Dit zijn twee posters die reflecteren op de politiek situatie van rond 1980. Het CDA ontstond op 11 oktober 1980 zodat de datering ‘circa 1977’ van bovenstaande poster in de collectie van de Joseph P. Healy Collection niet lijkt te kloppen. Maar in 1977 deed het CDA al met een gemeenschappelijke lijst mee aan de verkiezingen voor de Tweede Kamer. Dus het is mogelijk dat de poster een actueel antwoord was op de de totstandkoming van het kabinet Van Agt-Wiegel in 1977.
In de verkiezingen van 1977 was de PvdA onder leiding van Joop den Uyl de grootste partij geworden met een winst van 10 zetels, maar kwam die partij na stukgelopen onderhandelingen tussen CDA en PvdA toch niet in het kabinet. VVD-leider Hans Wiegel maakte een deal met CDA-leider Van Agt.
Verstonden de makers Ronald Timmermans en Max Kisman (Global Village Foundation) dat onder het verneuken van de kiezer en de afbraak van de democratie? Ze lijken te wijzen op fraude, bedrog, steekpenningen en ondemocratisch gedrag van CDA en VVD, terwijl het kabinet Van Agt I een uitkomst was van onderhandelingen binnen de marges van de Haagse politiek.
In 1981 gebeurde het omgekeerde. Mede door de winst van D66 verloor de coalitie CDA-VVD haar nipte meerderheid van 77 zetels die toch al uiterst wankel was door de zogenaamde CDA-dissidenten die het kabinet vleugellam maakten. Dat waren er aanvankelijk zes en later in de kabinetsperiode 10. CDA-dissident Jan Nico Scholten met zijn evangelische principes was toen een bekende Nederlander.
Daarom was het begrijpelijk dat het kabinet Van Agt II uit 1981 ging bestaan uit CDA, PvdA en D66. Maar dat was evenmin als het kabinet Van Agt I stabiel en doelmatig. D66 was getalsmatig overbodig en de chemie tussen CDA en PvdA was slecht. Dit kabinet bestond nog geen jaar. In mei 1982 traden de PvdA’ers onder wie de toenmalige partijleider en minister van Sociale Zaken Joop den Uyl af vanwege versoberingen van de verzorgingsstaat.
Waar onderstaande poster van opnieuw de Global Village Foundation op duidt lijkt duidelijk. De vormgevers vragen zich af of Joop den Uyl schone handen heeft omdat hij toetreedt tot het kabinet Van Agt II. Ze konden in 1981 nog niet weten dat de bewindslieden van de PvdA in mei 1982 dat kabinet vanwege voorgestelde bezuinigen zouden verlaten. Hoe vuil waren de handen van Joop?
Het is een poster die de PvdA verdacht maakt. Dat is de wetmatigheid in de Europese politiek dat de sociaal-democratie fel bestreden wordt door links. Van communisten tot pacifisten en hardcore socialisten. Een andere meerderheid zonder PvdA was niet te vormen en D66 van toen had een linkser profiel dan het huidige D66 van Kaag. Je kunt je met terugwerkende kracht afvragen, hoe schoon kunnen handen van politici zijn? En hoe realistisch is het wereldbeeld van vormgevers?
‘Reporters Without Borders (RSF) is publishing a gallery of grim portraits, those of 37 heads of state or government who crack down massively on press freedom.’ RSF, 2 juli 2021.
Hoeveel soorten tegenstanders van vaccinatie zijn er eigenlijk? In grote lijnen twee soorten. Degenen die geloven dat vaccineren schadelijk, onnodig of deel van een complot is en degenen die daar niks van geloven, maar dat ongenoegen van anderen gebruiken voor hun politieke doelen. Deze laatste categorie is het meest interessant omdat die de argelozen een bepaalde richting opduwen. Zonder deze laatste categorie had de eerste categorie niet kunnen groeien.
Dat begint met de kleine krabbelaars die na een mislukte carrière als dansleraar, journalist of een misgelopen prestigieus hoogleraarschap de desinformatie als de enige mogelijkheid zien om op een parallelle manier carrière te maken. Of ze zelf geloven wat ze aan desinformatie verspreiden doet niet terzake. Het gaat erom dat ze dat geloofwaardig doen en degenen die ontevreden zijn en zich achtergesteld voelen overtuigend aanspreken.
Het eindigt met buitenlandse leiders als Vladimir Poetin en Xi Jinping die verdeeldheid in het Westen zaaien door inzet van hun sociale media die desinformatie verspreidt. Ze mengen zich in het publieke debat van die landen. Daarmee opereren ze schijnheilig omdat ze datzelfde buitenland op harde toon toespreken om zich niet met hun binnenlandse aangelegenheden te bemoeien. Want ‘Wat gij niet wilt dat u geschiedt, doe dat ook een ander niet.’
Avaaz in de publicatie ‘Deutschlands Desinformations-Dilemma 2021‘ en de Duitse publieke omroep ARD tonen in de documentaire ‘Die geheimen Meinungsmacher‘ geloofwaardig aan dat deze buitenlandse actoren zich op de Duitse publieke opinie richten en allerlei soorten desinformatie met elkaar verbinden. Over vaccinatie en de COVID19-pandemie en de actuele politiek situatie, de landelijke verkiezingen van 26 september 2021.
Beide landen zaaien met hun sociale media ook desinformatie in de VS en andere Europese landen. De Russische Federatie heeft deze strategie van desinformatie de afgelopen jaren uitgebouwd en opereert al op een geavanceerd niveau. China verkeert nog in de planfase, maar gezien de economische macht van China en het voornemen om zich in de publieke opinie van de VS en EU te mengen, zal China naar verwachting de Russische Federatie de komende jaren voorbijstreven in slagkracht om het Westen te ondermijnen via inmenging in de publieke opinie.
