Een moslim en een Jood komen elkaar tegen in een krantenartikel. Waar laat dat de meerderheid van Nederlanders die zich niet laat inspireren door godsdienst?

Schermafbeelding van deel artikel ‘Islamitisch en Joods raadslid bezoeken samen Anne Frank Huis: ‘Het zou veel logischer zijn als we meer samen zouden optrekken’ in Het Parool, 21 december 2023.

Tegelijk snap ik alles en niks van dit soort berichten in de media. Het Parool kopt in een artikelIslamitisch en Joods raadslid bezoeken samen Anne Frank Huis: ‘Het zou veel logischer zijn als we meer samen zouden optrekken’. De kerstgedachte van verzoening en bemiddeling in volle gang.

Het patroon lijkt op het begin van een witz. Een christen en moslim of een jood en christen of een christen en jood of een hindoe en boeddhist of een sikh en shintoïst komen elkaar tegen in een krantenartikel.

Waarom leggen media steeds accent op mensen met een godsdienst, terwijl volgens de gegevens uit 2022 van het CBS blijkt dat 57,2% van de Nederlanders zegt zich niet te laten inspireren door godsdienst. Ongeveer ’43 procent van de bevolking van 15 jaar of ouder zegt bij een levensbeschouwelijke groepering zoals een kerk, moskee of synagoge te horen’.

Dat percentage van 43 procent dat zich tot een levensbeschouwelijke groep rekent zal in het wereldse Amsterdam niet hoger zijn.

Over het Amsterdamse raadslid Itay Garmy die ‘Joods’ wordt genoemd wordt uit het artikel niet duidelijk of hij de joodse godsdienst belijdt. Hij heeft een Israëlisch paspoort, maar dat wil nog niet zeggen dat hij belijdend is. Het Parool reduceert Garmy tot ‘Joods’. De associatie wordt gewekt dat Volt Nederland iets met ‘Joods’ heeft. Waarom doet Het Parool dat?

Het is niet logisch dat een raadslid van Volt zich in zijn functie manifesteert als gelovig. Volt is een partij die niet wervend is over religie in de politiek. Een artikel uit 2020 van een kandidaat-kamerlid van Volt dat op de site van de partij staat eindigt zo: (..) ‘een gevolg van de aanwezigheid van religie in de politiek. Het is een restant van een onwetende samenleving die wij allang ontgroeid zijn.

Religie in de politiek is volgens deze vertegenwoordiger van Volt het restant van een onwetende samenleving die we ontgroeid zijn.

Waarom voeren sommige media steeds weer vertegenwoordigers van religieuze minderheden op als er verschillen overbrugd moeten worden? De rabbi en de dominee, de pastoor en de imam. Het duogesprek lijkt exclusief voorbehouden aan gelovigen. Waarom is dat?

Denken media over andersdenkenden dat ze maatschappelijks niks in de melk te brokkelen hebben hebben en moralisme missen? Het is onduidelijk waarom media in de vijver van de gelovigen vissen. Het kan ook gemakzucht zijn omdat in de Rolodex van de redacties de religieuze instellingen netjes staan genoteerd.

In dit geval is het nog ernstiger als Het Parool eerst een tegenstelling veronderstelt tussen een moslim van Denk en een ‘Jood’ van Volt die vol begrip voor elkaars standpunten tot verzoening en wederzijds begrip komen die vervolgens geen tegenstelling lijkt te zijn. QED. Maar het misverstand is gewekt. Waarom geen humanist, atheïst, agnost of nihilist als gesprekspartner?

De indruk die dit soort artikelen geeft is tweeledig. Dat de meerderheid van 57,2% van de Nederlanders die niet gebonden is aan kerk, moskee of synagoge ongeschikt is om empathisch, geloofwaardig en maatschappelijk relevant in de media over Gaza en dit soort zaken te praten en verschillen te overbruggen. En dat op redacties vanuit gemakzucht en lui denken de verzuiling van voor 1970 leidend is. Of opnieuw leidend wordt gemaakt.

Het verwijt aan media is dat ze vaak een scheef beeld van de samenleving geven. Hier lijkt hypercorrectie de oorzaak. Media doen zo hun best om maatschappelijke verschillen te helpen overbruggen dat ze niet meer weten waar de breuklijnen in de samenleving echt lopen. Maar is de kerstgedachte ook niet schijn die als camouflage dient om voor even verschillen te minimaliseren?