Oekraïne-referendum. Feest van de democratie werd foutenfestival

Een opmerkelijk bericht van RTL Nieuws met een veelzeggende titel: ‘Twijfel aan geldigheid handtekeningen onder aanvraag Oekraïne-referendum’. Minister Ronald Plasterk schrijft op een WOB-verzoek van advocaat Christiaan Alberdingk Thijm dat er geen zekerheid bestaat over de geldigheid van de 427.000 ondersteuningsverklaringen die zijn opgehaald voor het Oekraïne-referendum. Politici reageren verrast, of suggereren dat ze verrast zijn. Dat kunnen ze in werkelijkheid niet zijn. Ze wisten dat het fout kon zitten.

Twijfel aan ‘de vereisten van toezicht en betrouwbaarheid’ over de wijze van indiening van verklaringen zoals artikel 31, lid 2 van de Wet Raadplegend Referendum stelt werd al in 2015 in de openbaarheid besproken. Jeroen de Kreek diende protest in, maar werd niet ontvankelijk verklaard omdat hij geen belanghebbende zou zijn. De procedure van de indiening van de verklaringen is nooit inhoudelijk getoetst. Dat is opmerkelijk, maar nogmaals, geen nieuw feit. Het was in oktober 2015 al onderwerp van publiek debat.

Inmiddels zijn volgens Plasterk de verklaringen vernietigd, zo zegt het bericht van RTL Nieuws. Onduidelijk is welke details er in het proces-verbaal staan dat volgens artikel 37 WRR moet worden opgemaakt. In de wettekst staat trouwens geen verplichting om de lijsten met ondersteuningsverklaringen te vernietigen als er een referendum komt. Integendeel volgens artikel 36 moeten de lijsten in een pak gedaan worden. Maar in artikel 39 wordt geen verplichting opgelegd voor de vernietiging van het pakket als het referendum doorgaat. Het is dan ook de vraag af artikel 39 WRR juridisch correct is toegepast. Zowel naar de letter als de geest van de wet. Wie heeft steken laten vallen? Minister Plasterk, de kamer, de Raad van State of de Kiesraad die had dienen toe te zien op de procedure, maar dat door onkunde of onverschilligheid naliet? Michiel Trimpe concludeerde in een commentaar: ‘Al met al blijkt dus dat dit referendum, dit ‘feest voor de democratie,’ tot stand is gekomen met dank aan stemfraude op grote schaal en een dubieuze rechter.’ 

Thierry Baudet stapt in de partijpolitiek. Versplintering op rechterflank

Het wordt druk op de rechterflank van het politieke spectrum: Jan Roos, Geert Wilders en Thierry Baudet. De laatste maakte vandaag bekend met Forum voor Democratie deel te nemen aan de komende verkiezingen voor de Tweede Kamer op 15 maart 2017. Ze vissen in dezelfde vijver van ongenoegen. Terwijl Roos en Baudet het voorstellen alsof ze zich richten tegen Rutte’s VVD, doen ze feitelijk exact het omgekeerde. Ze snoepen kiezers af van de PVV, en verzwakken zo deze partij. De versplintering op rechts dient de VVD. Overigens is het van weinig belang hoe groot de PVV wordt omdat behalve een aarzelende VVD geen enkele partij ermee wil samenwerken. Voor een meerderheid in de Eerste Kamer zijn minimaal 4 partijen nodig.

Het is een raadsel wat Baudets politieke doel  is. VNL en PVV dekken programmatisch de rechterflank nu al goed af. Forum voor Democratie lijkt daar niets aan toe te voegen. Er gaan al geruime tijd geruchten dat Baudet tegen de PVV aanleunt, maar mogelijk is zijn overstap op karakterologische bezwaren gestuit.

Dat partijen niet naar kiezers luisteren en ‘referenda’ worden genegeerd zijn onjuiste beweringen van Baudet. Door de meervoudsvorm grijpt hij terug naar 2005 met andere hoofdrolspelers en een politiek situatie. De Algemene Beschouwingen maakten duidelijk dat partijen juist wel naar kiezers luisteren. Door de koopkracht te repareren en de identiteit van Nederland te beschermen. Kritische economen menen juist dat het kabinet van VVD en PvdA de kiezer te veel tevreden wil stellen en zich beter aan de begrotingsdiscipline zou houden.

Het Oekraïne-referendum was niet bindend en verplicht de regering niet om de uitslag over te nemen. Artikel 13 van de Wet Raadgevend Referendum stelt als voorwaarde dat de regering ‘zo spoedig mogelijk’ reageert. De termijn is niet nader omschreven. Dat geeft het kabinet de ruimte. Binnen de wet kan het kabinet zelfs de uitslag naast zich neerleggen als het ‘zo spoedig mogelijk‘ met een bekendmaking van een wet over de associatie-overeenkomst met Oekraïne komt. Uitsluitend politieke beloften bemoeilijken dat voor het kabinet.

Het Oekraïne-referendum werd niet zozeer een succes door de kracht van Jan Roos, Thierry Baudet en de initiatiefnemers van Burgercomité EU die in een geruchtmakend interview in NRC zeiden: ‘Oekraïne kan ons niets schelen’, maar door het uitblijven van tegenkracht. En het waren nog de tegenstanders PVV, SP, PvdD die zich het hardste roerden. Voorstanders mengden zich nauwelijks in de campagne. Op een beetje D66, PvdA en premier Rutte persoonlijk na. De opkomst kwam met 32% ternauwernood boven de drempel van 30%.

