Opslag kentekens: politiek verkoopt burger uit

anpr-camera

De noodzaak voor een politieke partij die principieel en ondubbelzinnig opkomt voor de burgerrechten en die rechten niet ‘weggeeft’ in het politieke spel is deze week toegenomen. Onder vuur ligt de maatregel dat alle kentekengegevens van alle auto’s een maand lang worden bewaard. Via automatische nummerplaatherkenning worden ze opgeslagen. Zodat niet langer het principe geldt dat iedereen onschuldig is tot het tegendeel is bewezen. Volgens de nieuwe logica is iedereen verdacht. Dit ‘experiment’ is een sluipweg naar de politiestaat.

Onbegrijpelijk is dat partijen als D66 en GroenLinks die altijd van zichzelf zeggen dat ze opkomen voor de privacy en de vrijheden van burgers met deze maatregel akkoord lijken te gaan in Eerste en Tweede Kamer. Wat bezielt deze partijen die het een zeggen en het ander doen? Waarom wisselen ze principes in die ze zeggen te hebben?

Uiteraard zegt de regering dat de toegang tot de database met kentekens voor de veiligheids- en opsporingsdiensten met garanties omkleed is. Want dat zeggen overheden altijd. Maar wie na Edward Snowden regeringen op hun woord vertrouwt is lichtzinnig en wereldvreemd. Het afgeven van dit soort garanties kan in de praktijk helemaal niet nageleefd worden. Opnieuw zet de regering Rutte met minister Ivo Opstelten in de afweging tussen veiligheid en burgerrechten dat eerste voorop ten koste van dat laatste. Opsporing moet, maar kan niet onder het principe dat iedereen verdacht is zonder vermoeden van schuld.

Burgerrechtenbeweging Privacy First ageert tegen de centrale opslag van kentekens. Het heeft aangekondigd een proces te beginnen om de onrechtmatigheid aan te tonen. Mogelijk wint het zoals het dat ook deed bij de centrale opslag van vingerafdrukken bij paspoorten. Burgers moeten het zelf doen.

De les is niet een ontspoorde wet van een ontspoorde minister in een ontspoord kabinet en de vermenging van overheid en bedrijfsleven vanwege het economisch belang van de veiligheidsindustrie. Deze maatregel toont aan dat het systeem van politieke partijen faalt en zelfbewuste, betrokken en verontruste burgers voor de behartiging van hun belangen niet bij de gevestigde politieke partijen terecht kunnen.

Er is een Piratenpartij die wel ondubbelzinnig en principieel opkomt voor de burgerrechten en de internetvrijheid, maar deze partij lukt het maar niet om geloofwaardig te worden en door te breken om alle burgers die verontrust zijn over hun privacy te vertegenwoordigen. Zelfs niet in het jaar van Snowden. Deze burgers worden in Nederland politiek niet vertegenwoordigd. Ze zijn dakloos en overgeleverd aan het opportunisme en de gemakzucht van de politieke klasse die het af laat weten als deze burgers bescherming zoeken tegen de almacht van de staat.

Nijmegen observeert met camera’s tegen bijstandsfraude

Update 2 augustus 2013: Voorzitter van het CBP Jacob Kohnstamm heeft in uitzonderlijke gevallen geen bezwaar tegen het inzetten van geheime camera’s voor het opsporen van uitkeringsfraudeurs. Kohnstamm legt uit aan de NOS. Hiermee schuift de voorzitter van het CBP de grenzen aan de privacy op. Kohnstamm begeeft zich hiermee op een hellend vlak. Niet in het minst wat zijn eigen geloofwaardigheid betreft.  

Volgens een bericht in het Reformatorisch Dagblad gaat de gemeente Nijmegen camera’s inzetten bij de bestrijding van bijstandsfraude. Als een vermoeden van fraude bestaat. Dat heeft de gemeente deze week bekendgemaakt. Volgens een woordvoerder houdt een auto met een observatiecamera de voordeur van de vermeende fraudeur in de gaten. De beelden worden dan elders bekeken en bij overtreding kan een sociale rechercheur in actie komen. Bijvoorbeeld als iemand niet op het aangewezen adres blijkt te wonen. Nijmegen zegt dat andere steden zoals Groningen al camera’s tegen uitkeringsfraude gebruiken. De aanschaf van een mobiele camera kost 30.000 euro. Hoe duur de inzet van auto, camera en surveillance is wordt niet genoemd. De inzet van de camera’s moet voor Nijmegen tot een bezuiniging van 4 miljoen euro op de bijstand leiden.