Zo proberen landen als China en de Russische Federatie tamelijk succesvol een deel van de Westerse bevolking dat ontvankelijk is voor desinformatie hiermee blijvend te voeden. Hun doel is om dat maatschappelijke rafelrandje dat niet gelooft in wetenschap, journalistiek of politiek te vergroten. Van 10% tot 25%. De gewone malcontenten beseffen niet of onvoldoende dat ze pionnen in een geopolitiek schaakspel zijn.
Als dat bereikt is, dan wordt het geloof in democratie en het electorale proces door zo’n aanzienlijke groep malcontenten zodanig ondermijnt dat ermee de democratie op omvallen komt te staan.
Ze denken vanuit dwarsdenken of een idee van achterstelling tegen de gevestigde orde van hun land te zijn en beseffen niet of onvoldoende dat ze daardoor de vijanden steunen. De paradox is dat juist zij die ongeregeld protesteren tegen de maatregelen of het bestaan van de nationale overheid de eersten zouden zijn die in landen als China of de Russische Federatie opgepakt zouden worden om in een strafkamp te belanden. Want niets vrezen deze landen zo als ordeloosheid en chaos van onderop die ze niet kunnen controleren.
De strategie van China en de Russische Federatie is simpel. In het eigen land beperken ze de vrijheden van burgers en media zodat elk tegengeluid wordt gesmoord en buitenlanders niet kunnen doen wat China en de Russische Federatie in westerse landen doen. Dat is vrij schieten voor deze twee landen vanuit het idee dat de eigen basis is afgegrendeld voor opinievorming en de vrijheden van het Westen de zwakke onderbuik zijn om desinformatie te verspreiden.
China en de Russische Federatie zijn geen democratie en hebben geen vrije verkiezingen. Juist verkiezingen en machtswisselingen maken landen kwetsbaar, zodat het logisch is voor autoritaire landen om niet in zo’n kwetsbare positie te komen door verkiezingen af te schaffen. Het overlijden van een politieke leider in functie is nog het enige moment van kwetsbaarheid dat in autoritaire landen resteert. Daarom is het vanuit de logica van de autoritaire staat verstandig dat leiders niet blijven zitten tot hun dood, maat voortijdig aftreden. Maar omdat hun economische en politieke macht die zich uitstrekt tot de macht over krijgsmacht, politie en veiligheidsdiensten de ultieme garantie voor hun fysieke bestaan is, kunnen ze doorgaans niet voor hun dood aftreden.
Je kunt je alleen maar verbazen over de argeloosheid van de VS, de EU, VK, Canada, Australië, Japan, Zuid-Korea en nog enkele westerse landen over de ruimte die landen als China en de Russische Federatie in hun eigen publieke opinie hebben gekregen. En zoals gezegd, wat China betreft moet het ergste de komende jaren nog komen.
Er zijn verzachtende omstandigheden om het trage beleid van westerse regeringen te verklaren. Ze hebben uit gemakzucht en naïviteit hun publieke opinie grotendeels uitgeleverd aan Amerikaanse techbedrijven als Facebook, Twitter en Google. Omdat deze bedrijven hun journalistieke taak om desinformatie te bestrijden volstrekt ondermaats uitvoeren en ze er juridisch niet aan gehouden kunnen worden om dat wel te doen, menen de westerse regeringen dat ze geen instrumenten hebben om de desinformatie van buitenlandse actoren die hun democrate bedreigt te bestrijden.
Dat is het gebrek aan geloof in zichzelf die een verlammende invloed heeft. Begin 20ste eeuw hadden oliebedrijven een monopolie totdat anti-trust wetten daar een einde aan maakten. Dat is een kwestie van politieke wil. De techbedrijven zouden opgeknipt moeten worden in delen waar de nationale overheden weer macht over hebben.
Er wordt soms gezegd dat complot- of dwarsdenkers de realiteit niet meer van fantasie kunnen onderscheiden. Daarom laten ze zich leiden door rattenvangers als Donald Trump, Willem Engel, Karel van Wolferen of Russische propagandazenders en door de gevestigde media en publieke omroep die in hun streven naar evenwichtigheid, volledigheid en evenredigheid de grootste verspreiders van desinformatie zijn geworden.
Dat komt door de enerzijds-anderzijds journalistiek die altijd twee kanten van de medaille geeft, maar in een tijdperk van desinformatie de valkuil is geworden waar de journalistiek zelf in is gevallen. Dat soort journalistiek zit klem tussen de eigen gedragsregels en het effect daarvan dat tot het distribueren van desinformatie leidt. De gevestigde journalistiek trapt in de val die Russische en Chinese desinformatiecampagnes hebben gezet.
De journalistiek beseft dat, maar weet niet anders te handelen. Want de eigen professionele code kan het evenmin overboord gooien. Hetzelfde geldt voor de politiek die weet dat desinformatie van buitenlandse actoren alleen kan worden verspreid door de vrijheden in te perken die die actoren hun eigen burgers niet geven. Maar daarmee komt ook een einde aan de democratie zoals we die kennen.
