Chris Keulemans geeft in NRC in een opinie-artikel van 28 februari 2024 antwoord op een NRC-column van 21 februari 2024 van Hans den Hartog Jager. Het gaat over ethiek in musea en de beeldende kunst. Den Hartog Jager meent dat te veel ethiek ten koste van de kunst gaat en dat het morele kompas willekeurig staat afgesteld. Dat ben ik met hem eens.
De polemiek gaat over maatvoering. Dus het vinden van het juist evenwicht tussen kunst en ethiek. Niemand beweert dat de kunstwereld niet maatschappelijk betrokken moet zijn en geen normen heeft. De kunstwereld is maatschappelijk betrokken. Keulemans wil de grens van die betrokkenheid oprekken ten gunste van de ethiek. Hij wil dat kunstinstellingen ‘zelf in actie komen‘ in plaats van actievoerders. Keulemans politiseert daarmee de kunsten. Den Hartog Jager is daar terughoudend in.
Dat begint al met de alarmerende kop dat ethische normen in de kunst belangrijker zijn geworden omdat de wereld in brand staat. Onduidelijk is of de eindredactie daar alleen voor verantwoordelijk is. Keulemans zegt: ‘We leven in een tijd van het ongerijmde‘. Neem me niet kwalijk dat ik het zeg, maar dat is een combinatie van ahistorische kletskoek en doemdenkend alarmisme.
Het is een overschatting van de eigen tijd. Op die overschatting bouwt Keulemans zijn betoog. Het perspectief van Keulemans is te smal. Het lijkt alsof hij overspoeld wordt door vooruitzichten en in paniek raakt. De wereld staat nu echter niet meer in brand dan in 1942 (WO II), 1952 (Korea-oorlog) of 1962 (Cuba-crisis). De wereld staat altijd in brand.
Wie nog verder teruggaat in de tijd ziet nog meer brand en rauwere conflicten, zoals de Dertigjarige Oorlog (1618-1648) waar bijna alle Europese mogendheden bij betrokken waren. Regionale oorlogen, langlopende conflicten tussen landen (Korea, Palestina, Congo, Soedan) of oorlogen tussen blokken van landen zijn van alle tijden.
Uiteraard is het verschil dat de wapens dodelijker zijn geworden en massaal slachtoffers maken door de industrialisering van de wapenindustrie. Maar gespiesd worden op een speer was evenmin prettig. Een groter verschil is de klimaatcrisis door de opwarming van de aarde. Dat is nieuw en vraagt om maatregelen die te langzaam op gang komen omdat beleidsmakers urgentie of moed missen om ze door te voeren. Een draai is evenwel nog steeds mogelijk.
De wereld is altijd In verandering. Het is het intrappen van een open deur als Keulemans zegt dat de wereld in verandering is en de kunstwereld zich daar rekenschap van moet geven. De kunstwereld geeft zich daar altijd rekenschap van. Nogmaals, het is alleen de vraag in welke mate dat gebeurt. De kunsten lopen per definitie achter op de werkelijkheid omdat reflectie tijd kost.
Een vergelijking met de journalistiek maakt inzichtelijk dat Keulemans’ standpunt onhoudbaar is. Journalistiek reflecteert op de samenleving met als doel om verslag te doen zonder stelling te nemen. Wat niet betekent dat journalistiek niet maatschappelijk betrokken kan zijn.
Hetzelfde geldt voor de kunsten. Kunsten reflecteren op de samenleving in vrijheid en zonder dwang om onontkoombaar een politiek programma met ethische normen te moeten volgen. Kunsten moeten juist ook daar haaks op kunnen staan. Anders houden ze op kunst te zijn. Met dat aspect houdt Keulemans in zijn antwoord te weinig rekening.