Dat zal bij de landelijke verkiezingen van maart 2017 volstrekt anders zijn. Dan gaat het om het eggie. Dan zetten partijen hun budgetten, publiciteitsmachine, talking heads, netwerk, kaderleden en lijntjes naar de establishment media in. Het lijkt er sterk op dat Jan Roos en Thierry Baudet zich hierop verkijken en alvast rijk rekenen. Enfin, iedereen heeft recht om de eigen carrière uit te stippelen en daarbij een gokje te maken.

Het ergste wat Thierry Baudet trouwens lijkt te kunnen overkomen is niet dat hij geen enkele zetel, maar slechts één zetel haalt. Die moet hij dan vier jaar innemen als er geen vervroegde verkiezingen komen en wordt hij elke dag geconfronteerd met zijn eigen nietigheid. Het is de vraag of zijn ego dat aankan.

Naschrift: Is het verstandig aandacht te besteden aan de oprisping van een splinterpartij? Want populisten als Trump, Farage, Boris Johnson of Wilders krijgen toch al zoveel aandacht in de establishment media. Door free publicity hebben ze hun aanhang op kunnen bouwen. Voor de waarnemer die iets geks ziet zoals Baudets egotripperij is het een lastige afweging. Hoe dat te vermelden, maar er tegelijkertijd niet de aandacht op vestigen omdat het mogelijk verkeerde krachten wind in de rug geeft? Het open debat staat toch voorop.

Populisme: In het publieke debat op sociale media gedragen de zelfbenoemde redders van de democratie zich als anti-democraten

fvd

Gisteren besteedde ik in een commentaar aandacht aan twee tweets van oud-senator van de Onafhankelijke Senaatsfractie Kees de Lange. Ik was het hartgrondig met hem oneens. Daarnaast vond ik zijn toon ongepast en was ik van mening dat hij overdreven reageerde door in tweets te spreken over ‘een meerderheid van de Tweede Kamer die de bevolking de oorlog verklaart’ en de volksvertegenwoordiging die een zelfgemaakte wet zou ‘minachten en verkrachten’.  Aanleiding voor de uitingen was een stemming over de nasleep van het Oekraïne-referendum. Een parlementsmeerderheid gaf het kabinet de ruimte om in de EU te onderhandelen zonder de goedkeuringswet per omgaande in te hoeven trekken. Artikel 11 van de wet op het raadgevend referendum biedt ruimte als het spreekt over een voorstel dat ‘zo spoedig mogelijk’ moet worden ingediend.

Omdat het referendum geen uitspraak vroeg over het 80% handelsdeel van de associatie-overeenkomst dat onder de directe bevoegdheid van de Europese Commissie valt kan het kabinet niet zomaar een streep door de overeenkomst zetten zoals het NEE-kamp eist. Het vraagt politiek handwerk om een voorlopig gesloten goedkeuringswet te ontwarren. Opportunisme van het Nederlandse kabinet om de intrekkingswet over het Britse referendum heen te tillen speelt mee om het Britse Remain-kamp het niet extra lastig te maken met Nederlandse eisen. Zo krijgen de concessies die het Nederlandse kabinet worden afgedwongen een tweede leven in de Britse campagne als argument om uit de EU te treden omdat ze de Britse positie zouden schaden. Geen Stijl geeft in Nederland de voorzet om in het Verenigd Koninkrijk samen met Nigel Farange te scoren.

Zoals altijd kan men het met een besluit in de Tweede Kamer niet eens zijn. Maar om dan te spreken zoals De Lange doet over de Tweede Kamer die de bevolking de oorlog verklaart is in mijn ogen buiten alle proportie. Zo’n uiting zegt niet zozeer iets over het Nederlandse parlement of de staat, maar over de radicalisering van iemand als De Lange. Hij belastert zichzelf door groteske overdrijving. In Nederland lopen geen stoottroepen door de straten of worden mensen in het holst van de nacht door veiligheidstroepen van hun bed gelicht en meegenomen naar onbekende bestemming of is de wet door de zittende macht buiten de orde geplaatst.

Nederland staat volgens de 2016 World Press Freedom Index van Reporters Without Borders wat persvrijheid betreft na Finland op plek 2 van 180 landen. Nederland staat volgens de Rule of Law Index 2015 van The World Justice Project op plek 5 van de 102 landen wat de rechtsstaat betreft. Nederland is in dit soort lijstjes over rechtsstaat, persvrijheid, burgerrechten, corruptie en transparantie altijd tussen Noord-Europese en Angelsaksische landen als Canada, Nieuw-Zeeland en Australië te vinden. Dat is er een signaal van dat Nederland een redelijk goed functionerende democratie is waar media in redelijke vrijheid de zittende macht kunnen controleren. De Nederlandse bevolking is niet in oorlog met het parlement en de parlementariërs zijn wellicht soms een beetje dom, slordig of kortzichtig, maar ze minachten en verkrachten de wet niet.

Het is eerder omgekeerd. Het zijn in navolging van PVV-leider Geert Wilders juist types als Kees de Lange of de mensen achter het Forum voor Democratie die continu vol ongenoegen met een grote bek verkondigen dat hun rechten geschonden worden, de democratie niet zou functioneren of dat het publieke debat niet eerlijk verloopt omdat ze te weinig toegang tot de media zouden hebben. Maar de praktijk is dat zij het zijn die het publieke debat manipuleren en naar hun hand willen zetten. De Lange blokkeerde me op Twitter na mijn kritische commentaar en het Forum voor Democratie deed om mij onbekende redenen daarna hetzelfde. Deze zelfbenoemde redders van de democratie vallen door de mand omdat zij zich gedragen als anti-democraten.

