Herfst komt er weer aan. De tijd van bladeren op het spoor en zelfmoorden. Dat zorgt voor stremmingen. Na een zelfdoding ligt het treinverkeer gemiddeld 2,5 uur stil. Maar het zorgt ook voor traumatische ervaringen bij reizigers, machinisten en conducteurs. Deze petitie roept op om wat aan de zelfmoorden te doen.
Maar hoe de treinspringers te stoppen? In Nederland ligt volgens Wikipedia 6830 kilometer spoorlijnen. Het is ondoenlijk om dat af te schermen. Volgens een statistiek van het CBS plegen in Nederland jaarlijks 1600 mensen zelfmoord. De tendens is dat het aantal toeneemt. In 2015 was het 1871. Volgens een bericht op Treinreizger.nl loopt het aantal zelfdodingen op het spoor op en bedraagt nu ongeveer 200 personen per jaar. Ondanks pogingen om via hekken en verwijzingen naar hulpverleningsinstanties het aantal terug te dringen. Dat is ongeveer één zelfdoding per 34 kilometer spoorlijn. De tijd dat het treinverkeer op een traject stilligt met een mogelijke inktvlek-werking naar andere trajecten is jaarlijks gemiddeld 500 uur (200 x 2,5 uur).
Zelfdodingen kunnen maar beter rationeel en in volle openheid aangepakt worden. Met als risico dat taboes wegvallen en het aantal bij zulk nieuw beleid aanvankelijk zal toenemen. Als iemand toch niet van zelfdoding weerhouden kan worden, dan is het zaak voor de overheid en hulpverleningsinstanties om de wijze ervan te sturen. Zodat de maatschappelijke schade beperkt wordt. Het is van belang dat de 200 treinspringers per jaar een alternatief geboden wordt. Te denken valt aan lokale plekken voor zelfdoding. Vanwege de traditie kan dat een treinomgeving zijn zonder spoorlijn, trein, reizigers, machinisten en conducteurs. Afschermen van het spoorlijnen is onwerkbaar. Het bieden van een alternatieve zelfdodingsplek zou geen taboe moeten zijn.
Foto: Schermafbeelding van deel petitie ‘Doe iets aan treinspringers’.