Campagne van het CDA zegt ‘Een hele goede morgen!’

Maandag 28 januari 2019 is ‘Een hele goede morgen’-dag van het CDA. Dat is de campagne van deze partij die het op de eigen site toelicht: ‘Het CDA wil dat Nederland een mooie toekomst tegemoet gaat. Een land om door te geven aan onze kinderen en kleinkinderen, met zorg voor elkaar en een eerlijke economie. Én een land waarin we met respect met elkaar omgaan. Dit laat zich vangen in één en dezelfde zin: ‘Een hele goede morgen’. Dat wensen we elkaar toe. Elke dag weer. Het CDA gaat daarin het goede voorbeeld geven.’

Is deze campagne met de slogan ‘Een hele goede morgen’ briljant of een miskleun? Hoe dan ook is het CDA een verdeelde partij waarvan een leider als Sybrand Buma opteert voor een centrum-rechtse koers die de populistisch-conservatieve VVD de loef moet afsteken, terwijl een deel van de achterban die zich verenigt in kerkelijke gemeenschappen opteert voor centrum-links. Waarvan het kinderpardon een symbool is.

Lost het opgeruimd ‘Een hele goede morgen’ zeggen in een Nederland waar altijd de zon schijnt en iedereen lacht de prangende problemen op? Zoals de opwarming van de aarde en de afnemende diversiteit van de natuur, de inkomensongelijkheid, de klasse van sociaal zwakkeren en laagopgeleiden die zich buitengesloten voelt, de Brexit, de criminaliteit, de afnemende kwaliteit van het onderwijs, de autoritaire regimes die Nederland en de EU bedreigen of de multinationals en de banken die de politiek in de houdgreep houden?

Welk goede voorbeeld denkt het CDA te geven met deze campagne? Het CDA suggereert dat de kleine politiek van een vriendelijk gezicht en hoffelijkheid voor elkaar de grote politiek kan beïnvloeden. Als we vriendelijk voor elkaar zijn, dan komt de rest vanzelf, zo probeert dit CDA dit beeld aan Nederland op te dringen.

Nederlandse grootbedrijven en multimiljonairs die belasting ontwijken geven opdracht aan hun advocaten en trustkantoren om netjes belasting te betalen omdat ze beïnvloed zijn door vriendelijke gezichten. Criminelen gooien hun inbrekersgereedschap in de sloot omdat ze zijn overtuigd door de vriendelijkheid. De botteriken op de openbare weg getuigen van welgemanierdheid en hoffelijkheid als ze een vriendelijk woord horen. Automobilisten zetten vanwege de vervuiling hun wagens aan de kant en gaan lopen omdat hun een diep gevoel van gemeenschapszin overkomt. Pro-life demonstranten bij abortusklinieken staken hun actie omdat ze inzien dat er niets gaat boven een hele goede morgen. Het CDA, de partij die inhoud vervangt door vorm. De handreiking is een tekortkoming om door te pakken en harde keuzes te maken. U bent gewaarschuwd.

Kwestie Armina Hambartsjumian wordt gepolitiseerd door media en NGO’s

Wat is er potsierlijker, de opstelling van Defence for Children of van staatssecretaris Klaas Dijkhoff inzake de uitzetting van Armina Hambartsjumian en haar twee kinderen Howick (12 jaar) en Lily (11 jaar)? De kinderen zijn in de Russische Federatie geboren. Moeder Armina werd gisteren uitgezet naar Armenië zonder haar kinderen die op een geheime plek in Nederland achterbleven. Er worden vermoedens de wereld in geholpen dat Armina leugens heeft verteld in haar asielprocedure. Die worden door rechtse media als Elsevier en De Telegraaf naar buiten gebracht en ontlasten Dijkhoff. Zo wordt de kwestie gepolitiseerd door links en rechts.

Opgenomen in de Christelijke gemeenschap van Amersfoort zou Armina zich in de procedure voorgedaan hebben als Azerbeidzjaans. Verre van logisch voor wie de religieuze verschillen tussen beide landen in ogenschouw neemt. De Armeense autoriteiten bevestigen haar Armeense identiteit. Maar ook dat hoeft niet de ultieme waarheid te zijn. Zo resteert een schimmenspel van beschuldigingen, verdraaiingen en rookgordijnen.

Beide partijen komen met een half verhaal waarmee ze hun gelijk claimen. Defence for Children speelt op het gevoel en gaat voorbij aan de feiten van procedure en wet. De staatssecretaris houdt zich aan procedure en wet en gaat voorbij aan het gevoel. Kinderombudsvrouw Margrite Kalverboer -die om een onmodieuze reden van genderidentiteit kinderombudsman wordt genoemd- heeft vooral kritiek op de gescheiden uitzetting van moeder en kinderen. Daarin heeft ze gelijk, dat is beschamend. Dat ouders en kinderen gescheiden worden en apart uitgezet worden is schandalig en zou niet zo moeten zijn. Dat gaat over een grens van betamelijkheid.

