Is Jolle Demmers in haar mening over de Russisch-Oekraïense oorlog een naïeve of intellectuele oplichter?

Er is al veel gezegd over de lezing van Hoogleraar Conflict Studies dr. Jolle Demmers van de UU voor het Vlaamse Vredesinstituut. Het lijkt alsof Demmers met haar lezing vooral voor conflict over zichzelf en haar academische integriteit zorgt.

Hubert Smeets noemde John Mearsheimer in een NRC-column van 30 november 2022 een ‘intellectuele oplichter‘. Later voegde hij in een tweet Demmers met Noam Chomsky ook in dat rijtje. Net als Demmers beroept Mearsheimer zich op ‘analyse‘ en machtsvorming in wat zij ziet als ‘realisme‘ tegenover moralisme, mensenrechten en internationale rechtsorde,

Men kan aan dat rijtje ook Laurien Crump toevoegen die tot voor kort deel uitmaakte van dezelfde vakgroep als Demmers en de afgelopen jaren in talloze opinie-artikelen het Kremlin in bescherming heeft genomen. Ik heb aan haar pro-Kremlin Koude Oorlog blik uitgebreid aandacht besteed: zie hier, hier en hier. Ze spreekt zich na haar afscheid van de UU nog steeds uit in de media over Oekraïne.

Het is niet vreemd dat Demmers en Crump tot hun mening komen die min of meer overeenkomt met die van het Kremlin, maar wel dat ze dat doen of deden binnen de ‘wetenschap‘ van de UU. Als alumnus van de UU schaam ik me dat Demmers aan mijn universiteit is verbonden. Hoe is ze benoemd? Ik vraag me ook af hoe de collegiale toetsing is geregeld binnen zo’n vakgroep Internationale Betrekkingen of de faculteit Geesteswetenschappen.

Hoe academisch zelfstandig denkt Demmers en hoe origineel zijn haar standpunten? Ik vraag het me af omdat ze akelig dicht aanleunt tegen de talking points van het Kremlin. Die beogen om binnen Europa verdeeldheid en verwarring te zaaien en de EU en NAVO te verzwakken.

Het is geen toeval dat Demmers zich mentaal voegt bij de dwarsdenkers. Ze verwijst er in haar lezing naar. In Duitsland met Sahra Wagenknecht die radicaal-links (Die Linke) en radicaal-rechts (AfD) samen de straat op krijgt. Het is geen toeval dat het Kremlin de laatste 10 jaar heeft geïnvesteerd in Europees radicaal-links en radicaal-rechts om via de flanken de EU en NAVO te ondermijnen. Dat betaalt zich nu uit in Wagenknecht en Demmers die voor het Vlaamse Vredesinstituut spreekt.

Demmers maakt zich met haar lezing mentale deelgenoot van die beweging van dwarsdenkers. Als wetenschapper had ze een andere focus kunnen kiezen die minder partijpolitiek, meer historisch onderbouwd en meer reflectief was. Met als paradox dat Demmers in vaagheden en clichés over vrede praat en de vinger niet echt aan de pols houdt van de Russisch-Oekraïense oorlog. Ze stelt feiten verkeerd voor.

Demmers wordt niet concreet, maar blijft hangen in algemeenheden over vrede. Ze noemt niet het feit dat Poetin al voor het begin van de inval in 2022 herhaaldelijk het bestaan en de authenticiteit van Oekraïne (geschiedenis, cultuur, religie, taal) publiekelijk heeft ontkend. Tot wat voor vredesonderhandelingen kan dat leiden als een van de partijen het bestaan van de ander ontkent? Dat is essentieel.

Demmers beseft in haar verhaal te weinig wat pacifist Bertrand Russell zei over het antwoord op Hitler: ‘War was always a great evil, but in some particularly extreme circumstances, it may be the lesser of two evils‘. Ook vrede en pacifisme zijn relatief en niet zo absoluut als Demmers stelt die blijft vasthouden aan een enerzijds-anderzijds beeld waar de oorzaak van een oorlog wordt gewist.

Men kan volop kritiek hebben op de wapenindustrie in het Westen én de Russische Federatie die gouden tijden beleeft. En op de toenemende budgetten voor Defensie die niet naar zorg, onderwijs, huisvesting of sociale zekerheid gaan. Dat is een slechte ontwikkeling. Maar de oorzaak daarvan is Russische agressie en imperialistisch denken. Dat is de realiteit van nu die men niet kan terugdraaien of ontkennen door de mentale acrobatiek van het wegkijken.

Demmers doet precies wat in het kraam van het Kremlin past: ze zaait verwarring met haar vinger die niet één kant opwijst, maar de schuld van het conflict min of meer gelijk over de strijdende partijen verdeelt. Dat kan zo zijn in Demmers’ papieren werkelijkheid, maar in de echte werkelijkheid is er duidelijk een agressor die in 2014 dit conflict is begonnen: de Russische Federatie.

De Russisch-Oekraïense oorlog is tamelijk eenzijdig. Demmers verbreedt dat, om niet te zeggen, verhult dat, door er van alles bij te halen wat niet de kern is. De kern is de rancune van het Kremlin over het verdwijnen van de Sovjet-Unie en de poging om de invloedssfeer van 30 jaar geleden te restaureren. Dát heeft tot de oorlog geleid.

De Russische Federatie is Oekraïne in 2014 binnengevallen en in februari 2022 nogmaals op grootschalige wijze. De Russische strijdkrachten vernietigen Oekraïense burgerdoelen, ontvoeren kinderen, terroriseren de bevolking en houden de ontwikkeling van Oekraïne tegen.

Ik miste meer in Demmers’ lezing, zoals de Russische inval in 2014 die zeker geen burgeroorlog was, maar een strijd tussen twee staten, het Boedapest Memorandum van 1994 dat de territoriale integriteit van Oekraine garandeerde, de internationale rechtsorde en de pogingen van het Kremlin om te infiltreren in de Europese politiek én vredesbewegingen.

Of Jolle Demmers een intellectuele of naïeve oplichter is blijft de vraag.

