Heeft de Russische president Vladimir Putin zijn hand overspeeld door zijn buitenlandse avonturen in Georgië, Oekraïne en Syrië? Paul Goble trekt in een analyse een vergelijking met Adolf Hitler die in 1938 de reactie van Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk op het Verdrag van München verkeerd inschatte. Hitler vermoedde dat hij met zwakke leiders van zwakke landen te maken had waartegen hij een oorlog nooit zou kunnen verliezen. De geschiedenis leert anders. De inschattingsfout van Hitler was dat hij uit het feit dat leiders van democratische landen steeds meer toegaven om geweld te voorkomen, mensenlevens te sparen en geen onnodige risico’s te lopen, constateerde dat er geen grens (‘rode lijn’) was die hij niet mocht overschrijden. Maar die grens was er uiteindelijk wel. Vraag is waar de Westerse landen nu de grens trekken voor de agressie van Vladimir Putin.
Druk om in actie te komen is afhankelijk van onder meer de publieke opinie. Tekenend is de petitie ‘Stop the Slaughter in Aleppo’ van voornamelijk Nederlandse academici. Ze roepen op om de slachting van de bevolking van Aleppo te stoppen en wijzen naar de Russische luchtmacht: ‘The Syrian government together with the Russian Air Force has implemented a campaign of intense, continuous and indiscriminate aerial bombardment, spreading death and despair among the 250,000 inhabitants of the besieged neighborhoods of Aleppo.’ Zulke geluiden klonken niet op Westerse universiteiten toen het Kremlin Zuid-Ossetië, Abchazië, de Krim en delen van Oost-Oekraïne bezette. Beelden van Syrische kinderen die het slachtoffer zijn van Russische bombardementen lijken voor een omslag in de beeldvorming te zorgen. Dat gaat voorbij aan de Russische propaganda. Zoals het Amerikaanse leger vanaf 1968 ook niet meer wegkwam met de oorlog in Vietnam en het aflegde tegen de binnenlandse publieke opinie over onder meer het Bloedbad van Mỹ Lai.
Politici zoeken altijd een geschikte aanleiding. Ze willen breken op een geschikt onderwerp. Leiders van Westerse landen zijn al sinds het voorjaar van 2014 geïrriteerd door de Russische houding in de buitenlandse politiek en de ontkenning in de Russische media van agressie jegens andere landen. Die onvrede heeft zich in Parijs, Londen, Washington en andere Westerse hoofdsteden in 2,5 jaar opgebouwd. In een bericht meldt The Washington Post vandaag dat de CIA en de top van het Amerikaanse leger geheime luchtaanvallen willen tegen het leger van Assad. De inschatting is dat president Obama daarvoor geen toestemming geeft. Wellicht is het bericht een schot voor de boeg. Maar niet valt in te zien hoe Assad en Putin nog ooit straffeloos kunnen wegkomen met de vernietiging van de grootste Syrische stad en haar burgers. Vraag is niet of Putin een inschattingsfout heeft gemaakt, maar wanneer de Westerse landen hun economische en militaire overmacht tegen de Russische Federatie in willen zetten. Dat moment komt nader. Misschien wordt Aleppo de aanleiding.
Foto:Schermafbeelding van deel petitie ‘Stop the Slaughter in Aleppo’.