Het Westen heeft meer opties dan sancties en praten met de Russische Federatie over Oekraïne. De politieke wil ontbreekt om ze in te zetten

Schermafbeelding van artikelPoetin voert druk rond Oekraïne op, het Westen heeft weinig opties‘ van Peter Giesen in de Volkskrant, 10 december 2021.

Update 7 december 2022: In een column in NRC van 1 december 2022 zegt Hubert Smeets dat John Mearsheimer een intellectuele oplichter is. Dat ben ik met hem eens. Hier heb ik meermalen betoogd dat het betoog van Mearsheimer onwetenschappelijk eenzijdig en pro-Kremlin is. Per saldo zijn de beweringen van Mearsheimer niet beter onderbouwd dan die van de in 2020 gestorven Kremlin-Versteher Stephan F. Cohen. Maar ik ben het oneens met Smeets dat Mearsheimer zich pas in 2022 ontmaskerd heeft als ondeugdelijke wetenschapper. Die ontmaskering was na 2014 al jaren zichtbaar.

Dit schreef ik op 11 december 2021:

Peter Giesen geeft in een artikel in De Volkskrant een overzicht over de spanning rond Oekraine en de dreiging van een grootschalige Russische invasie die eind januari 2022 wordt verwacht, maar tegelijk niet als aannemelijk wordt ingeschat.

Er lijkt een dimensie in het artikel te ontbreken. Giesen redeneert vanuit het verleden van de traditionele machtspolitiek en trekt die lijn door naar het heden. Zeg maar het neorealisme van John Mearsheimer en Henry Kissinger dat in Nederland vaak door Rob de Wijk wordt verwoord. Maar dat kan niet ongestraft.

Sinds het eind van de Koude Oorlog in 1991 is er in 30 jaar wel iets veranderd. Zowel in de machtsverhoudingen van een versterkt Oost-Europa en een verzwakte Russische Federatie die bij lange na niet de positie inneemt die ooit de Sovjet-Unie had. Tel daarbij op de toegenomen macht van China en de afgenomen macht van West-Europa en het beeld dat resteert is verminderde blokvorming en toegenomen fragmentatie in de mondiale machtsverhoudingen. Het is bij dit soort vergelijkingen tussen toen en nu daarom de vraag hoe zinvol het is om de blauwdruk van de Koude Oorlog te projecteren op het heden.

Giesen zegt dat het Westen twee opties heeft: ‘Dreigen met sancties en praten‘. Dat zijn zeker de eerste opties, maar de beperking tot deze twee opties lijkt een te beperkt beeld te geven van de timmerkast waaruit VS en EU kunnen putten. Er zijn een derde, vierde en vijfde optie mogelijk om het leiderschap in het Kremlin onder druk te zetten. Het merkwaardige is dat ze voor de hand liggen, maar toch tot nu toe niet ingezet zijn. Maar de opties bestaan wel degelijk. Het Westen heeft dus meer middelen tot haar beschikking dan uit Giesens artikel blijkt. De politieke wil ontbreekt echter om ze krachtig in te zetten. Het Westen heeft één arm vrijwillig op de eigen rug gebonden.

Een derde optie is meer leveranties van geavanceerd militair materieel aan de Oekraïense krijgsmacht binnen het kader van het door de NAVO geïnitieerde Comprehensive Assistance Package. Bijvoorbeeld via welwillende bondgenoten en NAVO-leden als Turkije, Kroatie, Tsjechië, Litouwen, Polen en Canada. Hiermee kan Oekraïne dit geavanceerd materiaal in de frontlinie inzetten bij een Russische inval. Die inzet is nu aan strikte voorwaarden gebonden.

