Pleidooi voor oprichting van het ‘United Nations International Committee on the Weighted Election Process’

Zou aan de hand van data en gewogen omstandigheden een wiskundig instrument kunnen worden ontwikkeld om onregelmatigheden in de uitslag van verkiezingen of referenda te corrigeren, bij te stellen en tot een nieuwe uitslag te laten leiden? De zin om een uitslag van een controversieel electoraal proces tegen het licht te houden is tweeledig. Het ondermijnt de geloofwaardigheid van sjoemelende staten die nu weg komen met hun schijn van democratie. Die beeldvorming kan worden doorgeprikt. Dit kan een preventieve werking hebben omdat sjoemelende staten uit vrees voor de slechte beeldvorming hun electorale proces eerlijker inrichten. Het omgekeerde kan ook het geval zijn, namelijk dat gewaarschuwde landen nog gewiekster worden om de publieke opinie te misleiden. Maar een goed instrument neemt ook dat in de weging mee.

Er zijn globaal opererende NGO’s die de democratie willen bevorderen. Zoals de Open Society Foundations van George Soros. Die stichting formuleert in de beleidsnotaTowards Elections with Integrity’ uit 2018 zes hervormingsaspecten die van toepassing zouden moeten zijn op het houden van verkiezingen en referenda. Dat loopt van monitoren van het politieke proces tot de voorwaarden waaronder waarnemingsmissies opereren. Opvallend genoeg stopt het bij de verkiezingsuitslag. Dat moet anders kunnen. De omstandigheden waaronder verkiezingen worden gehouden kunnen als invoer voor de weging van het electorale proces dienen.

Aan deze zes aspecten zou een zevende toegevoegd kunnen worden: aanpassing en herberekening van de uitslag. De opzet is om het democratiseringsproces hiermee tanden te geven en vooruit te helpen. Want bestaande aanbevelingen over de begeleiding van het electorale proces zijn weliswaar zinvol, maar ook tamelijk vrijblijvend en braaf als ze geen vervolg krijgen. Ze jagen degenen die een loopje nemen met het electorale proces weinig schrik aan. Daarom moet er een instrument ontwikkeld worden dat dat wel doet.

Voorwaarde is dat zo’n instrument wordt ontwikkeld door en ondergebracht bij een globale, onpartijdige organisatie. Zo is de Open Society Foundations geen optie omdat die in het spervuur van de cultuurstrijd is terechtgekomen en door een deel van de publieke opinie ter discussie wordt gesteld als partijdig. Dat leidt af van het doel. Logisch en wenselijk zou zijn dat het instrument wordt ondergebracht bij een onafhankelijke, nog op te richten VN-organisatie die toezicht houdt op het electorale proces. Noem het UNICWEP: United Nations International Committee on the Weighted Election Process. De grootste uitdaging zal zijn om het niet te beperken tot de westerse democratieën in een idee dat democratie en universele rechten uitsluitend gelden voor westerse landen, maar voor alle landen wereldwijd, inclusief falende staten of autoritaire regimes.

Twee voorbeelden maken duidelijk hoe zo’n instrument kan werken. In Polen won volgens de officiële cijfers gisteren de zittende president Andrzej Duda (PiS) in de tweede ronde de presidentsverkiezingen met 51,2% van uitdager Rafał Trzaskowski van het Burgerplatform met 48,8% van de stemmen. Vraag is of er voldoende onregelmatigheden zijn om deze uitslag aan te passen en opnieuw te berekenen. Dat lijkt inderdaad het geval. De Special Election Assessment Mission (SEAM) van de OVSE die deze verkiezingen heeft gemonitord was kritisch over de toegang van de oppositie tot de publieke media die onder controle van de regerende partij staan. De publieke omroep werd zo tot een campagnetool voor de zittende president. Het eindverslag van de SEAM over Polen verschijnt naar verwachting over twee maanden. Welnu, stel dat een instrument dat aan de hand van een procedurelijst de ernst van de onregelmatigheid weegt als een afwijking in de uitslag van 2%, dan zou uitdager Trzaskowski hebben gewonnen met 50,8%. Feitelijk zou het aan de uitslag niks veranderen, maar in de beeldvorming zou door deze herberekening  een smet aan Duda’s verkiezing kleven.

Een ander voorbeeld is de gouverneursverkiezing van 2018 in de Amerikaanse staat Georgia. Volgens de officiële cijfers won de Republikein Brian Kemp de verkiezing met 50,2% van de Democratische kandidaat Stacey Abrams met 49,8%. Na 10 dagen erkende Abrams vanwege de wet dat Kemp gouverneur werd, maar ze erkende niet (‘concede’) dat ze een nederlaag had geleden vanwege de talloze onregelmatigheden die volgens haar in haar nadeel waren. Zoals kiezersonderdrukking en ontbrekende toegang tot de stembus. Onder meer in de counties Fulton en DeKalb werd een deel van Abrams achterban het stemmen onmogelijk gemaakt. Stel dat een instrument de ernst en moedwilligheid door het Republikeinse staatsbestuur van de onregelmatigheid weegt als een afwijking in de uitslag van 1%, dan zou Abrams hebben gewonnen. Dit is een actueel voorbeeld omdat in de aanstaande presidentsverkiezingen van 3 november 2020 hetzelfde soort rechteloosheid en ontmoediging van Democratische kiezers door Republikeinse lokale besturen op grote schaal wordt verwacht.

