SP is tegen associatie-overeenkomst met Oekraïne. Antwoord aan Harry van Bommel

sp

Het referendum over de associatie-overeenkomst met Oekraïne op 6 april 2016 leidt tot uiteenlopende meningen. Maar ook tot stilzwijgen. SP-kamerlid Harry van Bommel antwoordt in een opinieartikel op TPO oud-kamerlid voor GroenLinks Bas de Gaay Fortman die in een opinieartikel in De Volkskrant ervoor pleitte om niets met het referendum te doen. In elk geval heeft De Gaay gelijk dat het een raadgevend referendum is waaraan de regering niet gebonden is. Ondanks de claim van de tegenstanders dat een nee-stem een beslissend signaal afgeeft. Dat was de ondertekening door het staatshoofd op 8 juli 2015 op de goedkeuring van de Staten-Generaal ook. Het staat het kabinet juridisch en politiek vrij om een eigen afweging te maken. Minister Koenders heeft al gezegd dat het kabinet zich niet verplicht voelt een geldige nee-stem op te volgen.

Het debat over het referendum moet nog op stoom komen, maar nu al tekenen zich kampen af. Voorstanders uiten zich nog nauwelijks, maar zij menen dat een associatie-overeenkomst het beste van twee werelden biedt: geen belofte over EU-lidmaatschap aan Oekraïne, maar wel druk op dat land om te hervormen. Ik deel die mening. Ik ben een voorstander van de associatie-overeenkomst en een tegenstander voor lidmaatschap van dat land. Los van het feit of Oekraïne er zelf klaar voor is ben ik van mening dat de EU niet kan verbreden voordat het zichzelf hervormd en gedemocratiseerd heeft door verdieping. Een stop op uitbreiding van de EU voor de komende 15 jaar zou rust geven en de misverstanden over lidmaatschap die de tegenstanders munitie geeft weerspreken. Ze menen dat een associatie-overeenkomst met Oekraïne automatisch zal worden gevolgd door EU-lidmaatschap voor dat land. Anderen zeggen weer dat een referendum hiervoor niet bedoeld is.

De SP is een eurokritische partij die in het Europarlement met Front National, Jobbik, Die Linke, de Vijfsterrenbeweging van Beppe Grillo, Lega Nord, UKIP, FPÖ, Gouden Dageraad, Podemos en PVV op 10 juni 2015 stemde tegen de uiteindelijk aangenomen resolutie over ‘de stand van zaken in de betrekkingen tussen de EU en Rusland’. Ik kreeg er hier een debat over met MEP Dennis de Jong die uiteindelijk moest toegeven dat hij de resolutie onvoldoende had begrepen. Ofwel, de SP heeft niet zozeer inhoudelijke argumenten om tegen een resolutie of de associatie-overeenkomst van de EU met Oekraïne te stemmen, maar wel ideologische redenen. De van oorsprong marxistisch-leninistische SP heeft zich sinds 1972 richting sociaal-democratie ontwikkeld, maar vertoont in het buitenlandbeleid nog een ouderwets soort anti-Amerikanisme dat aansluit bij de stellingname vanuit het Kremlin dat zelfs harder is dan tijdens Stalin. De SP laat de feiten volgen uit een voorgevormde mening zoals uit het antwoord van Harry van Bommel op De Gaay blijkt. Ik antwoordde daarop:

Voorspelbaar en jammer is dat de SP een nee-campagne gaat voeren tegen de associatie-overeenkomst met Oekraïne. De argumenten die Van Bommel geeft kloppen niet. Het is niet aantoonbaar dat de associatie-overeenkomst heeft bijgedragen aan de oorlog in Oekraïne. Trouwens geen burgeroorlog zoals Van Bommel abusievelijk zegt omdat de oorlog niet de karakteristieken van een burgeroolog vertoont, maar een regelrechte oorlog tussen twee landen: de Russische Federatie en Oekraïne. Zoals ook uit de planning van de bezetting van de Krim door de Russen bleek was deze agressie jegens Oekraïne vanuit het Kremlin al jaren van tevoren gepland, voordat er sprake was van een associatie-overeenkomst. Van Bommel verwart de afleiding die de Russen gebruiken met de echte oorzaak. 

Van Bommel weet dat een associatie-overeenkomst nog geen lidmaatschap is. Ondanks de signalen die politici voor binnenlands gebruik geven. Zij zijn maar een kant van de medaille. Vele landen zijn geassocieerd met de EU zonder enig zicht op lidmaatschap. Zelfs een land als Turkije dat dat perspectief wel heeft onderhandelt al langer dan 50 jaar met de EU over lidmaatschap. Anders gezegd, de EU-lidstaten stellen harde voorwaarden op allerlei dossiers aan een kandidaat. Nederland zit daar zelf bij en kan uiteindelijk gewoon nee zeggen. Dat lijkt een beter ‘nee’ dan het ‘nee’ van de associatie-overeenkomst.