Een vierde optie is het serieus werk gaan maken van een hybride oorlog tegen de Russische Federatie. Dat geeft het Kremlin dan een koekje van eigen deeg, want het mengt zich via trollfabrieken, computerhacks en het kopen van westerse politici al langer in de publieke opinie van westerse landen. Ofwel met kwaadaardige invloed. Dat kan door verhevigde computer aanvallen op de Russische energiesector. Dat komt dan bovenop genoemde economische sancties die de export van de Russische energiesector naar Europa beperken. Essentieel kan een brede, langlopende op de Russische bevolking gerichte informatiecampagne zijn die tot doel bewustwording heeft om de Russen ervan te overtuigen dat hun leiders niet het volk en het land, maar het eigenbelang dienen. Dat sluit aan bij de afnemende populariteit van Poetin die laag in de 30% is. Ook kan de etnische kaart getrokken worden door nationale, etnische en religieuze minderheden die door Moskou worden onderdrukt actief bij te staan in hun streven naar autonomie. Want er bestaat in deze veelvolkerenstaat veel onrust.

Een vijfde optie in het verlengde van de bewustwordingscampagne is een frontale aanval op het leiderschap in het Kremlin door de bekendmaking uit geheime bronnen van Westerse inlichtingendiensten van hun corruptie en roofpraktijken. Dat wordt tot nu toe in de relatie tussen landen ingeschat als not done en daarom niet ingezet, maar de optie of de dreiging ermee om de corruptie van de leiders in het Kremlin en hun zakenpartners gedetailleerd naar buiten te brengen bestaat en kan een rol in de diplomatie spelen. Hiervoor pleit de Amerikaans-Britse zakenman Bill Browder al jaren, maar in de top van de westerse regeringen krijgt hij hiervoor tot nu toe geen gehoor. Hij meent dat president Poetin een vermogen van meer dan 200 miljard dollar heeft dat hij gestolen heeft van het Russische volk.

Als het Westen deze opties op een slimme en gecoördineerde manier zou weten uit te spelen, dan heeft het een eigen asynchroon antwoord op de Russische agressie. Maar ze zijn blijkbaar zo ver weggezakt in de publieke opinie dat een goed geïnformeerde journalist als Peter Giesen het niet eens meer de moeite vindt om ze te noemen. Het lijkt dat het vooral in de eigen bewustwording fout gaat in het antwoord van het Westen op de politiek van het Kremlin.

Herken de tekortkoming in het neorealisme van Beatrice de Graaf

ts

Het artikelHerken de tsaar in Poetin’ van hoogleraar internationale betrekkingen Beatrice de Graaf in NRC is merkwaardig onevenwichtig opgebouwd. Alsof zij heeft zitten knippen en plakken in eigen werk. In het middenstuk geeft ze een analyse van en waarschuwing voor Putin die tamelijk negatief is voor het Kremlin.

De Graaf toont aan dat de Russische leiders zich niet aan afspraken houden en niet aan afspraken te houden zijn. Dankzij ondermijningstactieken en een nostalgische blik naar de 19de eeuw. In die analyse is De Graaf goed te volgen. Het sluit aan bij de in het Westen meest aangehangen visie op de machthebbers in het Kremlin.

Maar in de inleidende en slotalinea’s zegt De Graaf iets anders. Haar instemmende verwijzing naar Laurien Crump zet de toon. Crump is echter niet zozeer voor toenadering en ontspanning, maar voor inbinden. Vanuit een Westers schuldcomplex. De Graaf geeft de positie van Crump dan ook niet goed weer. Crump meent dat het Kremlin niet uit zou zijn op confrontatie met het Westen. Dat sluit echter helemaal niet aan bij De Graafs analyse.

Met haar instemmende verwijzing naar Henry Kissinger laat De Graaf zich kennen als een historisch neorealist. In de school van John Mearsheimer de niet voor niets zo populaire historicus in het Kremlin. Iemand die machtsdenken voor afspraken van internationale verdragen, en pragmatisme voor moralisme zet.

Dit neorealisme dat De Graaf aanhangt leidt tot een aanbeveling die haaks staat op haar analyse uit het middenstuk. Want enerzijds moet Nederland van haar goed beseffen waar de Russische dreiging uit bestaat en partners zoeken om die te weerstaan.