Er is nog geen organisatie als de UNICWEP en evenmin een wiskundig instrument dat het electorale proces weegt en grove onregelmatigheden ervan corrigeert en herberekent. Het is een gevoelig onderwerp omdat staten graag de schijn van democratie ophouden, zelfs als van ver duidelijk is dat het niet meer dan een façade is. Staten laten niet graag in de keuken kijken. Denk aan Turkije, de Russische Federatie, Hongarije, Polen, de Filipijnen, Egypte of de VS. Staten als Noord-Korea of China lijken zelfs al te ver gevorderd in de misleiding en onderdrukking van de eigen bevolking om vanuit een idee van burgerparticipatie nog naar het pad richting een regelmatig electoraal proces geleid te kunnen worden. Voor staten die nog voor rede vatbaar zijn zou de stok achter de deur van de UNICWEP het verschil kunnen maken. Wie pakt de uitdaging op?

Foto 1: ‘Een TV-ploeg verscheen voor het stembureau in de woonwijk Paderewski in Katowice. De cameraman had een sticker “Duda 2020” op de camera. De politie kwam tussenbeide’ In: Wyborcza.pl, 12 juli 2020.

Foto 2: De uitslagen van de eerste naoorlogse verkiezingen worden groot getoond op de gevel van de Beurs van Berlage aan het Damrak. 16 mei 1946. Credits: ANP Photo.

Baarlijke onzin van Laurien Crump over de russofobie in de top van de Nederlandse politiek. Wat moeten media en wetenschap ermee?

Update 8 december 2021: Opnieuw heeft Laurien Crump het voor elkaar weten te krijgen om haar opinie in NRC geplaatst te krijgen. Haar stellingname blijkt uit de kop: ‘Poetin heeft een punt’. Al eerder plaatste NRC in 2016 artikelen van haar waar ik forse kritiek op liet blijken in commentaren. De herhaalde plaatsing door NRC vind ik bedenkelijk omdat Crump in mijn ogen de objectiviteit en onpartijdigheid voorbij is. Ze verbergt zich achter een wetenschappelijke status die ze eigenlijk niet heeft. Daarbij vertelt ze telkens het zelfde verhaal en komt onafhankelijk van de actualiteit telkens terug op het onbewezen feit dat Westerse leiders rond 1990 de leiding van de Sovjet-Unie beloofden de NAVO niet oostwaarts uit te breiden. Dat is inderdaad een mythe en gold alleen voor een moratorium op de plaatsing van NAVO-troepen in de toenmalige DDR. Crump doet aan misleiding en NRC werkt daar welbewust aan mee door haar een podium te bieden. Overigens staat bij het opinie-artikel dat ze ‘universitair hoofddocent’ is, maar volgens opgave van de Universiteit Utrecht is zij ‘universitair docent’. 

Laurien Crump is universitair docent en onderzoeker in de geschiedenis van de Internationale Betrekkingen aan de Universiteit Utrecht. Haar achtergrond is Klassieke Talen en Vergelijkende Geschiedenis. Ze is auteur van een boek over de periode 1955-1969 van het Warschaupact. In een artikel in NRC van 20 juni 2016 meende ze dat het Westen op moet houden de Russische Federatie te vernederen. Mijn reactie daarop was dat Crump de plank misslaat en niet weet waarover ze praat. Ik zette zelfs twijfels bij haar motivatie: ‘Het zal niet de opzet zijn, maar dit artikel roept vooral vragen op over de deskundigheid en politieke gezindheid van Crump. Is zij wel zo objectief als ze zegt te zijn?’ Crump vereenzelvigt zich met de retoriek van het Kremlin.

In december 2016 bood NRC haar nogmaals een podium en kon ze haar artikelPraat met die man – om erger te voorkomen’ publiceren. Met die man werd de Russische president Putin bedoeld. In een commentaar concludeerde ik dat ze opnieuw vanuit de identificatie met het Kremlin redeneerde. Nu heeft Crump naar aanleiding van de leugen over een bijeenkomst van de afgetreden minister van Buitenlandse Zaken Halbe Zijlstra opnieuw een artikel geschreven dat door de Belgische De Standaard is geplaatst. De titel is ‘Voor Den Haag blijft Rusland de baarlijke duivel’. Bij de reacties is de versie te lezen zoals die op internet is te vinden.

Crumps stelling is dat er russofobie heerst ‘in de hoogste regionen van de Nederlandse politiek’. Wat ze met ‘russofobie’ bedoelt maakt zij niet duidelijk. Ze lijkt te suggereren dat er in de top van de Nederlandse politiek angst of afkeer voor Rusland of de Russen bestaat, maar zij maakt dat alleen hard door te wijzen op de afkeer van het beleid van het Putin-regime of de slechte relatie op het geleid van de nationale veiligheid tussen de Russische Federatie en westerse landen. Maar het is misleidend om dat russofobie te noemen, dat is hooguit Putinfobie. In de top van de Nederlandse politiek bestaat geen afkeer van het Russische volk, Rusland of de Russische Federatie, maar op z’n hoogst afkeer van het veiligheidsbeleid van de Russische overheid dat de Europese stabiliteit in gevaar brengt. De Russische bezetting van de Krim in 2014, de bezetting van delen van Oost-Oekraïne door reguliere Russische troepen of huurlingen van het Russische veiligheidsbedrijf Wagner en het neerhalen van de MH17 door een Buk-raket die volgens het meest waarschijnlijke scenario van het JIT uit de Russische Federatie werd aangevoerd hebben de afkeer van het Russische beleid in het Kremlin gevoed.

