De Afghaans-Nederlandse Massih Hutak heeft een mening over 174 miljoen dat demissionair minister Robbert Dijkgraaf heeft toegekend aan vijf groepen van wetenschappers voor het onderzoek naar sociale cohesie. Hutak wil dat verbreden. Enkel academici en theoretici ziet hij niet als oplossing. Hij begeeft zich op voor hem onbekend terrein en verdwaalt daarin hopeloos.
Husak heeft een eenzijdig beeld van wetenschap. Hij stelt dat het losstaat van de samenleving als hij zegt: ‘Een [samenwerking] waarin wetenschap niet beperkt blijft tot de academische wereld‘. Husak gooit deuren open die allang open staan. Hij bouwt zijn argumentatie op het achterhaalde beeld dat wetenschappelijk sociaal onderzoek zich in een ivoren toren heeft verschanst.
Husaks argumenten sluiten aan bij een anti-wetenschappelijk sentiment dat in de Nederlandse samenleving leeft. Husak noemt zich ‘een complete wetenschappelijk leek‘, maar meent toch over een onderwerp te moeten praten waarover hij toegeeft compleet ondeskundig te zijn. Hij schaart zich in het leger van talkshow-gasten die praten over onderwerpen waar ze geen verstand van hebben. Moet Husak voor de redactie van NPO Radio 1 het ‘gezond verstand‘ verbeelden?
Dat anti-wetenschappelijke sentiment leeft zowel onder de bevolking als onder het onder leiding van de radicaal-rechtse PVV in de steigers staande kabinet. De formerende partijen hebben gezegd te stoppen met het Nationale Groeifonds en 6,8 miljard euro dat daarvoor bestemd was niet langer te investeren in digitalisering en ontwikkeling van innovatieve technologie voor de gezondheidszorg, onderwijs en energietransitie.
Koopkracht en consumeren in de komende twee jaar krijgen van de vier formerende partijen de voorkeur boven investeren in de toekomst. Wetenschappelijk onderzoek, innovatie en investeringen hangen nauw samen.
Husak verwart wetenschappelijk onderzoek met het oplossen van maatschappelijke problemen als huisvesting, woningisolatie, armoede, zorg en onderwijs. Het wetenschappelijk onderzoek is bedoeld om daar oplossingen voor aan te dragen. Niet om de maatschappelijke problemen zelf op te lossen. Daar is 174 miljoen euro trouwens te weinig voor.
Wat Husak te berde brengt heeft niks met wetenschappelijk onderzoek te maken. Zoals gezegd, als ‘complete wetenschappelijke leek‘ zoals hij zichzelf noemt, richt hij zich op gevolgen zonder oorzaak te benoemen. Het is Husak die in zijn denken over wetenschappelijk sociaal onderzoek verkokerd is.
Hiermee is niet gezegd dat wetenschappelijk onderzoek feilloos is. Dat het geen eigenbelang heeft. Dat heeft het wel degelijk. Het bevat blinde vlekken. Kritiek daarop is mogelijk.
Maar met het populisme van Hutak die voortkomt uit ondeskundigheid komt niemand verder. Wel bijvoorbeeld met de maatschappijkritiek van Tim ’S Jongers die weet waarover hij praat. Deze directeur van het wetenschappelijk bureau van de PvdA die in armoede is opgevoed zegt in NRC hoe armoede beter bestreden kan worden.
Dan wordt het concreet. Daar heeft het publieke debat meer aan dan aan de vaagheden van Massih Hutak die zijn onkunde als wapenfeit presenteert. En er gezellig op los kakelt.