren omdat het ‘niet letterlijk bedoeld’ was. Is Bijleveld zelf wel letterlijk bedoeld? Kortom, de ene bewindsman noemt een oorlog in Oekraïne tussen landen een burgeroorlog en de andere bewindsvrouw noemt een oorlog tussen landen die geen oorlog is een oorlog.

Wat leert ons de opsomming van bokken die bewindslieden in de buitenland-driehoek van Rutte III schieten? Minister Sigrid Kaag van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking is de gunstige uitzondering. Ze mocht als D66’er om partijpolitieke redenen VVD’er en buitenlandminister Halbe Zijlstra niet opvolgen toen hij moest aftreden vanwege zijn Datsja-fantasie over president Putin. Dat leert ons dat deze ministers behoefte hebben aan bijscholing (door bijvoorbeeld deskundigen van Instituut Clingendael) omdat ze de (historische) kennis en het inzicht missen om de wereld die ze voor hun ogen zien correct te kunnen evalueren om daar vervolgens geloofwaardig en autonoom naar te handelen. Ze doen hun best, maar schieten toch tekort.

Ideaal zou het zijn als de ministersposten op Defensie en Buitenlandse Zaken bezet zouden worden door experts die hun sporen intellectueel en in het veld op dat gebied verdiend hadden. Nu zit Nederland omdat de poppetjes in de formatie moesten kloppen opgescheept met een onbenul als minister Bijleveld die elke keer weer toont dat ze geen idee heeft waarover ze praat en een goedwillende invaller als minister Blok die z’n best doet, maar toch tekortschiet. Bijleveld en Blok vertegenwoordigen het aantoonbare falen van de partijpolitiek.

Nederland krioelt van de deskundigen op allerlei gebieden op universiteiten, sectorinstituten en ook op lokaal niveau en daarom is het opvallend en niet in lijn met de stand van het land dat de ministers van Buitenlandse Zaken en Defensie niet op hun functie berekend zijn. In elk geval geven ze elke keer weer aan dat ze het beleidsterrein waarvoor ze ingehuurd zijn niet voldoende beheersen. Dat is beschamend. Des te meer als vereist wordt dat ze snel moeten schakelen en dat vanwege hun gebrek aan kennis en inzicht niet kunnen. Een minister die gezag mist en duidelijk optreedt als filiaalhouder kan in binnen- en buitenland niet krachtig functioneren. Zo’n minister bouwt geen invloed op en is per definitie een speelbal in de handen van anderen.

Neem het dossier Nord Stream II waarover de Tweede Kamer onder leiding van D66 en GroenLinks zich grote zorgen maakt. In strijd met het beleid van de EU over diversificatie en onafhankelijkheid van energie en onder protest van landen als Polen en de Baltische staten wordt dit geopolitieke project door de leidende politici in West-Europa ten onrechte als een economisch project voorgesteld. Het sterke vermoeden is dat economische grootmachten als Shell, Engie, OMV, Uniper en Wintershall de regeringen van de landen waarin ze gevestigd zijn (Duitsland, Oostenrijk, Frankrijk, Nederland) gijzelen en in de tang hebben genomen. De lijnen tussen de VVD en Shell zijn angstvallig kort. Welke initiatieven neemt Blok in antwoord op kritiek van de Tweede Kamer dat Nederland door de aanleg van Nord Stream II te afhankelijk wordt van Russisch gas? Zijn reactie is: afwachten. Kan Europa zich zo’n lakse houding veroorloven en beseft Blok wel de ernst van de situatie?