Crump gaat voor een historica losjes met de feiten om. Zo concludeert ze dat Zijlstra niet alleen gelogen zou hebben over zijn aanwezigheid bij een bijeenkomst in 2006 met Putin, maar zou hij ook hebben gelogen over de inhoud: ‘Hij was er niet alleen niet bij, maar Poetin blijkt het ook nooit gezegd te hebben.’ Dat is echter niet onafhankelijk vastgesteld. Ook Crump was er niet bij en weet niet wat er in de marge van de bijeenkomst in 2006 in de Russische datsja is gezegd. Bron is oud-topman van Shell Jeroen van der Veer die nog steeds voor Shell lobbyt en er belang bij heeft om de verhouding met Putin goed te houden en zo de belangen van Shell te verdedigen. Wat hij er achteraf over zegt moet dan ook gerelateerd worden aan Shells belangen die hij verdedigt. Dat zijn geen geringe belangen zoals het pijplijn-project Nord Stream II waar zowel het Russische Gazprom als Shell aan deelnemen of belangen in Russische olievelden (Sakhalin-2: 27,5%; Salym: 50%).

Crump verwijdert zich nog verder van een onpartijdige historische opstelling als zij over de gesprekken van Zijlstra met zijn Russische collega Lavrov zegt: ‘die Zijlstra aanvankelijk zou benutten om de Russen te confronteren met het verdraaien van feiten omtrent de MH17.‘ Dat is een kleuring van de feiten door Crump. Het is een constatering uit het ongerede. Aangenomen mag worden dat als minister Zijlstra in de gesprekken met Lavrov uitging van de bevindingen van het JIT dat wordt gecoördineerd door het Nederlandse OM. Crump gaat niet mee in de bevindingen van het OM, maar bestempelt ze via een omweg als ‘verdraaien van feiten’. Dat is een merkwaardige opvatting voor een universitair docent die werkzaam is bij de Universiteit Utrecht en van wie zorgvuldigheid mag worden verwacht. Crump doet in dezelfde alinea opnieuw aan stemmingmakerij als ze het heeft over ‘versterkte aan­wezigheid van Navo-troepen in Oost-Europa’. In de Baltische staten heeft de Navo-reactiemacht  3.260 militairen gestationeerd. Dat wordt door militaire deskundigen als te weinig gekwalificeerd voor een snelle en passende reactie op offensieve bedoelingen van het Russische leger dat aan de grens met Polen en de Baltische staten aanzienlijk grotere aantallen parate troepen heeft samengetrokken.

Crump gebruikt de blauwdruk van de Koude Oorlog om de huidige spanningen in Oost-Europa te verklaren. Dat mag onderhand haar methodiek genoemd worden. Het is een zinloze omleiding. Uiteraard zijn er kansen gemist om tot een goede relatie tussen de Sovjet-Unie of de Russische Federatie en het Westen te komen. Dat valt te betreuren. Volgens Crump volgt uit een OVSE-rapport waaraan ze heeft meegewerkt dat de oorzaken van de slechte relatie verder terug gaan in de tijd dan 2014: ‘Volgens het rapport zijn de Oekraï­necrisis en de vermeende geo­politieke ambities van Rusland niet de oorzaak van de huidige crisis in de Europese veiligheid, maar het symptoom. De oorzaak ligt dieper, in de unfinished post-Cold War settlement’. Crump gaat verder: ‘De Russen zelf maken er ook geen geheim van dat de invasie van de Krim – hoe afkeurenswaardig ook – bedoeld was om Rusland weer ‘relevant’ te maken. In die opzet is Poetin in ieder geval geslaagd.’ Dat laatste is een aanname die betwijfelbaar is. Het Kremlin heeft zich door de bezetting van de Krim vervreemd van het Westen en sancties op de hals gehaald die de economie en de toenadering tot Europa hebben beschadigd.

Crump laat in haar betoog een onderwerp ongenoemd dat sinds een jaar centraal staat in de politiek en media in de VS en Europa en de verhoudingen akelig heeft verziekt. Namelijk de inmenging van de Russen in de publieke opinie en de nationale politiek van landen via onder meer sociale media en hacks. En dan vooral in de Amerikaanse presidentsverkiezingen van 2016. Op een recente hoorzitting in het Amerikaanse congres beweerden de directeuren van de Amerikaanse inlichtingendiensten dat die inmenging ongewenst is, tot op de dag van vandaag doorgaat en er voldoende signalen zijn dat voor Russische inmenging in de tussentijdse verkiezingen van november 2018. Dat is geen aanname, maar een feit dat door onderzoeken in onder meer de VS en het Verenigd Koninkrijk wordt gestaafd. Ofwel, het kan zijn dat de Russische Federatie in het verleden onheus bejegend is door westerse landen, maar sinds het mislukken van de Reset van 2012 doet het Kremlin er zelf weinig aan om de relatie door een gematigde opstelling en overleg met Westerse landen te verbeteren.