Maar de gescheiden uitzetting is niet de essentie van de kwestie Armina Hambartsjumian. Haar verblijf in Nederland zou niet rechtsgeldig zijn. Al in 2009 viel dit besluit voor het eerst. Dit is keer op keer door rechtbanken beoordeeld en in orde bevonden, aldus RTV Utrecht in een bericht. Aan wie te wijten valt dat het vervolgens nog 8 jaar voortsleepte is de essentie. Het antwoord daarop beantwoordt de schuldvraag.

Critici kunnen met een beroep op emotie of rechtvaardigheidsgevoel beweren dat het toepassen van regels of het niet gebruik maken van de discretionaire bevoegdheid door de staatssecretaris pietluttigheid is, maar er is ook nog zoiets als de rechtsstaat die rechters geen ruimte geeft om af te wijken. Rechters moeten nauwgezet de wet toetsen en hebben weinig marges om daar vanaf te wijken. Altijd zijn er grensgevallen die schrijnend zijn. Type kleermaker Gümüs die in 1997 ondanks publieke verontwaardiging met zijn gezin werd uitgezet. Daarna volgt door de publieke verontwaardiging meestal een tijdelijke verzachting in het beleid. De marges van de wet worden dan anders benut. Maar de wet blijft leidraad. Van de verzoeken van asielkinderen die onder de zogenaamde definitieve regeling vallen omdat ze langdurig in Nederland verblijven wordt minder dan 10% ingewilligd. De situatie van de actuele formatieonderhandelingen is daar niet van invloed op.

De vraag die de journalistiek zich moet stellen is waarom de kwestie Armina Hambartsjumian geëscaleerd is en welke rol de moeder, advocaten en adviseurs, de verantwoordelijke staatssecretaris en de asielprocedure gespeeld hebben in het voortslepen ervan. Het is voor allen ondoelmatig en ongewenst. Erover bestaat veel onduidelijkheid. Er zijn verdachtmakingen over en weer, maar tot nu toe weinig harde feiten. Er is nu eenmaal de logica dat asielmigranten niet meewerken aan hun uitzetting, maar hun dat wel gevraagd wordt. Dat is een tegenstrijdigheid. Dat ouders en kinderen gescheiden worden en apart uitgezet worden is een ander aspect. Maar dat het betreffende gezin uitgezet moest worden ligt nu eenmaal besloten in de toepassing van de wet.

Foto: Timo Vogt, ‘Girls hand out tulips during a celebration to commemorate the capture of Shusha, called Shushi within Karabakh and Armenia.’

Friese partijleden boos op partijtop. Ze willen hun partij terug

Weinigen zullen het beseffen, maar kinderboekenschrijfster Janny van der Molen uit het Friese De Knipe past in het rijtje Bernie Sanders, Jeremy Corbyn en Donald Trump. Ze is onderdeel van de opstand van onderop tegen het establishment. In dit geval het establishment van de PvdA. Dat is een scheidslijn tussen hoog- en laagopgeleid, kansrijk en kansarm, binnen en buiten. Dertig kritische PvdA’ers hebben het partijbestuur een open brief geschreven die in de Leeuwarder Courant is gepubliceerd. Ze willen hun eigen partij terug.

De reactie van PvdA-leider Diederik Samsom toont zijn onbegrip en het gelijk van de briefschrijvers:. Hij is geïrriteerd. Samsom begrijpt niet waar het echt om gaat. Het gaat niet om kinderpardon, onderwijs, gasboringen of welk onderwerp dan ook. Dat is slechts een aanleiding. Het gaat om het feit niet gehoord te worden, buitengesloten te worden door een in zichzelf verstrikt zittende partijelite in Amsterdam en Den Haag. Het gaat om de afstand van het establishment tot de gewone partijleden. Ze voelen zich belazerd en pikken het niet langer. Ze komen in opstand. Ze vinden dat de politieke discussie verkeerd gevoerd wordt.

In 2014 was er het rapport ‘De PvdA Fryslân en de toekomst van het Rode Noorden; Samen sterk naar 2018!’ waar vertrekkend PvdA-kamerlid en cultuurwoordvoerder Jacques Monasch aan meeschreef. Hij verlaat teleurgesteld de kamer omdat hij het niet eens is met de koers. Uit de column in NRC van Tom-Jan Meeus blijkt dat het verhaal gaat dat Monasch ‘volgend jaar als niet-PvdA’er terugkeert op het Binnenhof – hij wil er niets over zeggen.’ Monasch: ‘De leiding ziet de eigen smetvrees voor de eigen kiezers niet meer’. Dat verzet tegen de eigen bestuurlijke elite is de hoofdreden voor de Friese briefschrijvers. Een andere reden is dat ze het sociaal-democratisch gedachtengoed weer centraal willen zetten. Ofwel, het belang van de werknemer.