Maar anderzijds wil ze de Russen eigen speelruimte (diplomatieke ‘theaters’) en begrip geven om ze te appaiseren of in toom te houden. Hoewel uit haar analyse volgt dat het Kremlin letterlijk en figuurlijk over grenzen gaat en het zeer de vraag is of het teruggrijpen naar 19de eeuws machtsverhoudingen de juiste voorwaarde is om van het Kremlin spijkerharde afspraken af te dwingen.

Het grootste gemis van het stuk van De Graaf is dat ze alles in een historische en machtspolitieke dimensie plaatst en daarom het meest waarschijnlijke en voor de hand liggende mist. Dat maakt haar aanbevelingen vrijblijvend. Deze eendimensionele visie biedt weinig waarde voor de praktische politiek.

Het is namelijk de economie en de demografie die de zwakte van de Russische Federatie uitmaken. Kortweg gezegd, het Kremlin kan als de reservefondsen zijn uitgeput binnen één of twee jaar economisch op de knieën gedwongen zijn. Door een combinatie van lage olieprijzen, sancties en een stop op investeringen en export van technologie. Dat was de tactiek van president Obama. De Russische confrontatie vraagt om een asynchroon antwoord die afwijkt van de framing door het Kremlin. Dat heeft De Graaf niet begrepen die alles beredeneert vanuit traditionele internationale betrekkingen waarvan ze de contouren kritiekloos door het Kremlin laat dicteren.

Foto: Schermafbeelding van deel ‘artikel ‘Herken de tsaar in Poetin’ van Beatrice de Graaf in NRC, 13 januari 2017.

Edy Korthals Altes verkondigt in NRC wereldvreemde opinie over Russische Federatie

02071r

NRC plaatste gisteren een opinie-artikel van oud-ambassadeur Edy Korthals Altes met de veelzeggende titel ‘Beter om de Russen niet zo uit te dagen’. In de analyse en zelfs in de weergave van de feiten is veel aan te merken op dit artikel. Het is een staalkaart van wensdenken.

Korthals hanteert een neorealistische visie op de politiek zoals de neoconservatieve oud-minister Henry Kissinger die ook bezigt. Beide 90-plussers grossieren in malligheden en orakelen hun oplossingen de wereld in. Hun lichaam is in de 21ste eeuw gearriveerd maar hun geest zit nog midden in de Koude oorlog die in 1991 definitief eindigde. Maar het beginsel machtsevenwicht door afschrikking is niet meer van deze tijd. Dat heeft Korthals niet door.

Het begint met het al vele keren weerlegde misverstand dat er in de jaren 1990-91 afspraken zouden zijn gemaakt tussen de leiders van de beide machtsblokken over een stop op de uitbreiding van de Navo in Oost-Europa. Korthals: ‘Aan de andere kant voelen de Russen zich bedreigd door het steeds verder opdringen van de NAVO aan hun Westgrens. Ondanks de destijds aan Gorbatsjov gedane toezegging van de Amerikaanse minister Baker dat dit niet zou gebeuren.

Maar die afspraken zijn alleen over de DDR gemaakt. Dat er zo’n afspraak is gemaakt is door Gorbatsjov zelf ontkend in een interview met Maxim Korshunov in 2014. Het is onderhand tijd dat NRC hier eens een historisch fact check op los laat, want Korthals is na Michiel Klinkhamer en Laurien Crumb de derde auteur die in NRC deze onwaarheid mag brengen. Zie hier en hier mijn kritiek op hun artikelen. En er zullen ongetwijfeld nog veel meer opinie-makers zijn die elkaar in NRC dit misverstand napraten. NRC zou geloofwaardigheid moeten nastreven in de opinie-artikelen die het plaatst.

Korthals vervolgt zijn wereldvreemdheid als hij stelt dat door Moskou ‘een harde garantie zou moeten worden gegeven dat op geen enkele wijze, direct of indirect, inbreuk zal worden gemaakt op de soevereiniteit van de aan Rusland grenzende Europese landen.’ Waaruit die Russische garantie zou moeten bestaan is onduidelijk.