Het is een raadsel wat een universiteit als die van Utrecht (waar ik alumnus van ben en die me nauw aan het hart gaat) en  gerespecteerde nieuwsmedia als NRC of De Standaard denken te winnen bij de deskundigheid van Crump die de objectiviteit en de onpartijdigheid voorbij is. Ze is een politiek activiste en daar is niets mis mee. Ze mag uiteraard haar mening verkondigen in het publieke debat, zoals iedereen dat mag. Het wordt er echter bedenkelijk op als ze dat doet onder het mom van wetenschap en zich beroept op een instelling met autoriteit. Zelfs krampachtig in het geval van de OVSE. Het wordt er pijnlijk op als OVSE, Universiteit Utrecht of gerespecteerde nieuwsmedia haar die dekking wensen te geven. Crumps zelfingenomenheid wordt er absurd op als ze denkt de Nederlandse politiek als objectieve analist van advies te kunnen dienen: ‘De opvolger van Halbe Zijlstra nodig ik graag uit tot een gesprek om nieuwe verzinsels te voorkomen’. Ze illustreert haar betoog met plak en knip-illustraties met Zijlstra die haar ‘wetenschap’ er extra onbenullig op maakt.

Foto’s: Knip-en plak illustraties bij het artikelVoor Den Haag blijft Rusland de baarlijke duivel’ van Laurien Crump in De Standaard, 15 februari 2018. NRC heeft op 14 februari 2018 het artikel geplaatst onder de titel ‘Ook kabinet lijdt aan russofobie’, zonder illustraties met een gephotoshopte Zijlstra. 

Forum voor Democratie steunt pro-Erdogan motie van DENK

De gevestigde politiek valt heen over een motie van Denk om de banden met Erdogan aan te halen. Dat tegen de achtergrond van een voorlopige conclusie van de OVSE die onregelmatigheden en manipulatie constateert bij het Turkse referendum. De enige partij die de motie van DENK steunde was de andere nieuwkomer Forum voor Democratie. Het argument dat fractievoorzitter Baudet ervoor geeft is opvallend en in tegenspraak met het beleid van deze partij om de EU op te breken en te streven naar de natiestaat. Hij zegt: ‘We zijn ervoor om normaal om te gaan met alle landen in de wereld. Nederland is een heel klein land, we zijn afhankelijk van handelsstromen … dat soort zaken. In de internationale politiek moet je niet op zoek zijn naar vrienden, maar gewoon naar belangen’. Nederland is een heel klein land dat afhankelijk is van anderen en het dus nooit in z’n eentje kan rooien. Goed dat Baudet het zelf zegt, hoewel het de vraag is of hij echt begrijpt wat hij echt zegt.

Saillant is dat het rechts-nationalistische DDS dat doorgaans verslag doet van elke uitlating van Baudet hier geen aandacht aan besteedde. Aan denkfouten wil niemand de vingers branden. Er zijn grenzen aan de gekte.

Strijd om Avdiivka in Oost-Oekraïne. Een dag uit het leven van Nadezhda, Svetlana, Ivan en Aleksandr

De ellende van de oorlog in Oost-Oekraïne gaat door. Het begon in 2014. Nu weer wordt het onder controle van de regering zijnde Avdiivka met raketten beschoten. Met vele doden in de afgelopen dagen volgens de dagrapporten van de OVSE.  En aan de andere kant van de frontlijn ligt Yasynuvata waarvan het behoud de voorwaarde is voor de leiders van de zogenaamde Volksrepubliek om aan te mogen blijven van de leiders in de Russische Federatie. Zo lopen de belangen. Zo cynisch is oorlog. Hard tegen hard. Agressie is overal, maar de vraag wie de strijd om Avdiivka begon is niet de echte vraag. Het is buurland de Russische Federatie dat de oorlog gaande houdt en Oekraïne bestaansrecht ontzegt. Als dat niet verandert moddert de oorlog verder. Raketten belanden in keukens van gewone mensen, zoals fotograaf Christopher Nunn in een tweet zegt. Oorlog levert niks op voor de bevolking. De conclusie achteraf is altijd dat de oorlog nooit begonnen had moeten worden. Oorlogswinstmakers, politieke avonturiers en cynische politici gedijen bij oorlog. De baboesjka’s, kleine handelaren en de mensen die gewoon hun eigen leven willen leiden zijn het slachtoffer.

SP is tegen associatie-overeenkomst met Oekraïne. Antwoord aan Harry van Bommel

sp

Het referendum over de associatie-overeenkomst met Oekraïne op 6 april 2016 leidt tot uiteenlopende meningen. Maar ook tot stilzwijgen. SP-kamerlid Harry van Bommel antwoordt in een opinieartikel op TPO oud-kamerlid voor GroenLinks Bas de Gaay Fortman die in een opinieartikel in De Volkskrant ervoor pleitte om niets met het referendum te doen. In elk geval heeft De Gaay gelijk dat het een raadgevend referendum is waaraan de regering niet gebonden is. Ondanks de claim van de tegenstanders dat een nee-stem een beslissend signaal afgeeft. Dat was de ondertekening door het staatshoofd op 8 juli 2015 op de goedkeuring van de Staten-Generaal ook. Het staat het kabinet juridisch en politiek vrij om een eigen afweging te maken. Minister Koenders heeft al gezegd dat het kabinet zich niet verplicht voelt een geldige nee-stem op te volgen.