De enige remedie voor westerse landen is om te blijven signaleren wat er aan desinformatie verspreid wordt, die te ontzenuwen en aan het eigen publiek zakelijk uit te leggen wat er aan de hand is. De hardliners kunnen niet meer worden bereikt omdat ze zich mentaal en fysiek hebben opgesloten in hun eigen echokamers. Voor het voortbestaan van het geloof in de democratie is het van essentieel belang om de groei van het percentage complot- en dwarsdenkers tot stand te brengen. Twee maatregelen zouden daarbij kunnen helpen. Het opknippen van de techgiganten en ze weer onder controle van nationale overheden brengen En een herwaardering bij en bewustwording van de traditionele journalistiek om zo te gaan functioneren dat desinformatie niet meer ongeclausuleerd wordt doorgegeven.
De strijd tegen desinformatie is een strijd van lange adem. En het ergste moet nog komen als in de nabije toekomst China zich met volle kracht gaat bemoeien met de publieke opinie in westerse landen. Nodig is een integraal pakket dat maatregelen van mededinging (antitrust én wederkerigheid in de concurrentie met China), journalistiek, media-educatie, sociale politiek om de achtergestelden er weer bij te trekken en bewustwording van de politieke en economische klasse bevat om de desinformatie die de democratie van buitenaf en binnenuit bedreigt terug te dringen. Zie ook een voorstel met 10 aanbevelingen van Reporters Without Borders aan de EU.
Je zou bijna te doen krijgen met Armin Laschet, de kandidaat van de CDU/CSU voor het kanselierschap. Het is de opzet dat hij kanselier Merkel opvolgt, maar dat wordt steeds minder zeker voor deze man zonder charisma. Hoe denkt in 2021 een partij in hemelsnaam zo verkiezingen te kunnen winnen?
In de peilingen voor de verkiezingen van de Bundestag op 26 september 2021 is Olaf Scholz, de kandidaat van de SPD Laschet op 1% genaderd. Waar blijft de tegenaanval van de Union op de SPD? De Groenen zijn weggezakt in de peilingen.
Dit campagnefilmpje leidt af van de boodschap die CDU/CSU wil verkopen. Toch al een boodschap die weinig concreet is en een wee gevoel van goede bedoelingen oproept. Dat is de makke van een middenpartij die vele doelgroepen moet bedienen en als het geen nieuwe prioriteiten stelt zich daarom uitsluitend vaag en flets kan presenteren. Het filmpje is daarvan het resultaat.
Het zit vol gebreken die kritische media volop munitie geeft. Zoals de als enige zwart gesnikte Laschet die moet suggereren dat hij net als zijn vader mijnwerker is of een rondgang op het Holocaust-monument in Berlijn waarvan het onsmakelijk wordt gevonden dat dit in de campagne wordt gebruikt. Maar er is meer.
De campagne van de CDU hapert en de partij heeft nog een maand om dat te corrigeren. De roep om Laschet te vervangen door de populaire CSU-leider Markus Söder helpt niet mee aan het zelfvertrouwen en de eenheid van de Union. Dat wordt spannend. De EU zal het in de toekomst in elk geval zonder de leidende rol van kanselier Merkel moeten gaan doen.
Het bewijs is overweldigend dat voormalig president Donald Trump die in november 2020 7 miljoen minder stemmen kreeg dan Joe Biden en de verkiezingen verloor in januari 2021 een mislukte staatsgreep heeft gepleegd om het resultaat terug te draaien en president te blijven. Dat is een strafbaar feit waarvoor Trump tot nu toe nog niet aangeklaagd is, laat staan opgesloten zit in de gevangenis. Waarom Trump nog steeds vrij rondloopt wekt verbazing bij velen. De laatste week zijn veel nieuwe feiten naar buiten gekomen en lijkt Trumps vervolging uiteindelijk op gang te komen.
Een speciale commissie van het Huis onderzoekt de feiten rond de bestorming van het Capitool op 6 januari 2021 en voegt daar nu de bestuurlijke onregelmatigheden vanuit de toenmalige regering Trump aan toe. Dat leidt tot stevig bewijs tegen Trump, hoewel nog niet alle opdrachten en handelingen in kaart zijn gebracht. Dat gebeurt aan de hand van getuigenverklaringen.
Zoals Glenn Kirschner uitlegt is het niet essentieel voor het aanklagen van iemand wegens conspiracy dat die samenzwering ook is gelukt. Trumps plan waarvoor hij de ondergeschikte medewerker van het ministerie van Justitie (DoJ) Jeffrey Clark bereid vond om aan mee te doen bestond eruit dat de verkiezingsresultaten in zes staten waar Biden had gewonnen zouden worden overruled vanwege vermeende onregelmatigheden.
Weliswaar waren in de maanden voor januari 2021 geen onregelmatigheden geconstateerd door meer dan 50 rechters, maar zou Trump ermee op 6 januari 2021 de formele optelling van de Electoral Votes waar Biden een meerderheid van 306 tegenover 232 had hebben kunnen blokkeren. Zodat er een constitutionele crisis vol onzekerheden zou zijn uitgebroken. Trumps plan bestond eruit om door de bestorming van het Capitool op die dag de congresleden onder druk te zetten, chaos te creëeren en in dat niemandsland van juridisch onbekende wateren de macht te grijpen.
De VS zou dan niet langer een democratie zijn, maar door toedoen van Trump en de Republikeinse partij veranderd zijn in een bananenrepubliek waarin rechtstaat, grondwet en democratie bij het oud vuil waren gezet.