PVV, FvD en delen van de SP kunnen fuseren in een Sociaal Nationale Partij

Stel je voor dat FvD, PVV en de meest radicale delen van de SP een nieuwe Sociaal Nationale Partij oprichten. Dat lijkt een dwaze gedachte, maar in Duitsland is het een reële mogelijkheid. Mogelijk in Nederland ook.

Er zijn gelijkenissen van de Nederlandse partijen met AfD en Die Linke: een stagnerende FvD en PVV die uitgeradicaliseerd lijken en hun mojo hebben verloren, en een weinig aansprekende SP die geen goede electorale successen weet te boeken en na 50 jaar sleets oogt.

FvD, PVV en delen van de SP zouden nieuw elan kunnen vinden door elkaar via de flanken van het hoefijzer-model te vinden en de cirkel rond te maken. Met sterke, min of meer onveranderlijke klassieke vijandbeelden, zoals de VS, de NAVO, de wapenindustrie, het kartel, het kapitalisme, de elite, het globalisme of welk vijandbeeld dan ook dat per onderwerp opgetuigd kan worden, zouden de onderlinge verschillen tussen de drie partijen overstegen kunnen worden.

Daarbij komt dat de drie radicale partijen samen in dezelfde electorale vijver van misnoegde en teleurgestelde kiezers vissen die zo’n 20% van het electoraat uitmaken. Nu zijn die stemmen verdeeld over verschillende partijen. Als dat electoraat van malcontenten succesvol zou worden aangesproken, dan kan zo’n Sociaal Nationale Partij de op dit moment grootste partij VVD naar de kroon steken. Een actuele concurrent is echter de BBB die in dezelfde electorale vijver vist.

Op Duitse vredesdemonstraties hebben de AfD en de meest radicale delen van Die Linke die onder het mom van het opkomen voor de vrede een einde aan de wapenleveranties aan Oekraïne, de sancties tegen de Russische Federatie en de NAVO willen een gezamenlijke vijand, namelijk de VS en een gezamenlijke vriend die uit de wind gehouden moet worden, namelijk Poetins Russische Federatie.

Wie weet werkt het uit de mottenballen halen van Willy Brandts Wandel durch Handel dat Poetins Russische Federatie niet tot toenadering tot Europa heeft weten te brengen. Een gezamenlijk vijandbeeld kan toenadering tussen radicale partijen dichterbij brengen. Partijen die niet op inhoud opereren, maar via demagogie kiezers en elkaar aanspreken hoeven programmatisch geen 100% overeenstemming te hebben om met elkaar een Sociaal Nationale Partij te vormen.

Voor de herschikking of fusie van politieke partijen is de carrière van beroepspolitici een sta-in-de-weg. Kunnen politici als Geert Wilders, Thierry Baudet of Lilian Marijnissen een stapje terugdoen in een Sociaal Nationale Partij of carrière buiten de partijpolitiek maken? Wie er partijleider moeten worden is een vraag die nog lang niet beantwoord is.

Naast dat eigenbelang van politici dat verandering tegenhoudt valt evenmin in te zien dat dat deel van de SP dat tegen de sociaal-democratie aanschurkt zich in een Sociaal Nationale Partij kan thuisvoelen. Maar dat ‘redelijke’ deel van de SP zou zich bij PvdA en GroenLinks aan kunnen sluiten.

Zo’n schets doet denken aan de partijvormingen en splitsingen tijdens de Weimar Republiek. Dat geeft aan dat politieke partijen kunnen veranderen en hun bestaan geen doel op zichzelf hoeft te zijn zoals het nu in Nederland lijkt.

De USPD splitste zich als links-radicaler af van de SPD, maar delen ervan keerden in 1922 terug naar de SPD. Aan de radicaal-rechtse en nationaal-conservatieve kant met de Deutschvölkische Freiheitspartei en de DNVP die elementen van respectievelijke FvD en de PVV bevatten, vonden voortdurend herschikkingen plaats die volgden op de electorale resultaten. Uiteindelijk werden de radicaal-rechtse partijen leeggezogen door Hitlers NSDAP.

FvD, PVV en het radicale deel van de SP gaan een gouden toekomst tegemoet als ze elkaar weten te vinden in de vorming van een Sociaal Nationale Partij. De afkeer van de centrumpartijen en hun politiek schept een gemeenschappelijke band. Publicitair en electoraal zou het een sterke combinatie zijn. Maar willen de delen met hun belang sterk zijn in dit geheel?

Franse regering opent aanval op woke-isme. Pleidooi voor het centrum. Tijd voor een Bataafs laboratorium?

Schermafbeelding van deel artikelFrench education minister’s anti-woke mission‘ op Politico, 19 oktober 2021.

Actie roept reactie op. In de politiek bestaat het besef bij middenpartijen dat het woke-gedachtengoed uit de VS radicaal-rechts in de kaart speelt. Woke is begonnen als een billijk pleidooi voor meer bewustzijn en minder onrecht, maar is gekaapt door een radicale minderheid en veranderd in een afrekencultuur die leidt tot apartheid en fragmentatie. De beperkte opvatting van het begrip diversiteit wordt als breekijzer gebruikt voor selectieve identiteitspolitiek.

Een deel van de zwijgende meerderheid wordt door de actie van radicaal-links naar radicaal-rechts gejaagd dat zich er publiekelijk het duidelijkst tegen uitspreekt. Daarom is het in het belang van Europese middenpartijen om het woke-gedachtengoed de pas af te snijden om radicaal-rechts niet in de kaart te spelen en zichzelf electoraal te redden. Het gevolg is dat er een dunne lijn ontstaat tussen centrum-rechts en radicaal-rechts waar radicaal-links vervolgens weer tegen ageert zonder te beseffen of toe te willen geven dat het zelf dat proces in gang heeft gezet.