Nord Stream II loopt het risico klem te komen zitten tussen de dreiging van Amerikaanse sancties dat het project vleugellam maakt en de huidige inactiviteit en het selectief wegkijken van de regeringsleiders in West-Europa. Een voortvarende en creatieve minister zou gezien het Nederlands belang (Gasunie, Shell, gasrotonde, energie onafhankelijkheid) die twee proberen te verbinden door steun in de EU te mobiliseren, de Russen in te tomen en de Amerikanen te paaien. Maar minister Blok wacht af. Op instructies van Shell? Zo wordt duidelijk dat slecht functionerende minsters zonder de benodigde startkwalificaties als Bijleveld en Blok die niet op hun taak berekend zijn en geen gezag opbouwen wel degelijk een negatieve invloed hebben op de economie en politiek van Nederland. Het kwalijke is dat het zo makkelijk anders kan als partijpolitieke overwegingen niet leidend zouden zijn. In de partijpolitiek staat het algemeen belang niet altijd boven het particulier belang.

Foto 1: Still uit uitzending van Buitenhof met minister Stef Blok, 18 november 2018.

Foto 2: Aanleg van Nord Stream II, Moscow Times, 13 november 2018. Credits: Jörg Carstensen / DPA / TASS.

Kabinet met ChristenUnie staat in de steigers. Wat heeft D66 erbij te winnen?

Nog steeds ben ik teleurgesteld dat GroenLinks zich heeft teruggetrokken uit de onderhandelingen voor een nieuw kabinet. Het kwam voor commentatoren niet als een verrassing. In maart 2017 noemde ik dat afhaken onvermijdelijk ‘gezien de stabiliteit en onervarenheid’ van deze partij. De partij wilde geen vuile handen maken in het migratiebeleid, maar evenmin verantwoordelijkheid nemen om mee te gaan besturen. Dat is geen opstelling die past bij een volwassen partij in de praktische politiek, maar wel bij een kerkgenootschap dat aan de zijlijn excelleert in moralisme. Door de faalangst van partijleider Lodewijk Asscher van de PvdA dreigt nu de ChristenUnie toe te treden tot het in de steigers staande kabinet Rutte III met VVD, CDA en D66.

Dan dringen bijbelse normen door tot het centrum van de macht. De ChristenUnie is een partij van wie politici en programma’s consistent hameren op het belang van God of het gevaar van de secularisatie. Hier gaapt een kloof met de liberale VVD en D66. Secularisatie is overigens niet het uitbannen of het vijandig bejegenen van het christendom in de samenleving, maar het gelijkschakelen van alle levensovertuigingen en religies om ze zonder onderscheid een rechtmatige plek te geven. Onder meer door het terugdringen van de aloude voorkeurspositie van het christendom en christelijke organisaties. De ChristenUnie verzet zich hiertegen en probeert de eigen positie te beschermen door het begrip secularisatie verdacht te maken. Neem ook de volgende uitspraak in het kernprogramma over internationaal beleid: ‘Omdat Christus Koning is van alle overheden op aarde, moet de regering in haar buitenlands beleid Gods universele wet tot richtsnoer nemen.’ Dit tekent opnieuw de afstand tot VVD en D66 die een volstrekt andere benadering van de politiek hebben.

De getuigenispolitiek van GroenLinks en Asschers faalangst heeft tot de ChristenUnie met ‘Christus Koning‘ geleid. Bedankt, Jesse Klaver, succes met je schone handen en je mooi gestreken witte overhemden. Na jou de zondvloed. Opmerkelijk was trouwens dat de vorige partijleider Bram van Ojik wel positief was over het maken van afspraken met Afrikaanse landen om de vluchtelingenstroom naar Europa in te perken. De kans is groot dat nu de ChristenUnie deel gaat uitmaken van een kabinet. Dat is democratie. Partijen zijn geen doel, maar middel. Ze moeten niet te belangrijk genomen worden. Maar voor kiezers die gaan voor progressieve politiek valt er weinig te genieten met een van God en ‘Christus Koning‘ getuigende ChristenUnie, een negatief CDA dat met Catenaccio de grendel op de deur houdt en een opportunistische VVD die zoals altijd de belangen van multinationals dient (Nord Stream II) en er geen probleem in ziet bovenmatig te beknibbelen op kunst of het uitkleden van de verzorgingsstaat. Wat heeft D66 is godsnaam in zo’n kabinet te winnen behalve het najagen van een ministerschap voor de eigen politici? Is dat voldoende om geloofwaardig toe te treden? Het zal wel.