Het debat over het referendum moet nog op stoom komen, maar nu al tekenen zich kampen af. Voorstanders uiten zich nog nauwelijks, maar zij menen dat een associatie-overeenkomst het beste van twee werelden biedt: geen belofte over EU-lidmaatschap aan Oekraïne, maar wel druk op dat land om te hervormen. Ik deel die mening. Ik ben een voorstander van de associatie-overeenkomst en een tegenstander voor lidmaatschap van dat land. Los van het feit of Oekraïne er zelf klaar voor is ben ik van mening dat de EU niet kan verbreden voordat het zichzelf hervormd en gedemocratiseerd heeft door verdieping. Een stop op uitbreiding van de EU voor de komende 15 jaar zou rust geven en de misverstanden over lidmaatschap die de tegenstanders munitie geeft weerspreken. Ze menen dat een associatie-overeenkomst met Oekraïne automatisch zal worden gevolgd door EU-lidmaatschap voor dat land. Anderen zeggen weer dat een referendum hiervoor niet bedoeld is.

De SP is een eurokritische partij die in het Europarlement met Front National, Jobbik, Die Linke, de Vijfsterrenbeweging van Beppe Grillo, Lega Nord, UKIP, FPÖ, Gouden Dageraad, Podemos en PVV op 10 juni 2015 stemde tegen de uiteindelijk aangenomen resolutie over ‘de stand van zaken in de betrekkingen tussen de EU en Rusland’. Ik kreeg er hier een debat over met MEP Dennis de Jong die uiteindelijk moest toegeven dat hij de resolutie onvoldoende had begrepen. Ofwel, de SP heeft niet zozeer inhoudelijke argumenten om tegen een resolutie of de associatie-overeenkomst van de EU met Oekraïne te stemmen, maar wel ideologische redenen. De van oorsprong marxistisch-leninistische SP heeft zich sinds 1972 richting sociaal-democratie ontwikkeld, maar vertoont in het buitenlandbeleid nog een ouderwets soort anti-Amerikanisme dat aansluit bij de stellingname vanuit het Kremlin dat zelfs harder is dan tijdens Stalin. De SP laat de feiten volgen uit een voorgevormde mening zoals uit het antwoord van Harry van Bommel op De Gaay blijkt. Ik antwoordde daarop:

Voorspelbaar en jammer is dat de SP een nee-campagne gaat voeren tegen de associatie-overeenkomst met Oekraïne. De argumenten die Van Bommel geeft kloppen niet. Het is niet aantoonbaar dat de associatie-overeenkomst heeft bijgedragen aan de oorlog in Oekraïne. Trouwens geen burgeroorlog zoals Van Bommel abusievelijk zegt omdat de oorlog niet de karakteristieken van een burgeroolog vertoont, maar een regelrechte oorlog tussen twee landen: de Russische Federatie en Oekraïne. Zoals ook uit de planning van de bezetting van de Krim door de Russen bleek was deze agressie jegens Oekraïne vanuit het Kremlin al jaren van tevoren gepland, voordat er sprake was van een associatie-overeenkomst. Van Bommel verwart de afleiding die de Russen gebruiken met de echte oorzaak. 

Van Bommel weet dat een associatie-overeenkomst nog geen lidmaatschap is. Ondanks de signalen die politici voor binnenlands gebruik geven. Zij zijn maar een kant van de medaille. Vele landen zijn geassocieerd met de EU zonder enig zicht op lidmaatschap. Zelfs een land als Turkije dat dat perspectief wel heeft onderhandelt al langer dan 50 jaar met de EU over lidmaatschap. Anders gezegd, de EU-lidstaten stellen harde voorwaarden op allerlei dossiers aan een kandidaat. Nederland zit daar zelf bij en kan uiteindelijk gewoon nee zeggen. Dat lijkt een beter ‘nee’ dan het ‘nee’ van de associatie-overeenkomst.

Oekraïne is nog lang niet klaar voor een EU-lidmaatschap. Oekraïne dat het meest corrupte land van het westerse blok is en onder president Porosjenko weinig vooruitgang boekt in de bestrijding van de corruptie staat er mentaal, economisch, politiek en bestuurlijk beroerd voor. Het zakt weg. De beste kans om te voorkomen dat het verder afglijdt en door eigen onkunde en ondermijning door het Kremlin een mislukte staat wordt is het aanbieden van de associatie-overeenkomst die het land verplichtingen oplegt om te democratiseren en de mensenrechten te respecteren.

Een veel beter debat zou trouwens los van het referendum over de associatie-overeenkomst gevoerd kunnen worden over de positie en de intenties van president Porosjenko. Daarop is ook bij Oekraïense hervormers veel kritiek. Dat zou Brussel over moeten nemen. Nu belast het Nederlandse referendum in elk geval in Nederland dat debat onnodig. Dat is contra-productief, onoverzichtelijk en verwarrend voor allen. Het zou beter zijn om de energie die nu gaat zitten in het referendum te besteden aan de eisen die Nederland als komend EU-voorzitter aan Oekraïne kan stellen.