In de VS heeft de Democratische partij zich grotendeels vervreemd van de gewone kiezer. Dat Joe Biden in 2020 president werd had hij te danken aan twee aspecten: zijn gematigde opstelling en de afkeer bij gematigde Republikeinen en Onafhankelijken van Trump. Ze bleven thuis zodat Biden met klein verschil enkele beslissende swingstates kon winnen omdat de Republikeinen Trump afwezen of op Biden stemden. Buiten een progressieve kern ontbreekt de liefde voor de Democratische partij die radicaler is dan Biden en zich onverdraagzaam en uit de hoogte gedraagt tegenover de kiezer.

Overigens is in 2024 de beste hoop voor Biden een herhaling van 2020: de strijd tegen Trump. Wie er dan wint hangt af van het antwoord op de vraag welke partij het meest gehavend uit die strijd komt. Want dat beide grote partijen aan geloofwaardigheid en samenhang inleveren is ontegenzeggelijk.

In Frankrijks is Jean-Michel Blanquer de minister van Nationaal Onderwijs en Jeugd. Hij is lid van president Emmanuel Macrons middenpartij LREM. Hij heeft er sinds kort een taak bij als coördinator van Le Laboratoire de la République dat zichzelf presenteert als ‘Club (of plek) van reflectie en actie ten gunste van de Republiek’. Tweets verschijnen sinds 13 oktober 2021 en zien er zo uit:

Tweet van Le Laboratoire de la République, 13 oktober 2021.

Er staat: ‘Deze woke/ anti-woke-kloof mag niet generationeel worden. @NatachaQS en @Valent1Pierre zullen de Jeugdcommissie van dit Laboratorium van de Republiek coördineren’.

Het ‘Labo’ is tegelijk publiciteitsmachine, denktank en campagnemiddel dat is bedoeld om het initiatief terug naar Macrons partij te brengen en niet gesandwicht te worden tussen de partijpolitieke waarheden over migratie, COVID-19, rechtsstaat en EU van radicaal- en nationalistisch-rechts en de culturele, metapolitieke waarheden van radicaal-links dat zoveel invloed heeft op universiteiten, media en in de intellectuele wereld. Blanquers beseft dat dit mede speelt op het niveau van ideeën als hij zegt dat het Republikeins laboratorium ‘verder gaat dan partijpolitiek’.

Een artikel van 19 oktober 2021 in Politico schetst dit Republikeinse laboratorium en verbindt het met de Franse versie van het secularisme. Aanleiding zijn uitingen van Blanquer zoals: ‘De Republiek is volledig in strijd met het woke-isme’. Die verwijzing lijkt vergezocht, maar wordt door Politico verklaard: ‘Voor een groot deel van het politieke establishment overstijgt het Franse secularisme – laïcité – ras, geslacht en religie en is het echt egalitair. Voor zijn critici bevordert datzelfde secularisme een wit en christelijk ideaal dat discriminatie van minderheden in stand houdt’.

Er lijkt een gat te zitten tussen het woke-isme dat vooral aan Amerikaanse. maar ook West-Europese universiteiten leidt tot (zelf)censuur en een reductie van onderzoek en waarheidsvinding die haaks staat op een open academische geesteshouding en de Frans-Republikeinse versie van het secularisme dat niet zo neutraal en kleurenblind is als het zelf suggereert. Ofschoon president Macron Frankrijk probeert te moderniseren, maar het land dat in de kern behoudend is tot nu toe slecht meekrijgt.

Mogelijk is het streven van het Republikeins laboratorium niet puur oprecht en vooral een stunt om het kiezersvolk bij de les te houden. Toch getuigt het van lef om het woke-isme waar radicaal-links en radicaal-rechts zo van profiteren frontaal aan te vallen. Het tekent de noodzaak voor middenpartijen om in actie te komen. Ze moeten veranderen om hetzelfde te blijven.

In Nederland zou een taak weggelegd zijn voor met name D66 en VVD om de tolerantie weer centraal te zetten in het publieke debat over diversiteit, academische vrijheid, complotdenken en culturele waarden. Het is de strijd om de geest. Het verhaal over identiteit legt een culturele basis onder de samenleving en kan door de politiek niet genegeerd worden. Een niet-partijpolitieke projectminister zou in het komende kabinet op het snijvlak van onderwijs, jeugd, emancipatie en media daarmee belast kunnen worden. In een Bataafs laboratorium.

Op een Amerikaanse universiteit wordt docent door studenten aangevallen omdat hij een historische registratie toont van een witte acteur die een zwart personage speelt

Schermafbeelding van deel artikel Following blackface incident, Professor Bright Sheng takes step back from teaching SMTD composition course‘ op de Michigan Daily, 5 oktober 2021.

Beste critici van de woke-beweging of woke-generatie u kunt zich weer heerlijk opwinden. Aan Amerikaanse universiteiten wordt het steeds dwazer. De nieuwe apartheid trekt nieuwe muren tussen bevolkingsgroepen op. Het is lachwekkend als het niet zo tragisch zou zijn.

Het gaat om een registratie uit 1965 met de Engelse acteur Laurence Olivier die Othello speelt die in een college werd getoond. De studenten waren onvoorbereid omdat … Olivier wit is en Othello zwart. In 1951 speelde Orson Welles in zijn film ‘The Tragedy of Othello: The Moor of Venice‘ ook de zwart geschminkte donkerhuidige, Afrikaanse prins Othello die in een Europese samenleving vol rasvooroordelen leeft. 

Orson Welles als Othello in een verfilming van William Shakespeare’s ”The Tragedy of Othello: The Moor of Venice‘ (1951).

In een artikel van de Michigan Daily van 5 oktober 2021 wordt de foute gedachtengang gevolgd dat Olivier een blackface speelt. Dat is onjuist. Hij levert geen karikatuur van een zwarte minstreel af. In een tweet aan de Michigan Daily zei ik daarover het volgende, maar ik vrees dat dit onderscheid aan de loopgravenoorlog nog weinig verandert:

Ik studeerde ooit Theaterwetenschap en wij als studenten werden continu geconfronteerd met grensoverschrijdende creatieve uitingen die niet eentweedrie in ons normenpatroon pasten. Freaks van Ted Browning, Salò van Pier Paolo Pasolini of allerlei films die afweken van de ‘norm’. En dat kan op vele manieren. Om daar kennis van te nemen en zich erbeen analytische mening over te vormen is de opzet van een academische studie. Dat is vorming. Het bij voorbaat blokkeren van een film of kunstwerk om politieke redenen staat haaks op de vrijheid en de open blik die kunst en wetenschap beogen.