Foto: Giovanni Domenico Tiepolo, ‘De processie van het Trojaanse paard in Troje’, vermoedelijk 1760. Collectie: The National Gallery.

Evaluatie bevestigt opnieuw mislukking van F35-programma. Agendeert GroenLinks deze kritiek in informatiebesprekingen?

Aan de hand van het laatste jaarrapport van de inmiddels gepensioneerde Michael Gilmore, als Director of Operational Test and Evaluation zet Dan Grazier voor War is Boring in een overzicht de kwaliteiten van de JSF (F-35) op een rijtje. Hij concludeert dat het F-35-programma een nationale ramp is die nodig grondig moet worden geëvalueerd. Vragen moeten niet aan generaals of bestuurders gesteld worden omdat ze er belang bij hebben dat het programma wordt voortgezet. Ze hebben geen prikkel om de harde waarheid over de mislukking te openbaren (‘no incentive to tell the hard truth because they have a vested financial interest in making sure the program survives — regardless of capability’). Het debat over de F-35 moet breder en opener.

De politiek moet op zoek naar tegengeluid zodat het hele verhaal wordt verteld. In Nederland kan GroenLinks ervoor zorgen dat niet de pro-JSF lobby van VVD en CDA -vertegenwoordigd door communicatieadviesbureau Hill & Knowlton- alleen bepaalt hoe het defensiebudget wordt besteed. In september 2013 kwam toenmalig leider Bram van Ojik van GroenLinks met een petitie die ‘nee‘ tegen de JSF zei. Als de partij dat nog steeds vindt -en durft!- kan het dit standpunt in de besprekingen met informateur Edith Schippers agenderen.

Het is absurd dat in tijden waarin de Russische krijgsmacht als bedreigend wordt ervaren zo onverantwoord wordt omgesprongen met het defensiebudget. De JSF is te weinig waar voor te veel geld. En nog steeds een met veel onduidelijkheden omgeven eindproduct. Hoewel uitgaven aan de Amerikaanse wapenindustrie het Witte Huis tevreden zal stellen. Maar dat aspect gaat voorbij aan de beste verdediging van Nederland en West-Europa tegen Russische agressie. In november 2015 zei toenmalig presidentskandidaat Donald Trump in een verwarrend interview dat hij twijfels over de F-35 had. In 2013 maakte minister Hennis van Defensie bekend dat Nederland 37 JSF-toestellen aanschaft voor 14,6 miljard euro. Ondanks een meerderheid in de Tweede Kamer die in 2012 in een motie een streep door de JSF zette. CDA-minister en JSF-voorstander Hans Hillen manipuleerde in dat jaar de Algemene Rekenkamer met het door hem ‘bestelde’ rapport ‘Uitstapkosten Joint Strike Fighter’. In 2019 volgt een eindrapport met conclusies. De omgekeerde wereld van de wapenindustrie.

Haagse crisissfeer benadrukt intelligente domheid kabinet Rutte

3aa0e3622e848dc76291cabb7d2b399c

Schrijft nooit aan kwaadwilligheid toe, wat verklaard kan worden door domheid. Aldus Napoleon Bonaparte: ‘N’attribuez jamais à la malveillance ce qui peut s’expliquer par la stupidité‘. De uitspraak lijkt gemaakt voor het kabinet Rutte-Asscher dat zegt terug te treden, maar de burgers wantrouwt en met steeds meer regels opzadelt, de burgerrechten inperkt en zich onderhand gedraagt als een bemoeial die zich met alle facetten van het leven wil bemoeien. Ik karakteriseerde dat in mei 2013 in een posting als intelligente domheid.