Van Bommel heeft gelijk dat er geld naar Oekraïne zal vloeien, zoals er vanuit de EU naar zoveel landen geld vloeit. Het probleem is dat als Oekraïne niet bij de hand wordt genomen door de EU-lidstaten, VS en Canada het gevaar dreigt dat een mislukt Oekraïne nog veel duurder wordt voor de Nederlandse belastingbetaler. Als een deel van de 44 miljoen Oekraïeners als vluchteling uit hun mislukte land al niet de Nederlandse azc’s weten te vinden waarbij de stroom Syriërs verbleekt. Het is logisch dat een politicus als Van Bommel afwegingen maakt, maar hij moet wel zo oprecht zijn om de keuzes eerlijk te schetsten. Dat laat hij na.

Foto: Schermafbeelding van passage uit artikelReferendum over Oekraïne verkleint de kloof met de kiezer’ door SP-kamerlid Harry van Bommel, 21 december 2015. 

Schermutselingen in Oekraïense parlement dienen voorstanders associatie-overeenkomst

Het grootste volledig in Europa gelegen land is Oekraïne. Een bananenrepubliek. Volgens jaaroverzicht 2014 van Transparency International het meest corrupte land van Europa. Dat vertaalt zich in onfrisse taferelen in het parlement. Een parlementariër van het blok van de president pakt de premier tussen de benen en sleept hem weg van het spreekgestoelte. Waarna anderen de premier te hulp schieten en weer anderen daar weer op reageren. Het is beschamend, laat de hervormers in de kou staan en speelt de tegenstanders van Oekraïne in de kaart. Hoewel ze de kaarten zelf gestoken hebben. Het wachten is op een tweede Maidan-opstand die politici en oligarchen oude Sovjet-stijl aan de kant zet. Vooralsnog hebben ze het nog voor het zeggen.

Zoals The Washington Post in een artikel zegt ondermijnen deze schermutselingen in het parlement de inspanningen voor echte democratie. De EU en VS doen hun uiterste best om de Oekraïense regering op het goede spoor te krijgen omdat ze geen mislukte staat aan de oostgrens van de EU wensen, maar als de president en premier zo eigengereid voortgaan met het vooropstellen van hun eigenbelang boven dat van het land en de bevolking, dan wordt het een lange, moeizame strijd. Nog steeds heeft een politieke en economische elite Oekraïne gekaapt en volgt het land een zwalkende koers. Keer op keer maken Amerikanen en Europeanen duidelijk dat het zo niet langer kan. Maar de oude machten laten zich nog niet vervangen.

Nederland heeft een bijzondere verantwoordelijkheid gekregen door het referendum over de associatie-overeenkomst van Oekraïne met de EU dat op 6 april 2016 wordt gehouden. Omdat het niet bindend is het kabinet niet verplicht een geldige uitspraak te volgen. Het referendum gaat over de integratie van Oekraïne in de EU, maar de feiten daarover worden verschillend uitgelegd. In hoofdlijnen zijn er twee soorten reacties die min of meer gelijk oplopen met steun voor de EU en die niets met Oekraïne of Oost-Europa te maken hebben. Tegenstanders beweren dat een associatie-overeenkomst van Oekraïne automatisch leidt tot lidmaatschap van dat land van de EU. Voorstanders koppelen associatie en lidmaatschap los en beweren dat er geen enkele formele grond is om te veronderstellen dat een associatie-overeenkomst meer is dan dat.

Geven de schermutselingen in het parlement en de voortgaande corruptie op hoog niveau nou de voor-of de tegenstanders de sterkste argumenten in handen bij de campagne voor het referendum? Het lijkt erop dat dit de tegenstanders dient, maar bij een verdieping van de Nederlandse publieke opinie door een herwaardering van de feiten waaronder de tekst van de associatie-overeenkomst zou het gebrek aan democratie zoals zich dat nu in Oekraïne aftekent wel eens de voorstanders wind in de zeilen kunnen geven. Want wat zich nu afspeelt in het Oekraïense parlement en in het openbaar bestuur maakt duidelijk dat dit land nog lang niet voldoet aan de normen voor EU-lidmaatschap. Degenen die het smalle pad bewandelen dat zegt dat een associatie-overeenkomst niet tot lidmaatschap leidt, maar de EU wel een stok achter de deur geeft om Oekraïne hervormingen af te dwingen krijgen door de schermutselingen de sterkste argumenten in handen.

VVD en PvdA houden vinger op de knip voor Oekraïne-referendum. GeenPeil pleit voor internationale waarnemers

gp

GeenPeil dat succesvol het initiatief nam tot een referendum over de associatie-overeenkomst van de EU met Oekraïne voelt zich benadeeld omdat het vindt dat het kabinet niet genoeg geld uittrekt om het referendum een serieuze kans te geven. PvdA en VVD stemden gisteren in de Tweede Kamer tegen het voorstel van SP en D66 om voor het houden van het referendum evenveel geld uit te trekken als bij reguliere verkiezingen. Het ging om 22 miljoen euro uit het gemeentefonds. Alleen bij een opkomst van meer dan 30% is het geldig zoals de referendumwet in artikel 3 zegt. De verdenking bestaat dat het kabinet zo de opkomst wil frustreren. GeenPeil stuurde daarop een brief naar een afdeling van de OVSE (Office for Democratic Institutions and Human Rights, ODIHR) en vraagt om internationale waarnemers voor het referendum op 6 april 2016.

