Verenigd Koninkrijk onder Tories en Labour: kiezen tussen radicaal-rechts en radicaal-links

Graag plaats ik hier m’n reactie op het artikelLabour onder Corbyn: kiezen tussen gratis breedband en joden; Jeremy Corbyn is de inzet van deze verkiezingen, niet brexit’ van Alexander van der Meer op Doorbraak.be. Hij publiceert onder meer op TPO. Zijn stuk is een voorbeeld van ‘framing’. Dat houdt in dat hij inzoomt op een deel van het verhaal en de rest ongenoemd laat. Van der Meer is naar mijn idee terecht kritisch op Labour-leider Jeremy Corbyn, maar moffelt kritiek op Boris Johnson en de Conservatieve partij weg. Zo is het onmogelijk om een beeld te schetsen van twee communicerende vaten die direct op elkaar reageren. Zo’n selectieve invalshoek kan nooit leiden tot voldoende inzicht in het volledige verhaal van de Britse politiek. Die ontbrekende ambitie om volledig te zijn is geen journalistiek en hoeft dat in een column ook niet te zijn, maar is evenmin het streven naar een evenwichtige column. Ik probeer hieronder wel een volledig beeld te schetsen:

De Schotse premier Nicola Sturgeon heeft inderdaad de deur voor samenwerking met Labour opengezet indien de Tories geen meerderheid behalen, maar verbindt daar duidelijk de voorwaarde aan dat Jeremy Corbyn dan een stapje terug doet en geen premier wordt. Dat aspect verdonkeremaant de auteur en omdat hij daar mede zijn verhaal op baseert komt het grotendeels in de lucht te hangen.

Het is te simpele framing om de algemene verkiezingen van 12 december die als directe aanleiding de falende parlementaire behandeling in het Lagerhuis van de uittredingsovereenkomst met de EU hebben voor te stellen als een stem voor of tegen Corbyn. Evengoed kan beredeneerd worden dat die verkiezingen een stem voor of tegen Boris Johnson zijn. Maar voor wie de realiteit volgt is het toch echt een stem voor of tegen de Brexit of een stem voor het gewenste soort Brexit. De Brexit is de belangrijkste politieke beslissing na de Tweede Wereldoorlog waarover het VK moet beslissen. Corbyn is van voorbijgaande aard. Een Brexit is fundamenteler en raakt aan de relatie die het VK heeft met haar belangrijkste economische en politieke partner: de EU.

Waar de thematiek van het antisemitisme binnen Labour en de onduidelijke stellingname over de Brexit de achilleshiel van Corbyn zijn, zijn Johnsons onbetrouwbaarheid en losse omgang met de feiten en zijn onhoudbare, onrealistische beloftes over de afhandeling van de uittreding uit de EU zijn zwakke punten. In weerwil van een snelle afhandeling die Johnson belooft zal ook de meest ’snelle’ uitkomst vele jaren onderhandelingen met de EU in beslag nemen. Ofwel, ook bij een No-Deal is het VK nog lang niet losgekoppeld van de EU. Johnsons wankele en makkelijk door te prikken standpunten lijken er ook de reden voor te zijn dat Johnson weigert zich te laten interviewen door BBC’s Andrew Neil. Boris Johnson wil niet achter zijn Potemkin-façade laten kijken waar droomland ligt.

Feit is dat zowel Labour en Tories na 2016 geradicaliseerd zijn. Radicale facties hebben de partijen in hun greep gekregen. Bij Labour is dat de goed georganiseerde Momentum-beweging die alle gematigde leden zoals Stephen Kinnock naar de marge schoof. Bij de Tories is dat de gedisciplineerde ERG-factie. Gematigde leden van de Tories, zoals Dominic Grieve, Ken Clarke, Philip Hammond of Oliver Letwin zijn door Johnson in september 2019 uit de partij gezet. De succesvolle en sociale politieke leider van de Schotse Conservatieven Ruth Davidson trad in augustus 2019 af als partijleider. Ze voerde persoonlijke redenen aan, maar duidelijk was dat ze zich niet met Johnsons politiek kon verenigen. Bij Labour kondigde vice-partijleider Tom Watson in november 2019 zijn terugtreden aan. Hij voerde ook als reden persoonlijke omstandigheden aan, maar bekend was dat Watson ontevreden was over de aanpak van het antisemitisme binnen de partij en er met weinig succes voor pleitte dat Labour een duidelijker pro-Remain standpunt over de Brexit zou innemen, wat niet gebeurde.