Nu wordt de van oorsprong Chinese professor Bright Sheng die deze registratie aan zijn studenten toonde onderzocht, belasterd en beschaamd omdat hij studenten met ‘blackface‘ zou hebben geconfronteerd. Zonder dat ze gewaarschuwd waren.

Sheng is de gerespecteerde LEONARD BERNSTEIN DISTINGUISHED UNIVERSITY PROFESSOR OF COMPOSITION aan Ann Arbor. Zo’n opvatting van culturele toe-eigening zet grenspalen neer. Ook als het een academisch onderwerp betreft. Deze studenten vallen een docent aan die zonder bijbedoelingen en politieke intenties kennis aanbiedt en maken hem het werken onmogelijk.

Professsor Sheng bood zijn excuses aan wat het er alleen nog maar gecompliceerder op maakte. Hij heeft tijdelijk zijn onderwijs gestaakt. Hij overleefde de Chinese culturele revolutie die zijn familie en hem trof. Dat maakt het extra wrang wat hem nu overkomt.

Tweet van Christina Sommers, 8 oktober 2021.

In het spiegelpaleis van de politiek miskennen velen hun eigen rol

AfficheHinab mit dem Geschmeiß! Wählt Kommunisten!‘(Weg met het tuig! Kies Communisten!) van de KPD, 1924.

I. Dat het enerzijds-anderzijds denken als pose en begrip een gat in de markt is valt af te lezen aan een rechtse site die de eigen overtuiging als redelijk en neutraal probeert te presenteren. Bij nader inzien is het een alledaagse radicaal-rechtse site die niet redelijk en neutraal is en via een gematigde overtuiging verschillen wil overbruggen. Opzet is het presenteren van meningen die haaks staan op democratie en rechtsstaat.

Waarschijnlijk vinden deze rechts-radicalen het niet chique om open en bloot voor de eigen overtuiging uit te komen en moet de lezer misleid worden door een gematigde verpakking. Ook kan het een manier zijn om gematigde kiezers onder valse voorwendsels in het eigen kamp te trekken.

Het is een oude truc uit communistische hoek. De communisten zetten ooit mantelorganisaties op die een zogenaamde onafhankelijke organisatiestructuur hadden, maar in werkelijkheid een verlengstuk van de communistische partij waren. Alleen waren degenen die lid van zo’n mantelorganisatie daarvan niet op de hoogte.

Zo begrijpen linkse maatschappijcritici die niet alleen het regeringsbeleid afkraken inzake de bestrijding van de pandemie, de armoedebestrijding of de inkomensongelijkheid, maar verdergaan door de democratie ter discussie te stellen, onvoldoende dat ze zich hiermee onbewust tot lid verklaren van een mantelorganisatie. In dit geval niet de communistische, maar de ultra-rechtse partij die de oorlog heeft verklaard aan de democratie die het omver wil werpen om te vervangen door een autoritaire staat. Zeg maar, het Weimar-scenario.

Het is het cynisme van goedwillende linkse maatschappijcritici die zichzelf beschouwen als redelijk en evenwichtig, maar het omgekeerde bereiken van wat ze beogen. Want ze steunen indirect een partij waarbij de linkse ‘onderwerpen’ in slechte handen zijn.

II. Hiermee is niet gezegd dat links geen kritiek kan hebben op het regeringsbeleid. Integendeel. Het is juist de taak van links om de status quo en het beleid ter discussie te stellen met de intentie om het te willen veranderen. Want er valt nog zoveel te verbeteren. Leidraad daarbij zijn ideeën over grondrechten, gelijkheid en solidariteit die nog immer universele waarde hebben.

Het gaat pas mis als linkse critici hun kritiek niet onlosmakelijk combineren met een pleidooi voor een weerbare democratie, maar zich door de ultra-rechtse retoriek mee laten voeren in een cynische houding jegens de democratie of het standpunt dat er verschillende waarheden naast elkaar bestaan. Zodat niets meer door allen getoetst en gedragen kan worden.

Vermoedelijk is dat het verschil tussen radicaal-links en gematigd-links. De eersten stoppen niet bij de kritiek op het beleid, maar willen een systeemverandering. De laatsten, ouderwets gezegd, de revisionisten, stoppen wel bij de kritiek op het beleid en steunen onbetwistbaar de democratie.

III. Zo ontstaat het beeld van het hoefijzer. Daar gaan radicaal-links en radicaal-rechts in elkaar over. Zoals bij een magneet is het de vraag wie nou wie aantrekt. Hoofdzaak voor beide soorten radicalen is een systeemverandering die op een niet gelijklopende manier samengaat met sociaal-culturele aspecten over identiteit en nationaliteit. Want waar het rechts voornamelijk is te doen om de culturele onderwerpen als afleiding te gebruiken, meent links het serieus als emancipatiedoel. De wijziging van het ‘gewone’ beleid wordt bij bede groepen radicalen echter ondergeschikt.

IV. Dat is via een omweg precies waar het de zittende macht van gematigd-rechts om te doen is, namelijk het afzwakken van sociaal-economisch beleid over belastingontwijking, eigendomsverhouding en armoedebestrijding. Dat gebeurt in nauwe samenwerking met het bedrijfsleven dat ook de status quo wil handhaven. Toegespitst op de Nederlandse politiek maakt dat vanuit het perspectief van gematigd-rechts (VVD en CDA) duidelijk waarom het aan gematigd-links (PvdA en GL) geen grote rol in een volgend kabinet wil toebedelen.