De achterliggende gedachte van Trump waren de verloren verkiezingen en zijn verlies aan macht om onderzoeken naar zijn frauduleus handelen nog langer te kunnen blokkeren omdat hij geen macht meer had over het DoJ. De Republikeinse wetgevers hoopten via Trump de macht te houden omdat ze beseffen dat ze op een reguliere manier niet langer landelijke verkiezingen kunnen winnen. Daarom zet de Republikeinse partij sterk in op wetten die de toegang tot de stembus voor kiezers van minderheidsgroepen blokkeert, hertekenen ze grenzen van districten en zijn ze zelfs bezig om het bestuurlijk mogelijk te maken dat niet het aantal stemmen bepaalt wie verkiezingen wint, maar het feit wie de stemmen telt. In dit geval zijn dat Republikeinse bestuurders in de swingstates die in de toekomst los van de resultaten kunnen bepalen wie er wint. Dat is zoals het in autoritaire landen als Wit-Rusland, Noord-Korea, China of de Russische Federatie gaat.
Het ongeduld is dus groot om Trump definitief de politieke arena uit te sturen. Als wordt bewezen dat Trump een coup heeft gepleegd, dan kan hij voorgoed uitgesloten worden van een politiek ambt. Dat is niet zozeer om Trump een lesje te leren, maar om te voorkomen dat hij en zijn meelopers het nogmaals proberen en dan wellicht succesvol zijn.
Dat het Trump in januari 2021 niet lukte om een coup te plegen was afhankelijk van enkele mensen in de top van het DoJ die zich ertegen verzetten. Die menselijke factor is echter een te zwakke garantie om de democratie veilig te stellen. De instituties moeten worden versterkt om zo’n greep naar de macht die Trump deed voor de toekomst te voorkomen. Mehdi Hasan verwoordt het gevoel waarom Trump nog steeds niet strafrechtelijk is aangeklaagd:
Het was nog maar in 1958 dat verkiezingen werden gevierd op pleinen en voor gebouwen van kranten waar de uitslagen druppelsgewijs binnenkwamen. De beschrijving bij deze foto toont een Nederland dat we nog nauwelijks kennen. Het doet ouderwets aan, maar kondigt al het begin van de moderne tijd met nieuwe communicatiemiddelen aan: ‘Op de Dam te Amsterdam werden met een projectie-apparaat de uitslagen van de gemeenteraadsverkiezingen op een groot scherm getoond. In de muziekkiosk zorgden de Ramblers voor de muzikale opluistering’.
De televisie is in 1958 nog nauwelijks doorgedrongen tot de huiskamers. Die opmars begint pas zo’n vijf jaar later als de welvaart over Nederland komt. Mede dankzij het gasveld van Slochteren. Ook toen al moest de verkiezingsavond ‘opgeluisterd’ worden. Zeggen we nu ‘oppimpen’? Welbeschouwd is zo’n avond een saaie bedoeling met veel dode momenten. Een enkel hard feit en vooral analyses, speculaties en projecties die toch nooit uitkomen zoals op deze verkiezingsavond wordt gezegd.
’t Heerlijk avondje is gekomen, ’t Avondje van het verkiezingsfeest, Vol verwachting klopt ons hart, Wie de koek krijgt, wie de gard, Vol verwachting klopt ons hart, Wie de koek krijgt, wie de gard.
Maakt het veel uit wie er wint? Dat valt te bezien. Alles is best als partijen binnen de democratie blijven en geen alternatief rechtssysteem willen optuigen. Daarom ben ik van mening dat de SGP en FvD ontbonden moeten worden omdat ze niet binnen de democratie passen en er een destabiliserende invloed op uitoefenen. Maar verder maakt het weinig uit. Zolang partijen de democratie niet omver willen werpen en min of meer hetzelfde wereldbeeld schetsen is er voor elke partij (behalve FvD en SGP) wel iets te zeggen. Met chips en bier, en wellicht een boek erbij, is het kijken naar de verkiezingsavond en het spieden naar de harde cijfers draaglijk infotainment.
Update 17 juni 2021: Het is nu exact drie maanden na de verkiezingen op 17 maart. Er is nog geen begin van het zicht op een coalitie. Het instabiele CDA vertraagt met overmoed, obstructie en rechtse praatjes van partijleider Hoekstra de formatie. Ik speculeerde in onderstaand commentaar op een coalitie van VVD-D66-PvdA-SP. Dat heeft nu een meerderheid van 76 zetels. Twee bezwaren zijn er tegen. SP wil zelf niet en VVD wil geen twee linkse partijen in het kabinet. Maar dat laatste bezwaar is onzin omdat PvdA en SP getalsmatig weinig in de melk te brokkelen hebben. Met in totaal 18 zetels hebben ze minder dan D66 dat met 24 zetels weer 10 zetels minder heeft dan de VVD. Die krachtsverhouding kan in het regeerakkoord en de verdeling van ministersposten vertaald worden. SP en PvdA hebben samen een belang van 24%. Moet de VVD met 45% daar bang voor zijn? Waar is de VVD bang voor?
Volgende week woensdag 17 maart 2021 kennen we de exit poll van de verkiezingen voor de Tweede Kamer. De 70-plussers konden afgelopen week al stemmen en op 15 en 16 maart kunnen risicogroepen en alle anderen die zich daartoe rekenen stemmen.
Welke kant gaat het op? Laten we uitgaan van de nu bekende laatste peiling van 8 maart 2021. De marges zijn groot en er kunnen nog verschuivingen in optreden. Dat komt mede omdat de campagne niet echt leeft en vele kiezers nog twijfelen. Volgen ze hun overtuiging of stemmen ze strategisch? Of blljven ze thuis?