SP-kamerlid Sadet Karabulut heeft de staatssecretaris van Sociale Zaken er kamervragen over gesteld. Ze vraagt in het bijzonder naar de voorwaarden voor de inzet van de camera’s. Want wie geeft er toestemming, hoe sterk moet het vermoeden zijn om de inzet te rechtvaardigen en hoe lang worden camera’s ingezet? Mw. Karabulut wil ook weten hoe de inzet zich verhoudt tot het recht op eerbiediging van iemands privéleven.

Er is kritiek mogelijk op de proportionaliteit van deze maatregel. Surveillance met camera’s in de openbare ruimte is maatschappelijk geaccepteerd. Surveillance van zware criminelen of een risicovol uitgangsgebied is anders dan een camera die bij een idee van vermoeden continu op de voordeur van een bijstandsgerechtigde wordt gericht. Er zijn ook praktische bezwaren. Wat als iemand meerdere ingangen tot de eigen woning heeft of hoog in een flat woont? Nijmegen stelt dat de beelden in de openbare ruimte worden gemaakt, maar de ruimte achter de toegangsdeur kan ook in beeld komen. En passanten worden ongevraagd geregistreerd.

Inzet van camera’s wordt door Nijmegen als bezuinigingsmaatregel gepresenteerd. Het past in een patroon van de overheid om arbeidsintensieve en dus dure controles in te wisselen voor goedkopere technische oplossingen. Het perkt de privacy van burgers in zonder dat ze zich daartegen kunnen uitspreken. In dit geval niet alleen van de bijstandsgerechtigde, maar ook van bezoekers en passanten. De claim van Nijmegen dat de camera in de openbare ruimte de inzet rechtvaardigt is een luie redenering. Het zou onder het mom ‘Select Before You Collect‘ per geval moeten beredeneren dat andere methoden en instrumenten niet werken voordat deze methode van surveillance toegestaan wordt. Maar wie bewaakt in Nederland de privacy van de burger?

Foto: Mobiele observatie camera

Privacy is handelswaar en staat onder druk in de bewakingsstaat

Volgens Jacques Buith van Deloitte is dit bedrijf ‘een toonaangevende adviseur op het gebied van security en privacy‘. Deloitte kan zekerheid bieden, claimt Buith. Vraag is wie het zekerheid biedt. Dat-ie beide aspecten in een adem noemt is frappant. Spanning tussen veiligheid en privacy negeert Buith. Dat tekent zijn optiek.

Op 11 juni vindt in Den Haag het Nationaal Privacy Debat plaats. Op de sprekerslijst zijn vertegenwoordigers van bedrijven goed vertegenwoordigd: Google, KPN, TomTom, Deloitte en Fox-IT. Sponsors zijn onder meer Cisco, Dell, Oracle en Pinewood. Het bedrijfsleven lijkt opgedrongen tot aan de poorten van de tegenmacht. Dit soort manifestaties kan blijkbaar niet zonder steun van het bedrijfsleven. Op zijn minst roept dit vragen op over een ‘chilling effect‘ bij de organisatoren. Politici als Andre Elissen (PVV), Kees Verhoeven (D66) en Arjan El Fassad (GL) zijn deelnemer maar ontbreken op de sprekerslijst. De Piratenpartij ontbreekt ook als deelnemer.

Wel spreekt jurist Vincent Böhre van Privacy First volgens wie we al in een bewakingsstaat leven. Hij meent dat burgerrechten door overheid en bedrijsleven ondergeschikt worden gemaakt aan ‘surveillance‘. In de aanloop naar het Nationaal Privacy Debat debatteert deze advocaat voor een vrije omgeving in onderstaande webcast met Jan Willem Alphenaar over de bewakingsstaat en de rol van de overheid. Met journalist Brenno de Winter.

4-overheid-en-privacy