Foto: Schermafbeelding van melding dat Forum voor Democratie me geblokkeerd heeft op Twitter.

Reacties op stemming Oekraïne-verdrag gaan perken te buiten. Oppositie laat zich door populisten misleiden en meeslepen

kdl

Zoals verwacht stemde vandaag een kleine meerderheid in de Tweede Kamer tegen een motie van de SP dat het kabinet vroeg om de steun aan de associatie-overeenkomst van de EU met Oekraïne zo snel mogelijk terug te draaien. Volgens een bericht op Nu.nl werd de oproep met 71 stemmen voor en 75 stemmen tegen verworpen. Het kabinet krijgt nu de ruimte om in de EU een oplossing te zoeken voor het Nederlandse nee bij het referendum op 6 april. Het kabinet meent dat het met een directe opzegging minder voor de nee-stemmers voor elkaar krijgt dan bij onderhandelingen zonder dat Nederland de overeenkomst opzegt

Tom-Jan Meeuws constateerde zaterdag in zijn NRC-column dat het NEE-kamp dat een grote bek opzet te veel ruimte krijgt: ‘Het meest bijzondere hieraan vond ik nog wel dat al die oppositiepartijen, noch de redders van de democratie, oog hadden voor lage opkomst (32 procent) en, belangrijker, de 39 procent die vóór het verdrag stemde. (..). Het ergste van dit alles: de tactische positie die Rutte van de oppositie vroeg, is verreweg de slimste optie die het land nu heeft.’ Meeuws ziet in de opstelling van de oppositie ‘een knieval voor de grote bek van de neen-stemmers.’ Hij merkt op dat verontwaardiging komt ‘in plaats van er iets aan te doen’.

kdl2

De oud-senator voor de Onafhankelijke Senaatsfractie Kees de Lange buigt niet alleen voor de grote bek van de nee-stemmers, maar voegt er in de bovenste tweet zijn eigen grote bek aan toe door te zeggen dat de meerderheid van de Tweede Kamer de oorlog aan de burgers verklaart. Dat gaat erg ver. Hij kan zich blijkbaar niet meer zonder overdrijving uiten. In een andere tweet meent De Lange dat de meerderheid van de Tweede Kamer de referendumwet minacht en verkracht. Zijn toon is ontluisterend en zijn kennis van zaken schiet tekort. Het kabinet heeft de wettelijke ruimte om een niet bindend referendum naast zich neer te leggen.

In de logica van de sociale media worden de tweets van De Lange hergebruikt door het NEE-kamp, zoals het Forum voor Democratie, zodat de overdrijvingen, de toonhoogte, het populisme en de bevestiging van het zich tekort gedaan voelen alleen nog maar opgeschroefd worden. Maar politiek die buigt voor de grote bek van het populisme en het halen van praktische doelen ondergeschikt acht is een doodlopende weg die Nederland op termijn niets te bieden heeft. Het is tijd dat de gematigde oppositiepartijen tot zinnen komen en zich ontworstelen aan de schaduw van het populisme waardoor ze zich op dit moment laten intimideren.

Epiloog: na het plaatsen van bovenstaande posting en de uitwisseling van 1 tweet heeft Kees de Lange die zo zegt te pleiten voor democratie me op Twitter geblokkeerd:

kdl3

Foto: Schermafbeelding van tweets van Kees de Lange, 19 april 2016.

Evaluatie Oekraïne-referendum: festival van fouten en projecties

maoist-film-hebei-projection-21nhbr4

Update 9 februari 2017: Een opmerkelijk bericht van RTL Nieuws met een veelzeggende titel: ‘Twijfel aan geldigheid handtekeningen onder aanvraag Oekraïne-referendum’. Minister Plasterk schrijft op een WOB-verzoek dat er geen zekerheid bestaat over de geldigheid van de 427.000 ondersteuningsverklaringen die zijn opgehaald voor het Oekraïne-referendum. Politici reageren verrast, of suggereren dat ze verrast zijn. Maar dat kunnen ze in werkelijkheid niet zijn. De twijfel aan ‘de vereisten van toezicht en betrouwbaarheid’ over de wijze van indiening van verklaringen zoals artikel 31, lid 2 van de Wet Raadplegend Referendum die stelt werd al in april 2016 in de openbaarheid besproken. Jeroen de Kreek diende protest in, maar werd niet ontvankelijk verklaard omdat hij geen belanghebbende zou zijn. De procedure van de indiening van de verklaringen is nooit inhoudelijk getoetst. Dat is opmerkelijk, maar nogmaals, geen nieuw feit. Het was 10 maanden geleden al onderwerp van publiek debat. Inmiddels zijn de verklaringen vernietigd, zo zegt het bericht van RTL Nieuws. Onduidelijk is welke details er in het proces-verbaal staan dat volgens artikel 37 WRR moet worden opgemaakt. In de wettekst staat trouwens geen verplichting om de lijsten met ondersteuningsverklaringen te vernietigen als er een referendum komt. Integendeel volgens artikel 36 moeten de lijsten in een pak gedaan worden. Maar in artikel 39 wordt geen verplichting opgelegd voor de vernietiging van het pakket als het referendum doorgaat. Het is dan ook de vraag af artikel 39 WRR juridisch correct is toegepast. Zowel naar de letter als de geest van de wet. Wie heeft steken laten vallen? Minister Plasterk, de kamer, de Raad van State of de Kiesraad die had dienen toe te zien op de procedure, maar dat door onkunde of onverschilligheid naliet? 