Op het niveau van de praktische politiek steunen radicaal-links én radicaal-rechts op hun ongelijksoortige manier de afwaardering van de sociaal-economische onderwerpen waarmee ze gematigd-rechts in de kaart spelen omdat dit nou precies het hoofddoel van gematigd-rechts is. Namelijk het handhaven van de status quo, inclusief eigendomsverhoudingen. Gematigd-links is daarop de uitzondering, mits het zich niet teveel af laat leiden door de sociaal-culturele onderwerpen over identiteit, integratie en nationaliteit.

V. Dus? Iedereen moet beseffen dat hij of zij voor het karretje van een ander kan worden gespannen zonder dat door te hebben. Of op een politiek-filosofisch niveau zelfs zonder door te kunnen hebben.

Beleidskritiek van links werkt averechts als het niet direct verbonden is aan de verklaring om democratie en rechtsstaat te ondersteunen. Ook radicaal-rechts laat zich in de luren leggen door de zittende macht van gematigd-rechts als het zegt te opteren voor de omverwerping van de democratie, maar in werkelijkheid de meeste energie steekt in culturele onderwerpen die niet meer dan een nevenattractie zijn van een politiek waarvan het doel het zaaien van verwarring is en het onzichtbaar maken van verschillen. Een spiegelpaleis waarin velen niet alleen de weg kwijt zijn, maar evenmin beseffen wat hun eigen positie is.

Islamitische vrouwen uit Yorkshire verzetten zich in open brief tegen eigen leiders met vrouwenhaat en maffia-mentaliteit. Labour tegen links-radicaal

Schermafbeelding van deel artikel ‘Muslim women in Batley and Spen call out actions of ‘loud minority’ of men’ van Maya Wolfe-Robinson in The Guardian, 30 juni 2021.

I. Ook radicaal-links is selectief in verontwaardiging. Het schreeuwt moord en brand over de Palestijnen, maar zwijgt over de Oeigoeren. Terwijl dat wat China de Oeigoeren aandoet in het niet valt bij wat Israël de Palestijnen aandoet. Hoewel dat onrecht wel degelijk bestaat. Oeigoeren worden in concentratiekampen gestopt en vrouwen worden tegen hun zin gesteriliseerd. China bedrijft op industriële schaal een bewuste politiek van culturele genocide op de Oeigoerse bevolking.

Niemand hoort radicaal-links daarover. Daarin staat het overigens niet alleen, bijna iedereen zwijgt over deze culturele genocide op deze bevolking van Turkssprekende islamitische Oeigoeren. China zou te groot en machtig zijn om aan te pakken. Dat is echter geen steekhoudende verklaring omdat toen China nog niet die machtige positie had die het nu heeft ook al bekend was dat minderheden zoals aanhangers van Falun Gong in arbeids- en martelkampen werden gestopt. In mei 2013 ging een documentaire van Du Bin in première over het vrouwenkamp Masanjia. Maar ook toen kwam er geen reactie van andere landen.

II. Het wordt er nog vreemder op volgens een bericht in The Guardian. Islamitische vrouwen uit de kieskring Batley and Spen in West-Yorkshire hebben een open brief geschreven waarin ze het “beschamend” gedrag veroordelen dat hun gemeenschap “om de verkeerde redenen in de schijnwerpers heeft gezet”. Het gaat volgens de anonieme vrouwen om “dezelfde gezichten die ons gebied hebben geteisterd als ‘gemeenschapsleiders’ gedurende vele jaren’. De brief circuleert in lokale WhatsApp-groepen. Aanleiding is een tussentijdse verkiezing op 1 juli 2021.

We kunnen niet beweren dat we opkomen voor de zaak van Palestina terwijl we de [moslimpraktijk] van vrede en tolerantie negeren‘, aldus de brief. De vrouwen bekritiseren degenen die anderen ‘kleineren of profiteren van deze kwestie om het eigen ego te stimuleren‘.

The Guardian vervolgt onder verwijzing naar de verkiezing in Batley and Spen: ‘Palestina is een centraal punt geworden in de campagne, die volgt op een toename van geweld in de regio. George Galloway, de pro-Palestijnse campagnevoerder en voormalig Labour-parlementslid die deelneemt aan de verkiezingen, heeft zich gefocust op de woede en desillusie die tegen Labour wordt gevoeld over deze kwestie.’ De links-radicale beroepsactivist George Gallaway die in 2003 uit Labour werd gegooid is vaste gast van het Russische propagandakanaal RT en heeft zich tot spreekbuis en marionet van het Kremlin gemaakt door zich te verzetten tegen Navo, EU en de eenheid van het westen. Hij is kandidaat voor zijn eigen vehikel, de Workers Party

Het is moedig en getuigend van politiek inzicht van de islamitische vrouwen dat ze niet meegaan in de retoriek van links-radicalen als George Galloway die vooral onrust willen stoken binnen links om Labour te benadelen. Nast het feit dat ze daarmee rechts in de kaart spelen. Galloway’s rancune tegen deze partij die volgt uit zijn eigen persoonlijke geschiedenis en zijn plaats op de loonlijst van RT brengen hem ertoe om de Britse democratie te helpen ondermijnen. De campagne van Labour wordt op allerlei manieren tegengewerkt tot en met fysieke bedreigingen aan het adres van Labour-medewerkers aan toe.

De vrouwen komen voor hun rechten op. Ze verzetten zich tegen links-radicalen die bedreigingen tegen politiek opponenten niet schuwen en tegen islamitische gemeenschapsleiders die de stereotypering bevestigen dat ‘moslimmannen onderdrukkend zijn’. Ze zeggen het zelf. Door een combinatie van links-radicalisme en cultureel conservatisme voelen de vrouwen zich gevangen in een sfeer van vrouwenhaat en een maffia-mentaliteit die weinig goeds brengt. Vandaar hun open brief.

III. Het is een wetmatigheid dat in gesloten gemeenschappen de kans groot is dat de verkeerde tegenwoordigers zich opwerpen als leider. Want er bestaat nagenoeg geen intern debat. Het gevolg is dat ze foute inschattingen maken en niet in staat zijn om weerstand te bieden aan radicalen. Ze falen omdat ze de groep die ze zeggen te representeren slecht vertegenwoordigen. Het gedrag van de moslimmannen die door de vrouwen bekritiseerd worden kan samengevat worden als ‘geborneerd’.