Uiteindelijk gaat het om het vormen van een coalitie. Zo komt een kabinet tot stand. Laten we het aantal zetels per blok bekijken. Blokken kunnen elkaar overlappen. De volgende blokken zijn te onderscheiden:
Binnen radicaal-rechts hebben PVV en FvD zich door hun radicale opstelling en (persoonlijke) verwijten aan andere partijen buiten de orde geplaatst. SGP is een gespleten partij omdat het zich in praktijk gouvernementeel opstelt, maar in theorie anti-rechtsstatelijk is. Het valt niet in te zien dat linkse of liberale partijen met de in de kern theocratische SGP willen samenwerken. JA21 heeft even radicale standpunten als PVV en FvD, maar lijkt zich in de samenwerking met andere partijen wat schappelijker op te stellen. Veel is nog onduidelijk over deze partij. Ook het buitengesloten zijn binnen radicaal-rechts kent dus verschillen. Het kan er op uitlopen dat deze partijen met hun 29 zetels buiten een coalitie vallen. Er resteren 121 zetels.
Omdat voor een coalitie de steun van minimaal 76 zetels nodig is kunnen er maximaal 45 zetels (121 – 76) afvallen. Liefst iets minder dan 45 zetels om een veilige marge voor een meerderheid in te bouwen, maar evenmin veel minder dan 45 zetels omdat er dan te veel partijen aan een kabinet moeten deelnemen. Laten we daarom uitgaan dat er nog 41 zetels afvallen en een coalitie steunt op 80 zetels.
De VVD is getalsmatig nodig omdat niet valt in te zien hoe het enige alternatief zonder VVD én radicaal-rechts, namelijk een zeven-partijen kabinet van CDA-D66-PvdA-GL-SP-CU-PvdD (77 zetels) levensvatbaar is en programmatische samenhang vertoont. Als de VVD onmisbaar is, dan is of het CDA of D66 die tussen de 15 en 17 zetels scoren misbaar. Omdat het CDA onder de nieuwe partijleider Wobke Hoekstra is afgeslagen naar rechts en deels de VVD rechts is gepasseerd heeft de VVD er op dit moment geen belang bij om samen met het CDA in een kabinet te gaan zitten. Hoewel een sterke oppositie tegen het kabinet evenmin aantrekkelijk is. Toch wijst een en ander op een rompkabinet van VVD en D66. Dat is 52 zetels. Waar komen de resterende 28 zetels vandaan om tot 80 te komen?
Links is nu aan zet. Opname van alle drie de linkse partijen PvdA, GL en SP in het kabinet is er een te veel omdat de achterban van de VVD dat niet zal begrijpen omdat zo het evenwicht in het kabinet te ver naar links doorschiet. De degelijke bestuurderspartij PvdA lijkt een betrouwbare kandidaat voor deelname aan het kabinet Rutte IV.
Resteert de keuze tussen GL en de SP. De laatste lijkt wat radicaler, maar redelijker en de eerste wat inschikkelijker, maar minder stabiel. Wat voor de VVD tegen GL pleit is de stevige opstelling van die partij over het klimaat. Dat is voor de bedrijfslobby binnen de VVD een brug te ver. GL lijkt ook de eigen hand overspeeld te hebben met marketing praatjes over een links blok, terwijl PvdA en SP daar niks van willen weten.
De SP gaat net als de SGP in theorie voor een ander wereldbeeld, maar laat zich in de praktijk kennen als redelijke bontgenoot. Dat heeft de partij op lokaal niveau bewezen, waar het betrouwbaar opereert. Probleem is vooral de sceptische EU-opstelling van de SP en de animositeit met de PvdA. Denk aan de harde en mislukte anti-Timmermans campagne van de SP bij de Europese verkiezingen. Maar zowel het een als het ander valt glad te strijken. Dat pleit voor opname van de SP in het kabinet.
Zo komt een kabinet van VVD, D66, PvdA en SP in de steigers te staan. Maar het is een smalle marge, Volgens de huidige peilingen is deze coalitie met 74 zetels niet genoeg voor een meerderheid. In de Eerste Kamer doet deze coalitie het met 29 van de 75 zetels nog slechter. De toevoeging van de CU lost dat probleem in de Tweede Kamer op (80 zetels), maar in de Eerste Kamer niet (33 zetels). Samenwerking met de Fractie-Nanninga (= JA21) in de Eerste Kamer lost dat probleem daar op, terwijl de 2 zetels van JA21 in de Tweede Kamer zelfs de deelname van de CU overbodig maken. Toch al een partij met zalvende praatjes waar liberalen weinig van moeten hebben.
De minimale constructie voor een stabiele coalitie in de Staten-Generaal is een kabinet van VVD, D66, PvdA en SP met gedoogsteun van JA21. Als pragmatische oplossing is het mogelijk dat de partij een partijloos staatssecretariaat over veiligheid of migratie gegund wordt, zodat de partij niet formeel aan het kabinet deelneemt. Ermee wordt het argument geneutraliseerd dat radicaal-rechts bij voorbaat buitengesloten wordt. Het toont berekenend, maar dat type argument is in elk kabinet ingebakken.
Een ding is zeker. Zo zal het niet gaan. Elke coalitie is onwaarschijnlijk totdat het waarschijnlijk wordt. Dat is een uitspraak met een hoog Johan Cruijff gehalte. Of is het omgekeerd: Elke coalitie is waarschijnlijk totdat het onwaarschijnlijk wordt? Enfin, dit soort speculaties is bruikbaar omdat het ons leert dat coalitievorming niet zozeer het verkennen van opties, maar het opruimen van blokkades is. Dat gaat volgens een vaste methode waarbij het resultaat minder belangrijk is dan het erop wijzen dat de methode bestaat. De chaos maakt het overzichtelijk omdat die een veelheid aan kansen biedt. Dat is de paradox.