De Britse partijpolitiek kreunt en steunt en de beide grote partijen laten zich van hun slechtste kant zien. Afgelopen maanden was het dieptepunt dat de regering Johnson ondanks zorgvuldig doorlopen procedures en screening door de inlichtingendiensten op politieke gronden een rapport van een Lagerhuis-commissie over de Russische inmenging in de Britse politiek in een lade heeft geschoven. Het rapport is door een commissie onder voorzitterschap van de voormalige Conservatief Dominic Grieve tot stand gekomen en zou erop wijzen dat Britse Russen uit de omgeving van het Kremlin door donaties invloed hebben gekocht op de politiek van de Conservatieve partij. Johnson hield naar verluidt daarom de publicatie ervan tegen om dat blamerende feit te verbergen tot na de verkiezingen van 12 december.

Kortom, het lijkt er sterk op dat het niet Labour, of in elk geval niet alleen Labour is, dat connecties heeft met buitenlandse betrokkenen die het daglicht niet kunnen verdragen. De Conservatieve partij hebben die connecties evenzeer en als regeringspartij sinds 2005 onder de premiers Cameron, May en Johnson zit de partij zelfs veel dichter bij de kern van de macht en heeft het meer opdrachten, contracten en uitzonderingen op voorwaarden te vergeven dan oppositiepartij Labour.

Ja, Jeremy Corbyn is de verkeerde man op de verkeerde plek. Maar ja, Boris Johnson is eveneens de verkeerde man op de verkeerde plek. Feitelijk is hij geen conservatief die de democratische waarden en normen respecteert, maar een nieuw-rechtse populist die niet eens een nationalist genoemd kan worden. Bij hem draait alles om zijn eigen carrière. Tekenend is het verhaal dat hij in 2016 bij het referendum twee versies van zijn standpunt over de Brexit in zijn binnenzak had. Een voor en een tegen de Brexit. Hij koos uiteindelijk voor de Leave-versie waarvan hij dacht dat die hem de meeste persoonlijke macht zou opleveren. Wat gebeurde. Waar Corbyn te ideologisch is, is Johnson een lege huls die gevuld kan worden door de meest biedende.

De hoop voor de nabije toekomst van de Britse politiek ligt niet in het geradicaliseerde Labour of de Conservatieve partij, maar in de regionale partijen van Schotland en Wales, de Groenen en de Liberaal-Democraten. De twee grote partijen zullen het de komende jaren moeilijk krijgen om weer terug te keren naar hun eigen gedachtengoed, te weten het conservatisme en de sociaal-democratie. Ze zijn daar ver van afgedwaald. Het is een les voor de Belgische en Nederlandse partijpolitiek dat het trouw aan zichzelf moet blijven. Voorwaarde voor de herleving van de twee partijen is dat er een nieuwe generatie aan de macht komt die met meer realiteitszin en minder extremistische standpunten weer de weg naar de normale politiek en de normale politieke omgangsvormen weet te vinden. Vooralsnog is het zoeken op de tast, daar in het Westminster van het perfide Albion.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelLabour onder Corbyn: kiezen tussen gratis breedband en joden; Jeremy Corbyn is de inzet van deze verkiezingen, niet brexit’ van Alexander van der Meer op Doorbraak.be, 6 december 2019.

Reactie op een opinie die het handelen van Britse regering billijkt: ‘Boris Johnson is de verkeerde man op de verkeerde plaats’

Op de FB-pagina van Het Parool plaatste ik onderstaande reactie bij het opinieartikelBoris Johnson is de juiste man op de juiste plaats’ van Maurits Bredius van 11 september 2019. Het lijkt in strijd met de logica:

Na een aanloop met een min of meer objectieve schets van de recente geschiedenis ontspoort het betoog als Bredius op normatieve wijze stelt: ‘Een volstrekt onaanvaardbare uittredingsovereenkomst met een ‘backstop’- clausule, die Noord-Ierland voor onbeperkte tijd binnen de EU zou houden en een harde grens in de Ierse Zee zou betekenen.’ Bredius maakt in zijn betoog op geen enkele manier duidelijk waarom de uittredingsovereenkomst tussen de EU en de toenmalige regering May ‘volstrekt onaanvaardbaar’ is. De ‘backstop’- clausule is de logische voorwaarde om de belangrijke interne markt die een van de pilaren van de EU is te beschermen.

Hij gaat ook voorbij aan het feit dat de Britse politiek verdeeld is over zowel de gewenstheid om de EU te verlaten als de manier van uittreding. Ofwel, voor geen enkel voorstel voor uittreding was in het Lagerhuis in de afgelopen twee jaar een meerderheid te vinden. De uittredingsovereenkomst van toenmalig premier May met de EU is niet minder onaanvaardbaar dan andere manieren van uittreding.