Verder slaat Korthals het Westen alle drukmiddelen uit handen door de sancties tegen de Russische Federatie op te willen heffen en de Krim eenzijdig aan het Kremlin over te leveren. Hij zet daar voor Oekraïne, Moldavië, Georgiē of de Baltische staten niets concreets tegenover. Het is even onwaarachtig als het apocriefe verhaal over de toezegging van James Baker. De slechte mensenrenrechtensituatie van de Krim-Tataren noemt Korthals niet. Hij levert ze over aan het Kremlin alsof ethiek in de buitenlandse politiek niet meer dan een ruilmiddel is. En zoals gezegd, Korthals is onevenwichtig in het voorstellen van een gelijkwaardige ruil.

Korthals’ wereldvreemdheid komt samen in de zin: ‘De de-escalatie van de huidige spanning zou bevorderd kunnen worden door wederzijds vertrouwenwekkende maatregelen.’ Hiermee gaat hij uit van redelijkheid aan beide kanten.

Maar hij vergeet daarin te betrekken dat volgens Transparency International Oekraïne en de Russische Federatie de meest corrupte landen van Europa zijn en niet alleen met elkaar in oorlog zijn, maar in zekere zin ook met hun eigen bevolking.

Gebrek aan vertrouwen in elkaar en in zichzelf is de reden dat de Minsk-akkoorden niet uitgevoerd worden. Dat valt vooral het Kremlin te verwijten dat Oekraïne mentaal niet wenst te erkennen als soevereine staat, zoals president Putin in 2008 in Boekarest tegen president Bush zei. Dat is de diepste reden voor het conflict dat Korthals met zijn schijnoplossingen niet dichterbij brengt.

Op eigenlijk alles wat Korthals zegt is wel wat aan te merken en kleeft het gebrek aan realisme. Daarbij is zijn taalgebruik verhullend. Hij heeft het over een ‘constructieve relatie’ terwijl dat in zijn uitwerking inhoudt dat het Westen inbindt en het Kremlin niet. En soms zet hij iets achter elkaar zonder te doorgronden wat hij nou precies zegt. Hoe rijmt hij ‘de traditionele Russische invloedssfeer’ met ‘de aspiraties van een groot deel van de bevolking in het westelijke Oekraïne’? Korthals blijft hameren op samenwerking, maar gaat voorbij aan de weerbarstige praktijk van de afgelopen drie jaar waardoor samenwerking nog verder uit beeld is geraakt.

Op een andere manier slaat Korthals ook de plank mis. Voor de EU-lidstaten bestaat het grootste belang van samenwerking met het Kremlin niet uit de actuele veiligheidspolitiek, maar uit het voorkomen van een implosie van een Russische Federatie die op de afgrond afkoerst. De ondergang ervan kan de ondergang van de EU worden.

Het is die angst die het Duitse establishment gijzelt en paradoxaal een harde, maar duidelijke relatie blokkeert die juist dat voorkomt. Herbezinning van de Westerse relatie met de Russische Federatie is nodig. Maar niet omdat het Kremlin in de recente jaren door het Westen onredelijk en onverantwoord zou zijn bejegend, maar omdat het Kremlin zelf onredelijk en onverantwoord is. Dat heeft Korthals niet in de gaten.

Foto: ‘U.S.S.R., Moscow, temporary exhibit of Russian material’, 1959. Collectie: Library of Congress.

Stupiditeit en berekening van Bolkestein over relatie met Oekraïne

image-3742619

Voormalig leider van de VVD Frits Bolkestein (1933) die zich graag als liberaal en denker presenteert wordt een dagje ouder, maar niet wijzer. In 1988 ging Bolkestein het debat aan met de Amerikaanse progressieve denker Noam Chomsky wat op zich te prijzen valt, maar vervolgens ging Bolkestein voor hem op de vlucht en liep weg uit het debat. Zie hier na 4’50’’. Sindsdien kleeft aan Bolkestein het etiket van de intellectuele éénoog in het land der blinden. Een orakel dat zichzelf herhaalt en niet meer reageert op de omgeving en eigen tijd.