De tragiek is dat het in westerse samenlevingen praktisch onmogelijk is en een maatschappelijk taboe om moslimleiders te bekritiseren omdat ze dan reageren met de beschuldiging van racisme. Naast ongenuanceerde gescheld door rechts-extremisten dat geen inhoudelijke kern bevat en daarom nergens landt. Een open brief uit eigen kring is dan het enige alternatief. Niet toevallig vanuit het perspectief van vrouwen in een gemeenschap waar vrouwen meer dan gemiddeld door mannen onderdrukt worden. Dat de open brief zo breed de publiciteit haalt geeft aan hoe groot de behoefte is om dit debat over het ontbreken van emancipatie in moslimkring open te breken. Het kan echter alleen indirect gevoerd worden omdat druk van buiten averechts werkt. Daarom gaat de emancipatie binnen de islam zo tergend langzaam.

CBS gaat stoppen met gebruik van begrippen ‘westers’ en ‘niet-westers’. Dat is een goede zaak

Schermafbeelding van deel artikel ‘CBS gaat stoppen met begrippen ‘westers’ en ‘niet-westers’ van Wilmer Heck in NRC, 19-20 april 2021.

NRC meldde in een bericht van 19 april 2021 dat het CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek) op termijn stopt met de vermelding van de aanduidingen ‘westers’ en ‘niet-westers’.

Aan dit besluit ligt mede een advies van de WRR (Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid) ten grondslag. Volgens de WRR is het onderscheid niet-wetenschappelijk onderbouwd en roept het “negatieve associaties” op. Een andere steen des aanstoots is de Barometer Culturele Diversiteit van het CBS. Daarmee wilden universiteiten onder wie de Universiteit Utrecht de diversiteit onder medewerkers in kaart brengen. Ze worden ingedeeld in Nederlandse, westerse en niet-westerse migratieachtergrond. Daar kwam in Utrecht veel kritiek op.

Radicaal-rechtse politici als Geert Wilders en Derk Jan Eppink (‘We krijgen statistieken zoals ooit in de DDR’) zien het afschaffen van deze begrippen als poging om de schaduwzijde van de multiculturele samenleving onder het tapijt te vegen.

Het is goed dat deze begrippen worden afgeschaft. Ten eerste is de afbakening ervan verwarrend en is die toevallig tot stand gekomen. Zo worden migranten uit landen als Japan en Indonesië als westers beoordeeld en migranten uit grenslanden daarvan als niet-westers. Ten tweede werkt het stigmatiserend en houdt het migranten gevangen in een (oude) identiteit waar ze moeilijk aan kunnen ontsnappen. Ten derde is door de globalisering het begrip ‘westers’ politiek en cultureel van betekenis veranderd en niet meer zo eenduidig als het tot 1991 tijdens de Koude Oorlog was.

Met de afschaffing van de begrippen worden programma’s van positieve discriminatie of de uitvoering van codes diversiteit & inclusie bemoeilijkt. Dit maakt de kritiek erop door radicaal-rechts tamelijk onbegrijpelijk. Want als niet meer geregistreerd wordt wie welke achtergrond heeft, dan wordt het opzettelijk bevoordelen van bepaalde bevolkingsgroepen bij de toelating tot opleidingen of arbeidsplaatsen eveneens lastiger. Radicaal-rechts zou ook kunnen beredeneren dat de afschaffing van de termen het belang van witheid consolideert en niet verder versneld afbreekt.

Uiteraard zal de wens van bepaalde activistische groeperingen om de voorrechten terug te dringen van groepen die zich baseren op hun witheid hiermee niet stoppen. Maar het afschaffen van de begrippen maakt het bedrijven van identiteitspolitiek en in het verlengde daarvan de cancelcultuur waardoor mensen op onduidelijke gronden worden uitgesloten anders doordat de sociale identiteit van een bepaalde groep en de door deze groep gedeelde ervaring van maatschappelijk onrecht minder scherp afgebakend kan worden.

Het verzachten van de felheid van de identiteitspolitiek die de laatste jaren voor maatschappelijke verdeeldheid en onrust heeft gezorgd kan daarom een positief neveneffect zijn van de afschaffing van de begrippen ‘westers’ en ‘niet-westers’. Ofschoon naast etnische achtergrond waar het hier om gaat ook nog de identiteiten seksuele gerichtheid, gender, regionale identiteit of religieuze identiteit bestaan en aangegrepen kunnen worden voor positieve discriminatie om via strijd emancipatie te bereiken. Want de kist van activisten bevat vele middelen om aan de weg te timmeren.

Een te verwachten effect kan daarom zijn dat de identiteitsstrijd over etniciteit of witheid zich geleidelijk zal verplaatsen naar een overigens nu ook al bestaande strijd over gender of religie. Maar ook is mogelijk dat het accent komt te liggen op identiteiten die binnen samenlevingen bestaan en nu mede door het luidruchtig links-radicaal activisme en het ‘culturele’ rechts-radicale antwoord erop buiten beeld blijven en nauwelijks met identiteitspolitiek worden geassocieerd en in de politiek en media onderbelicht zijn: sociaal-economische achtergrond en opleidingsniveau.

Dan kan het debat over maatschappelijke ongelijkheid eindelijk gevoerd worden zoals het de afgelopen decennia niet gevoerd kan worden door allerlei afleidingsmanoeuvres van zowel links als rechts. Als de afschaffing van de begrippen ‘westers’ en ‘niet-westers’ daar een bijdrage aan kan leveren, dan is dat de winst.

Sanders doet er verstandig aan de bourgeoisie niet te epateren door zich socialist te noemen. Want hij is een sociaal-democraat

Econoom Paul Krugman heeft kritiek op de Democratische presidentskandidaat Bernie Sanders. Niet vanwege zijn beleidsprogramma, maar vanwege zijn marketing of de branding van zijn persoon. Sanders noemt zich socialist en soms, maar niet altijd laat hij dat voorafgaan door het adjectief democratisch. Krugman meent dat Sanders hiermee een fout maakt en hij Trump en de Republikeinse partij onnodig munitie geeft. Zoals Paul Krugman zegt, de term socialist roept eerder de associatie met Venezuela of Stalin op, dan met Denemarken.