Het stof is neergedaald na de schermutselingen over het Oekraïne-referendum die vanaf augustus 2015 Nederland gijzelden. Vooral op sociale media. Tijd voor een evaluatie. Was het een succes of een mislukking?

De opkomst van 32,2 % wijst erop dat meer dan twee van elke drie kiezers is thuisgebleven. Van degenen die gingen stemmen was 61,1 % tegen, 38,1 % voor, stemde 0,8 % blanco en 0,9% ongeldig. Het referendum in 2005 over de Europese grondwet had een opkomst van 63,3%. Bijna tweemaal hoger dan bij het Oekraïne-referendum. Toen stemde iets meer dan nu tegen: 61,5%. In 2005 stemde drie dagen eerder ook Frankrijk tegen, nu staat Nederland alleen. Beide kampen kunnen hun gelijk claimen. Het was geldig en voldeed aan de in de referendumwet gestelde voorwaarden, maar was ook een mislukking omdat vele kiezers redeneerden in de trant van ‘het is me onduidelijk waar het nou echt over gaat’, ‘ik weiger fout te zijn in deze mediaoorlog’ of ‘een stem in een schertsvertoning wil ik per se vermijden’. Zo werd het zogenaamde feest van de democratie voor de tegenstemmers een zelfverklaard succes en voor anderen een mislukking bij gebrek aan democratie.

Beide kanten hebben fouten gemaakt. In het NEE-kamp lieten de bestuursleden van het Burgercomité EU in een geruchtmakend interview dat op 31 maart in NRC verscheen plompverloren weten: ‘Oekraïne kan ons niets schelen’. Het schept verwarring als een van de drie initiatiefnemers -naast weblog Geen Stijl en het Forum voor Democratie van Thierry Baudet- zegt dat een referendum over een associatie van Oekraïne met de EU niet over Oekraïne gaat. In een uitzending (vanaf 5’45’’) van Pauw kondigde advocaat Gerard Spong aan namens een cliënt te onderzoeken of er perspectief is voor een strafzaak op grond van artikel 98 van de Wet raadgevend referendum. Ondersteuningsverklaringen zouden onder valse voorwendselen zijn verzameld.

Daarnaast is er kritiek op ‘de vereisten van toezicht en betrouwbaarheid’ volgens artikel 31 van de Wet. Want weliswaar mogen met een algemene maatregel van bestuur handtekeningen elektronisch verzameld worden, maar slechts onder strikte voorwaarden. Jeroen de Kreek ging namens betrokkenen tegen het verzamelen van de  ondersteuningsverklaringen in beroep omdat het onjuiste en onvolledige gegevens zou bevatten. Een persbericht van de Kiesraad zegt: ‘Zo zouden elektronische formulieren die via geenpeil.nl zijn ingevuld, geen geldige handtekeningen hebben’. Maar omdat De Kreek door de Raad van State niet ontvankelijk werd verklaard omdat hij geen belanghebbende zou zijn is het nooit tot een inhoudelijke toetsing gekomen van dit aspect. Michiel Trimpe concludeert in een commentaar: ‘Al met al blijkt dus dat dit referendum, dit ‘feest voor de democratie,’ tot stand is gekomen met dank aan stemfraude op grote schaal en een dubieuze rechter.’ 

Ook het JA-kamp maakte grote fouten. De VVD was bijna onzichtbaar in de campagne en liet D66 en enkele PvdA-ers de kolen uit het vuur slepen. Toen uit kiezersonderzoek van IPSOS bleek dat de VVD-achterban de enige kiezersgroep was die het standpunt van de eigen partij niet volgde en met 62% tegenstemde, riep dat de vraag op of de VVD uit angst voor de eigen achterban was weggedoken of dat het uit lamlendigheid niet eens was toegekomen aan het overtuigen van die achterban. Het past in een patroon want ook de werkgevers van VNO en MKB voerden terughoudender campagne dan gezien hun eigenbelang verwacht kon worden. Was het het korte termijn denken over de corruptie in Oekraïne die werkgevers ervan weerhield om zich ferm te uiten in het publieke debat? Achteraf huilde VNO-voorzitter Hans de Boer krokodillentranen. Dan was er nog de averechts werkende inmenging van EC-voorzitter Jean-Claude Juncker die waarschuwde voor ‘een grote continentale crisis’ bij een Nederlands nee. En allen die vanwege binnenlandse redenen zeiden dat het om een EU-lidmaatschap van Oekraïne ging en het zo de voorstanders van associatie in Nederland moeilijk maakten.

Wat heeft het referendum ons opgeleverd? Een hoop discussie met oneigenlijke argumenten. Het debat beperkte zich niet tot de associatie-overeenkomst met een Europees land, maar waaierde alle kanten uit. Bewust vanwege partijpolitieke doeleinden en onbewust vanwege gebrek aan politieke kennis en besef van democratie. Het ging over het functioneren van de EU, de vermeende agressie van president Putin in Oost-Europa, de populariteit van het kabinet Rutte en het ongenoegen van sociale achterblijvers in de samenleving die het referendum aangrepen om hun groeiende onvrede te uiten over wat ze als bedreiging zien, zoals hoogleraar Cok Vreeman samenvat: ‘de economische verschillen, de elite, Europa.’ Het referendum werd gekaapt door belanghebbenden voor eigen amusement en het tonen van onvrede, economisch of politiek belang. Het referendum ging overal en nergens over. Het was een succes en een mislukking. Het was zo pluriform als Nederland geworden is en werd tot een filmscherm waar iedereen eigen fragmenten op kon projecteren. Scherp stellen gaat niet meer bij die diversiteit aan meningen, intenties, emoties en agenda’s.