In dat patroon van zenden, herhalen en selectief kijken past een opinieartikel van Bolkestein dat de NRC vandaag plaatste. Het gaat over de gevaren die in zijn optiek de EU bedreigen: Putin, de Europese Munt Unie (EMU) en de asielzoekers. Vooral de episode over Putin en Oekraïne is van een tenenkrommende simpelheid, onvolledigheid en selectiviteit. Als Bolkestein zoals vaak wordt beweerd de enige vooraanstaande intellectueel in de Nederlandse politiek hiermee komt, dan is het de vraag waartoe de rest van de Nederlandse politici op politiek-filosofisch niveau in staat is. Wellicht verklaart dat weer het lage niveau van de huidige generatie politieke leiders van Nederland. Die schiet gewoonweg intellectueel tekort en leeft bij de waan van de dag.

Bolkestein meent dat het Westen zo weinig mogelijk moet doen in haar Oost-politiek. Volgens hem is het beter om niets te doen. Dat speelt president Putin en zijn zakenvrienden in het Kremlin in de kaart en zo’n advies getuigt van een enorme stupiditeit. Want Bolkestein vergeet voor het gemak dat Putin door de annexatie van de Krim die in maart 2014 door de Algemene Vergadering van de UN met grote meerderheid van stemmen werd veroordeeld in resolutie 68/262 een einde maakte aan de garanties en zekerheden van de Europese veiligheidspolitiek. Dat Bolkestein het Russische optreden stilzwijgend billijkt is veelzeggend.

Frits Bolkestein speelt een opmerkelijk spel met zijn onvolledige weergave van de uitbreiding van de NATO. Hij reduceert dat tot een verkiezingsstunt van toenmalig president Bill Clinton. Daarmee gaat hij niet alleen voorbij aan de soevereiniteit van staten wat inhoudt dat ze zelf kunnen beslissen over hun politieke koers zoals aansluiting bij een machtsblok naar keuze, maar poetst hij ook de  20ste eeuwse geschiedenis van de bezetting van Midden-Europese landen door de Sovjet-Unie weg. Daarnaast creëert hij een tegenstelling dat NAVO-uitbreiding in het nadeel van de Russische Federatie zou zijn, terwijl er in de jaren 2009/2010 serieuze intenties waren van het Westen om de Russische Federatie toe te staan lid van de NAVO te worden.

Bolkestein is een neorealist in de buitenlandse politiek die machtspolitiek boven moraliteit stelt. Bolkestein die ook minister van Defensie was laat de verhoudingen vooral volgen uit de loop van een geweer, en niet uit de internationale rechtsorde. Hij stelt intimidatie, chantage en militaire macht boven zachte begrippen als territoriale integriteit, zelfbeschikkingsrecht en soevereiniteit van staten. Om dat aannemelijk te maken vertekent hij de geschiedenis en laat feiten weg die niet in zijn straatje passen. Met een vriend als Bolkestein mag president Putin zich gelukkig prijzen. Niet ondenkbaar is trouwens dat deze oud-Shell directeur wat Bolkestein ook is zich geroepen voelt om zelfs zijn geweten ondergeschikt te maken aan de normalisering van de handel met de Russische Federatie. Bolkestein neemt standpunten in en is daarin verre van objectief.

Foto: Frits Bolkestein, 2013. Credits: ANP.

Antwoord aan Michiel Klinkhamer over claim uitbreiding NAVO oostwaarts

mg

Reactie op Michiel Klinkhamer die gisteren in NRC het artikel ‘Hoe denkt Poetin; Leer de Wolfowitz-doctrine’ plaatste. Omdat reacties bij dat artikel niet mogelijk waren plaatste ik onderstaande reactie bij het artikel ‘De uitbreiding van de NAVO naar het Oosten’ op zijn blog. Ik verschil met hem van mening. Ook over de feiten.