In de aanloop naar de landelijke verkiezingen van 17 maart 2021 zijn grafieken belangrijk. Neem nou de bovenste van Politico die de peilingen in beeld brengt. Het zijn dagkoersen en vele kiezers zijn nog zwevend, maar er valt het volgende uit af te leiden: 1) De coalitiepartijen (VVD, CDA, D66, CU) handhaven met 76 zetel hun meerderheid en 2) In de nieuwe Tweede Kamer zijn 16 partijen vertegenwoordigd, waaronder het nieuwe JA21, Volt en Bij1. Naar verwachting zal hier de komende 2,5 week nog wel het een en ander in veranderen.
Op 24 februari 2021 plaatste ik op Facebook deze tekst met onderstaande grafiek: ‘Zoals velen onder ons weet ik niet op welke partij ik moet gaan stemmen bij de landelijke verkiezingen van 17 maart 2021, maar wil ik tegelijk de rechts-radicalen van PVV en FvD, de links-radicale SP en de almachtige VVD de pas afsnijden. Wat te doen?
De stemwijzers buitelen over elkaar heen en geven elke keer weer een andere uitkomst. Hierbij een afbeelding van de Kieswijzer 2021 die ik zojuist invulde. Omdat ik weet op welke partij ik niet zal stemmen, word ik langzaam wijzer. VOLT is de enige partij in mijn top 10 waar ik geen overwegende bezwaren tegen heb.
Maar een stem op VOLT is waarschijnlijk ook een verloren stem omdat het naar verwachting geen zetel behaalt. En wat is de zin om het aantal splinters te vergroten?
Ik ben dus geen snars opgeschoten. Ik kom er gewoonweg niet uit. Ligt dat nou aan mij of aan de povere kwaliteit van de huidige partijen en hun leiders?’
Op dit Facebook-bericht kwamen vele reacties en er ontstond een leuke discussie. Enkelen namens het op voor de SP waarvan ze het onterecht vonden dat ik het een radicale partij noemde, anderen pitchten de eigen partij van hun keuze. Maar het meest opvallend vond ik dat net als ik vier mensen serieus overwegen om op Volt te stemmen. dat had ik in de verte vertel niet verwacht. Dat terwijl deze partij net als de potentiële nieuwkomer BIJ1 nauwelijks aan bod komt in de media. Ik heb lijsttrekker Laurens Dassen zelfs nog nooit in de media (of elders) gehoord.
Uit de grafiek van Politico blijkt trouwens dat Volt al sinds 31 januari 2021 op 1 zetel staat en een stem op deze partij daarom geen verloren stem is zoals ik vreesde. Mijn bezwaar tegen het aantal splinters wordt er echter niet mee weggenomen. Hoe gewenst is het dat de Tweede Kamer bestaat uit 15, 16 of zelfs 17 partijen? Want wellicht kan Code Oranje ook nog een zetel halen.
Ga ik dan op deze pan- en pro-Europese partij Volt stemmen bij gebrek aan beter? Dat terwijl ik zoals gezegd niet eens weet of de lijsttrekker zich staande kan houden. Het is nogal minimaal om voor een partij te kiezen omdat men er geen overwegende bezwaren tegen heeft. Dat is stemmen onder verdoving én met het mes op de keel. Dat getuigt niet van verbondenheid met een partij. Hoewel dat pan-Europese idee wel onderscheidend is en iets nieuws biedt in de Europese politiek. Maar als ik zeg niet te gaan stemmen dan krijg ik van mensen in mijn omgeving op mijn donder en zeggen ze dat dan mijn stem naar Rutte, Wilders of Baudet gaat. Hoe ze denken dat dat werkt is me overigens een raadsel, maar ze zeggen dat.
Ik heb het programma van Volt globaal gelezen en ben daar niet onverdeeld gelukkig mee. De marketingpraatjes en modieuze termen doen pijn aan de ogen. Het pro-kernenergie standpunt van deze partij (p. 12) komt niet overeen met mijn standpunt over energie. Maar wie de opwekking van energie door steenkool wil stoppen en al jaren ageert tegen de aanleg van gaspijplijn Nord Stream II die in de EU de afhankelijkheid van Russisch gas vergroot zal ergens mee in moeten stemmen. Want naar verwachting zal duurzame energie pas op de middellange termijn gaan doorwegen. De bouw van kernenergiecentrales vergt trouwens ook een lange adem, dus vraag ik me af waarom Volt dit in haar programma heeft opgenomen. Ik ben er nog niet uit. Niemand is perfect. Ik als kiezer niet en Volt als politieke partij evenmin.
Je zou over het afwijzen van afgoderij en valse godsdienst door de SGP zomaar een stukje voor het satirische De Speld kunnen maken. Uit een item in Nieuwsuur met SGP-leider Kees van der Staaij bleek dat de SGP achter de eigen beginselen staat. Zo’n artikel zou dan als kop kunnen hebben: ’Nederland in de war omdat SGP zichzelf is’.
Artikel 1 van het beginselprogramma zegt: ‘De Staatkundig Gereformeerde Partij (SGP) streeft naar een regering van ons volk geheel op de grondslag van de in de Heilige Schrift geopenbaarde ordening Gods en staat mitsdien voor de handhaving van het onverkorte artikel 36 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis.’Artikel 36 van de Geloofsbelijdenis zegt onder meer: ‘om te weren en uit te roeien alle afgoderij en valsen godsdienst, om het rijk des antichrists te gronde te werpen, en het Koninkrijk van Jezus Christus te doen vorderen, het woord des Evangelies overal te doen prediken, opdat God van een iegelijk geëerd en gediend worde, gelijk Hij in Zijn Woord gebiedt.’