Foto: ‘Film projection unit in Hebei‘, China. 23 september 1955.

Petitie: ‘Het Oekraïne-referendum: dit was eens maar nooit meer’. Laat het volk voortaan voor zichzelf spreken. Maar kan dat wel?

or

In de toelichting beredeneren de initiatiefnemers van gelegenheidssite ditwaseensmaarnooitmeer dat het referendum als instrument van directe democratie waardevol is, maar dat het Oekraïne-referendum van 6 april 2016 tekort is geschoten: ‘Maar voor ditwaseensmaarnooitmeer.nl staat één ding als een paal boven water: zoals het Oekraïne-referendum is verlopen, zó willen we het nooit meer.’ Politieke marketing met simpele one-liners deed de complexiteit van het verdrag geen goed: ‘Dat leidde tot een bonte verzameling aan one-liners en uiterst simplistische stemadviezen. Zoals: Ben je tegen de EU, stem dan ‘nee’. Ben je tegen Poetin, stem dan ‘ja’. Wil je Oekraïense plofkip? Stem dan ‘ja’. Eerst de radarbeelden van de MH17!

De petitionisten hebben gelijk. Om het instrument referendum dat de kloof tussen burger en politiek kan helpen dichten hetzelfde te laten blijven moet het veranderen. Probleem is dat bij een referendum -waar ook nog eens grif subsidiegeld valt te verdienen- allerlei bemiddelaars zich namens ‘het volk’ opwerpen. Het wordt een industrie op zichzelf. Ze herkennen de paradox niet dat ze zich uitspreken tegen de representatieve democratie, terwijl ze zichzelf opwerpen als vertegenwoordiger van het volk tegen de politiek. Het verschil is niet principieel, maar functioneel. Het maakt niets uit of een politieke partij of maatschappelijke groepering namens het volk spreekt. Hoewel bemiddelaars altijd nodig zijn, moet bij een volgend referendum het volk meer namens zichzelf kunnen spreken. Daar dienen wijzigingen in de referendumwet op afgestemd te zijn. Lastig, omdat zo ook de macht van politieke partijen verminderd moet worden. Dat doet de politiek ongaarne.

Complicatie is de fragmentatie van de voor- en tegenstanders die namens het volk menen te spreken, maar hun eigen achtergrond, economische belangen, ambities en politieke kleur vooropzetten. Daarom verschillen ze aanmerkelijk. In de uitzending van de NOS op de avond van het referendum kwam een schisma aan het licht in het NEE-kamp, tussen Forum voor Democratie (Baudet) en Burgercomité EU (Van Dixhoorn, Van Houwelingen). Dan zijn er nog de partijen PVV en de SP die evenmin identiek denken. En wat te denken van de horizontale communisten, dierenactivisten en kritische maatschappijdenkers tegen inkomensongelijkheid, Monsanto of alles wat naar Westerse dominantie neigt. Voeg daarbij nog de populisten van De Telegraaf/ Geen Stijl over wie ditwaseensmaarnooitmeer zegt: ‘Nee, er niets op tegen dat een weblog of ander medium zich op een referendum stort. (..) ditwaseensmaarnooitweer.nl vindt echter dat het geen recht doet aan onze democratie en rechtstaat door het referendum als een ‘zomerdingetje’ in te zetten, gewoon, omdat het kan.’

Alleen al binnen het NEE-kamp bestaan zo op het eerste gezicht acht te onderscheiden facties met een specifieke focus, invalshoek en belang die menen namens het volk te spreken. Dan is er het JA-kamp met GroenLinks en de conservatieve Joshua Livestro, de tegenstanders van referenda VVD en CDA, de eurofiele D66’ers en solidaire PvdA’ers. En het bedrijfsleven met MKB en multinationals dat altijd en overal lobbyt, maar zich nu nauwelijks uitsprak in de campagne. Zeg, ook zo’n acht van elkaar te onderscheiden facties. Voeg daarbij de neutrale twijfelaars en metadenkers van Meer Democratie. Voor je het weet zijn er al snel zo’n kleine 20 politieke partijen en groeperingen die bij dit referendum zeggen namens het volk te spreken. Of dat te vertegenwoordigen. Nog los van de Rusland- en Oekraïne-sympathisanten. Zorg dan maar eens dat er een referendumvorm komt dat het mogelijk maakt dat het volk meer dan gisteren namens zichzelf kan spreken en minder gestuurd wordt door de belangen van anderen die niet per definitie de belangen van het volk zijn.

Foto: Schermafbeelding van petitie ‘Het Oekraïne-referendum: dit was eens maar nooit meer’. Tekenen kan hier.