In een gesprek voor Democracy Now! gaat Krugman in gesprek met econoom Richard Wolff. Krugman is mede uitgenodigd vanwege zijn artikelBernie Sanders Isn’t a socialist; But he plays one on TV. That’s a problem’ in de New York Times van 13 februari 2020. Het is een gesprek tussen doven. Wolff laat niet goed tot zich doordringen wat Krugman zegt en grossiert in historische vergezichten. Krugman is het niet vanwege het beleid met Sanders oneens, maar vanwege de marketing van dat beleid. In het debat waagt Krugman zit er niet aan om het verschil tussen een socialist, een democratisch socialist en een sociaal-democraat uit te leggen. Dat komt mede omdat Wolff claimt dat het socialisme een brede beweging is die lastig af te bakenen is. Voor de praktische politiek waar dat soort nuancering en onderscheid niet gehoord wordt is dat niet zinvol.

Ik ben het eens met Krugman en vindt het onverklaarbaar dat Sanders’ campagneteam de term ‘socialist’ blijft hanteren in de marketing van Sanders persoon. Krugman geeft in zijn artikel de volgende verklaring: ‘Dus waarom noemt Sanders zichzelf een socialist? Ik zou zeggen dat het vooral om personal branding gaat, met een vleugje vreugde over het shockeren van de bourgeoisie. En deze zelfgenoegzaamheid deed geen kwaad zolang hij maar een senator uit een zeer liberale staat was.’ Ik zie ook  een andere verklaring, namelijk de dynamiek en machtsverhouding binnen de campagne en het aanspreken van de meest actieve achterban, de links-radicalen of zeer progressieven. Daarnaast blijft Sanders ondersteund en gevoed worden door links-alternatieve media die hem ondubbelzinnig een socialist noemen. Of ze daarmee dezelfde blauwdruk van de VS voor ogen hebben als Sanders en zijn campagenteam valt te bezien. Zo blijft de onzekerheid in stand.

Nu Sanders afstevent op de Democratische nominatie, hoewel die nog niet zeker is, maar hij in elk geval de koploper is, lijkt de tijd gekomen om afscheid van de verwarrende term socialist te nemen. Het merkwaardige is dat Sanders de term socialist blijft gebruiken, terwijl hij notabene als referentiepunt de Scandinavische sociaal-democratie heeft. En zeker niet Venezuela, Nicaragua of de Sovjet-Unie van Stalin. Maar dat misverstand houdt hij op dit moment wel in de wereld. Nogmaals, dat is onbegrijpelijk, onnodig en schadelijk.

Bij een artikel op RawStory schreef ik op 23 februari 2020 een reactie. Ik had Krugmans artikel toen nog niet gelezen: ‘That is why the Sanders campaign team would be wise to avoid the term ‘socialism’ and use the term ‘social democracy’ because of the association. In Europe, that difference is clear to every citizen, but it is possible that the US, due to a different history and relative isolation from the rest of the world, does not fully understand what the terms mean and what emotional value they represent. It is striking that this difference was also not picked up by the author of the article.’ We zullen zien hoe Sanders’ personal branding evolueert.

Foto 1: Schermafbeelding van deel opinie-artikel van Paul Krugman ‘Bernie Sanders Isn’t a Socialist; But he plays one on TV. That’s a problem’ in de New York Times, 13 februari 2020.

Foto 2: Schermafbeelding van deel artikelSen. Bernie Sanders to explain his democratic socialist views’ in USA Today, 18 november 2015.

Noem Baudet geen nazi, noem hem wat hij is: een slecht politicus

Hieronder mijn (op typefouten gecorrigeerde) reactie die ik plaatste bij het artikelNiks sorry! Ophitsende SP-politicus die Baudet ‘nazi’ noemde zegt sorry, maar heeft geen spijt: “Ik zie gelijkenissen”’ op DDS:

Dit bewijst maar weer eens dat de nuance niet te vinden is bij radicale partijen. Of ze nou links of rechts zijn. De SP’er bewijst hoe gebrek aan nuance niet met gebrek aan nuance beantwoord moet worden. Dat is dom.

De SP’er heeft wel gelijk dat Baudet ongenuanceerd is tegenover de media, de wetenschap en de rechterlijke macht. Of liever gezegd, Baudet gebruikt dat gebrek aan nuance voor zijn politieke marketing.

Doelmatiger is om Baudet te noemen wat hij is: een slecht politicus. Zie hoe hij door zijn radicale uitingen eigenhandig de goede uitslagen van FvD bij de verkiezingen voor de Provinciale Staten in geen enkele provincie heeft weten te verzilveren. Zie hoe hij door onhandig opereren en kinderachtig persoonlijk optreden in de Eerste Kamer de status van grootste partij heeft verloren.

De claim is goed verdedigbaar dat Baudet een slecht politicus is die het politieke handwerk niet in de vingers heeft. En dat waarschijnlijk nooit in de vingers zal krijgen. Baudet gaf trouwens zelf in de aanloop naar het Oekraïne-referendum toe dat hij geen politicus is en niet de ambitie heeft om dat te worden. Dat laat hij dagelijks zien.

De beeldvorming van succes komt uit de eigen koker van Baudet en zijn niet aflatende campagnes op sociale media. Dat en de continue pro-Baudet informatie op sites als DDS creëren een fout, want te positief beeld van deze tovenaarsleerling. De SP’er had er verstandiger aan gedaan om dat ter discussie te stellen: Baudet is een slecht politicus.

Foto: Schermafbeelding van deel artikel ‘Niks sorry! Ophitsende SP-politicus die Baudet ‘nazi’ noemde zegt sorry, maar heeft geen spijt: “Ik zie gelijkenissen”’ van Wout Willemsen op DDS, 26 januari 2020.