Dat dat iemand verbaast is het meest verbazingwekkende. Natuurlijk staat de SGP net als elke andere politieke partij achter de eigen beginselen. Het raadselachtige is niet dat deze partij deze beginselen heeft, maar dat het deze partij al jarenlang wordt toegestaan om ze te hebben. Waarom is de SGP niet verboden? Dat had allang geleden moeten gebeuren.
De SGP is een bedenkelijke partij waarvan het een wonder is dat die partij niet verboden is. Weliswaar is in 2008 het begrip ‘theocratie’ uit publicitaire overwegingen uit het beginselprogramma geschrapt, maar dat wil niet zeggen dat de partij nu de neutrale staat omarmt. Nee, dat doet het niet. In 2008 zei toenmalig partijleider Van der Vlies: ‘Ik heb moeite om een neutrale staat te aanvaarden. De overheid is Gods dienaresse. Dat uitgangspunt wil ik niet loslaten.’ Dat is niet veranderd.
Je kunt partijleider Van der Staaij een huichelaar met de gladheid van een paling noemen die veinst, zeg: een gereformeerde versie van het islamitische begrip taqiyya, maar pas wie het weet ziet het. De SGP is een foute partij die streeft naar een bestel waarin de staat zich onderwerpt aan het Woord van God. Dat is fundamenteel verkeerder dan de handige gluiperigheid van de actuele partijleider.
Anderen zien in de handige gluiperigheid van Kees van der Staaij trouwens ook een daarmee samenhangende schijnheiligheid van christelijke politiek en zelfs van het christendom in het algemeen. Maar dat wordt om politieke en maatschappelijke redenen afgeschermd terwijl de afscherming ook wordt afgeschermd. Met als gevolg dat elke fundamentele kritiek op het christendom bij voorbaat is ontkracht. Zo geeft het Kieskompas wel de stelling of de islam een bedreiging voor de Nederlandse waarden is, maar laat het na om ter discussie te stellen of het christendom een bedreiging voor de Nederlandse waarden is. Dat is in lijn met wat de SGP doet. Het valt aan zonder zich te hoeven verdedigen.
Zo komt de SGP nu al jaren weg weg met haar anti-rechtsstatelijke beginselen en is er geen serieuze oppositie om deze partij te verbieden. Men kan daar alleen maar verbaasd over zijn omdat als er een partij is die het verdient om verboden te worden dat wel de SGP is. De SGP benut de vrijheid van godsdienst om voor zichzelf en de eigen achterban op te komen door in het beginselprogramma anderen die vrijheid te ontzeggen. Nederland is even niet meer zichzelf omdat de SGP zichzelf is.
Foto: Schermafbeelding van artikel 36 van de Nederlandse Geloofsbelijdenis.
Bij het invullen van Kieskompas kom ik altijd uit op partijen waar ik niks mee heb. Deze keer Christen Unie. Mijn gematigd linkse en gematigd progressieve voorkeur bevindt zich tussen Christen Unie en D66. Wat voor vragen laat Kieskompas na om te stellen om me uit te laten komen bij een christelijke partij waar ik uit principe nooit op zal stemmen?
Er zijn twee vragen die direct met de christelijke overtuiging van deze partij en de andere christelijke partijen (CDA, SGP) te maken hebben.
Op vraag 5: ‘Abortus moet makkelijker worden gemaakt’ antwoord ik neutraal omdat ik vind dat de toetsing nu goed is. Maar of ik hiermee voor of tegen abortus ben valt niet uit het antwoord op deze vraag af te leiden. Maar die suggestie lijkt het antwoord wel te geven. Ik ben overigens niet zozeer voor abortus, zoals ik evenmin voor de dood ben, maar ik vind wel dat de vrouw zelfbeschikkingsrecht heeft om hierover te beslissen en religieuze organisaties én politieke partijen zich op geen enkele wijze met morele druk en publiciteit moeten bemoeien met de afweging die een vrouw die abortus wil plegen maakt.
Op vraag 7: ‘De islam vormt een bedreiging voor de Nederlandse waarden’ antwoord ik ‘mee eens’ omdat ik vind dat elke georganiseerde godsdienst uiteindelijk in strijd is met de Nederlandse waarden van vrijheid, zelfbeschikking en tolerantie. Ik ben te antiklerikaal om me te verbinden met gesloten systemen zoals godsdiensten, het communisme of de QAnon-beweging en het complotdenken. Zo’n optiek is geen streven naar vrijheid, maar het zich willens en wetens opsluiten in afsluiting. Dat is me te gemakzuchtige onderworpenheid. Tegelijk vind ik dat de islam recht op een gelijkwaardige plek heeft omdat de Nederlandse grondwet dat toestaat. In mijn antwoord kan ik echter niet het contrast tot uiting brengen dat ik de islam als een bedreiging zie voor de Nederlandse waarden, maar de grondwet die bedreiging incorporeert en sanctioneert.
Het is te begrijpen dat het Kieskompas reflecteert op de programma’s van de politieke partijen omdat die de actualiteit weerspiegelen. Daarom is het begrijpelijk dat niet de vraag gesteld wordt ‘Het christendom vormt een bedreiging voor de Nederlandse waarden’ omdat dat in het huidige politieke discours geen onderwerp is. Was de vraag gesteld, dan had ik ‘helemaal mee eens’ geantwoord omdat ik het christendom als een grote bedreiging voor de Nederlandse waarden beschouw. Meer dan de tamelijk onmachtige islam. Maar het gevolg is wel dat er niet naar het christendom gevraagd wordt en ik daar geen negatief oordeel over kan geven. Tja, met zo’n geaborteerde en selectieve vraagstelling kom je uit bij een partij waar je niks mee hebt. Wat is de waarde van dit Kieskompas?