Na het Oekraïne-referendum wacht de kater

Stephen Cairns 3

Nederland heeft in een geldig raadgevend referendum met meer dan 60% tegen de associatie-overeenkomst van de EU met Oekraïne gestemd. Hoewel dat wettelijk niet hoeft zeggen de politieke partijen en regering de uitkomst zo serieus te nemen dat ze de overeenkomst niet zullen ratificeren. Af te wachten valt wat de wijzigingen zullen zijn die aangebracht worden. Van de andere 27 EU-lidstaten die de overeenkomst wel geratificeerd hebben valt weinig inschikkelijkheid te verwachten. De Nederlandse regering heeft zich in de nesten gewerkt. De meerderheid van de Nederlandse kiezers heeft hardvochtig gehandeld jegens de Oekraïeners die zich willen ontworstelen aan de greep van het Kremlin. Nederland heeft zich vandaag belachelijk gemaakt. Kiezers blijven verward achter omdat ze nog steeds niet weten waar het referendum over ging. Op wat de winnaars het feest van de democratie noemen wacht de kater. Er zijn van die dagen die beter vergeten kunnen worden. Nou, 6 april 2016 was zo’n dag. Het is de schaamte die tot wegkijken dwingt.

Foto: Stephen Cairns, light in the valley.

Referendum is een teken van de ‘janrosering’ van Nederland. De politiek van De Telegraaf als commercie en amusement

dk

In 1973 ontstond de term ‘vertrossing’ die was afgeleid van de omroepvereniging TROS die ‘steeds meer op amusement en minder op educatie gericht’ was zoals de etymologiebank het omschrijft. Het was een ander woord voor ‘vervlakking‘ en ‘oppervlakkigheid‘. Commercie nam de macht over. In een uitgestelde reactie kwam cultuurminister Elco Brinkman (CDA) in 1984 met zijn beknopte en halfslachtige Medianota die hij zelf had geschreven. De verwording in omroepland die zich uitte in het oprekken van programmacategorieën als informatie en kunst wilde Brinkman een halt toeroepen. Het mocht niet baten want de politiek reageerde te laat. Een quiz, een kerkkoor, life style alles valt tegenwoordig onder kunst. Kijkcijfers staan centraal.

Nu is er journalist Jan Roos die tot 2015 bij omroep PowNed werkte en daarna voor shockblog Geen Stijl. Beide onderdeel van de Telegraaf Media Groep. De TROS had voor 1997 via de productie van de programmabladen TROSKompas en TV-krant hechte banden met de Telegraaf Media Groep. In die jaren werd de TROS evenals De Telegraaf als rechts beschouwd met opinieleiders als Wibo van de Linden. De Volkskrant in de necrologie van oud-TROS-directeur Cees Baaij: ‘Baaij had nauwe banden met de directie van De Telegraaf en hij gaf een Telegraaf-coryfee als Henk van der Meijden de kans programma’s te maken.

Telegraaf-dochter Geen Stijl heeft commerciële belangen zoals columnist Luuk Koelman formuleert in een door een andere Telegraaf-dochter METRO geweigerde column: ‘Eind 2014 zette eigenaar TMG (Telegraaf Media Groep) GeenStijl in de verkoop. April 2015 werd duidelijk waarom: het weblog was onrendabel. Er moest iets gebeuren, begreep de redactie. Dus toen op 1 juli 2015 de ‘Wet raadgevend referendum’ in werking trad, was GeenStijl er als de kippen bij om het eigen bestaansrecht te bewijzen. Met behulp van de achterban werd een heus referendum afgedwongen, met “echte stembussen en echte stemhokjes” zoals de site het zelf omschrijft.’ Het is dit ‘echte’ referendum over Oekraïne dat voor velen zo ‘onecht’ aanvoelt.

Jan Roos is zoals hij zelf toegeeft niet iemand die gaat voor inhoud, maar sterk en vlot is aan de oppervlakte. Hij wordt gestuurd door de zakelijke belangen van zijn bazen. En door rechtse politiek. Geen Stijl heeft zich door niet aflatende publiciteit die het sinds juli 2015 maakt tegen de EU en voor een referendum binnen de TMG rendabel weten te maken. Zodat het niet verkocht hoeft te worden. Het gaat de initiatiefnemers van het referendum niet primair om de associatie-overeenkomst van Oekraïne met de EU.  ‘Jan Roos‘ staat voor het gebruiken van politiek als amusement en commercie. Op de ‘janrosering’ van de politiek hebben de politici geen antwoord. Net zoals ze dat niet hadden op de ‘vertrossing‘ van de publieke omroep. Ze zijn overvallen en weten zich geen raad. Het wachten is op een ‘Medianota à la Brinkman‘ die 10 jaar na dato komt.

Foto: Tweet van Diederik Kramers, 6 april 2016.

Over ongerijmdheden, woordenstrijd, nostalgie en dijken. Zoiets als een stemadvies om ja te stemmen bij het Oekraïne-referendum

DankzijDijken

Ik krijg onderhand het idee dat het referendum niet alleen niet gaat over de associatie-overeenkomst van de EU met Oekraïne (zoals de bestuursleden van Burgercomité EU vorige week toegaven in een interview in NRC), evenmin over Oekraïne of de veiligheidssituatie in Oost-Europa met de vermaledijde Putin die dreigt met invasies, evenmin over de stand van de democratie van EU of Nederland, evenmin over anti-kapitalistische maatschappijkritiek, evenmin over de winstgevendheid en profilering van de initiatiefnemers zoals GeenStijl, evenmin over het referendum als referendum, maar vooral over de stand van het Nederlandse onderwijs en het gebrek aan argumentatieve vaardigheden van Nederlanders die zich goedopgeleid en goedgeïnformeerd achten. Waar velen (gelukkig niet allen) feiten vervangen door meningen, argumentatie door emotie en niet langer de basisregels van een debat met elkaar weten te hanteren. Die constatering baart me zorgen omdat het raakt aan burgerzin en het besef van democratie. Hoe kunnen we dat terugveroveren op elkaar?