Het is zo dat parlementsleden die tot nu toe (tot drie keer toe) tegen de uittredingsovereenkomst stemden in de afgelopen week hebben aangegeven deze keer voor te stemmen om niet alleen een No Deal uittreding als het geweld dat de regering Johnson de democratie en de rechtsstaat aandoet te stoppen. Ze aanvaarden dan de volgens Bredius ‘volstrekt onaanvaardbare’ backstop. Af te wachten valt of een meerderheid van het Lagerhuis straks eieren voor haar geld kiest en een onaantrekkelijke uittredingsovereenkomst met de EU aantrekkelijker vindt dan het schrikbeeld van een om zich heen slaande premier Johnson die doel en middelen verwart. Het is vergezocht om te veronderstellen dat Boris Johnson die altijd zo graag premier wilde worden zich nu alsnog voor het landsbelang opoffert.

Voor de duidelijkheid, het waren de harde Brexiteers (de ERG factie binnen de Conservatieve partij) die het hardste oppositie voerden tegen de deal van May met de EU. Ook Boris Johnson stemde met de ERG mee tegen May en EU. Schrijnend is dat de meerderheid van de 21 ‘gematigde’ Conservatieven die door Johnson vorige week uit de fractie zijn gezet wel voor de uittredingsovereenkomst van May met de EU stemde. Dat feit alleen al weerlegt Bredius’ suggestie dat de oppositie het VK ‘het liefste binnen de EU ziet blijven’. De oppositie is daarover verdeeld.

Bredius maakt het er niet helderder op als hij suggereert dat de opschorting van vijf weken van het Lagerhuis, dat vandaag door het hoogste Schotse hof in een uitspraak als onwettig wordt gekenmerkt, de democratie dient en niet beschadigt. Volgens hem dient het opschorten van de democratie de democratie. Als het kind met het badwater wordt weggegooid, dan viert Bredius het badwater als het kind.

Bredius komt opnieuw met een raadselachtige uitspraak als hij zegt: ‘Daarom besloot de oppositie om vervroegde verkiezingen pas goed te keuren als het te laat zou zijn voor Johnson om het Verenigd Koninkrijk zonder akkoord uit de EU te leiden. Met dit standpunt geeft de oppositie blijk van weinig vertrouwen in de wijsheid van het Britse volk.’ Nee, de wijsheid van het Britse volk heeft er niks mee te maken en Bredius moet weten dat hij dit er aan de haren bijsleept. Prominenten van onder meer Labour, SNP en LibDems hebben aangegeven dat ze Johnson (en zijn strateeg Dominic Cummings) niet vertrouwen en daarom eerst het blokkeren van een No Deal uittreding per wet wilden voorkomen voordat er afspraken over verkiezingen zouden worden gemaakt. Overigens is de verwachting dat LibDems en SNP flinke winst zullen behalen in deze verkiezingen, dus zij hebben er geen belang bij om het uitschrijven van nieuwe verkiezingen te verhinderen.

Een ander misverstand is overigens dat er zoiets als een No Deal uittreding bestaat. Die bestaat in de praktijk niet omdat ook zonder de uittreding van het VK uit de EU er nog talloze afspraken over economie, handel, transport, nationale veiligheid en allerlei sectoren waardoor het VK en de EU-lidstaten samenhangen tussen het VK en de EU moeten worden gemaakt. Een No Deal uittreding van het VK uit de EU is dus hooguit tijdelijk een No Deal.

Aan de verklaring waarom de Brexit zo is ontspoord waagt Bredius zich niet. Hij keert zich te eenzijdig tegen de oppositie en de EU en verliest zo het perspectief uit het oog. Dat heeft niet zozeer te maken met het opereren van de EU, maar met de aard en het karakter van de Engelse politiek en de samenleving die leidde tot een dubbelhartige relatie tot de EU. Een kleine meerderheid van het nationalistische VK heeft zich nooit echt lid van de EU gevoeld en altijd afstand gehouden tot het ‘continent’, slechts het economisch profijt trok het VK aan. Onderschat evenmin het zelfbeeld van de Etoniaanse elite (Boris Johnson, Jacob Rees-Mogg, David Cameron) die in het land der blinden liever éénoog koning is, dan tweede viool in de grotere EU die door Frankrijk en Duitsland wordt gedomineerd.

Het tweede referendum van 2016 was met een nipte meerderheid van 51,9% een herroeping van het referendum van 1975 dat met een ruime meerderheid van 67,2% besloot voor toetreding tot (de voorloper van) de EU. Dat was een vertaling van dat Engelse sentiment. Het geeft aan hoe innerlijk verdeeld het VK is. Sociaal, regionaal en politiek. Dat de politiek zich aan het een en het ander niet kan onttrekken is de logica van de Brexit.

Foto: Schermafbeelding van deel artikelBoris Johnson is de juiste man op de juiste plaats’ van Maurits Bredius in Het Parool, 11 september 2019.