Wie heeft er gelijk in deze kwestie die onderhand over alles lijkt te gaan behalve Oekraïne? GeenPeil heeft een punt dat het ongepast is dat VVD en PvdA een voorstel verwerpen om voldoende geld voor het houden van het referendum uit te trekken. De regeringspartijen moeten oppassen zich niet bij voorbaat als slechte verliezers op te stellen. Maar GeenPeil vliegt ook uit de bocht als het in de brief zegt dat het een referendum heeft ‘gewonnen’, terwijl de uitslag nog niet vaststaat: ‘This referendum was won by the Dutch public in a legal manner’. De verbolgenheid, het triomfalisme en het bijbuigen van de waarheid van GeenPeil en het defensieve optreden van de regering dat van weinig zelfvertrouwen getuigt verdragen zich slecht met de democratie.

Het gaat om een raadplegend, niet bindend referendum. Minister van Buitenlandse Zaken Bert Koenders die over internationale verdragen gaat heeft al naar buiten gebracht dat het kabinet een eigen afweging maakt en niet op voorhand de uitslag van het refendum volgt. Dat is in lijn met de referendumwet die het kabinet die ruimte biedt. Vraag wat het verstandigst is voor het kabinet bij een geldig referendum dat in meerderheid tegen de associatie-overeenkomst stemt is niet makkelijk te beantwoorden. Het kabinet moet binnenlandse en buitenlandse belangen afwegen. Nederland valt uit de toon als het als enige van de 28 EU-lidstaten tegen de associatie-overeenkomst stemt. Maar Nederland heeft ook van doen met binnenlandse electorale belangen.

Het is onnodig dat VVD en PvdA het referendum niet serieus nemen. Als het zover is kunnen ze onder het geven van details best uitleggen dat ze de uitslag naast zich neerleggen vanwege zwaarwegende buitenlandse politieke belangen. Het is verstandiger daarover open kaart te spelen, dan te duiken. Het werkt averechts door de tegenstemmers munitie te geven om in de rol van de verbolgen en miskende partij te kruipen.

Foto: Schermafbeelding van deel brief van GeenPeil aan OVSE over waarnemers bij referendum van 6 april 2016, 5 december 2015.

Vice News: voetsporen van het Russische leger in Oekraïne

Simon Ostrovsky volgt voor Vice News het spoor van de Russische militair Bato Dambayev die dient bij de 37ste gemotoriseerde Infanterie Brigade en in februari 2015 met zijn onderdeel deelnam aan de slag om Debaltseve. Hij is een etnische Buryat met Aziatische trekken en daarom goed te onderscheiden van lokale strijders. Dambayev wordt genoemd in het rapport Hiding in Plain Sight van The Atlantic Council (p.16-17).

Simon Ostrovsky volgt het spoor van Dambayev in Rusland en in Oekraïne. Maar ondanks spijkerhard bewijs van diens aanwezigheid in het Oekraïense dorp Vuhlehirsk rond 23 februari 2015 en getuigenissen van de dorpelingen die de aanwezigheid van Russische militairen in februari 2015 bevestigen ontkent Dambayev in een telefoongesprek met Ostrovsky zijn aanwezigheid in Oekraïne. Zoals de Russische president Vladimir Putin, de Russische delegatieleider van de monitoring-missie in Oekraïne (SMM) van de OVSE luitenant-generaal Alexander Lentsov en de Russische media de aanwezigheid van het Russische leger in Oekraïne blijven ontkennen. Russische autoriteiten kunnen de aanwezigheid van onderdelen van het Russische leger in Oekraïne ontkennen, maar ze kunnen het bewijs ervan niet weerleggen. Een propagandistische patstelling.

hiding-in-plain-sight-putins-war-in-ukraine-19-638

Foto:  Pagina 16 over de Russische militair en etnisch Buryat Bato Dambayev in het rapport Hiding in Plain Sight van The Atlantic Council. 

SP stemt in EU-parlement met PVV tegen Rusland-politiek van EU

res

Wat hebben het Front National, Jobbik, Die Linke, de Vijfsterrenbeweging van Beppe Grillo, Lega Nord, UKIP, FPÖ, Gouden Dageraad, Podemos, PVV en SP gemeen? Ze stemden in het Europarlement op 10 juni 2015 tegen de aangenomen resolutie over ‘de stand van zaken in de betrekkingen tussen de EU en Rusland’.

Anton Shekhovtov analyseert op zijn blog en noemt de resolutie krachtig. Het veroordeelt ‘de illegale annexatie van de Krim en het Russische oorlog tegen Oekraïne, evenals de betrokkenheid van Rusland bij bevroren conflicten in Transnistrië, Zuid-Ossetië, Abchazië en Nagorno-Karabach’. Een herhaling van VN-resolutie 68/262. Rusland heeft allerlei verdragen geschonden waartoe het zich verplicht had en een loopje genomen met het internationaal recht. Daarom kan de EU Rusland niet langer als een strategische partner beschouwen omdat wederzijds vertrouwen ontbreekt evenals de eerbiediging van het internationaal recht.

