
Het is rond 1934 in Borneo ofwel Kalimantan. Het zuidelijke deel dat deel van Nederlands-Indië is. Waarschijnlijk is de boot aangemeerd in havenstad Banjarmasin.
Het Duitse bijschrift van de foto leest vertaald als een gedicht: ‘Van links verwanten Schweizer, Trostel, Kühnle, Röder, Weiler‘. Het klinkt Duits, maar is Zwitsers. Het betreft missionarissen met echtgenote van de Basel Mission.
Ze worden vastgelegd door de fameuze Zwitserse ziekenhuisdirecteur Carl Mattheus Vischer die ook aan de Basel Mission verbonden was. Hij zou op 20 december 1943 door de Japanners worden geëxecuteerd wegens ‘vermeende deelname aan een anti-Japans complot’. Vischer lijkt nog altijd te worden gewaardeerd door de bevolking, met zelfs een Wikipedia-pagina in het Indonesisch. Of wat daar aan herinnering nog van resteert.
Maar nu poseren de Zwitserse missionarissen met hun echtgenoten en een jonger kind nog even in de haven. Gekleed met passende outfit. Vol verwachting en goede bedoelingen. Komen ze aan na een lange reis? Om goed werk te gaan verrichten. De tropen wachten.
‘Ik heb een hekel aan reizen en aan ontdekkingsreizigers‘, zo luidt de eerste, vertaalde zin van een boek van etnograaf en antropoloog Claude Lévi-Strauss. Het is een reisboek en antropologisch werk met accent op Brazilië. De titel verraadt de afloop: ‘Tristes tropiques‘ ofwel ‘Het trieste der tropen‘.
Enkele zinnen uit de uitgebreide bespreking van dit boek op Wikipedia schetsen de triestheid: ‘Dit nederzettingspatroon met rangschikking van de hutten rond het mannenhuis is doorslaggevend en onmisbaar voor de ordening van het sociale stamleven. De Salesiaanse missionarissen bouwden deze structuur dan ook direct af door, om hen te bekeren, ze in evenwijdig aan elkaar opgestelde rijen behuizingen te laten wonen. Door het wegvallen van deze voor hen onmisbare structuur raakten de inheemsen al spoedig hun gevoel voor traditie kwijt.‘

Triest. Goede bedoelingen kunnen veel schade berokkenen. Het hoeft niet, maar het kan. Het is een gemengd beeld. Dat we het weten. Ach, daarom nog maar even voor de laatste keer een Zwitsers gedicht in tropisch Kalimantan: ‘Schweizer, Trostel, Kühnle, Röder, Weiler‘.