Het lijkt te voorspelbaar om gebruikers van sociale media de zwarte piet toe te spelen, maar wie heeft deelgenomen aan digitale debatten kan niet veel anders concluderen. Nederlanders kunnen niet debatteren. Vele reacties bedienen zich van de argumentatie, ‘ik ben tegen omdat ik tegen ben, en dat voel ik zo’. En probeer niet om door dat emotionele harnas heen te breken, want dat wordt niet begrepen. Velen vertalen de maatschappijkritiek van Chomsky tot Klein en van Assange tot Piketty rechtstreeks in een stem tegen de associatie-overeenkomst van de EU met Oekraïne. Ik deel deze maatschappijkritiek en heb succesvol geijverd bij kamerleden voor kamervragen over Assange. Anders gezegd, de kritiek op de ontsporingen van het kapitalisme, de macht van corporate governance en de opbouw van de controlestaat kan me niet hard genoeg zijn. Maar ik zie geen direct verband tussen deze maatschappijkritiek en genoemde associatie-overeenkomst. Evenmin als Jesse Klaver van GroenLinks dat ziet die Thomas Piketty in de kamer heeft gepresenteerd vanwege diens kritiek op de inkomensongelijkheid, maar gewoon voorstander is van de associatie-overeenkomst.

Het digitale debat kenmerkt zich volgens het motto ‘de vijand van mijn vijand is mijn vriend’. Daarna stopt het denken. Daarbij komt dat veel opinieleiders en politici het verkeerde voorbeeld hebben gegeven door de grootste onzin over Oekraïne en Oost-Europa te verkondigen. Waarbij het lijkt dat de woordvoerders uit het NEE-kamp nog een groter loopje nemen met de waarheid dan die uit het JA-kamp. Allemaal heel verklaarbaar omdat het hun expertise niet is. Maar de burgers blijven -ondanks hun grote onderlinge verschillen- murw en onmachtig achter, terwijl ze toch menen een mening te moeten geven. Maar hoe kan ooit een evenwichtige meningsvorming ontstaan zonder voldoende argumentatieve vaardigheden, kennis van primaire bronnen en goede voorbeelden die richtinggevend zijn? Dat lukt niet in de gedemocratiseerde publieke opinie.

De grootste fout die naar mijn idee wordt gemaakt is dat de afweging ontbreekt. Zonder dat men naar beide kanten kijkt kan men in een debat de overkant niet bereiken. Het heeft geen zin om slechts nadelen van één kant te belichten. Ik lees het associatie-verdrag als een compromis tussen toetreding en afstand houden. Ook als resultaat van verhit debat tussen de EU-lidstaten waar Nederland zich verzet heeft tegen teksten in de overeenkomst die zicht op lidmaatschap van Oekraïne gaven. De overeenkomst laat Oekraïne niet in de steek, maar is het indirecte signaal dat EU- en NAVO-lidmaatschap niet aan de orde is. Het werkt dus omgekeerd. Als er geen associatie-overeenkomst is, dan drijft dat Oekraïne eerder richting NAVO. Want dat het land enige bescherming zoekt tegen de agressie van Putin ligt voor de hand. Laat dat dan maar met een halfslachtige associatie zijn. Typisch EU, maar gelukkig anders dan de hardliners in de VS of Rusland voor ogen hebben.

428607

Ik ga op 6 april met de pest in m’n lijf ja stemmen, omdat ik de nadelen van de associatie het kleinst acht. Wat is de oplossing voor de toekomst? Geleidelijke hervorming, terugdringen van ongelijkheid en machtsdeling met de burger zonder bemiddeling van Wilders, Baudet of De Telegraaf. Werken aan de democratisering van de EU, verdieping voor uitbreiding, en afstand nemen van populisten, nationalisten en extremisten. Bitsheid in het debat moet vervangen worden door losheid. Grenzen kunnen niet te scherp gedefinieerd worden omdat ze zo hun magie verliezen. Het idee van het NEE-kamp om terug te gaan naar de natiestaat biedt het slechtste antwoord op de uitdagingen van nu (klimaat, milieu, invloed geld in politiek, geopolitiek, globale ongelijkheid, vluchtelingenstroom). Laten we niet denken dat we ons achter de Nederlandse dijken terug kunnen trekken.

Foto 1: ‘Keileemdammen worden opgeworpen met behulp van grijpers. Bron: Nieuw Land Erfgoedcentrum, Lelystad, fotocollectie Dienst der Zuiderzeewerken.’

Foto 2: Dijken langs de Westerschelde, 1976. Collectie: Beeldbank Rijkswaterstaat.

Het Oekraïne-referendum: Stem maar, er staat niet wat er staat

resolve

De gemoederen lopen hoog op over het Oekraïne-referendum. Komende woensdag 6 april mag Nederland antwoord geven op de vraag: ‘Bent u voor of tegen de wet tot goedkeuring van de Associatieovereenkomst tussen de Europese Unie en Oekraïne?’ Het referendum is geldig bij een uitkomst van meer dan 30%. Met de uitslag kan het nog alle kanten op, maar de tegenstanders lijken de grootste kans te maken om te winnen. Beslissend zal zijn welk percentage van de potentiële voorstemmers opkomt. Dan kan de JA-stem winnen. Anders niet, want het NEE-kamp loopt zich al sinds augustus 2015 warm. En is intussen zo verhit geraakt dat argumenten niet meer aankomen. De JA-stemmers zijn over het algemeen te vinden onder de aanhang van de middenpartijen (PvdA, VVD, CDA, D66) en de NEE-stemmers onder de aanhang van radicale partijen (PVV, SP).