De resolutie van het Europarlement verwijst naar zichzelf (lid 13): ‘is ten zeerste bezorgd over de door het Russische bestuur gedulde, steeds intensiever wordende contacten en samenwerking tussen Europese populistische, fascistische en extreemrechtse partijen en nationalistische krachten in Rusland; erkent dat dit een gevaar vormt voor de democratische waarden en de rechtsstaat in de EU; verzoekt de EU-instellingen en de lidstaten in dit verband tegen deze dreigende vorming van een “nationalistische internationale” op te treden’ en (lid 14): ‘is ernstig bezorgd over de steun en financiering die Rusland biedt aan radicale en extremistische partijen in de EU-lidstaten;’. Het Kremlin koopt extreem-rechtse en -linkse partijen die tot wederdienst bereid zijn, zoals bij het Krim-‘referendum’ in maart 2014 als ‘internationale waarnemers‘.

Wat bezielt de SP dat de mond zo vol heeft over ‘Europese waarden’ en de menselijke maat om samen met neo-fascistische en rechts-extremistische partijen tegen deze resolutie te stemmen? Waarom wil de SP met Jobbik, Front National, de Gouden Dageraad en de PVV geassocieerd worden? Begrijpelijk is dat de SP vanuit de eigen marxistische achtergrond inschat dat wat het ziet als Amerikaans imperialisme een gevaar voor de Europese veiligheid vormt. Maar zoals Gerolf Annemans van het Vlaams Belang had het zich bij deze resolutie van stemming kunnen onthouden. Nu laadt de SP de verdenking op zich dat het de afkeuring van de NAVO en de VS belangrijker vindt dan de veroordeling door Rusland van het internationaal recht, de persvrijheid en de mensenrechten door Putin. Waarom gedraagt de SP zich als het over Rusland gaat als een nuttige idioot?

ddj

Foto 1: Schermafbeelding van blog Anton Shekhovtov over het stemgedrag van SP en PVV die op 10 juni 2015 in het Europarlement tegen de resolutie over ‘de stand van zaken in de betrekkingen tussen de EU en Rusland’ stemden.

Foto 2: Eigen tweet in antwoord op tweet van Europarlementariër Dennis de Jong (SP). Als vraag heb ik dhr. De Jong deze posting doorgestuurd. 

Vragen over rol Russische generaal Lentsov in Oekraïne-missie OVSE

Al maanden voert GorseFires Collectif actie tegen de Special Monitoring Mission to Ukraine (SMM) van de OVSE omdat deze missie de Russische luitenant-generaal Alexander Lentsov die plaatsvervangend commandant van het Russische leger is in de gelegenheid zou stellen om onder bescherming van de OVSE commando te voeren en ter plekke informatie te verzamelen die hij aan het Kremlin doorspeelt. De SMM werd op 21 maart 2014 op Oekraïens verzoek ingesteld en is een civiele, onbewapende missie met observatie en het gaande houden van de dialoog als doel. Lentsov en de Oekraïense generaal-majoor Oleksandr Rozmaznin maken deel uit van de Joint Centre for Control and Co-ordination (JCCC) die toeziet op de strijd en voortdurend locaties bezoekt. SMM rapporteert in dagrapporten en spotrapporten. Tweets van GorseFires zijn geblokkeerd door de SMM.

go

Of GorseFires gelijk heeft dat Lentsov een paard van Troje, een ‘spearhead general’ is valt lastig uit te maken. Maar het is merkwaardig dat een hoge Russische militair als Lentsov in de afgelopen maanden ongehinderd alle strijdterreinen ongehinderd kon verkennen, zoals het vliegveld van Donetsk, Debaltseve, de omgeving van Mariupol of Ilovaisk. Het valt niet uit te sluiten dat deze plaatsvervangende commandant van het Russische leger als coördinator en informant betrokken is bij de versterkingen die vanuit Rusland Oost-Oekraïne binnen blijven stromen. Is de OVSE-SMM missie een weeffout die in de huidige vorm maar beter gestopt kan worden?

Het is tegenstrijdig dat een hoge Russische generaal een hoofdrol kan spelen in een observatiemissie van een oorlog waarbij Rusland elke betrokkenheid ontkent. Wat heeft een Russische generaal er te zoeken? Door hem te vervangen door een militair uit een Scandinavisch land, Wit-Rusland of Kazachstan wordt de schijn van belangenverstrengeling tussen de Russische vertegenwoordiging in de JCCC en het Russische leger vermeden.

Reporter Simon Ostrovsky besteedt opvallend geen enkel woord aan de al maanden durende controverse over de rol van generaal Lentsov. Inclusief de aantijgingen die woordvoerder Michael Bociurkiw van de SMM keer op keer weerspreekt dat de SMM rechtstreeks gegevens zou doorgeven aan het pro-Russische leger in Oekraïne.

CC3QXBRWgAAi3lh

Foto 1: Tweet van GorseFires Collectif, 17 april 2015.

Foto 2: Simon Ostrovsky (Vice News) praat met de Russische luitenant-generaal Alexander Lentsov tijdens bezoek aan Shyrokyne, Donetsk op 16 april 2015.