‘In oktober 2014 had Michail Gorbatsjov een gesprek met Maxim Korshunov. Op een vraag over de uitbreiding van de NAVO oostwaarts verklaart Gorbatsjov dat dit onderwerp niet besproken werd: ‘The topic of “NATO expansion” was not discussed at all, and it wasn’t brought up in those years.’ Hij doelt hiermee op de periode 1989-1992. De enige afspraak die wel gemaakt werd was het verbod om NAVO-troepen in de voormalige DDR te stationeren.

In bovengenoemd artikel en ook in dat wat op 15 oktober in de NRC verscheen stelt u dat Amerikaanse leiders aan de Sovjet-leiding op enig moment mondelinge beloften zouden hebben gedaan om niet uit te breiden richting Russische grens. Het probleem met uw stellingname is dat u zich niet baseert op verdragsteksten, maar op gesprekken of notulen waarvan de status onduidelijk is. Anders gezegd, het kunnen intenties in de marge van een conferentie zijn die geen formele betekenis hebben. Daar kan men geen verregaande conclusies aan verbinden.

Daarnaast is de soevereiniteit van landen aan de orde. Zoals u weet zijn in Helsinki 1975 afspraken gemaakt over het zelfbeschikkingsrecht van landen en respect voor het recht dat inherent is aan de soevereiniteit. De paradox was dat de Sovjet-Unie een actieve mede-opsteller van die Helsinki-akkoorden was. Niet wetend wat er 15 jaar later zou gebeuren.

Het denken in machtsblokken, machtsevenwicht en invloedssferen dat zo inherent was aan de Koude Oorlog schiet tekort om de periode vanaf 1989 te verklaren. Olifanten als Henry Kissinger denken nog steeds dat het 1975 is en stellen dat oude machtsevenwicht uit hun glorietijd centraal in hun denken. Nadeel is dat het de stabiliteit van het kerkhof heeft en daarmee geen ruimte laat voor nieuwe ontwikkelingen. De wereld van 2015 fragmenteert in diversiteit en draait allang niet meer om Europa.

Anders gezegd, de keuze was na 1989 aan Polen, Hongarije, Bulgarije, Tsjechië, Roemenië, de Baltische landen en ook Oekraïne om voor zichzelf te kiezen. Dat de VS daarin een overwegend belang hebben en er alles aan zullen hebben gedaan om die landen los te weken van de Russische wereld staat wel vast, maar is niet de hoofdzaak.

De praktijk van de regering-Obama leert trouwens dat oude doctrines over omsingeling en inperking van de Sovjet-Unie of de Russische Federatie helemaal geen praktijk zijn. Daarvoor is de buitenlandse politiek van de regering Obama veel te terughoudend en onvast. Kritiek die uit zowel Syrië als Oekraïne klinkt is juist dat men zich in de steek gelaten voelt door de Amerikanen. Dat kan tactiek zijn, maar zeker in het geval van Oekraïne zijn de VS nalatig geweest in hun steun zoals het niet nakomen van de garanties uit het Boedapester Memorandum 1994 bij de bezetting door de Russische Federatie van de Krim aantoont.

Landen hebben uiteindelijk zelf de beslissing genomen om zich bij EU of NAVO aan te sluiten. Dat recht op zelfbeschikking hebben ze. En de volkeren van betreffende landen wilden zich vanuit hun eigen keuze en bang voor de toekomst maar al te graag uit de schaduw van de Russen bevrijden omdat ze meer dan 40 jaar Sovjet-bezetting achter de rug hadden. En dat niet nog een keer wilden meemaken.

Kortom, het denken in machtsblokken en invloedssferen zoals de neorealisten dat doen oogt niet alleen gedateerd, maar geeft ook onvoldoende verklaringen voor de huidige tijd. Dat denken stelt pragmatiek en geopolitiek boven recht en moraal. Als daarnaast ook de feiten niet geheel correct worden voorgesteld en allerlei suggesties van onduidelijke status uit allerlei hoeken naar voren worden gehaald neemt de verwarring nog verder toe.