Da’s anders dan pure domheid waarvan de drager niet intelligent genoeg is om die te verbergen. Intelligente domheid is halfslachtigheid die de wereld in geholpen wordt vanwege het schijnbaar bestaan van een kantelpunt waarachter het verbloemen van de eigen domheid mogelijk wordt. Intelligente dommeriken laten zich die kans niet ontnemen. Bij intelligente domheid neemt het succesvol verhullen van de domheid de plaats in van het aanspreken van de domheid of de intelligentie. Naargelang de specifieke achtergrond. Positionering en marketing nemen het over in een continu proces dat nooit meer ergens voet op vaste bodem zet.

De crisissfeer die deze week in Den Haag hangt over de bed-bad-en-broodregeling en de uitgeprocedeerde asielzoekers heeft alles te maken met de intelligente domheid van de kabinetsleden. Bram van Ojik (Groen Links) denkt te weten hoe het zit: ‘Ik snap heus wel dat het ingewikkeld is, maar zo ingewikkeld kan het ook weer niet zijn om te zeggen: we gaan humanitaire hulp bieden.’ Maar is dat niet te simpel gedacht? Want het gaat de bewindslieden niet zozeer om het vinden van een oplossing voor een concreet beleidspunt, maar om het tijdens het zoeken ernaar verbloemen van eigen domheid. Extra gevaarlijk omdat door de crisissfeer juist de aandacht op de domheid gevestigd wordt doordat een oplossing uitblijft. Kabinetsleden van VVD en PvdA vliegen zonder vangnet door de lucht en kennen een noodgreep: de ander van kwaadwilligheid betichten.

Foto: 1950s circus trapeze artists

De ondragelijke lichtheid van VVD’er Halbe Zijlstra. Over dictators

sjsj

Winston Churchill draait zich om in z’n graf als VVD-fractievoorzitter Halbe Zijlstra aan het woord is. Zijlstra zegt vandaag in een interview met De Volkskrant dat ‘Nederland dictators aan de randen van Europa voortaan niet meer met opgeheven vinger tegemoet moet treden’. Hij is ervoor ‘de coöperatie te zoeken met het regime omdat het in ons veiligheidsbelang is’. Halbe Zijlstra’s pragmatiek gaat over grenzen en maakt alles relatief.

De kritiek van onder andere Bram van Ojik (GroenLinks) spitst zich toe op de mensenrechten. In een tweet zegt hij: ‘VVD zet vlak na asielrecht nu ook de mensenrechten bij de vuilnis. Dat kan geen toeval zijn, zou Schippers zeggen.’ Buitenlandwoordvoerder Michiel Servaes van de PvdA zegt: ‘Wij willen en kunnen onze idealen en waarden dus niet achterlaten op Schiphol als we naar het buitenland reizen.’ In een tweet noemt Servaes de opmerkingen van Zijlstra ‘kil, kortzichtig & contraproductief’. Sjoerd Sjoerdsma van D66 reageert in een tweet: ‘Regeerakkoord: in bilaterale samenwerking bevorderen we de mensenrechten.’

Hoofdzaak waarom Zijlstra’s voorstel slecht doordacht is en niet deugt is niet de ethiek van mensenrechten, idealen en waarden, maar doelmatigheid van buitenlands beleid. Europese landen moeten massamoordenaar Assad en agressor Putin geen legitimiteit geven, maar hun deze legitimiteit juist ontnemen. In gesprek gaan met autoritaire leiders suggereert dat er met hen rationeel en binnen de grenzen van de internationale rechtsorde gesproken kan worden over gedeelde waarden. Wat de strijd in Syrië en de Russisch-Oekraïense oorlog duidelijk maken is dat deze basis voor een gesprek ontbreekt. Assad en Putin ontkennen gewoonweg wat ze doen. Zijlstra gaat daar aan voorbij en biedt de autoritaire leiders legitimiteit die ze niet verdienen.