Media en politiek VS maken vergelijking Democratische partij met Labour, maar veronachtzamen die van Corbyn met Trump

In een opinieartikel van 14 december 2019 in Mail Online komt oud-minister van Binnenlandse Zaken Alan Johnson met kritiek op Jeremy Corbyn en de richting waarin hij de partij heeft gevoerd. Hij bekleedde posities in de Labour-regeringen van Tony Blair en Gordon Brown. Het artikel valt te lezen als een schot voor de boeg in de strijd om Corbyns opvolging. Hij zal binnen 10 tot 12 weken als partijleider aftreden zo meldt tweede man John McDonnell. Labours koers staat ter discussie. Komt er een opvolger die de lijn van Corbyn voortzet of komt er een meer centristische leider zoals Keir Starmer die de lijn Blair oppakt? Zo’n leider zal tevens de macht van de Momentum-beweging én de macht van de vakbonden (Unite: Len McCluskey) moeten breken.

Nog om een andere reden is de opinie van Alan Johnson interessant omdat het voeding geeft aan het debat in de Amerikaanse media en politiek naar aanleiding van het verlies van Corbyn en de winst van premier Boris Johnson. De Amerikanen leidden afgelopen dagen koortsachtig vergelijkingen af uit de Britse uitslag die van toepassing zou zijn op hun campagne voor het presidentschap. In november 2020 zijn er verkiezingen. De Democratische presidentskandidaat en oud-vice-president onder Obama Joe Biden zag in de nederlaag van Corbyn een waarschuwing voor zijn partij om niet te ver naar links op te schuiven. De centristische Biden heeft er belang bij om Corbyn als een radicaal af te schilderen die de kiezers van zich vervreemd heeft. Biden lijkt hierin gelijk te hebben, hoewel de impeachment in de VS en de Brexit in het VK de vergelijking lastig maken.

Maar een zwaarwegend bezwaar is dat de vergelijking tussen Labour en de Democratische partij (DNC) een andere vergelijking die meer voor de hand ligt veronachtzaamt. Overigens meer in gedrag en handelswijze, dan in beleid. Namelijk de gelijkenis van de tamelijk los van de realiteit en de feiten opererende Corbyn met Trump, en Labour met de Republikeinse partij (GOP). Het artikelWe should look closely at Britain’s decision to elect a man so renowned for his untrustworthiness’ van professor Barry Richards verscheen aanvankelijk op The Conversation en werd doorgeplaatst op Raw Story. Daar plaatste ik onderstaande reactie met twee eerste zinnen die ik hier niet herhaal: ‘Mr. Richards is right about trust. But there is more to it’.

A polemic has broken out within the DNC between centristic and progressive forces. The idea is that British Labour was too radicalized under Jeremy Corbyn and therefore alienated the centrist voters Tony Blair could address. In fact, the analysis goes even deeper, namely that for Corbyn and the left-radical Momentum movement, moral equality was paramount and not winning the elections.

Former Home secretary for Labour Alan Johnson adds two other important aspects in an opinion article in the Daily Mail that also apply to Trump and the GOP.

The first aspect is the unpatritotic aspect and not standing up for one’s own country. Alan Johnson: “The working classes looked at Corbyn and saw somebody who was unpatriotic to the extent that the country’s enemies were his friends.”

The second aspect is the cult phenomenon. Within Labour, the left-radical Momentum movement has seized power and driven moderate politicians such as Tom Watson out of the party. Because of the dominant cult idea, the party is alienated from reality. The starting point is no longer the facts, but the moral right. Alan Johnson: ‘Do not underestimate Momentum’s determination to remain as a party within a party. Either we get rid of that cult or we become the cult ourselves.’

The similarity between the cult-like Momentun with Corbyn and the cult-like GOP (especially in the House) with Trump is great. Already in 2017, the Iranian-American theologian Reza Aslan pointed out the cult-like character of the GOP under Trump. There is only one difference. While the GOP cult in the religious U.S. is primarily religiously fed by older, white, male evangelicals, the Momentum cult in the post-religious U.K. is mainly fed by left-ideological youngsters.

In any case, those aspects of onpatriotism and the party as a cult are connections other than those made in the American media and politics in recent days. Because these two aspects are so obvious, this even raises the question of what is wrong with the reporting and analysis of politics and media in the U.S.. They bump into a statement by Joe Biden and apparently do not think further. Or malicious people try to control imaging by framing.

What does that mean for the 2020 campaign if the greatest similarity is not between Labour and Democrats, but between Labour and Republicans? Then it is not the alleged radicalization to the left that is the British export product that colors the American election struggle, but the resemblance between Jeremy Corbyn and President Donald Trump who both basically operate in a cult-like party with a closed worldview. And they are unpatriotic and do not see the traditional allies in Europe and NATO as friends, but as enemies. While traditional enemies of the West, such as the Russian Federation, are considered friends by Corbyn and Trump.

Corbyn has been punished by the traditional Labor voters for his unreliability, radicalization, poorly thought out policies and a campaign that was not about winning, but about morality. Two aspects are added: his unpatriotic attitude and the cult-like character of Labour. The resemblance to Trump whose paths always lead to Putin, and the GOP that has been transformed into cult in three years with intellectually corrupt, autistic, radicalized congressmen such as Devin Nunes, Jim Jordan and Lindsey Graham.

The Democrats are wise not to lose themselves in the idea that the gap between progressives and the center cannot be bridged. This is perfectly possible by having both wings represented proportionally in a government. The British elections teach that Corbyn can be tackled and punished for his unreliability, his unpatriotism and the suspension of internal party democracy at Labour that has been turned into a cult. That is the blueprint for the DNC campaign.

Foto 1: Schermafbeelding van deel artikelEither we ditch the Momentum cult – or Labour becomes a cult itself, says former Home Secretary ALAN JOHNSON’ van Alan Johnson op Mail Online, 14 december 2019.

Foto 2: Schermafbeelding van deel artikelWe should look closely at Britain’s decision to elect a man so renowned for his untrustworthiness’ van Barry Richards op The Conversation, 13 december 2019.