Al helemaal als Putin als voorbeeld wordt gesteld van een politiek leider die het op lijkt te nemen voor ‘werkelijk onafhankelijke staten’. Maar Putin is precies de leider die op dit moment de Europese veiligheidspolitiek door de annexatie van de Krim en de oorlog in Oost-Oekraïne zo onder druk heeft gezet. U dicht hem recht van spreken toe waarvan ik niet zie dat hij dat vanwege zijn Europese buitenlandpolitiek verdient.

Foto: Schermafbeelding van deel interview ‘Mikhail Gorbachev: I am against all walls van Maxim Korshunov met Michail Gorbatsjov, oktober 2014.

Steun voor Oekraïne in Nederlandse publieke opinie onder druk. Conservatieven en Russische propaganda zetten de toon

r3

Anine van der Ree is D66-stemmer en fiscaal adviseur en heeft een opinieartikel over Oekraïne en het associatieverdrag met de EU in De Volkskrant geplaatst waarin ze pleit voor een neutrale positie van Oekraïne. Het gaat zijdelings over het referendum waar GeenStijl en Thierry Baudet zich achter hebben gezet en de Russische propaganda handig gebruik van maakt om verdeeldheid in Nederland te suggereren. In het artikel van Van der Ree staan opmerkelijke zinnen die tot nadenken stemmen. Maar vooral over de opvatting van soevereiniteit en territoriale integriteit en de democratische gezindheid van Van der Ree. Neem dit citaat:

r1

Uit een hack in december 2011 door Anonymous en WikiLeaks van servers van Stratfor bleek dat dit bedrijf hecht samenwerkt met de Amerikaanse regering en veiligheidsdiensten. Veelzeggend dus om George Friedman als bron op te voeren. Neorealisten in de conservatieve hoek van de Amerikaanse politiek menen dat het belangrijk is om het op een akkoordje te gooien met de Russen. Zoals de oud-minister van Buitenlandse Zaken Henry Kissinger in opinieartikelen bepleit. Neorealisten onder wie ook de conservatieve historicus John Mearsheimer reduceren politiek tot een gevecht om de macht en het vinden van een evenwicht. Ze zien ethiek en afspraken zoals vastgelegd in internationale verdragen en handvesten als secundair. Daarnaast zijn er nog de handelaren die gruwen van oorlog omdat het hun zaken schaadt en die onder alle omstandigheden zaken willen doen met agressors. De dubbele standaard van business as usual. In dat kamp bevinden zich de ideeën van Van der Ree. Thierry Baudet profileert zich als volbloed conservatief en GeenStijl is populistisch rechts.

r2

Om twee redenen gaat Van der Ree de mist in als ze stelt dat de Oekraïense parlementsverkiezingen niet representatief waren omdat de bewoners in de Donbas niet konden stemmen. De Russische agressie is juist bedoeld om Oekraïne te destabiliseren, het in die situatie te houden en zo de voorwaarden voor toetreding tot EU en NAVO te blokkeren en het land te remmen in ontwikkeling. Niet Oekraïne is de oorlog begonnen maar Rusland. Russische onderzoekers hebben recent naar buiten gebracht dat een grote meerderheid van de bezette Donbas voor de eenheidsstaat Oekraïne is en weinig perspectief ziet in de separatisten. Het beeld is gemengder dan Van der Ree meent. De Donbas die vroeger in meerderheid op de Partij van de Regio’s van toenmalig president Janoekovitsj stemde weet ook dat hij in november 2013 op het punt stond het associatieverdrag met de EU te ondertekenen toen president Putin hem onder druk zette dat niet te doen.