Het is zorgelijk dat Zijlstra zegt dat Nederland met dictators aan tafel moet gaan zitten. Niet zozeer omdat hij doel en middelen van het buitenlands beleid door elkaar husselt en daarin geen ruggengraat toont, maar het vermoeden voedt de strekking zijn eigen woorden niet te doorgronden door nonchalant proefballonnetjes te lanceren. De socioloog Halbe Zijlstra zakt met deze uitspraak ethisch, intellectueel, filosofisch en politiek definitief door het ijs. Hij laat zich kennen als een handige jongen die hoog gestegen is in de hiërarchie van de VVD, maar uiteindelijk de inhoud mist om die functie evenwichtig te kunnen uitoefenen. Het baart zorgen over de selectie en de bedrijfsvoering van de politiek als lichtgewichten als Halbe Zijlstra zo hoog kunnen stijgen.

Foto: Tweet van D66’er Sjoerd Sjoerdsma, 28 maart 2015.

Niet perfecte advertentie tegen Jodenhaat vraagt teveel

aDVERTENTIE_331E5D4E36CC7829C1257D2D00232167_1

Een oproep tegen Jodenhaat die redelijk lijkt, maar dat bij nader inzien toch niet helemaal is. Het verscheen vandaag in een advertentie op de achterpagina van De Telegraaf. Ondertekenaars zijn onder meer Louis van Gaal, Inge de Bruijn, Gerard Joling, Mart Visser, Gerrit Zalm, Jan-Michiel Hessels, Jan Peter Balkenende, Emile Roemer, Bram van Ojik en Jaap de Hoop Scheffer. De oproep om de strijd uit het Midden-Oosten niet naar Nederland te importeren is logisch. Antisemitisme kan onder geen voorwaarde getolereerd worden. Het is tekenend voor de gespannen sfeer dat zoiets vanzelfsprekend in een advertentie benadrukt dient te worden.

Maar de oproep dat het schelden tegen Joden op sociale media ‘nu moet stoppen’ legt de grens verkeerd. Dat kan opgevat worden als een oproep tot zelfcensuur. De ruimte voor schimpen, tieren, vloeken, beledigen of schelden biedt de wet. Niet een moreel appel van een willekeurig groepje mensen. Daarom is de advertentie een gemiste kans. Er is een maatschappelijk debat of er een recht op belediging via schelden op sociale media bestaat. De ondertekenaars van deze oproep kiezen daarin eenzijdig partij. De grens moet liggen bij haatzaaien dat het bestaansrecht van de Nederlandse Joden aan de orde stelt. Niet bij beledigen en schelden. 

Foto: Deel van advertentie ‘Geen excuus voor Jodenhaat’, 7 augustus 2014 in De Telegraaf.

Kwestie De Roy van Zuydewijn leert: Weg met de parallelmacht

media_xll_1980065

Het debat over de kwestie De Roy van Zuydewijn van de Tweede Kamer met premier Rutte gaat niet over Edwin de Roy van Zuydewijn. Het gaat om de inrichting van onze democratische rechtsorde. Het gaat erom wie de macht in Nederland uitmaakt. En hoe het toezicht op de macht geregeld is. De scha(n)de die zich aftekent in deze kwestie is dat het kabinet geen toezicht had op het functioneren van de DKDB en de BDV, de voorganger van de AIVD. In november 2000 gaf prins Bernhard opdracht aan de DKDB om een onderzoek te verrichten naar De Roy van Zuydewijn zonder dat het kabinet daarvan op de hoogte was. Dit is ongepast en ongewenst omdat zo in Nederland een schaduwmacht functioneert naast kabinet en parlementaire controle.

Dit eigenzinnig opereren van leden van het Koninklijk Huis die nationale veiligheidsdiensten als persoonlijke veiligheidsdienst voor hun eigen karretje kunnen spannen staat niet op zichzelf. Wat nog erger werd gemaakt doordat de achtereenvolgende premiers Kok, Balkenende en Rutte dit misbruik door leden van het Koninklijk Huis toedekten en tegen het parlement niet de volle waarheid vertelden over de gang van zaken. Van Roy van Zuydewijn zegt daarover het volgende: ‘Zowel Kok als Balkenende heeft er zwaar over gelogen. Rutte doet dat nog eens dunnetjes over. Alleen door de politieke druk kan hij niet meer ontkennen dat Bernhard de opdrachtgever was, die overigens niet eens in de positie was om de AIVD aan te sturen.’