Oekraïne is nog lang niet klaar voor een EU-lidmaatschap. Oekraïne dat het meest corrupte land van het westerse blok is en onder president Porosjenko weinig vooruitgang boekt in de bestrijding van de corruptie staat er mentaal, economisch, politiek en bestuurlijk beroerd voor. Het zakt weg. De beste kans om te voorkomen dat het verder afglijdt en door eigen onkunde en ondermijning door het Kremlin een mislukte staat wordt is het aanbieden van de associatie-overeenkomst die het land verplichtingen oplegt om te democratiseren en de mensenrechten te respecteren.

Een veel beter debat zou trouwens los van het referendum over de associatie-overeenkomst gevoerd kunnen worden over de positie en de intenties van president Porosjenko. Daarop is ook bij Oekraïense hervormers veel kritiek. Dat zou Brussel over moeten nemen. Nu belast het Nederlandse referendum in elk geval in Nederland dat debat onnodig. Dat is contra-productief, onoverzichtelijk en verwarrend voor allen. Het zou beter zijn om de energie die nu gaat zitten in het referendum te besteden aan de eisen die Nederland als komend EU-voorzitter aan Oekraïne kan stellen.

Van Bommel heeft gelijk dat er geld naar Oekraïne zal vloeien, zoals er vanuit de EU naar zoveel landen geld vloeit. Het probleem is dat als Oekraïne niet bij de hand wordt genomen door de EU-lidstaten, VS en Canada het gevaar dreigt dat een mislukt Oekraïne nog veel duurder wordt voor de Nederlandse belastingbetaler. Als een deel van de 44 miljoen Oekraïeners als vluchteling uit hun mislukte land al niet de Nederlandse azc’s weten te vinden waarbij de stroom Syriërs verbleekt. Het is logisch dat een politicus als Van Bommel afwegingen maakt, maar hij moet wel zo oprecht zijn om de keuzes eerlijk te schetsten. Dat laat hij na.

Foto: Schermafbeelding van passage uit artikelReferendum over Oekraïne verkleint de kloof met de kiezer’ door SP-kamerlid Harry van Bommel, 21 december 2015. 

GroenLinks: de ondraaglijke lichtheid van een gewichtige partij

GroenLinks heeft problemen met democratie. Het valt binnen de partij niet in goede aarde dat Tofik Dibi zich kandideert als lijsttrekker. Fossielen als Bas de Gaay Fortman, Herman Meijer en Wijnand Duyvendak bestoken hem vanuit de tweede linie. Partijvoorzitter Heleen Weening stelt in een zuinige reactie dat Dibi ‘alle recht heeft zijn sollicitatie bekend te maken‘. De mededeling op Weenings site is exemplarisch: onder constructie.

Partijpolitiek in werking is geen fraai gezicht. Bij de kandidaatstelling voor verkiezingen knokken leden van de Tweede Kamer voor een hoge plaats op de lijst. Hun carrière staat op het spel. Of facties trekken de macht naar zich toe met uitsluiting van rivalen. Zie 50PLUS. Op het spel staan functies in het openbaar bestuur die volgens een ongeschreven regel zijn voorbehouden aan leden van politieke partijen. Feitelijk is dit nepotisme van 2% partijleden over 98% niet-partijleden een weeffout die alle politieke partijen actief in stand houden. Maar geen enkele maatschappelijke groepering stelt de vanzelfsprekendheid van deze claim ter discussie.

Jolande Sap is sinds december 2010 een weinig overtuigende leider van een partij die niet goed met de macht omgaat. Het Kunduz-akkoord knelt nog steeds en nu zijn er weer geruchten dat GroenLinks de JSF steunt. Onder Femke Halsema probeerde de partij de weg naar het centrum te vinden. De paradox is dat Halsema faalde waar Sap met het ‘Lenteakkoord‘ slaagde. PvdA-partijleider Diederik Samson bood haar die kans, zodat GroenLinks niet meer naar links getrokken werd. Maar Sap is tweeslachtig als ze zegt de ruimte naar de PvdA open te willen houden. En zelfs met de SP wil praten. Telkens bezorgt Sap haar partij een onduidelijk profiel.

Haar onvastheid maakt het onvermijdelijk dat iemand Sap uitdaagt. Dibi kiest eenduidig voor hervormingen en het centrum. De tragiek van GroenLinks is dat Dibi als ‘lichtgewicht‘ evenmin voldoet, aldus de Volkskrant. Halsema is jonger dan Sap en zou de geschikte kandidaat zijn. Zij kan niet meer terugkomen. GroenLinks is zowel meer als minder dan Sap. Opsplitsing en aansluiting van een deel bij D66 en PvdA is het beste dat de partij kan overkomen. Zodat principes niet langer verward worden met realisme binnen hetzelfde debat.

Foto: Emile Roemer, Job Cohen en Jolande Sap presenteren een gezamenlijk alternatief voor het bezuinigingsbeleid van het kabinet Rutte, januari 2012.