De beste verklaring voor de hoog opgelopen emoties en het gebrek aan belang van argumenten gaf naar mijn idee een artikel in NRC van Petra de Koning over inkomensverschillen en de sociale achterblijvers aan de onderkant van de maatschappij: ‘De ‘sociale achterblijvers’ hebben weinig mogelijkheden om het beter te krijgen en de groeiende onvrede in Nederland vind je vooral in díé groep: over de economische verschillen, de elite, Europa. En ook over de normen, waarden en de religie van migranten.’ De Utrechtse hoogleraar Cok Vrooman vindt dat de achterblijvers ook reden om te klagen hebben. Maar kan ingevoegd worden, Europa lijkt toch vergeleken bij economische verschillen en de toestroom van migranten een ver-van-mijn-bed show die niet direct het dagelijks leven van de achterblijvers raakt. Dus vooral iets dat toegevoegd en opgeroepen wordt. Het sentiment over Europa is exact het speerpunt van de SP en PVV om zich te onderscheiden van de middenpartijen. Daartoe worden de sociale achterblijvers gemobiliseerd zonder dat ze het zelf doorhebben.

Een kijkje in de keuken van het NEE-kamp gaf de reactie op een interview in NRC van Wilmer Heck met de bestuursleden van Burgercomité EU. Initiatiefnemer van het referendum. Achteraf betichtte het Burgercomité Heck van onzorgvuldigheid. In een bericht op Facebook ontkende Heck dat en bood hij aan de tapes online te zetten: ‘Zoals jullie weten heb ik alles opgenomen en van mij mogen deze opnames online. Ik ben benieuwd of jullie daarmee instemmen, want zoals jullie weten hebben jullie nog wel verstrekkendere uitspraken gedaan, die ik op jullie verzoek nog uit het interview heb gelaten. Dus kom nu niet aan met de bewering dat jullie negatief worden geframed. Wees gewoon sportief en sta voor de uitspraken die je hebt gedaan’. Het Burgercomité antwoordde niet direct op Heck, maar stapelde er op Facebook nieuwe berichten uit het eigen kamp met het eigen gelijk overheen. Dat is uiteraard geen publiek debat, maar juist het ontwijken ervan.

De boodschapper van het nieuws wordt zo tot partij gemaakt in een woordenstrijd waarin geen neutrale positie meer lijkt te bestaan. Dit bracht mij tot een reactie aan Arjan van Dixhoorn en Pepijn van Houwelingen: ‘In media die gelieerd zijn aan de Telegraaf Media Groep hebben jullie gedurende 10 maanden alle ruimte en medewerking gekregen. Er klonk vanuit deze jullie welgezinde media geen kritisch woord over jullie beweegredenen, jullie persoonlijk belang en jullie samenwerking met die media die weer hun commercieel belang hadden om jullie te steunen. Of dachten jullie in een economisch en politiek vacuüm te opereren?

En als voor het eerst een kritisch interview met jullie wordt gehouden, kunnen jullie dat overduidelijk niet aan. Het kan zijn dat jullie meer van het achterste van jullie tong hebben laten zien dan je eigenlijk wilden. Maar dat valt Wilmer Heck niet te verwijten. In zijn rol van journalist wil hij weten waar het jullie uiteindelijk om te doen is. (..). Jullie zijn het over dit onderwerp blijkbaar ontwend om je te verantwoorden en om kritische vragen te krijgen. Maar om vervolgens de boodschapper van het slechte nieuws de schuld van jullie ontsporing te geven is niet alleen kortzichtig, maar vooral kinderachtig en onsportief. (..) Jullie denken lekker wat aan te kunnen klooien in de hoop dat niemand daar kritiek op heeft. Want de roze loper is toch voor jullie uitgerold en de malcontenten die jullie eerst met behulp van die media gemobiliseerd hebben steunen jullie toch? En het volk heeft toch gelijk? En jullie spreken toch namens het volk? Zo suggereren jullie.’

Hoe het referendum de geschiedenis zal ingaan valt nog niet te voorzien. Het verschil met verkiezingen is dat zowel voor- als tegenstanders zeggen dat de uitkomst er niet toe doet. Duidelijk is dat de betekenis ervan indirect opgevat moet worden en dat het niet gaat om de goedkeuring van een associatie-overeenkomst. Zo zeggen VVD-politici die zich nauwelijks met de campagne hebben beziggehouden omdat ze tegen referenda zijn dat het kabinet een NEE-stem naast zich neer moet leggen. En het NEE-kamp zegt dat het er alleen om te doen was om de vermeende almacht van de EU aan te tonen en de weerstand tegen de EU te vergroten. Het referendum is een containerbegrip geworden waarin ieder zijn geestelijke rotzooi kwijt kan. Het wordt gevuld met projecties van onvrede, politieke stellingname, commerciële belangen en persoonlijke aspiraties.

Foto: ‘BUSSUM – EEN SCENE UIT HET T.V.-SPEL “GELOOFT U IN SPOKEN MEVROUW” VAN LEO DERKSEN, DAT DONDERDAGAVOND DOOR DE AVRO-TELEVISIE WORDT UITGEZONDEN ON DER REGIE VAN WAL TER V.D. KAMP. V.L.N.R. PETRA LASEUR ALS MARIAN HEILIGERS, BERT V.D. LINDEN ALS BART HILITROP EN LIES DE WIND ALS ELLEN HEILIGERS.’ 1963.