Dit misbruik door het Koninklijk Huis kent parallellen met het optreden van de veiligheidsdiensten AIVD en MIVD die niet het algemeen belang dienen, maar het belang van belangengroepen die overheidsdiensten voor hun eigen karretje spannen. De huidige tendens in Nederland is niet om die ontwikkeling te keren, maar die juist te versterken. Dirk Poot omschrijft dat naar aanleiding van het advies van de commissie-Dessens: ‘Overal ter wereld worden wetten geschreven om de losgeslagen geheime diensten weer enigszins in het gareel te krijgen, maar Nederland zoekt juist naar wegen om zoveel mogelijk juridische barrières weg te nemen.

Nederland is een merkwaardig eiland. Een lid van het Koninklijk Huis krijgt ruimte en politieke dekking om veiligheidsdiensten aan te sturen. Het staatshoofd moet weten en accepteert dit misbruik stilzwijgend. Kabinet en parlement worden onvoldoende geïnformeerd. De tendens bestaat om veiligheids- en inlichtingendiensten die overal ter wereld terug in hun hok moeten meer bevoegdheden te geven zodat wat ze nu in strijd met de wet doen wettelijk wordt. De parallelmacht in Nederland is een groeisector die parlement en burgers het nakijken geeft. Zo gaat de opbouw van de controlestaat voort. Een koningshuis en geheime diensten die hun eigen gang kunnen gaan, hoe komen ze terug in de orde? Door ze in te perken of meer ruimte te geven?

Foto: Premier Mark Rutte schudt de hand van Edwin de Roy van Zuydewijn, 4 december 2013. Credits: ANP.

Vormde De Roy van Zuydewijn veiligheidsrisico voor Bernhard?

Stel je voor dat Geert Wilders die beveiligd wordt door de DKDB aan z’n beveiligers suggereert om de man van z’n dochter of kleindochter in de gaten te houden. Dat heeft prins Bernhard gedaan. Op 29 november (niet december zoals premier Rutte schrijft) stelden de kamerleden Ronald van Raak (SP), Alexander Pechtold (D66) en Bram van Ojik (GroenLinks) kamervragen aan Rutte over de zaak De Roy van Zuydewijn. Hij en zijn familie werden door de DKDB onderzocht. Vraag is of de DKDB de eigen taken niet teveel oprekte en prins Bernhard gerechtigd was onder het mom van z’n eigen veiligheid sterk op een onderzoek aan te dringen. Als dan niet zo was, waaruit bestond dan het mechanisme om dat te corrigeren en waarom werkte dat dan blijkbaar niet? Vraag is ook waarom het onderzoek naar Edwin De Roy van Zuydewijn en z’n familie zo lang is stilgehouden.

Vandaag antwoordde premier Rutte op de vragen van Van Raak cs. Hij zegt dat ‘Prins Bernhard werd beveiligd en verkeerde als te beveiligen persoon in de positie DKDB informatie te vragen en van DKDB informatie te ontvangen met betrekking tot veiligheidsrisico’s’ maar ‘Uit het onderzoek door DKDB naar de heer De Roy van Zuydewijn bleek dat er geen veiligheidsrisico’s waren’.  Raadselachtig is dat Rutte toegeeft dat ook het bedrijf waarvan De Roy van Zuydewijn eigenaar was werd onderzocht. Wat dat bedrijf met de veiligheid van prins Bernhard te maken had is de vraag. De zaak De Roy van Zuydewijn roept vragen op of de controle op de veiligheidsdiensten in Nederland voldoende is. Op 4 december debatteert de Tweede Kamer over deze zaak.

74188-620-455

Foto: ‘Prince Bernhard talking to lockheed-manager Robert E. Gross at the plant in Los Angles which was visited by the prince in January 1956.‘ Credits: ANP.