Ministerie van Buitenlandse Zaken schat in reisadvies voor VS de veiligheidsrisico’s als vergelijkbaar met Nederland in. Klopt dat?

Het Ministerie van Buitenlandse Zaken geeft reisadviezen en publiceert die op de eigen site. Het brengt de veiligheidsrisico’s in kaart voor toeristen en zakelijke reizigers. Over de VS plaatst het bovenstaande mededeling. Maar blijkbaar is dit nog niet verwerkt in onderstaande tekst die na doorklikken opgeroepen wordt, want daar valt te lezen: ‘In de Verenigde Staten zijn de veiligheidsrisico’s vergelijkbaar met wat u in Nederland gewend bent’. Dat betekent volgens Buitenlandse Zaken dus dat in Nederland door het hele land kans bestaat op terroristische aanslagen, dat sommige delen van grote steden onveilig zijn en geweld door vuurwapens in het hele land voorkomt. Dat is de bizarre werkelijkheid van Buitenlandse Zaken over Nederland.

Opmerkelijk is trouwens ook de opmerking over criminaliteit die zegt ‘Er zijn incidentele gevallen van massale schietincidenten. Deze gevallen zijn niet gericht op toeristen’. Dit is een opmerkelijke toevoeging omdat de massale schietincidenten in onder meer straten of winkelcentra willekeurig zijn en tot willekeurige slachtoffers leiden. Andere landen waarschuwen wel voor het geweld door vuurwapens in de VS, zoals Uruguay dat in een verklaring spreekt over ‘groeiend willekeurig geweld’ (‘creciente violencia indiscriminada’). Dat staat haaks op het reisadvies van het Nederlandse Ministerie van Buitenlandse Zaken. De LA Times zegt in een bericht dat ook Venezuela en Japan waarschuwen voor de schietincidenten in de VS. Uit het bericht blijkt ook dat Duitsland, Nieuw-Zeeland en Frankrijk al eerder waarschuwden voor het risico van massale schietpartijen.

Foto 1: Schermafbeelding van deel reisadvies voor de VS van het Nederlandse Ministerie van Buitenlandse Zaken, gewijzigd 5 augustus 2019.

Foto 2: Schermafbeelding van deel veiligheidsrisico’s van het Nederlandse Ministerie van Buitenlandse Zaken voor de VS.

België maakt het zichzelf onmogelijk te blijven voortbestaan. De kwestie Montasser AlDe’emeh

vg

Een verslag op Facebook-nieuwswebsite ‘Tussen Vrijheid en Geluk‘ uit Brussel van de terroristenbestrijder Montasser AlDe’emeh die gisteren door zich racistisch, bot en verre van correct gedragende agenten als terrorist beschouwd werd. Maar niet hij maar de agenten dienen met hun gedrag de terroristische zaak.

Belgische veiligheidsdiensten en politieke leiders hebben blijkbaar geen benul of opdracht hoe het terrorisme aangepakt moet worden. De actie zoals AlDe’emeh die beschrijft pas niet alleen niet in een rechtsstaat in het hart van West-Europa, maar geeft ook aan dat België haar zaakjes niet op orde heeft en niet op orde krijgt.

Het als een mislukte staat ogende België dat de urgentie mist om te veranderen en niet krachtig geleid wordt is voor zichzelf en andere landen een veiligheidsprobleem geworden. Het is onverantwoord het nog langer te laten voortbestaan. Het land dan maar opdelen tussen Nederland, Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk? Of weet België alsnog te hervormen? Maar dan snel, krachtig en zonder communitaire spelletjes.

9789401426060

Foto 1: Schermafbeelding van verslag op ‘Tussen Vrijheid en Geluk’ door Montasser AlDe’emeh van zijn bejegening door Brusselse agenten op 1 december 2015 en eigen reactie.

Foto 2: Cover van ‘De Jihadkarvaan’ van Montasser AlDe’emeh en Pieter Stockmans. Uitgeverij Lannoo.

Kwestie De Roy van Zuydewijn leert: Weg met de parallelmacht

media_xll_1980065

Het debat over de kwestie De Roy van Zuydewijn van de Tweede Kamer met premier Rutte gaat niet over Edwin de Roy van Zuydewijn. Het gaat om de inrichting van onze democratische rechtsorde. Het gaat erom wie de macht in Nederland uitmaakt. En hoe het toezicht op de macht geregeld is. De scha(n)de die zich aftekent in deze kwestie is dat het kabinet geen toezicht had op het functioneren van de DKDB en de BDV, de voorganger van de AIVD. In november 2000 gaf prins Bernhard opdracht aan de DKDB om een onderzoek te verrichten naar De Roy van Zuydewijn zonder dat het kabinet daarvan op de hoogte was. Dit is ongepast en ongewenst omdat zo in Nederland een schaduwmacht functioneert naast kabinet en parlementaire controle.