In een commentaar van 20 februari 2018 over de gemeenteraadsverkiezingen van 21 maart 2018 schreef ik het volgende: ‘Nog een maand campagne. Nog een maand leuzen, versimpelingen, verdraaiingen en de vermarkting van politici. Ik weet werkelijk niet of ik ga stemmen en als ik ga stemmen welke partij het wordt.
Dat ik het niet weet komt niet door een tekort aan politiek besef of interesse, maar door een teveel eraan. Wat moet ik met partijpolitiek, en krampachtige en onopvallende politici die naar mijn gunst dingen? Tegelijkertijd wil ik niet meedoen aan de retoriek van de stemmingmakers die tegen ‘de politiek’ schoppen. Ik ben voor de politiek. Hoe kan ik een stem voor de politiek uitbrengen, terwijl ik geen vertrouwen heb in de partijpolitiek en de huidige generatie politici? Ik ben nijdig dat partijen me voor het blok zetten met hun onheuse voorstelling.’
Slechte voorbeelden uit het buitenland stralen negatief af op de Nederlandse situatie. De onwaarachtige en leugenachtige verklaringen van Republikeinse vertegenwoordigers in het Amerikaanse Huis versterken het beeld dat het in de partijpolitiek niet gaat om het landsbelang, maar om persoonlijk belang. Wat krom is wordt recht verklaard en eigen fouten worden aan de concurrentie toegerekend. In de kern is partijpolitiek kinderachtig gedoe van grote mensen die in hun speeltuin een steeds nauwere blik op de werkelijkheid ontwikkelen totdat ze zelfs over zichzelf niet meer weten hoe nauw en verkeerd hun blik is.
Ik ken geen alternatief. De partijpolitiek is leidend en gezaghebbende partijen staan hun macht niet vrijwillig af. Ontwikkelingen met burgerfora of loterijen om burgers bij het bestuur te betrekken blijven kleinschalig en lijken eerder een cosmetische operatie, dan een welgemeend streven van de macht naar machtsdeling en het teruggeven van macht aan de burger. Uit onderzoek blijkt dat er met name bij jongeren een groot engagement is en ze wakker liggen van maatschappelijke thema’s, maar zich niet kunnen identificeren met de partijpolitiek.
Wat de gevestigde partijen doen is teleurstellend. Ze verliezen de strijd op twee fronten. Ze laten zowel in de beeldvorming als in de politieke realiteit een idee postvatten dat ze niet oprecht zijn in hun sociaal-economisch beleid en niet eens meer zelf aan de knoppen zitten om het vorm te geven. Het zijn de multinationals, de banken en de EU die het voor het zeggen hebben. Dat relativeert het belang van de gevestigde partijpolitiek en verkleint het verschil met de radicale randpartijen van rechts en links. De gevestigde partijpolitiek laat deels bewust, deels onbewust na om te formuleren, te verduidelijken en te presenteren hoe in Nederland de macht verdeeld wordt en welke richting het land moet inslaan om toekomstbestendig en duurzaam te zijn. Zo resteert pragmatisme dat politiek zonder politieke beginselen en programma biedt.
Een oplossing voor de gevestigde politiek om de schijnvoorstellingen en -oplossingen van de radicalen te ontmaskeren ligt voor de hand. Het moet aan geloofwaardigheid, voorspelbaarheid en verantwoording winnen om het verschil met het ongeloofwaardige beleid van de radicalen te benadrukken. Gevestigde partijpolitiek moet met realisme en transparantie rekenschap van zichzelf geven om het verschil te onderstrepen met de randpolitiek die bestaat uit onrealistische toekomstbeelden. Maar het terugtreden van Lodewijk Asscher als partijleider van de PvdA schetst het dilemma. Door transparantie en oprechtheid leveren hij en zijn partij aan macht in. In elk geval voorlopig. Zolang de gevestigde partijpolitiek onvoldoende handelt kan het de politieke handelaren in hersenschimmen niet de pas afsnijden.
Maar kan de gevestigde partijpolitiek nog wel geloofwaardig, voorspelbaar en met verantwoording handelen? Valt het politieke systeem nog wel te repareren of is het het punt al gepasseerd dat de partijpolitiek en de burgers samen er nog voldoende grip op kunnen krijgen om het te repareren omdat het al bezit van externe krachten is? Het antwoord op die vraag is onduidelijk. De paradox is dat wat Forum voor Democratie en de PVV als bezwaar zien, namelijk het weggeven van de soevereiniteit van Nederland, precies hun electorale opgang mogelijk maakt. Niet omdat ze daarin beleidspunten scoren die van belang zijn voor de praktische politiek, maar omdat het het verschil met de geloofwaardigheid van de gevestigde partijpolitiek verkleint.
Het gebrekkige en uitblijvende antwoord van de gevestigde partijpolitiek dat schippert tussen het inleveren van soevereiniteit en het ophouden van de schijn dat dit niet aan de orde is, baart meer zorgen dan de schijnoplossingen van radicaal links en rechts. De politieke filosofieën van het communisme en het fascisme die ten grondslag liggen aan de programma’s van de radicale partijen hebben hun geloofwaardigheid voor de praktische politiek allang verloren. Dat is een doodlopende weg waar de gevestigde politiek minder bevreesd voor zou moeten zijn dan het nu is. Dat maakt het uitblijven van een passend antwoord er des te raadselachtiger op.
Zie hier voor commentaar ‘Op wie moet ik stemmen op 17 maart 2021? Aflevering 1: religie rukt op in D66 en GL’ van 2 december 2020.