De cijfers die Van der Ree aanhaalt zijn niet representatief of de meest relevante die er te vinden zijn. Ze shopt selectief. Zelfs Russische onderzoeken zijn positiever over het EU-associatieverdrag met Oekraïne dan zij suggereert. Zo vond 60% van de Russen in december 2014 in een Russisch opinieonderzoek van Levada dat Oekraïne zelf moet weten dat het een associatieverdrag met de EU sluit. Van der Ree gaat ongemerkt mee in het negatieve beeld dat de Russische propaganda verspreidt. Hoe kan het dat zij als Europese democraat vijandiger tegenover Oekraïne staat dan de meerderheid van de Russen? Zij zijn zo verstandig Oekraïners hun idee van autonomie te gunnen. Soevereiniteit heet dat. Van der Ree legt het lot van Oekraïne in handen van de Russische Federatie. Zij en anderen zijn tegen overdracht van soevereiniteit aan Brussel, maar leveren een Europees land over aan het Kremlin. Nuttige idioten wordt dat genoemd. Rare mensen die D66-democraten.

Foto’s: Schermafbeelding uit opinieartikel ‘Oekraïne heeft geen associatieverdrag nodig – maar neutraliteit’ van Anine van der Ree in De Volkskrant.

Malligheid over Oekraïne en EU van een gedateerde Kissinger

hk

De Duits-Amerikaanse oud-veiligheidsadviseur Henry Kissinger leeft nog in de koude oorlog. Voor hem is het eeuwig 1973. Zijn finest hour dat hij herkauwt en herkauwt. Tijdschriften wereldwijd geven zijn meningen over de toestand in de wereld weer. Maar beseffen ze wel hoe ontzettend uit de tijd deze dinosaurus uit een andere wereld is?

Als voorbeeld een artikel dat het Vlaamse DeWereldMorgen plaatste waarin Henry Kissinger beweert dat de EU de enige oorzaak van de crisis in Oekraïne is. Kan het krankzinniger? Waarom plaatst DeWereldMorgen de malligheid van Kissinger? Wie weet mag het zeggen. Ik gaf online volgende reactie:

Leonid Bershidsky maakt voor de Financial Review een vergelijking van Kissinger met Jeremy Corbyn, kandidaat -leider van Labour. Radicaal-links en -rechts ontmoeten elkaar. Wat hebben ze gemeen? In hun nieuw-realisme geven ze Oekraïne geen plek. Beide mannen vertalen alles in machtspolitiek tussen blokken. Daarvoor moet alle moraal wijken. Kissinger onthoudt Oekraïne eigenheid. Zelfs om het territorium te verdedigen. En levert dat grensland over aan de agressieve politiek van president Poetin.

Wat hebben we aan zo’n dinosaurus die orakelend vanuit de VS z’n hypotheses over de wereld verspreidt? Niets. Waarom plaatst een periodiek als de Morgen deze orakeltaal die voor de praktische politiek geen belang heeft? Het is het geheim van de journalistieke afweging. Is het omdat Kissinger als vredesarchitect -een ijdele die zichzelf maar al te graag hoort praten- onder president Nixon ooit goed werk mocht opknappen?

De oorzaak van de oorlog in Oekraïne ligt bij de agressor, te weten de Russische Federatie. De fout van de EU is dat het Poetin niet tijdig en duidelijk te verstaan heeft gegeven dat die agressie beantwoord zou worden. In die zin heeft de EU fout gehandeld. Misleid door Duitsland dat zich nog steeds laat leiden door een verkeerd idee van een schuldcomplex over WOII, en vanwege de recente geschiedenis bevreesd is om Poetin lik op stuk te geven. Maar als Poetin z’n oorlog niet begonnen was, dan was nu Oekraïne gewoon op weg naar integratie met de EU.

Kissinger heeft het bij het verkeerde eind: Oorzaak crisis Oekraïne ligt volledig bij de Russische Federatie. Leerzaam om Kissingers orakeltaal te lezen. Waarin een zelfverklaard genie dom kan zijn.

Foto: Schermafbeelding van opening artikel ‘Henry Kissinger: “Oorzaak crisis Oekraïne ligt volledig bij EU”’ in DeWereldMorgen.