Dit eigenzinnig opereren van leden van het Koninklijk Huis die nationale veiligheidsdiensten als persoonlijke veiligheidsdienst voor hun eigen karretje kunnen spannen staat niet op zichzelf. Wat nog erger werd gemaakt doordat de achtereenvolgende premiers Kok, Balkenende en Rutte dit misbruik door leden van het Koninklijk Huis toedekten en tegen het parlement niet de volle waarheid vertelden over de gang van zaken. Van Roy van Zuydewijn zegt daarover het volgende: ‘Zowel Kok als Balkenende heeft er zwaar over gelogen. Rutte doet dat nog eens dunnetjes over. Alleen door de politieke druk kan hij niet meer ontkennen dat Bernhard de opdrachtgever was, die overigens niet eens in de positie was om de AIVD aan te sturen.’

Dit misbruik door het Koninklijk Huis kent parallellen met het optreden van de veiligheidsdiensten AIVD en MIVD die niet het algemeen belang dienen, maar het belang van belangengroepen die overheidsdiensten voor hun eigen karretje spannen. De huidige tendens in Nederland is niet om die ontwikkeling te keren, maar die juist te versterken. Dirk Poot omschrijft dat naar aanleiding van het advies van de commissie-Dessens: ‘Overal ter wereld worden wetten geschreven om de losgeslagen geheime diensten weer enigszins in het gareel te krijgen, maar Nederland zoekt juist naar wegen om zoveel mogelijk juridische barrières weg te nemen.

Nederland is een merkwaardig eiland. Een lid van het Koninklijk Huis krijgt ruimte en politieke dekking om veiligheidsdiensten aan te sturen. Het staatshoofd moet weten en accepteert dit misbruik stilzwijgend. Kabinet en parlement worden onvoldoende geïnformeerd. De tendens bestaat om veiligheids- en inlichtingendiensten die overal ter wereld terug in hun hok moeten meer bevoegdheden te geven zodat wat ze nu in strijd met de wet doen wettelijk wordt. De parallelmacht in Nederland is een groeisector die parlement en burgers het nakijken geeft. Zo gaat de opbouw van de controlestaat voort. Een koningshuis en geheime diensten die hun eigen gang kunnen gaan, hoe komen ze terug in de orde? Door ze in te perken of meer ruimte te geven?

Foto: Premier Mark Rutte schudt de hand van Edwin de Roy van Zuydewijn, 4 december 2013. Credits: ANP.

Vormde De Roy van Zuydewijn veiligheidsrisico voor Bernhard?

Stel je voor dat Geert Wilders die beveiligd wordt door de DKDB aan z’n beveiligers suggereert om de man van z’n dochter of kleindochter in de gaten te houden. Dat heeft prins Bernhard gedaan. Op 29 november (niet december zoals premier Rutte schrijft) stelden de kamerleden Ronald van Raak (SP), Alexander Pechtold (D66) en Bram van Ojik (GroenLinks) kamervragen aan Rutte over de zaak De Roy van Zuydewijn. Hij en zijn familie werden door de DKDB onderzocht. Vraag is of de DKDB de eigen taken niet teveel oprekte en prins Bernhard gerechtigd was onder het mom van z’n eigen veiligheid sterk op een onderzoek aan te dringen. Als dan niet zo was, waaruit bestond dan het mechanisme om dat te corrigeren en waarom werkte dat dan blijkbaar niet? Vraag is ook waarom het onderzoek naar Edwin De Roy van Zuydewijn en z’n familie zo lang is stilgehouden.

Vandaag antwoordde premier Rutte op de vragen van Van Raak cs. Hij zegt dat ‘Prins Bernhard werd beveiligd en verkeerde als te beveiligen persoon in de positie DKDB informatie te vragen en van DKDB informatie te ontvangen met betrekking tot veiligheidsrisico’s’ maar ‘Uit het onderzoek door DKDB naar de heer De Roy van Zuydewijn bleek dat er geen veiligheidsrisico’s waren’.  Raadselachtig is dat Rutte toegeeft dat ook het bedrijf waarvan De Roy van Zuydewijn eigenaar was werd onderzocht. Wat dat bedrijf met de veiligheid van prins Bernhard te maken had is de vraag. De zaak De Roy van Zuydewijn roept vragen op of de controle op de veiligheidsdiensten in Nederland voldoende is. Op 4 december debatteert de Tweede Kamer over deze zaak.

74188-620-455

Foto: ‘Prince Bernhard talking to lockheed-manager Robert E. Gross at the plant in Los Angles which was visited by the prince in January 1956.‘ Credits: ANP.